CHRISTELIJK-
NÏEUWSBLAD
HISTORISCH
VOOR ZEELAND.
Ho. 58. 1894.
Sofentai) 19 Tefaitri.
VERSCHIJNT
G. M. KLEMKERK, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Afgeluisterde Gesprekken.
elkek MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,02 s.
UITGAVE VAN
en
van 1 5 regels 25 centiedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 centiedere regel
meer 10 cent.
Bij dit Nummer behoort een bijvoegsel.
II.
Lohman. Weet gij wat zou kunnen
geschieden en wat moet geschieden om tot
een beteren maatschappelijken toestand te
geraken
Vooreerst wijs ik u op het hetgeen van
Christelijke zijde gedaan wordt voor het
bijzonder onderwijs.
Wij kunnen hier kalm over praten en
de Regeering werkt mee om wat tot stand
kwam in de onderwijszaak, te doen eerbie
digen. Maar zij moest nog een stapje
verder gaan. Zij moest gevoelen dat juist
het bijzonder onderwijs een der krachtigste
bondgenooten is tot verzekering van rust,
veiligheid, gezag en, wil men, eigendoms
recht.
De regeering moet het bijzonder onder
wijs als bondgenoot erkennen.
Op welke wijze
Door het gelijk te stellen met het open
bare.
Dat wil zeggen door althans aan het
openbaar (hooger) onderwijs niet langer
zekere maatschappelijke voordeelen te ver
binden boven het bijzonder (hooger) onder
wijs.
Zoodra dat niet meer geschiedt, zal elke
hoogeschool niet alleen de Vrije Univer
siteit, waartoe ik zelf behoor, maar ook
de Universiteiten die ik hoop dat door
andere Christenen zullen gesticht worden
in werkelijkheid met de openbare ge
lijkstaan. Daardoor zal in ruimer mate de
gelegenheid gegeven worden om het verband
tusschenwetenschap en geloof dat thans
geheel en al ontkend wordt weder in het
licht te doen treden
Tak. Bij een herziening der wet op
het hooger onderwijs zou deze wensch
kunnen overwogen worden.
Lohman. Ik wijs nog op een ander
punt. Ik meen namelijk dat het geheele
openbare onderwijs vervangen behoort te
worden door bijzonder onderwijs. Wat is
er tegen dat de Nederlandsche Staat op
zich nam al de kosten van eene eenvoudige
lagere school ik bedoel hiermede de eigen
lijke volksschool in den eenvoudigsten vorm.
Die dan meer verlangen dan dit een
voudige volksonderwijs, zouden dit dan uit
eigen zak moeten bekostigen, zooals zij
ook nu, door middel van schoolgeld, een
gedeelte van het onderwijs bekostigen.
Op die wijze zou gemakkelijk elke par
ticuliere vereeniging in staat zijn op haar
wijze het onderwijs te verstrekken dat
thans van gemeentewege wordt gegeven.
Fransen v. d. Putte. Bedoelt u nu
scholen met, of zonder den Bijbel
Lohman. Beide, mpnheer Putte, ik
ben juist bezig een voor de liberalen meest
aannemelijk denkbeeld te ontwikkelen.
Want ik ben volstrekt niet van meening
dat men ter wille van welk wereldlijk
belang ook terug zou moeten keeren tot
het Christendom, hetzij ter wille van het
bezit, hetzij ter wille van het gezag. Ik
ben niet zoo onredelijk van de liberalen
die niet gelooven, te vorderen dat zij zullen
oprichten' scholen met den Bijbel. Maar
juist daarom moeten particulieren de scho
len vestigen. Dan kan elke particuliere
kring de onderwijzers aanstellen die hij
goed vindt, terwijl de gemeente slechts
optreedt voorzoover de particulieren het
wet doen, en dan slechts alleen voor de
eigenlijke volksschool. Wanneer er dan
onderwijzers komen die allerlei dwaze
voorstellingen aan het volk verkondigen,
dan ka* de particulier zeggen dat wordt
m onzein kring niet toegelaten gij kunt
een andere school zoeken.
Ik wil volstrekt niet aan de onderwij
zers, hoe socialistisch of anarchistisch of
oe ook zij gezind mogen zijn, beletten
'?nerwÜ8 te geven naar eigen
datVnwn?' Maar ik wil evenmin
aat de Nederlandsche natie feitelijk moet
ÏorT hare kinderen tegen haren zin
dènJva 0eTertrouwd aan onderwijzers die
gelijke dwaalleeren verkondigen. En do
natie weet dat er vele onderwijzers zijn
die aan de kinderen dag in dag uit al
lerellendigste en gevaarlijke dingen ver
kondigen.
Tak. Dus gij zoudt willen een mini
mum van lager onderwijs door den staat
te geven en dan scholen voor meer uitge
breid lager onderwijs onder den invloed
van bijzondere personen
Lohman. Gij hebt mijn bedoeling niet
gevatlaat ik het duidelijk maken, wat
ik bedoel. Ik verlang niet twee soorten
van scholen, eene voor de eenvoudigen en
eene voor de meergegoeden. Neen, alle
onderwijs moet zijn particulier.
Dat dus de overheid uit 's Rijks kas,
naar de beginselen der wet Mackay, iederen
onderwijzer met een gegeven aantal leerlin
gen snbsidiëere. Dit subsidie moet echter
berekend worden naar den maatstaf der
meest eenvoudige lagere school.
Wie de school bezoekt, doet er niets toe.
Wanneer bijvoorbeeld wij, leden dezer Ka
mer, onderling eene school zouden willen
oprichten, zouden wij toch voor onze kin
deren ook dat minimum subsidie moeten
ontvangen, evenals nu volgens de wet-
Mackay. (minimum, kleinste.)
Meenen wij evenwel dat onze kinderen
meer onderwijs moeten hebben dan dat
eenvoudige lager onderwijs, dan moet dat
uit eigen kas bijgepast worden.
Werthelm.' Maar wat gij daar zegt
is niet meer of minder dan de vernietiging
van het openbaar onderwijs in Nederland,
in strijd met de Grondwet en met het recht
van alle partijen, die zich hebben vereenigd
tot een daad van toenadering
Lohman. Uw opmerking zou juist
zijn indien ik voor mijn richting nu iets
verlangde dat ik niet verlangde voor de
andere richtingen.
Wertheim. In strijd met de wet
Mackay.
Lohman. Integendeel, ik wil de be
ginselen die aan die wet ten grondsiag liggen,
nog meer algemeen zien worden, want ieder
een begint in te zien dat die beginselen
juist zijn] en blijven leiden tot bevrediging
van alle partijen. Die beginselen laten toch
vrijheid aan het individu zich te bewegen
in eigen richting. En nu wil ik die vrijheid
ook geven aan menschen van andere richting
dan de mijne, voorzoover deze het niet eens
zijn met de onderwijzers waaraan zij nu hun
kinderen toevertrouwen.
Tak. Maar de Grondwet schrijft voor
dat alleen het openbaar onderwijs de zorg
der regeering geniete.
Lohman. Is 'tin strijd met de Grondwet,
die kan alle vier jaren worden herzien, en als
wij het eens zijn over de zaak dan wil ik
u binnen vijftien minuteu de daartoe noodige
wijziging aangeven.
Tak. Maar gij beweert ook dat vele
openbare onderwijzers verkeerde leeringen
in de school brengen. Hier kom ik tegen
op. Ik heb overal aan de heeren van het
schooltoezicht gezegd als er klachten zijn,
zegt ze dan gerust, en zie er bleken geen
klachten te bestaan. De geest der openbare
onderwijzers is uitmuntend, in niet mindere
mate dan die der Christelijke, zooals het
door u en uwe vrienden genoemd wordt.
Lohman. De grond waarop gij hêt
openbaar onderwijs goed noemt, is zwak.
Natuurlijk zijn de onderwijzers niet zoo
dwaas aan hun toezicht datgene te vertellen
wat dit minder aanbevelenswaardig zou
vinden.
-Ten aanzien der kinderen is het ook bijna
onmogelijk een afdoend bewijs te leveren
de minister heeft daaromtrent evenveel er
varing als ik en weet dat, welke feiten ook
worden aangevoerdeen officiëel bewijs bijna
nimmer te verkrijgen is.
Een feit op zichzelf zou echter nog niets
bewijzen. Doch lees de bladen maar eens
waarin tal van onderwijzers jjzich uitlaten
over de beginselen van opvoeding en on
derwijs, niet het minst over hunne supe
rieuren, de gemeenteraden en burgemeesters
en wethouders. Ziet men hoe onbeschaamd
zeer vele onderwijzers durven spreken over
hen, aan wie zij staatsrechtelijk ondergeschikt
zijn, dan moet men zeggen dat deze lieden
voorgaan in het verwekken van revolutie.
Het ware struisvogelpolitiek dat kwaad te
verbergen.
Tak. Maar gij houdt dan toch het
Christelijk onderwijs voor de steunpilaar
van orde en gezag.
Lohman. Ik meen geenszins dat het
Christelijk onderwijs op den voorgrond
moet treden. Er zullen wel altijd blijven
de meest verschillende richtingenmaar
juist daarom wensch' ik een geheel ander
schoolstelsel.
Pijnappel- Gij wilt den godsdienst
laten werken maar die wordt door velen
niet meer erkend en dan wat is waarheid
Lohman, Als geloovig Christen meen
ik dat God ons de waarheid heeft geopen
baard.
Pijnappel- Maar een Staatsgodsdienst
kan toch ook niet.
Lohman. De Staat kan zich niet met den
Godsdienst bemoeien, het is zoo. Maar
daaruit volgt niet dat nu niemand zich er
mede bemoeien moet, zoodra het geldt een
instelling van den Staat. De Staat kan het
niet, en toch moét het, dan moesten de
particulieren dejtaak overnemen, en ieder
in zijn richting. Wij mogen onze kinderen
niet toevertrouwen aar onderwijzers die
wij niet vertrouwen. Ik zeg dit niet met
het oog uitsluitend op die der openbare
schoolgaat men toch voort op den inge
slagen weg, dan zullen ook die van het bij
zonder onderwijs worden meegesleept in den
grooten stroom van verkeerde denkbeelden.
Wertheim. Gij legt een lak op de
openbare onderwijzers, waar ik ze in het
openbaar van wil zuiveren. Integendeel, zij
hebben recht op waardeering en op erken
ning van wat zij voor de ontwikkeling van
de jeugd doen. In naam van de eerlijkheid,
de trouw en de toewijding van de onder
wijzers protesteer ik tegen de wijze, waarop
zij door u besproken zijn.
Lohman. Ik geloof dat u de strek
king van mijn rede geheel hebt misverstaan.
Er is geen gedachte in mij geweest om
iets te zeggen tegen de openbare onderwij
zers enkel omdat zij behooren tot het open
baar onderwijs. Ik ken onder de openbare
onderwijzers zeer vele voortreffelijke man
nen. Maar daarover loopt de quaestie niet.
De vraag is alleen of wij door middel van
ons schooltoezicht en door de opleiding in
ons land, in staat zijn onze onderwijzers
zoo op te voeden als wij particulieren zulks
voor onze kinderen wenschen, en of wij
het in onze macht hebben die kinderen
aan verkeerde invloeden te onttrekken. En
op die vraag antwoord ikneen.
Tak. Gij hebt eerst de openbare on
derwijzers onrechtvaardig beschuldigd, en
nu zegt gij dat het door u bedoelde kwaad
evenzeer
Lohman. Neen, niet evenzeer.
Tak. Maar ook wordt aangetroffen
onder de bijzondere onderwijzers, ja onder
dezen zelfs zon kunnen toenemen. Met
genoegen hoorde ik deze verklaring. Nog
ééne opmerking, die u niet behoeft te
beantwoorden. Zijn de veranderingen die
gij bedoelt, te maken met of zonder wijzi
ging der wet Mackay In het eerste geval
is dit niet te rijmen met wat ge altijd
beweerd hebt dat de schoolwet de bevre
diging gebracht heeft.
De Toehoorder, (bij het naar huis
gaanin zichzelven) De heeren hebben van
het nieuwe denkbeeld, of liever van de
nieuwe uitwerking van Groens oude denk
beeld de vrije school regel, niet veel be
grepen. Vrije school beteekent bij hen
nog te veel Christelijke school. Zij zullen
de rede van den heer Lohman nog wel
eens mogen overlezen.
Het eert de groote liberale pers, voor
zoover zij de verdediging van Yan Deth op
zich nam, dat zij thans ook de voor Yan
Deth inderdaad verpletterende mededeelingen
joigstleden Zaterdag bij de behandeling der
zaak Neerbosch voor de Arnhemsche recht
bank door niemand minder dan den officier
van justitie jhr. Nakuijs gedaan en de ver
klaringen door ds. v. d. Scheer, den pleeg
vader van de jongejuffrouw Marie v. Deth,
voor diezelfde rechtbank afgelegd, in hare
kolommen |opnam
Misschien vinden wij later gelegenheid
er op terug te komen.
Thans melden wij alleen dat de verschil
lende beschuldigingen tegen Van 'tL. en de
zijnen ingebracht verzonnen of overdreven
waren dat Yan Deth zelf sommige namen
van enkele door anderen opgescharrelde ge
tuigen niet eens kende dat van de betich
tingen van beweerde onzedelijkheden zoo
goed als niets aan bleekdat Van Deth
over het „laatste bericht" omtrent zekeren
handel in blanke slavinnen verklaarde zijn
zegslieden niet te willen noemen en dat
dit alles en nog veel meer door
bovengenoemden officier van justitie
officiëel is uitgesproken.
Wat de eisch aangaat tegen den opzichter
Sies en de onderwijzers de Bruin, v. Geel
en Yan Houten, den schepper der Neer-
boschbeweging, bij dezen eisch liet de offi
cier duidelijk uitkomen dat er op Neer
bosch vaak onmenschelijke slagen zijn toe
gebracht al bestond daartoe ook vaak zeer
bijzondere aanleiding.
Medelijden met den wees mag ons voor
de ploertige karakters ook onder hen niet
blind doen zijn.
Toch weet de rechtbank mishandeling te
straffen, en waren Sies en v. Geel vol
komen in hun recht om streng te straffen,
hunne hardhandigheid is niet te verschoonen.
Toch lette men hierbij nog op het vol
gende: De jongeheer Van Deth had
ondanks het verbod tot driemaal toe
over een kalkput geloopen, weddende om
een boterham dat hij dit durfde. Hij zakte
er in en zijn pak was bedorven. Sies liet
hem vasthouden opdat hij door Van Deths
bewegingen niet in gevaar zou zijn hem
anders dan op de billen te raken. En wat
deed Van Deth! Hij schreeuwde luidkeels
en ging te bed liggen, niettegenstaande hij
tegen anderen verklaarde, toch niets gevoeld
te hebben. Hij beweerde wel 60 slagen ge
had te hebben, zijn eigen vrienden ver
klaarden dat het aantal hoogstens 20 be
droeg.
De jongejuffrouw Van Deth gaf eveneens
vaak reden tot toornen. Meermalen wendde
zij ongesteldheid voor.
De meester had haar met de vuist
later bleek met de hand om het hoofd
geslagen, zoodat zij drie dagen bewusteloos
is geweest. Uit verklaringen van andere
getuigen bleek dat ze dienzelfden dag weer
naar schoei was gegaan, en later wegens
voorgewende hoofdpijn naar de ziekenzaal
werd gebracht, waar zij bleek niets te
inankeeren.
Men ziet het ook deze kinderen hou
den van overdrijven. En het bedenkelijke
is dat - volgens verklaringen van ds. v.
ft. Scheer de heer van Deth, vóórdat
zijn dochtertje gerechtelijke verklaringen
kwam afleggen, haar even het geheugen
opfrischte met hetgeen zij zeggen moest.
Deze week heeft de heer Lohman, na ten
paleize door de Koningin-Regentes beëedigd
te zijn geworden, zijn intrede in de tweede
kamer gedaan; de Standaard beschrijft ze
aldus
Allereerst het weder optreden van den
heer De Savornin Lohman. Nadat zijn ge
loofsbrieven waren onderzocht en tot zijn
toelating was besloten, werd de Goesche
afgevaardigde door den griffier de vergader
zaal binnengeleid en door den Voorzitter
geluk gewenscht met zij A verkiezing. In
den voormiddag was de heer Lohman ten
paleize door de Koningin-Regentes beëedigd.
Na de gelukwenschen van den voorzitter
zocht hij zijn plaats, maar dit ging niet
zoo dadelijk. Van alLe zijden, van alle rich
tingen, werd hem de hand ter verwelkoming
toegestoken, niet het minst natuurlijk van
de anti-revolutionairen. De werkzaamheden
der Kamer, die al haar aandacht noodig
hadden, maakten een eind aan de welkomst
groeten, en de heer Lohman nam plaats
naast den heer Van Löben Seis, op den
zetel, vroeger door zijn hooggeëerd en voor
ganger, wijlen mr. Keuchenius, ingenomen.
g;De minister heeft de ontvangers der
personeele belasting gemachtigd ten op
zichte van kamerverhuursters, die uitslui
tend van kamers verhuren bestaan moeten,
in voorkomende gevallen van onvermogen
geheele of gedeeltelijke ontheffing voor te
stellen. Belanghebbenden moeten zich per
gezegeld adres (zegel 22Vs cent) tot den
minister wenden.
Niemand zal het misprijzen dat de minis
ter, luisterend naar de ingeving van zijn
goedmoedig oud-studentenhart, eene ver
lichting voor de confraters zijner oude huis
waardin op het oog heeft.
Maar waar zal hij zich bergen, wanneer
hij straks de duizenden verzuchtingen van
andere belastingplichtigen verneemt, die
even moeilijk, ja moeilijker soms nog dan
deze zoo hoog begunstigde vrouwen er bij
zitten, en voor wie geen aanvraag op zegel
is toegestaan
Velen zijn nu reeds zoo door de belastin
gen bezwaard dat er niets meer bij kan,
en nu komt straks nog de bedrijfsbelasting
zich bij het onverminderde personeel
voegen.
t Schijnt waar wat dezer dagen beweerd
werd, dat minister Pierson leeft van halve
maatregelen.
Alle voorgestelde wijzigingen op de kies
wet zijn vervallen; doch reeds werd een
nieuwe reeks wijzigingen ingediend.
De voornaamste zijn deze
Levy wil als kiezer toelaten die, evenmin
als zijn vrouw en minderjarige kinderen,
gedurende de drie laatste jaren geen onder
stand heeft genoten van wien ook. Leeftijd
25 jaar.
Van Kerkwijk stelt den leeftijd voor een
kiezer vereischt, op 28 jaar.
Land wil het kiesrecht ontzeggen ook
aan gestraften met het verbod om in mili
tairen dienst te treden of törug te keeren.
Leerzaam is het volgende staatje, in
ronde cijfers van het bedrag, in miljoenen
francs der sta tssckuld van de verschillende
staten van Europa.
Erankrjjk 30, Rusland en Engeland 17,
Oostenrijk 15Vs>, Duitscliland lBVs, Italië
12Vs, Spanje 6, Portugal 3, Turkije, Bel
gië en Nederland 2% Roemenië 1, Grie
kenland 3A, Zweden, Servië, Bulgarije en
Denemarken V4 miljoen francs. Verder nog
Noorwegen 161, Finland 77, Zwitserland
53 en Luxemburg 16 duizend francs. Mon
tenegro (een staat met 200 duizend in
woners) is de eegige die geen schuld heeft.
Gemiddeld hebben de gezamenlijke sta
ten van Europa 351 francs per inwoner.
Het totaal bedrag is 126 miljarden dat is
126.000.000.000 francs.
Boven het gemiddelde van 351 francs,
ziet men
Frankrijk met 798 francs per inwoner.
Portugal 694
Nederland 526
Engeland 447
Italië 410
Belgie 377
Oostenrijk-
Hongarije 372
O is dus de 3e in de rjj.
Voorstanders van land-nationalisatie be
roepen zich o. a. op de handelwijze van
Jozef in Egypte zie Genesis 47 20.
Voor eenige jaren heeft een theologisch
professor, dr. v. Manen uit Leiden, Jozef
„de echte type van den oud-testamentisehen
bloedzuiger" genoemd.
Ziedaar twee voorstellingen, de een al
onbillijker dan de andereen waartegen