delburg.
••9
NIEU WSBLAD
VOOR ZEELAND.
Menfatj 2 looemÖM.
Icfifsfe ïaatpng.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
l&Co.,
Eerste Blad.
1898. lo. 27.
Maldeghem,
DEN-VLAKE.
ssen enz.
3 Havendienst,
ramdienst
ootdienst
ndienst.
VERSCHIJNT
G. M. KLEMKERK, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
De stem van het geweten
Niet voor de ganzen ge
brouwen.
B.
as Cadeaux.
300TDIENST
ilburg en Zierikzee.
ïrikzee Spoorweg Goes,
'amsche tijd.)
v.Deo.
id.
30
30
Van
Dond
Vi jjd.
Zat.
Zond.
Maan.
Dinsd.
Woen.
Dond.
Vrijd.
Zat
Zond.
Maan.
Dinsd.
Woens.
Zierikzee
'smorg. 'smid.
30 6,30
1 7.50
2 7,50
3 7,50
4 7,50
5 7,50
6 7,50
7 6,30
8 7,50
9 7,50
10 7,50
11 7,50
12 7,50
13 7,50
2,~
1,30
1,30
1,30
1,30
1,3«
2,-
1,30
1,30
1,30
1,30
1,30
OOTDIENS1
)DELB.-ROTÏERDAM,
5ns stadsklokken.)
gember.
mderd Zondags, v. Vliss.
30, v. Rotterdam 8,15 u,
derdag 21, Maandag 25,
lenst.
voorm. 5.50 6.10 6.40
8.50 via keersluis 9.20
O 11 11.20 en 11.50.
nam; 1 spoor. 1.201.40
spoor 3.40 4 4.20 5
or 6.10 6.30 7.20 7.50
lis: voorm. 6 6.30 6.50
9.50 10.10 10.3010.50
lis: nam. 1.10 1.301.50
0 3.30 3.50 4.10 4.30
0 6.40 7.30 8 en 8.40
Greenwich.)
Draaibrug 6,23, 8,28,
7,13.
naar Maldeghem 5.31,
2,35, 5,20, 8,26.
naar Draaibrug7,45
6,35.
naar Breskens6,50,
-,28, 7,40.
sluis: 5,31, 6.09, 7,43,
2,32, 5,25, 7,40, 8,24,
ibr.5.51, 6.29, 8.15.
01, 7.20, 8.3, 8.43.
1,5,10,13, 2,58, 6.55,
uis: 6,12.28,5,8.
JSDIENST
SCHE VEER—GOES,
zondering van Dinsdag,
j-, 1.5-j- en 5.uur,
on) 8.21+, 2,54+, (Slot
Dinsdags vertrek Veer
Goes (Slot Oostende
geen dienst.
tijd.
20 min. na kloktijd.)
DA GELIJKS.
I. 4;50, 8.50, nam. 12.5"
middellijk na aankomst
lerenden trein van vim
7 en 5.14 u.
i.7,11,1.55 en 8.5 u.
ïiddellijk na aankom'
2,50, nm 3 25 en 6.15"
EN-OP ZOOM-THOLE^
naar Tholen,
05+, 5.30, 7.40+.
Bergen-op-Zoutn 0.
.50+, 6.15, 8 30+.
en-op-Zoom n. Halster
ren naar Tholen 15119
ltijd.
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,025.
UITGAVE VAN
en
van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Dit nummer bestaat uit twee bladen.
Van een onzer vrienden, die mr. Keuche-
nius bezocht, ontving De Vooruitgang het
volgende bericht
„De mededeeling, onlangs in diverse bla
den, dat Mr. Keuchenius thans veelal het
bed houdt, is geheel onjuist. De lijder staat
niet alleen op, maar begeeft zich geregeld
naar beneden in den huiselijken kring.
Het lijden zelf behoort tot het allerzwaarst e
wat den mensch kan worden opgelegd, zoowel
des daags als des nachts. Steeds pijnen van
den hevigsten aard; alles wat met de keel, den
mond, Jen neus in verband staat, doet pijn.
Pijn doet elk woord, dat hjj spreekt; pijn elke
teug lafenis, die hij neemt; pijn elke ademha
ling. Daarbij uitstralende pijn in de hersenen.
Toch moet de allereerste klacht hem nog over
de lippen komen; slechts aan de trekkingen
der gelaatsspieren kan men nagaan hoe
zwaar hij lijdt.
„Ik bid niet", zoo waren zijne woorden,
„dat mij het lijden ontnomen worde, maar
alleen dat het geheiligd worde aan mijn ziel
en strekken moge tot verheerlijking van
'sHeeren heiligen naam". Welnu dat gebed
wordt rijkelijk verhoord. De zielskracht, die
er van den lijder uitstraalt, is buitengewoon.
Hü sterft gelijk hij heeft geleefd, een strijder
tot den einde, een christen-martelaar.
„Ik kan niet genoeg danken, dat ik door
zooveel liefde omringd word," zeide hij. Diep
aandoenlijk voor de zijnen.-
Zijn zoon, geneesheer te Scheveningen, is
met zjme ongehuwde dochter dag en nacht
bü hem."
Een waarschuwing niet voor rookers'
maar voor ouders die bun kinderen van
vier jaar oud en daarboven reeds vergunnen
FEUILLETON.
De korporaal van mijne sectie, zoo ver
haalt een oud-milicien, was een zeer licht
zinnig man die voor niemand onder deed
in vloeken en drinken. Tegenover mij,die
ah een fijne bekend stond, gedroeg hij zich
allerzonderlingst. Dikwijls zette hjj anderen
aan om mjj te plagen en te be-potten en
daarin was hjj onuitputtelijk. Hjj scheen
den bijbel bijna van buiten te kennen,
want juist dezen gebruikte hjj om zjjn spot
ternij zoo scherp en bitter mogelijk te
maken.
Tegenover deze spotternij stond en
dit was juist het zondei linge dat wanneer
mij volgens zijne meening onrecht werd
aangedaan, hij terstond voor mij in de bres
sprung en er steeds voor waakte, dal ik
niet werd mishandeld.
Vreemder gedroeg hij zich nog als hij
s avonds laat ot midden in den nacht
beschonken thuis kwam.
Gewoonlijk maakte ik 's avonds het bed
voor hem op, maar als hjj dronken was
zou hij er nooit gebruik van maken. Dan
ging hij eerst op den rand van zijn bed
zitten en hield de volgende alleenspraak
«Al weer dronken hé Dat is nu al de
honderd en zooveelste maal dat je dronken
bentLeelijke kerelbjj dit verwijt sloeg
hy zich meestal met kracht voor het
voorhoofd. Wat moet er van je terecht
komen l Je hadt een nette burgerjongen
kunnen zjjn, die je broers, zustersen ouders
gelukkig had kunnen maken als oudste
It" ia- tr.oeP was ^et je plicht geweest,
nul die je ben!» weer een vuistslag,
e moest in dienst en je zoudt in dienst.
a wel. nu ben je in dienstis't nou goed?
u kan je zuipen en liederlijk worden hé I
irm^t v,6 0u^ers waren je te vroom hé! Je
aeit i 'even genieten- Nou 'tis een
drot k Hen eersten traktementsavond
van I60 Va° ie e'gen centen, den tweeden
den ^.centen van je kameraads, den der
end0 ^d,J0ro<'e jenever en de twee
e avonden ziek van verveling tn
sigaartjes te rooken, is het volgende:
Wel i een verderielijken invloed het roo
ken op het organisme kan uitoefenen, blijkt
uit de cijIers, door een Amerikaanschen arts
saamgesteld, volgens welke van al de krank
zinnigen te Chicago N.-A.) 8 pCt. dat ge"
worden zijn door het rooken van sigaretten-
In New-York, moet eveneens in Noord-
Amerika, het percentage nog grooter zijn.
De zaak is des te gewichtiger, daar volgens
het getuigenis van de geneesheeren in
krankzinnigengestichten die patiënten, die
door het onophoudelijk en overdreven rooken
van sigaretten zelf de oorzaak van hun
geestelijken ondergang waren, bijna zonder
uitzondering tot de onge leeslijien behooren.
De medische [geneeskundige] wetenschap
zegt een der beroemdste krankzinnigen
artsen is niet in staat deze ongelukkige
lieden, die dikwijls reeds in vroege jaren in
het gesticht komen, te helpen. Ze hebben
hun geest gedood en ofschoon hun lichaam
bij goede verpleging voortleeft kan de
bekwaamste arts toch bun geest geen nieuw
leven inblazen. Hem is geen geval bekend
dat een door het rooken van sigaretten
waanzinnig gewordene genezen is. Deze
ongelukkigen zijn het moeilijkst te behandelen.
Colorado.
De Standaard schrijft
Het bericht uit Zeeland, dat we gisteren
over Colorado opnamen lost ons een raad
sel op.
Ook na het désastre in Crook, meenden
we aan zeker succes in Rilland te mogen
gelooven, omdat onze Kolonisten, die er zijn,
en er eerrigen lijd vertoefden, zóó goede hope
koesterden, dat ze zelfs tot het oprichten van
een Kolonisatievereeniging waren overgegaan,
en doorhun plannen over kerk- en schoolbouw
toonden goede verwachting te hebben.
Thans echter blijkt, dat deze Vereeniging
zelfverwijt. En zoo ga je voort tot de zes
jaren om zijn, je je ongeschikt acht voor
den burgerstand en er maar weer zes bij
lapt, «knul die je bentweer een
vuistslag zoo wordt je eindelijk eenoude
sukkel die voor alles ongeschikt is. Op zijn
mooist krijg je ten slotte een draaiorgel of
kijkkast voor je lijf om daarmee den boer
op te gaan en sterf je ergens in een hooimijt
of slaapstee, «knul van een kerel, zeg ik
je» weer een vuistslag «sterven in
een hooimijt of slaapstee, vergeten door elk,
bah I wat een vooruitzichten dan Weg,
weg! duivel! wat heb je mij daar nu aan
te herinneren Weg zeg ik je I Houd je
klauwen van mij afJe hebt nog geen
recht op mij! Blijldaarl blijf, blijf!»
Daar scheen het den ongelukkige te bang
te worden en strompelde hij naar mijn krib.
«Piet 1 Piet! word toch wakker! Gauw,
gauw!'' Met dezen uitroep schudde hjj mij
net zoo lang, tot ik mij niet langer slapende
kon houden en wel moest vragen, wat hjj
wenschte. «O, ik ga verloren! ik ga ver
loren was dan meestal zijn eerste kreet.
«Zeg mjj toch, wat moet ik doen om zalig
te worden
«U bent dronken, korporaal, doe mij mor
gen liever die vraag, als je weer nuchter
bent."
«Morgen morgen kan het te laat zjjn.
Heden, terwijl gij mjjne stem hoort, zoo
verhardt uw harte niet, zegt de Schrift.
Spreek nu met mij over mijn eeuwig heil,
want, misschien sla ik van nacht nog de
oogen op in de hel en dan was het te laat.»
«Korporaal, wees nu kalm; ik mag niet
over die heilige dingen spreken met iemand
die dronken is, dat weet gij wel.»
«O ja, ik weet alles 1 Och, dat ik maar
niets wist! Wat zal voor mij het oordeel
zwaar zijn
«Ik hoop korporaal, dat gij morgen nog
zoo spreekt en denkt, dat is het begin om
aan het oordeel te ontkomen.»
«O, ik rampzalige!» weer een slag voor
het hoofd «wat zal er van mjj terecht
komen!»
«Ik zal er morgen graag met u over
is opgericht vóór de resultaten van den
eersten oogst bekend waren geworden, en dat
juist deze zulk een teleurstelling berokkenden.
Hieruit behoeft nu volstrekt niet te worden
afgeleid, dat er bjj deze Kolonisten eenige
kwade trouw bestond, die schoone voorspie
gelingen gaf, om maar meer Kolonisten te
lokken.
Immers men mag niet vergeten, dat
Colorado een hoogland is, zoo hoog als de
Eogadin, en dat er in dit Amerikaanscbe
hoogland climalische en almospherische
toestanden bestaan, die geheel van de onze
verschillen.
Het is dus zeer begrijpelijk, dat deze
Kolonisten, volkomer te goe 1er trouw, de
toekomst schoon inzagen, eri dat toch de
uitkomst hen heeft teleurgesteld.
Maar hoe dit ook zij, het plotseling vertrek
van den heer Heniy toont genoegzaam, dat
op dit oogenbük alle onderhandeling over deze
zaak is afgebroken, en dat men zal moeten
afwachten, of de Kolonisten in Rilland nader
van zich hooren laten.
Dit is nu voor wie emigreeren wilde wel
hard; maar toch is het beter, dat noen bij
tijds uog gewaarschuwd werd, dan dat men
misschien zijn ongeluk in den mond liep.
Tot zoover De Standaard.
Wij wenscucn hieraan het volgende toe
te voegen.
Van kwade trouw is bij deze brave
emigranten zoo weinig sprake, dat zij zeiven
de eer.-ten zijn geweest om te verzoeken
de emigratie naar Rilland bepaald af te
raden.
Hunne verwachtingen waren eerst zoo
hoog gespannen geweest, dewijl zij zoo op
het eerste gezicht niet vooruit konden weten
dat onder de schoonschijnende vruchten te
velde zooveel looze vruchten voorkwamen.
Tot die ontdekking kwamen zij natuurlijk
eerst toen de dorschmachine gesproken had.
Doch niet zoodra zagen zij dan ook dit
spreken, dat weet gij ga nu maar naar
uw bed en slaap uw roes uit. Wil ik u de
laarzen uittrekken
«Nee Piet Ik ben niet waard, dat ik
op eea bed slaap; ik ga hier in jou straatje
liggen, met niiju hoold op een van je
klompen; als ik dan van nacht in de je
never stik, danjsterf ik toch aan de zijde van
een Kocksiaan (§i net als vaderen moeder zijn;
dat zou die arme menschen nog goed doen
Zoo voortp atend ging hij eindelijk in
mijn «straatje» liggen, met het hoofd op
een van mijne klompen, en weldra kon
men aan zijn luid geronk hooren, dat hij
alles weer vergeten was en de sterkedrank
zich, in een te sterken slaap, voortging op
zijn offer te wreken.
Immer was hjj des anderen daags weer
de oude klant van voorheen en wanneer
ik hem herinnerde aan hetgeen er in den
nacht door hem gezegd was, dan trok hij
de schouders op en zeide: «Och, dat was
een dronkënmanspraaije.»
Ik hield het echter altijd voor de stem
van het geweten.
Jan kwam, pas dertien jaar, in 't werkbij
eenen fitter,
En nam toen op dit feit zjjn eerste glaa-je
bitter,
ln 1836 kwam de Scheiding op kerkelijk
gebied. De afgescheidenen heetten Cocksi-
anen, naar den eersten afgescheiden dominó
in het noorden, wjjlen Hendrik de Cock of
Scholtiunen naar Scholte, wiens invloed
vooral langs Maas en Rijn groot was; of
gelijk in Zeeland - knikkers waarschijn
lijk op grond van de door de vijanden in de
samenkomsten der eerste afgescheidenen
waargenomen gewoonte van vele hoorders
om dcoreen licht hoofdknikken instemming
te toonen met enkele passages in de preek.
Niet te verwonderen is 't dat naarmate
de partijnaam Scholtiaan ook "tot Zee
land doordrong, de spraakmaker,de menigte
den naam „knikkers" in „knikkerianen-
veranderde.
bedroevende resultaat ot de leiders haastten
zich brieven n lar Nederland te zenden met
het verzoek hun plan niet te steunen; en
met de mededeeling dat zij genoodzaakt waren
alle verband met den heer Henry te ver
breken en te trachten zoo spoedig mogdjjk
de kolonie te verlaten.
Ook kwamen de kolonisatie-vereeni-
ging zulke slechte berichten ter oore
omtrent v. Angelbeek dat zij, ook zonder de
bovengenoemde teleurstelling, er ernstig aan
zon gedacht hebben, dezen heer ijit hunne
gemeenschap te weren.
De secretaris van meergenoemde Colorado-
vereeniging schrijft ons dat aide emigranten
thans onder schuld gebukt gaan.
Die niets hadden, zijn geholpen en die nog
kapitaal bezaten, hebben dit veiloren doch
schuld hebben zij allenen er is geen
mogelijkheid in de eerstejaren deze te boven
te komen.
Het is een zeer bittere niet in te denken
toestand.
De Ermeloosche Zendingsbode plaatste
een afschrift van het navolgende adres aan
den minister van koloniën dezer dagen ter
hand gesteld:
Geven met verschuldigden eerbied te
kennen de ondergeleekenden, ten dezen
vertegenwoordigende verschillende ZenJings-
Genoot«chappen en Vereenigingen, met de
Zending in verban! staande,
dat zij overtuigd zijn dat het welslagen
der Evangelische Zending in het algemeen
(eene voorwaarde voor den bloei onzer O ist
Indische bezittingen, ook op maatschappelijk
en staatkundig gebied; alsmede de overgan
gen tot het Christendom in hel bijzonder
worden belemmerd door verschillende bepa
lingen van in Nederlandsch Oost-Indië
geldende algemeene verordeningen, waarop
meermalen in geschrifte, laatstelijk op de 7de
Des avonds kwam hij thuis, en moeder zag
het wel,
Zijn gang was lang niet vast al liep hjj
nog zoo snel.
«Och jongen, mocht dit kwaad, je nog in
tijds berouwen»
Zei moeder. «Kom 1» zei Jan, a't werd voor
geen gans gebrouwen
Jan trad in dienst van 't land, en kwam
eens dronken bir.nen,
Korpraal Kardoes zei: «Jan, je bent niet
bij je zinnen,
Wees kalmpjes maat en giet toch later
niet zooveel
Als ik je raden mag jenever door je keel
Want anders krijg je nooit de slreepen op
je mouwen».
«De drank», dus bromde Jan, «werd voor
geen gans gebrouwen
Jan trouwde, en toen de week ten einde
was geloopen,
Ging hij bjj kromme Hein een extra
glaasje koopen.
Zijn vrouw zei: «Dut's niet lief, dat moest
je niet meer doen.
Je krjjgt voor ditmaal niet als anders wel
een zoen.
Je moest je schamen man! wat deed je
mij te trouwen»?
«Och», bromde Jan, «de drank werd voor
geen gans gebrouwen».
Jan kreeg eene erfeins, en liep nu alle dagen,
Een aantal kroegen af, zijn arme vrouw
kreeg slagen.
Hjj werd van dag tot dag al meer en meer
berucht,
En spreidde om zich heen een vieze kroe-
genlucht,
En als hem menigmaal de straatjeugd uit
ging jouwen,
Dan schreeuwde hij: «de drank werd voor
geen gans gebrouwen.»
Jan ging met drinken voort en werd een
slaaf van 't kwade.
Hij was zijn kroost een beul een Aero
voor zijn gade.
Waar hij niet koopen kon, daar nam hij
Nederlandsche Zendingsconferentie,gehouden
te Amsterdam op 17 October 1893, is
gewezen
dat zjj met ingenomenheid hebben gezien
hoe de aandacht der Regeering reeds is
gevestigd op verbetering van den rechtstoe
stand der inlandsche Chriuenen
dat zij echter met bezorgdheid de vorde
ringen gadeslaan, die de Islam, door de
bestaande verordeningen nimmer belemmerd,
in Nederlandsch Oost-Indië maakt
redenen, waarom zij zich tut Uwe Excel
lentie wenden met het eerbiedig verzc ek dat
het onderzoek naar de bestaande bezwaren
en de overweging van de middelen om daarin
te voorzien zoo volledig mogelijk geschieden
en met bestaanbaren spoed door Uwe Excel
lentie aan de Kroon voorstellen mogen worden
gedaan, opdat de belemmering tegen de
uitbreiding van het Christendom worden
weggenomen.
't Welk doende, enz.
Hier volgen de onderteekeningen der
vertegenwoordigers van de volgende genoot-
scha| pen
het Centraal-Comilé voor het Seminarie te
Depok, de Nederlandsche Hulpvereeniging
voor de Rijnsche Zending,
de vereeniging «Christelijk Nationaal Zen-
dingsfeest.
de Utrechtsche Zendingsvereeniging,
het Nederlandseh Zendelinggenootschap,
de Ermeloosche Zendingsgemeentf,
de Nederlandsche Zendingsvereeniging,
de Doopsgezinde Vereeniging tot bevordering
der Evangelieverbreiding in de Nederlandsche
Overzeesehe Bezittingen,
het Nederlandsche Bijbelgenootschap,
het Nederlandsch Luthersch Genootschap
voor In- en Uitwendige Zending,
het Java-Comité,
Utrecht, 16 November 1893.
drank op schuld,
En liep van kroeg naar kroeg in lompeu
sleeds gehuld.
Met walging kon men slechts den drinke
broer aanschouwen
Wanneer hij zong«de drank werd voor
geen gans gebrouwen.»
Eens zwommen 's morgens vroeg een tweetal
domme ganzen,
De grachten op en neer en zochten iets
te schransen.
Zij vonden toen een lijk het was het
lijk van Jan
In zijn verstijfde hand zat een jeneverkan.
De ganzen kakelden en zwommen er van
daan,
En iemand, die de taal der ganzen kon
verstaan,
Dacht, dat de eene zei: «Ik ben een
domme gans,
Maar toch verdient voorwaar mjjn wjjsheid
nog een krans,
Omdat ik in den drank mijn snavel nimmer
stak,
Gelijk de mensch.» En dat de and're sprak
Wanneer ik handen had, ik zou ze dank
baar vouwen,
Omdat' de drank niet voor de ganzen werd
gebrouwen.
Overgenomen uit D e Nederland-
sche Krijgsman;een maandblad alles
zins der lezing overwaard; en d it den steun
verdient in de eerste plaats van alle oud
miliciens die de aangename herinnering
bewaren aan den zegen in een Christelijk
Militair Tehuis genoten.
Het Militair Tehuis.
Lezer, doet gjj aan dezelve wat gjj verplicht
zjjt te doen?
Zoo niet, leg dan uwe St. Nicolaasgave
nog liever uwe Kerstgave weg voor het
Tehuis datu eens herbergde, dat thans uwe
zonen ontvangt of in de toekomst voor uwe
betrekkingen tot zegen zul kunnen zjjn.
Een tehuis voor onze militairen. Een blad
voor onze militairen. Een bijbellezing voor
onze militairen, geljjkdievan Sergeant Model
in het Novembernommer van „DeKrijgsman"
zjj zjjn niet genoeg te waardeeren.
Red. Zeeuw.