NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
Blburg.
Ho. 88. 1894.
-Nlaldeghem,
17 JlpciC.
Hcfifsfo laarijaiiji.
300tdienst
ddelb.-rotterdam,
ootdienst
elburg en Zierikzee.
2.30
bootdienst
DEN VLAKE.
endiensf.
„TELEGRAAF".
5.-
tramdienst
i.30
i.30
11."
11."
VERSCHIJNT
G. M. KLEMKERK, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
stoomboot.
April.
Onze Jongelingen.
Drie jeugdige belijders.
lens stadsklokken).
April.
lomen Zondags, van Vlis
Middelburg 8.45; van
ierikzee Spoorweg Goes
darnsche tijd).
maand April.
Van Zierikzee;
*d. 'smorg. 'smid
.30
.30
.30
.30
.30
.30
.30
.30
.30
.30
.30
.30
.30
Zater.14
Zond. 15
Maan.16
Dins. 17
WoenlS
Dond.19
Vrijd.20
Zater. 21
Zond. 22
Maan.23
Dins. 24
Woen25
Dond.26
Vrijd.27
Zater. 28
Zond. 29
Maan.30
7.50
7.50
7.50
7.50
7.50
6.—
7.50
12.—
7.50
7.50
7.50
6.30
7.50
7.50
7.50
7.50
4
4.-
4.-
4.-
4
4.—
4.-
4.-
4.—
4.-
4.—
4.-
4.-
s 20 min. na kloktijd).
GELIJKS.
naar Vlake 4,50, 8,50,
Walsoorden 7,42, 11,44,
"alsoorden vm. 7, 11,
n onmiddellijk na aan-
vm. 8,50, 12,50, nm,
April.
van Antwerpen
.30
.30
.30
.30
.30
.30
Zond. 15
Woen.18
Yrijd. 20
Zond. 22
Woen.25
Vrijd. 27
Zond. 29
s morgens.
2.-
6.-
7.-
8.30
1
2
BUSDIENST
SCHE VEER—GOES,
itzondering van Dinsdag
5 1,5 en 5,uur
ion) 8,21 2,54, (Slor
Des Dindags vertrek Vee)
Goes (Slot Oostende
gs geen dienst.
GEN-OP ZOOM.THOLEN
oom naar Tholen, 5,30,
3,05, 5,30, 7,40.
r Bergen-op-Zoom 6,10,
3,50, 6,15, 8,30.
•gen-op-Zoom n. Halsteren
eren naar Tholen 15 min.
aar Draaibrug 6,23, 8,28
7,13.
naar Maldeghem 5,31,
2,35, 5,20, 8,26.
naar Draaibrug 7,45,
6,35.
naar Breskens 6,50, 8,50,
7,40.
n. Sluis 5,31, 6,0, 7,45,
2,32, 5,25, 7,40, 8,24'
raaibrug 5,51, 6,29, 8,13,
5,1, 7,20, 8,3, 8,43.^
BOOTDIENST.
i Stad Zierikzee
Zeeland.
gelegen plaatsen.
April.
Van Rotterdam
.30
.30
I Zater.
Zond.
Maan.
Dinsd.
Woen,
1 Dond.
Vrijd.
Zater.
Zond.
Maan.
Dins.
Woen,
Dond.
Vrijd.
Zater.
Zond.
Maan.
s morgens.
14
15
16
,17
18
19
20
21
22
23
24
.25
26
27
28
29
30
11."
12."
12."
11."
11."
12."
12."
II."
II."
U,"
11."
11."
12."
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,02E.
UITGAVE VAN
en
van 1 5 regels 25 centiedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 centiedere regel
meer 10 cent.
15 'smorg. 7,1
ensd. 18 's rnorg.
In 't Verleden ligt het Heden, in het
Na, wat worden zal."
Onze kinderen van gisteren zijn de jon
gelingen van morgen.
Wat we in de jeugd brengen in onze
kinderen, komt zichtbaar in de jongelings
jaren en die bloesem der hoop rijpt tot
vrucht in den mannelijken leeftijd. En
gelijk een bloeiende perzik in het voorjaar
beschutting vraagt voor de koude der nach
ten, zoo ook eischen onze jongelingen nog
zorg en leiding. Zoo menig jongeling, te
vroeg overgelaten aan zichzelven, werd een
nagel aan der ouderen doodkist Het moet
dan ook vreeselijk zijn als een kind door
onze slordige opvoeding ongelukkig wordt
dock nog vreeselijker moet het zijn als het
kind van uit gevangenis of gesticht den
ouders toeroeptdit is uw schuld. Gij hadt
moeten toezien wat ik las, wie mijne vrien
den waren en dat ik niet zooveel geld te
verteren had 1 Maar het vreeselijkst van
al is het, zoo een kind door schuld der
ouders verloren gaat en sterft met een ver
wijt op de veege lippen.
Het is goed dat een jongeling leest, maar
ziet toe ouders, wat hij leest. De trek
naar het verbodene is groot. En tot het
verbodene behooren de zielverwoestende
romans, welke worden aangetroffen in onze
zoogenaamde volksbibliotheken. Die ro
mans hebben velen ongelukkig gemaakt
hebben menigeen verleid tot kwade begeer
lijkheden, waarvan de gevangenissen en de
rechtszalen menigmaal getuigen. Die romans
bebeerschen het gemoed van hen, die ze
lezenprikkelen hersenen en zenuwen in
sterke mate en dooven niet zelden alje
christelijk bewustzijn. Soms worden halve
nachten opgeofferd aan het lezen dier wer
ken en geraakt de lezer in zulk eene span
ning, dat hij ongeschikt wordt voor inspan-
nenden arbeid.
Onze jongelingen moeten worden opge
voed tot ilinke huisvaders, die tevens kloek
moedig kunnen optreden in kerk en maat
schappij. Niet te veel kan worden gewezen
op de ernstige roeping, die hen wacht, jals
een ouder geslacht zal zijn heengegaan.
Dan moeten zij optreden als zelfstandige
mannen, om met wijs beleid hunne zaken
te verrichten. Dan worden ze allicht ge-
FEÜILLETON.
Aan de noordzijde van Spanje ligt de
provincie Asturieen dicht aan haar wes-
telijke grenzen het stadje Congas de Fino.
Een paar nur van daar, in het midden
der bergen van het vriendelijk dorpje
Besallo, is eene kleine evangelische ge
meente. Een aanzienlijke landbouwer, inge
zeten van dit dorp, Manuel Rodriguez
geheeten, had van zijn zwager Antonio,
me in Valladolid Gods "Woord had leeren
kennen, een Bijbel ontvangen en hem
Bloeten beloven daarin te zullen lezen,
hangen tijd dacht hij er niet aan zijn
belofte na te komenintegendeel had hij
met zijn goeden vriend er over gespot, dat
daar in een hoek de Bijhei lag. Op zekeren
inkeren regendag, op welken hij verhin-
erd was in het veld te arbeiden, krijgt
iJ den plotselingen inval het Boek op te
8 aan. Wat hij daarin leest maakt een
verwonderlijk geweldigen indruk op hem
®n het gevolg was, dat hij de kerk van
ome yeriiet etl manmoedig het Evangelie
e eed, niettegenstaande hem dit op haat
en vijandschap te staan kwam ja, later
P vervolging en ten gevolge eener valsche
e.sohuldiging door den priester en school-
eester, op eene verbanning gedurende 21
aanden. Een kleine schare gelijkgezinden
rzamelde zich om hem heen. Zijne vrouw,
ne geëxamineerde schoolmeesteres, onder-
68 c haren huize eenige kinderen, en
ontstond hieruit van lieverlede eene
w™T, le. gemeente, die door woord en
ecUf geJ^8enis gaf van het zaligmakend
geloof m Christus.
it was den priester een doorn in het
roepen i* het bestuur van gemeente of
gewest om vrijwillig te strijden voor de
belangen bunner medeburgers of hoog te
houden het gezag (Ter Overheid.
Tot hunne vorming nu ib het zoo noo-
dig, dat onze jongelingen vereenigingen
vormen waar zij onder goede leiding, en
christelijken geest hespreken onderwerpen
op het gebied van godsdienst, van het so
ciale of politieke leven, opdat zij op de
hoogte komen met „de vragen van den
dag." Bij die bespreking leeren zij spre
ken, daar krijgen zij vrijmoedigheid, welke
later zoo te pas kan komen. Onze chris-
teftjlce jongelings vereenigingen, bovenal
die, welke ook nog in de week één of
meer avonden vergaderen, worden nog
maar al te veel miskend. Geen ouder moest
er zijn, die niet tevens ware voorstander
der chr. jongeliugsvereeniginggeen jon
geling, die geen lid werd. Maar, dit be
hoort ook al tot het gebied der vrome
wenschen.
En toch hebben die vereenigingen zoo
noodig finantieelen en zedelijken steun om
staande te blijven soms, om kracht uit te
oefenen hij voortduring.
Want ook, zonder het oog gericht te
hebben op de toekomst, zijn de Chr. J. V.
zoo nuttig en vormen ze meestal eene
macht, waarmee men in onze dagen gaat
rekenen. Amerika roept ons toe, wat jon
gelingen vermogen de middernacktzending
doet ons zien, wat jongelingen kunnen doen.
Hunne bibliotheken vormen eene uitne
mende lectuur tegenover de verderfelijke
geschriften, waarvan boven gesproken werd.
„Ik heb u geschreven, jongelingen
want gij zijt sterk en liet woord Gods
blijft in U en gij hebt den booze over
wonnen."
Moge dit woord van toepassing zijn op
onze Nederlandsche jongelingen in 'talge
meen, op onze Zeeuwen in het bijzonder.
Het zou een heerlijk getuigenis zijn.
„Gedenk aan uwen Schepper in de dagen
uwer jongelingschap, eer de kwade dagen
komen en de jaren in de welke gij zeggen
zultik heb geen lust in dezelve.
„Houdt de eer van dien Schepper hoog,
onderzoekt zijne werkenbestudeert zijn
Woord; ijvert voor de eere zijns naams
en voor de uitbreiding zijns koninkrijks.
Jongelingen, gij zijt in de kracht uws
oog, hij nam de gelegenheid waarom zijne
woede te koelen op drie jeugdige leden
der gemeente, twee jongens en een meisje.
Hij haalde hen namelijk in, toen hij op
zekeren avond van een kranke terugkwam,
met een zoogenaamde heilige hostie, de
door den priester gezegende ouwel, die
volgens de Roomsche kerk als de Heer
zelf moet worden aangebeden. Zij hadden
hem gaarne ontloopen en gingen hem
daartoe op het bergpad vooruit. Maar de
priester gaf zijn muilezel de sporen, en
toen hij hen bereikte, traden zij beleefd
op zij, om hem te laten voorbijgaan. Hij
bield echter stil en stak de hand in zijn
borstzak, zoodat de kinderen verschrikten,
vreezende dat hij een revolver zou voor
den dag halenwant hij was vanwege
zijn hoosaardigheid algemeen gevreesd. Maar
neen hij haalde een zilveren kastje voor
den dag, waarin de hostie lag, en riep
hun toe „Hier heb ik God, kniel neer."
Een der knapen antwoordde hem vrij moedig-
met het tekstwoord, dat wel het beste was,
om voor deze gelegenheid te dienen hij
zeide namelijk: „De Apostel Pauluszegt:
„De God, die de wereld gemaakt heeft of
alles wat daarin is, deze zijnde een Heer
des hemels en der aarde, woont niet in
tempelen met handen gemaakt, en wordt
ook van menschenhanden niet gediend als
iets behoevende, alzoo Hijzelf allen het
leven, en den adem, en alle dingen geeft."
„(Hand. XVII24, 25). Het woord van
den levenden God raakt het hart des
priesters, en doet hem met de tanden kner
sen. Hij klaagt de drie jonge belijders
aan wegens verachting en bespotting van
den katholieken Staatsgodsdienst. Zij moeten
voor de rechtbank te Gang-as verschijnen
levens, terwijl de zorgen u nog niet druk
ken. Gebruikt nu uw tijd om kennis te
verzamelen, om te leeren spreken, opdat
ge straks instaat moogt zijn met eere op
te treden onder uwe medeburgers, voor
uwe rechten te pleiten in een woord,
opdat ge straks moogt zijn een sierlijk
lid uwer kerkeen nuttig lid der maat
schappij
D. K.
16 April '94.
Een reuzen-petitionnement. De heer
B. L. Tijdens, lid van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal wenscht een reuzen-
petitionnement op het touw te zetten en
roept daartoe in een ingezonden artikel
voorkomende in de Nieuwe Winschoten Cou
rant van Vrijdag jl. de hulp in van den
heer H. Roelfsema te Winschoten. Hij zegt
daarin o. a. het volgende
„Zooals het zich laat aanzien, zal de kies
wet maar even de meerderheid halen. Re
gentes en Eerste Kamer komen dan, waar
liet de definitieve beslissing betreft, voor
een moeilijk dilemna, vooral wanneer straks
wat ik vrees, blijkt, dat het totaal aantal
stemmen tegen het aantal voor overtreft.
Meer dan ooit is dan noodig, dat heide
machten weten hoe het Nederlandsche volk
de beslissing wenscht. Daartoe roep ik u op.
Ik weet wel, hoe onaangenaam het is met
lauwheid te moeten kampen, want ook ik
heb, wat het kiesrecht betreft, iets dergelijks
ondervonden en mijn vrienden te Mid-
wolda zouden raar staan kijken, als ik eens
vertelde, hoe het daarmede op het Vreeburg
te Utrecht gegaan is, doch onze mislukte
pogingen mogen ons niet ontmoedigen. Dezen
keer zullen wij slagen.
Voor meer dan 'lU van het geheele land
hebben we door de laatste verkiezingen aan-
sluitingspunten gekregen waardoor betrek
kelijk gemakkelijk de namen voor een reu-
zenadres zijn te krijgen. Ziehier hoe we dat
m. i. moeten doen. In alle districten, waar
voorstanders gekozen zijn, roepen deze hnn
kiezers op om het district in dorpen of
wij ken te verdeelen en eommissiën te benoe
men, die de lijsten aanbieden.
Daar, waar onze candidaat in de minder
heid is gebleven, doet deze dat en voor de
katholieke districten, waar geen kiesrecht
en worden door een onrechtvaardigen
rechter tot 10 dagen gevangenis en 50 fran
ken boete elk veroordeeld. In geval zij de
boete niet kunnen betalen, moeten zij 10
dagen langer zitten. Dit is de rechtvaar-
beid, die onze het Evangelie belijdende
broeders in Spanje te verwachten hebben
van een overheid, die voorgeeft vrijheid
van godsdienst te schenken. De belijders
der waarheid in Besallo ontvingen den raad
zich tot het opperste gerechtshof te Madrid
te wenden, omdat men niemand moeht veroor-
deelen wegens het niet nederknielen voor de
hostie. Maar met allerlei drogredenen hield
men hen zoo lang op, dat de termijn was ver
streken, om in liooger beroep te komen.
Zoo moesten de kinderen zonder barmhar
tigheid de straf ondergaan.
Op den 18den Mei 1884 begaven zich
de drie jonge getuigen des Evangelies dan
ook naar de hoofdstad van hun district,
Gansas de Eineo, 0111 gedurende 20 dagen,
daar zij te arm waren om de boete te be
talen, in een kerker te worden opgesloten.
Zij heettenEmilio Rodriguez Martinez,
Manuel Rodriguez Castellano eu Candida
Martinez Rodriguez. De heide namen ach
ter den voornaam zijn, volgens Spaansch
gebruik, die van vaders- en moederszijde.
Voor bun aankomst had zich de rechter
Golonda reeds bij den cipier vervoegd, om
te verzoeken, de gevangenen in de onderste
cellen te bewaren, en af te sluiten van
eiken omgang met de andere gevangenen
of hunne bekenden. Maar deze aanbeveling
haA eene tegenovergestelde uitwerking.
Door Gods bestel vonden de jeugdige be
lijders, zooals eenmaal Jozef, genade in de
oogen des gevangenbewaarders. Hij gaf
zelfs Candida vrijheid bij hem in buis te
mannen in 't krijt zijn getreden, nemen we
dr. Sckaepman in den arm.
Dat bet de fout kerstelle, die het Dinsdag
heeft begaan door inplaats van met 2500
stemmen mij met nog geen 1000 naar 't
Binnenhof te sturen.
Roep gij daartoe de voorstanders in een
der grootste lokalen hijeen. Ik twijfel niet
of we zullen dra die wijfelaars in Tweede
of Eerste Kamer met een millioen voorstan
ders kunnen bestoken en door gelijk aantal
de kloeke Regentes steunen in haar echt
constitutioneelen zin."
De heer Pierson, directeur der Hel-
dringgestichten, heeft thans zijn meening
over Neerbosch doen kennen. Hulde bren
gende aan de commissie, die hij allerminst
beschuldigt van tc langzaam gewerkt te
hebben, spreekt de heer P. zijn teleurstelling
uit, dat de commissie de voorlichting niet
heeft gezocht van mannen, die in soortge
lijken arbeid als de heer Van't Lindenhout
bezig zijn.
„Ik had aangeboden haar van advies te
dienen, mijn advies is niet gevraagd en ook
niet dat van andere mannen, die als collega's
konden beschouwd worden. Ik heb duidelijk
doen uitkomen, dat het oordeel moest ver
blijven aan mannen, die buiten den arbeid
staan, maar dat dezen zich behoorden te
laten voorlichten door deskundigen. Dit
laatste heeft de commissie niet gedaan en
het is ten nadeele van het rapport uit
gevallen."
In de eerste plaats zou zij een onpartij
diger oordeel geveld hebben over de trac-
tements-quaestie. De heer Van 't Linden-
hout verkeert in hetzelfde geval als de
schrijver, en deze wil ook gaarne zijn trak
tement missen; mits men de financiëele las
ten overneme, die persoonlijk op hem druk
ken met betrekking tot zijn arbeid.
Den werkkring van mevr. Van 't Lin
denhout acht de heer P. te zwaar. Aan
de Heldringgestichten zijn 7 directrices
naast hem werkzaamdaardoor kan de heer
P. zich met de godsdienstige leiding be
lasten en zieu de verpleegden in hem niet
den persoon, die alle kleinigheden beslist.
De hardheid waarvan mevr. Van 't L. be
schuldigd wordt, heeft in elk geval dit
goede bewerkt, dat geen der meisjes de
gevolgen droeg, die wellicht uit meerdere
vrijheid waren voortgekomen.
n i mi in n
komen en voor haar medegevangenen het
eten te koken. De jongens hieven wel des
daags in hun cel, omdat hij bevreesd was
voor den rechter, die herhaaldelijk kwam
onderzoeken, of zijn hevelen wel getrouw
werden nagekomen maar 's avonds, als de
deuren waren gesloten, liet de cipier ook
hen bij zich komen en waren ze dus alle
drie bij elkaar. Dan zongen en baden zij
en sterkten elkanderja, als Paulus en
Silas leerden zij in de gevangenis God
prijzen. Uit hunne brieven leeren wij ver
der wat er in hun hart omging. Daarin
verklaren zij, dat zij met vreugde om des
Heeren wil lijden dat zij zelfs des Zon
dags, met de kinderen van den cipier, Zon
dagschool hadden gehouden, en zich innerlijk
vol vrede en gelukkig gevoelden.
Doch de jonge belijders der waarheid
ondervonden niet alleen zelfs Gods zegen
in de gevangenis, zij werden ook anderen
ten zegen gesteld. Als zij samen de Spaan-
sche Evangelische liederen op de schoone
Duitscbe wijzen zongen, bleven de voorbij
gangers buiten de muur staan luisteren.
Van een der hoorders werd hun zelfs vijf
franken ter hand gesteld, om daarvoor
eten te koopen, en in de woning van den
gevangenbewaarder maakte hun verschij
ning op allen, die hen zagen, een liefe
lijken indruk.
Nu geschiedde het, dat juist in dien
tijd Pastor Fliedner door een vriend uit
jZgn vaderland werd bezocht, dien hij den
nüoud der bovengenoemde brieven mede
deelde, en deze stelde hem de benoodigde
150 franken ter hand, om de gevangenis
der kinderen te bekorten. Eerst verheugde
hij zich hartelijk daarover maar bij eenig
nadenken vond hij het ongeraden dit geld
Op de straffen neerkomende, herinnert
de heer Pierson dat te Zetten alleen meisjes
verpleegd wordenvoor hen, die meenen,
dat hier vooral met zachtheid dient op
getreden, deelt de schrijver eenige bijzon
derheden mede, die het ondoenlijke daar
van aantoonen.
„Een meisje of vrouw kan sarren, zoo
als geen enkele jongen het kan, en er is
heel wat christelijk geduld noodig om dan
kalm te blijven. Toen ik in 1877 Heldrings
taak aanvaardde, wist ik niet dat er zulke
toestanden bestonden als ik sedert heb ge
zien, en zij die in hun liooge wijsheid een
afkeurend oordeel vellen over lichaams
straffen, spreken over dingen waarvan /.ij
geen flauw begrip hebben. Herhaaldelijk
zijn mij gevallen voorgekomen, waarin een
flinke lichaamsstraf, ook aan meisjes, voor
baar een zegen zou geweest zijn."
Zoo zal het ook op Neerbosch gegaan
zijn, en waar te Zetten de onverbeterlijken
direct worden weggezonden, kan dit op
Neerbosch niet zoo gemakkelijk geschieden,
en één onwillige kan veel kwaad uitrichten.
Yeel zal wellicht den opvolger van Yan
'tLindenhout gemakkelijk vallen te verbe
teren. Yoordeel trekkende van de ervaringen
door zij ii voorganger opgedaan, zal hij veel
kunnen vermijden.
Een te zachte opvoeding kan oorzaak
zijn, dat de kinderen, eenmaal in de maat
schappij getreden de werkelijkheid zoo
koud vinden.
De heer Pierson deelt een staaltje mede,
aan hoe sohandelij ke en opzettelij ke leugens
men blootstaat in gestichten.
„Toen ik nog niet lang hier was, kreeg
ik een brief van iemand, die mij aller
vriendelijkst waarschuwde tegen een per
soon hier werkzaam, wiens houding jegens
de verpleegden meer dan schandelijk mocht
heeten. Die persoon nu bestond niet en
had nooit bestaanZijdie dezen laster
verbreid had, beweerde hier twee 'jaren
geweest te zijn, maar gaf een naam op, die
hier nooit gehoord was; zij had jien be
richtgever eenvoudig een sprookje opge-
discht, om haar onwil en hardnekkig vol
harden in de zonde te vergoelijken. Hij
had het geloofd en meende moreel ver
plicht te zijn, mij te waarschuwen en hij
deed dit in de meest bescheiden vormen,
doch gedachtig aan het onware spreek-
daartoe te gebruiken. Immers, wanneer
de Spaansche rechters zouden bemerken,
dat de boete voor arme vervolgden door
hen werden betaald, zou het boete op boete
regenen, en in plaats van goed zou er
kwaad worden gesticht. Hoewel met leed
wezen werd het geld, met goedvinden van
den schenker, nu tot andere doeleinden be
stemd. Dubbel smartelijk viel het Pastor
Fliedner, toen hij aan het einde der 10
dagen een schrijven van de gevangenen
ontving, dat zij, omdat zij het geld niet
hadden, nog 10 dagen in den kerker
moesten blijven. Maar ziet, wat gebeurt
er? Den volgenden dag komt er weder
een brief, en daarin wordt vermeld „Wij
zijn uit den kerker ontslagen. De rechter
zelf is gekomen en heeft ons gezegd, dat
wij vrij waren en naar ons dorp konden
wederkeeren." God zelf had gezorgd, dat
zij niet langer daar bleven, en den vijand
tot hun bevrijder gemaakt.
Toen namelijk dc priester van het stadje
Cangas vernam, dat de gehate Protestanten
nog 10 dagen in de gevangenis moesten
blijven, wendde hij zich tot den hardvoch-
tigen rechter en eischte hun in vrijheid
stelling, wijl hij niet dulden kon, dat zijne
gemeentenaren, die naar hunne liederen
luisteren, door zulke ketterijen langer
zouden worden verleid. Bovendien was
den rechter ter oore gekomen, dat hunne
dorpsgenooten hen, na afloop der gevange
nisstraf, in triomf zouden binnenhalen, en
dit wilde hij voorkomen. Zoo had hun ge
zang hun de poort van den kerker geo
pend, en zij het bewijs geleverd, hoe de
Heer de Zijnen in alle tijden en in alle
landen weet getrouwheid eu goeden moed
te schenken,