Gemengde Berichten.
een bedelaar en daklooZe geworden.
De zendeling zeide hem, dat God alleen
hem na zoo diepen val kon oprichten, doch
hij moest zjjn zonde verlaten, zijn pijp
wegwerpen, zindelijk worden en door vlijtig
arbeiden zjjn brood gaan verdienen. Zonder
dit kon hij niet gelooven, dat hem zijne
begeerte ernst was.
Zoo ging hij heen, doch keerde, even vuil
nog, een paar dagen later weer, om werk te
vragen. Doch de invloed van 't opium had
zich reeds zóó op hem doen gelden, dat hjj
tot zwaren arbeid volkomen ongeschikt
geworden was. Doch was zjin begeeite
hem ernst, zoo moest hij geholpen worden.
Doch te Tanggeran was hij te zeer aan de
verleiding blootgesteld. Hij zou dus een maand
naar een ouderling te Tanah-Tinggi gaan. Deze
zou hem licht werk opdragen. Hij beloolde,
daar te zullen bljjven doch was een paai'
dagen na zjjn vei trek reeds weggeloopen.
Hij kon 't zonder opium niet uithouden.
Toch bezoekt hij sedert nog trouw de kerk.
Doch, ofschoon l ij schijnt zich los te willen
rukken, uit de duivelsclie omklemming van
den zielenmoorder, de kracht daartoe heeft
hem begeven.
Te Tanah-Tinggi waren twee dochters
van een opiumschuiver, die tot de Gemeente
behoorden. Zij verzochten T. voor en met
hun vader te bidden. Hij deed het, doch
zonder vrucht. De man werd oud en arm.
Doch had hij geen geld opium kon hjj
niet missen. De pachter gal 't hem nu voor
niemendal, mits hy anderen tot schuiven
verlokte. Zijn huis werd een verboden kit,
Dit werd ontdekt. Hy kwam in de gevan
genis. Doch zijn gestel was zóo op het ge
bruik van opium gezet geraakt, dat hij het
hier--- waar hem natuurlijk geen verschaft
werd niet lang kon uithouden. Hij stierf
Te Tanah Tinggi is eene inlandsche vrouw,
die, vroeger gezond en krachtig, indertyd
tot de gemeente toetrad Later raakte zjj
te Batavia aan het schuiven. Dtch na
overlyden van haar man, had zjj geen geld
meer en werd zoo van het opiumgebruik
genezen. Thans is zij te Tanah Tinggi terug
een veertigjarige, maar oud en afgeleefd.
Zij wenscht nu wederom in de Gemeente
opgenomen te worden en dit zal geschieden,
zoo zij hare zonde belijdt en laat.
Nog een laatste voorbeeld van dezen
kanker van Java uit den kring, waarin
Tiemersma arbeidt. «Zoo gij hier op Tang
geran woondet, zou hij de opium schuiver
u dadelijk in het oog vallen. Gij zoudt
hein dan langs de huizen zien venten, nu
eens met een paar kippen, dan weer met
wat visch of groenten, door hem op de
markt afgebedeld of ter verkoop gekregen,
welke waar hij nu met eene verwonderlijke
gejaagdheid aan den man wil brengen.
Houdt hem niet tegen, en knoopt geen
gesprek met hem aan, want voor dat alles
heeft hy geen tyd. Gedreven door de
onleschbare begeerte naar opium, wil hij
zyn waar zoo spoedig mogelijk in klinkende
munt zien omgezet, ten einde daarmede
naar de opiumkit te gaan.»
Nog verhaalt Van der Brug te Indramajoe
van een Chinees, die, vroeger den Christenen
zeer genegen, beloofde zich op zijn 55steu
jaardag te zullen laten doopen. Doch een
paar maanden voor dien dag kreeg hij een
aanval van beroerte, die hem verlamde.
Sedert was hij van het Christendom afkee-
rig. Zijn vrouw raadde hem opium te
gebruiken, ten einde toch iets van zijn
rijkdom te genieten. Hij volgde dien heil-
loozen raad eo besteedde voortaan f 150
pat' maand aan opium, die hy weldra ver-
wenscbte, doch niet verlaten kon. Bracht
de zendeling hem de boodschap des iredes,
zoo antwoordde hij ten slotte«ik heb die
zaligheid verworpen, voor mij is geen redding
meer.» In April dezes jaars overleed hy
helaas, als een Heiden 1
b. Enkele losse berichten.
Te Indramajoe breidt de Gemeente zich
langzamerhand uit. Br. Dijkstra mocht
ten vorigen jare, bij gelegenheid der Confe
rentie te Batavia een Chineesehen jongeling
doopen, die na lang en bang aarzelen, den
weg des levens gekozen had en onder wiens
bloedverw uiten meer ijverige Christenen zijn
14 October a. s. hopen de Brs. Ant. A.
Pennings en B. M. Alkeina hunne reis naar
Java te aanvaarden. Zooals reeds vroeger
gemeld werd, is de eerste voor Bantam, de
tweede voor de Preanger bestemd. God
zy met hen -j-
3. Utrechtsche Zendingsvereeniging.
3 Augustus jl. overleed de oud-director
dezer Vereeniging, de heer A. A. Looijen'
te 's Hage, aldaar in den ouderdom van 63
jaren. Van 1873—89 stond hij aan 't hoofd
en behartigde met ijver de belangen der
Zending en der Zendelingen, door Utrecht
uitgezonden.
Br. Van Hasselt hervatte den arbeid te
Mansinam, die tjjdens zyn afwezen door
Jens was geleid. De post van dezen laatsten
is niet gemakkelijk. De bevolking werkt
tegen en gaat een nieuw afgodsliuis bouwen.
De helper moest wegens wangedrag ontslagen
worden. Een jongeling van 23 jaren, die
veel beloof Ie voor de toekomst en toonde des
eeuwigen levens deelachtig te zyn, werd
plotseling weggenomen.
Een plot«eling sterfgeval schryven de
Papoea's aan booze geesten toe. Een zon
derlinge ontmoeting in verband met dat
bijgeloof had Jens kort na 't verscheiden
van Woelders. 's Zaterdagsmorgens gaat
hij geregeld langs het strand naar de naburige
kampongs, om de bewoners uit te noodigen
den volgenden dag ter kerke te komen.
Destjjib deed hij dit ook. Hij was al een
eindje op weg, zonder dat hem nog iemand
gevolgd was. Anders gebeuit dit zelden.
Gewoonlijk loopen hem een paar Papoea's
na, om hein voor booze geesten te beschutten
want deze doen alleen Uen eenzamen
wandelaar leed. Doch opeens riep hem e< n
eer-te voorstander van 't heidendom, die
aan 't •-trand woonde toe«Toewan, waarheen
zoo alleen wees toch voorzichtig denk aan
toewuu Andai (Woelders;; hij is zoo spoedig
gestorven: ik denk dat een booze geest van
de Arfakkers hem gelooi heelt- ik zal u
een paar van mijn jongeys meegeven.»
«Waar zjjt ge zoolang geweest, Moeda?»
vroeg hem Jens. «Och, ik beo op Amberbaki
geweest om vogels te zoeken toen ik
hoorde, dat toewan Andai overleden was
o, toen heb ik gebuild 2 dagen en 2 naclilei
weet, ik iu I hem lief, want, als ik op
Andai kwam, gal bij mij gamhier en koper
draad, soms wel een kokosnoot.» .lens
vroeg hem of, «Toewan Anaai» hem ook
wel eens over God en over den Heiland
gesproken had.
«Ja, ik denk het wel, was Moeda's weder
woord, maar i'; weet 't toch niet, maar
gam bier en koperdraad, dat kreeg ik van
hem, evenals van u.»
«Ja, j i, Moeda, sprak Jens we Ier, daarom
alleen is liet ulieden te doen ik denk, dat
het je niets kon schelen, al stierf ik ook,
als gij maar gambier en koperdraad hebt.»
«Toewan, zeg dat niet, als gij stierft, zou
ik huilen, tot ik niet meer kon, tot ik zelf
ook dood was daarom ga nu niet alleen,
ik zal een paar menschen medegeven.
«Niet noodig, Moeda, mij zal geen kwaad
weervaren; ik ga hun boo Ischappen, dat
bet morgen Zondag is, en hen u.tnoodigen
het Woord Gods en van den Heere Jezus
te hooren. Die in Hem gelooft en op Hem
vertrouwt, geen booze geest kan hem deren.»
«Ja, ja, toewan, het is zoo, ik zal morgen
in de kerk komen
Nauwlijks, 100 schreden voortgegaan,
kwamen Jens twee mannen achterop uit
Moeda's familie, die hem heen en terug
vergezelden, doch naar zij zeiden, niet door
Moeda gezonden waren. Moeda kwam den
volgenden dag ter kerk. Doch «gamhier
en koperdraad» trekken den Nieuw Guinees
meer aan dan de geesteljjke schatten des
Evangelie's. Steeds bedacht voor de spook
beelden zijner fantasie leidt hij een leven
van angst en kommer zonder vrede,
zonder hope zonder God. Hoe lang nog?
Aan heksen gelooft de Papoea natuurlijk
van heeler harte. Koinen er in een huis
bv. een paar sterfgevallen kort na elkaar
voor, zoo is een der bewoners, in den regel
eene slavin, de schuldige. Zij wordt; aan
de loodproef onderworpen, d. i. haar wordt
gesmolten lood op de min of meet bedekte
handen gegoten. Heeft zij nu brandwonden,
zoo is zij eene heks en moet sterven. Zulks
geschiedt dan wel in het verborgen, zoodat
de zendelingen het eerst later vernemen,
maar niettemin viij dikwijls Doch soms zijn
de eigenaars der g> waande heks minder van
eene voor ben schadeljjkc executie gediend
en nemen het voor haar op. In een dezer
gevallen werd Jens als scheidsrechter geno
men. Vijf vrouwen brachten de slavin, die
reeds het «vuurordel» ondergaan had en twee
brandblaren op de hand bad, bij hem inet de
v.iaag «Toewan, kijkt u eens, of deze een
heks is?» «Heksen, wat zijn dat?» vroeg
Jens, zulke dingen ken ik niet.» Hierop
volgde eene uitvoerige verklaring. «Nu,
sprak de zendeling, laat de vrouw hier en
laat de menschen, die haar dood ei«chen,
haar hier komen halen.» «Dus toewan is
niet bang voor haar Wel neen» «Nu
dan kan zij in mijn buis blijven, en ik zal
aan de menschen zeggen, dat u baar gezien
heeft, en zegt, dat zij geen heks is» sprak
hare eigenares. Sedert was zij veilig en
zocht niemand haar dood maar het geloof
aan heksen is daarmee niet verdwenen. -J-
Jodenver volging.
Aan de «Hope Israëls» ontleenen wij de
volgende berichten
Vreeselijk moet tegenwoordig de onder
drukking der Russische Joden zijn.'t Schijnt
dat men in 't Rijk van den Czaar niets
minder bedoelt dan de volslagen uitroeiing
van't nakroost Israëls. Wanneer zal Rusland
toch eens begrijpen dat 't door de vei volging
van de Israëlieten slechts zijn eigen graf
graaft? De volken zijn thans den Joden ter
tuchtroede doch wee hunner als zij in hunne
tucht geen barmhartigheid kennen. Dit was
eens de zonde van Babel, waarvoor *t boette
toen 't bukken moest onder Kore-j' zwaard.
En nog is Israel ook 't vleescheljjk Israel
een zaad der belofte.
In Perzië worden de Joden straffeloos van
het hunne beroofd. Te Hamadan staan zij
onder de volgende laffe wetten 1. De Joden
mogen in regen of sneeuw niet op straat
gaan. 2 De Joodsche vrouw mo)t ongesluierd
gaan (in liet O. een schande 3. De mannen
moeten gekleed gaan in blauw katoen. 4.
Zij moeten een roode lap op de borst dragen.
5. Een Jo;d mag, achter een muzelman
aantredende, dezen niet voorbijgaan. 6. Hij
mag niet luide tot een muzelman spreken.
7. Heeft hij iets van een muzelman te vorderen
zoo spreke hij hem bevende en onderdanig
aan. 8. Beleedigt hem een muzelman, hij
buige zwijgend het hoofd. 9. De Joden mogen
geen vleesch vervoeren, dan bedekt. 10.
Hunne huizen mogen niet hooger zijn dan
die hunner naburen 11. Hunne muren mogen
niet gewit zijn. 12. Zij mogen hun baard
niet knippen. 13 Een joodsch dokt rmagne
te paard rijden. 14. Een joodsch huwelyk
moet in het geheim voltrokken worden. 15
Een Jood mag geen goede vruchten eten.
't Volk des Verbon s eene aanfluiting.
De Natie, waaruit Jozua en Gideon David
en de Maccabeeërs zyn opgestaan, zonder
karakter en zonder moed den nek buigende
\oor ieder, die er de» voet op wil zetten.
WJk een val 1 "j"
Besluiten wjj dit overzicht met de vol
gende .«choone coupletten uit De Graafschap-
per, van welks geleerde redactie ook de
heilgroet aan onze Koningin was, in ons
no. van 31 Augustus j.l. overgenomen.
Gaat het ulieden niet aan?
fcGait het ulieden niet aan, gij
allen, die over clen weg gaat
Gaat het, Christ'neri, u r.iet aan,
Dat. miljoenen menschenzielen
In 't Chineesche keizerrijk
Voor hun stomme afgoon knielen
Dat men t Evangeliewoord
Overal bijna moet derven,
Waar verschrik'lijk ieder uur
Veertienhonderd menschen sterven
Gaat het, Christ'nen, u niet aan
Dal in India's paradijzen.
Waar beschaving intreê depd
Schaars nog tempels Gods verrijzen,
Waar men roept«Och kom dan toch,
Doe mij 't eeuwig heil niet derven
Hier, waar, Christ'nen. ieder uur
Acht maal honderd menschen sterven I»
Gaat het, Chrisi'neo u niet aan,
Dat in Afrika's woestijnen
Duizenden van Chains geslacht
In hun leed en smart verkwijnen
Hoort gij niet der slaven kreet
«Mochten w' ook het heil verwerven
Denkt toch dat hier ieder uur
Zevenhonderd menschen sterven 1
Gaat het, Christ'nen, u niet aar.
Durft gij u aan 't werk onttrekken?
Is de beê niet in uw hart
Dat de Heer moog' leven wekken
In het land vol donkerheid,
Waar de dood de ziel doet beven,
Waar men nimmer heeft gehoord
Van een eeuwig zalig leven 1
Gaat het, Christ'nen, u niet aan
Zegt gij «'k kan «iet medewerken,
Laten and're broeders gaan,
En de Heere moog' hen sterken!»
Bidt gij «God, wil in Uw Zoon
U met 't arme volk verzoenen
Eu schenkt gij uw gaven dan
Voor die vele millioenen
Gaat liet, Christ'nen, u niet aan
Ja Komt, wilt dan medestrjjden,
En de Heer moog' 't Heidendom
Van des satans macht bevrijden!
Geeft uw krachten, geeft u zelf
Aan Hem, die zich zelf wou geven,
Eu Hij, die uw harte kent,
Schenke ook u het eeuwig leven
Middelburg. Een onzer verdienste
lijkste stadgenooten, de heer Dr. I. C
De Man, viert heden (Woensdag) zijn
vijf en zeventigsten geboortedag.
Behaagde het voor eenige weken H M.
onze Koningin-Regentes den bekwamen
arts te benoemen tot ridder inde orde van
den Nederlaudschen Leeuw, zijne vele dank-
ba e patiënten eeren in hem den trouwen
huisvriend, den nauwgezetten geneesheer.
Ook ons blad biedt den eerbiedwaardigen
jubilaris zyn beste en welgemeende geluk
wenscheri aan.
Middelburg. De meelfabriek van de
firma Wed. J. H. C. Kakebeeke alhier zal
naar men meldt eenigen tijd gaan stil
liggen, daar men eerstdaags beginnen zal
met het opstellen van eene geheel nieuwe
machine voor deze inrichting. Deze machine
moet aan de Maatschappij «de Schelde» te
Vlissingen vervaardigd zijn.
St Maartensdijk. De uitslag der
raadsverkiezing alhier is als volgt: Uitge
bracht 155 geldige stemmen, hiervan ver
kregen de hh.I. P. Hage (Reigerburg)
72, M. H. Sauer 34, L A. Bentschap Knook
16, L. Scherpenisse eD A. M. Snouck ieder
9 stemmen, zoodat herstemd moet worden
tusschen de heeren Hage en Sauer.
lerseke. De verzending leverbare oesters
wordt iels arukker, voornamelijk naar België
en Duitschland. Engeland neemt nog zeer
weinig. De prijzen zijn nog al verschillend,
en vaiieeren van 170 tot f90. Dit laatste
voor imperialen van lOJkilo en daarboven.
Niettegenstaande de oesters dezen zomer
over het algemeen goed gegroeid zijn, zal
de opbrengst toch niet meevallen. De
sterfte onder de groote oesters is vooral in
den nazomer nog al aanzienlijk. Op het
zuid oostelyk gedeelte der lerseke bank
hebben de oesters meestal een groenen
baard. De voorraad zware oesters is niet
groot, als gevolg van den strengen winter
in 1890/91, zoodat bij toenemende vraag,
vele hanilelaarsgenoodzaaktzijnzullen lichtere
qualiteit (jongere oesters), te leveren
Waarschijnlijk zal dus de prijs wel dalen.
Door de vi schei ij politie zijn op een paar
perceelen der lerseke bink, vieemde oesters
ontdekt en vernietigd. Een en ander werkt
niet mede om den goeden naam van den
Zeeuwsclien oester in het buitenland op te
t.ouden. Waarschijnlijk als gevolg van den
grooten broedval en schelpen, is de prijs
van het zaaigoed steeds laag, met weinig
handel.
Dinsdagnacht ontstond er bij dhr.
Eluard Verbist te Kloosterzande brand.
De schuur met al wat er zich in bevond
(oogst er. vee) werd een prooi der vlammen.
Oorzaak onbekend. Alles i3 verzekerd.
Kapelle. De van brandstichting ver-
dachte vouw Jonker heult vol onschuldig
te zijn. Zij verklaart dat zij wat het onder
houd betieit, eten en drinken, zooals zij
zich u.tdi tikt, het goed heelt, ma.tr dut zy
verdrietig is, om reden zij onschuldig wordt
gevangen gehouden.
Iu den laatsten tyd werd vanwege
den waterstaat notitie gehouden van het
personenverkeer over de sluizen te Vlissingen.
Men wil zulks in verband brengen met het
bouwen eeuer brug over de binnenhaven,
waarvan vroeger reeds sprake was en waar
door een kortere weg van 't havenstation,
dat zoo langzamerhand vau buiten zijne
voltooiing nabij komt, naar de stad zal
verkregen worden.
Kruiningen. Voor de bttrekkiog van
politieagent te Hans weert hebben zich 76
sollicitanten aangemeld. Het salaris bedraagt
400 gulden.
Vlissingen. Gisteren werd door majoor
G. v. Essen, commandant van het 4e bat.
3e reg. infanterie de zilveren medaille voor
24 jaren trouwen dienst uitgereikt aan den
adjudant onderofficier A. Bteketee van den
staf van genoemd bataljon.
In betrekking tot De Jong en zijne
vrouwen verneemt men nader de volgende
bijzonderheden. Met zijn eerste vrouw, de
25jange Sara Ai.na Jueit, heeft hy 28
Juni vertoefd te Arnhem in het holel Lte
Wageningsche Berg daar dineerden zij; hy
wisselde 2 pond sterling, zij hadden nogeen
heftigen woordentwist en zijn toen heen
gegaan, volgens De Jongs zeggen naar
Den Haag en Scheveningen.
Den 5 Juli keerde het echtpaar in't hotel
terug, en den 7den zouden zij samen met
de boot om 8 uur naar Rotterdam vertrek
ken. Blijkbaar met opzet, talmde de Jong
zoo lang dat hij te laat kwam voor de
boot. Tegen half 10 'smorgens verlieten zij
dien dag opnieuw het hotel en vertrokken
per tram iu de richting van Heelsuin. Daar
heelt zij dien dagzelfinoord willen plegen, door
destoomtram inden weg te treden, hetgeen De
Jong lachende aankeekdoch de machinist
beme: kte 't en stopte. Zij is daarop het
ho*ch ingeloopeu in de richting Wolf hese. Den
volgenden dag is De Jong alleen in het
hotel Sluis te Arnhem aangekomen; van
zijn vrouw vernam men sinds niets meer.
Zijne vrouw zeide hy aaD het station
te hebben gelaten, omdat zy dadelijk naar
Antwerpen moesten, waar familie hen
wachtte. Na zijne koffers gepakt te hebben,
ging de Jong nog even uit en kwam terug
met een kruier en handkar, waarop luj
zyne koffers liet laden, «om ze naar het
spoor te brengen.» Hij vergat een hand-
valies. De heer Sluis stuurde hem dadelijk
een kellner daarmee na, die hem onder
«de Berg» vond, waarop het station staat
en dadeiyk zei: «Nou, maar die gaat niet
naar het spoor.»
In plaats daarvan begaf De Jong zich
inderdaad naar een verdacht huis, waar hij
al het goed van zijne vrouw, dat in de
koffers was, voor t3U0 te koop bood. Men
wilde hem flUO geven, wat bij weigeide,
en, zooals later gebleken is, verkocht hij nu
het goed hier en daar.
Nog een piar weken bleef hij in Arnhem,
logeerde eeuige dagen by zijn broeder aldaar,
een metselaar, er. vertrol; toen naar Engeland.
Den 1 Augustus ontving de hotelhouder
te Arnhem een brief van dhr. Johnson uit
Liverpool zwager van De Jong, waarin hy
om inlichtingen vroeg betreffende zijn
schoonzuster. Den 6en daaraanvolgende
ontving hij er een van den vader van het
meisje te Micidanhead Berkshirewaarin
deze schreet dat de Jong hem gezegd Itad
dat hij het hotel van den hotelhouder zou
koopen, en daar nu op herhaald schrijven
geen antwoord van den dokter gekomen was,
vroeg de vader om inlichtingen hoe 't sinds
Juli met zijn dochter ging; want dat De
Jong een paar dagen te voren bij hem
geweest was en hem gezegd had dat hij
zijn dochter ziek in het hotel te Arnhem
had achtergelaten.
Uit mededeelingen van de Jongs broeder
te Arnhem aan den berichtgever van een
der bladen verstrekt, is gebleken dal Hendrik
De Jong reeds in zijn jongelingsjaren te lui
was om te wei ken en herhaaldelijk van
vak veranderde. Hij is blikslager geweest
op de atdeeling voor het maken van busjes
aan de cacaofabriek van v. Houten. Latei-
werkte hij voorden burgemeester te Weesp.
Vervolgens ging hij in dienst bij het Indi
sche leger. Ongeveer 4 jaar geleden vertoefde
hij reeds in de. gevangenis te 's Hertogen-
bosch. In een brief, daar geschreven, en
gericht aan zijn broeder Frans, gat Hendrik
uitvoerig verslag van een preek, in (le
gevangenis gehoord en zeide te verwachten
dat hij nu wel weer den goeden weg zou
opgaan.
Alle brieven uit dien tijd doen hem kennen
als een berouwvol zondaar, maar zyn later
leven is daarmee zeer in tegenspraak. Het
huisgezin van den metselaar hoorde en zag
maar weinig van den broeder totdat hij
plotseling den 8en Juli jl den rnan op zyn
werk opzocht. Hij is toen eenigen tyd in
Arnhem gebleven en kwam zoo nu en dan
eens aan. Van 18 tot 23 Juli nam hij
echter zyn intrek bij zijn broeder. Hij sliep
er geregeld, maar at niet mee «daar
was-ie te grootsch voor» Hij had één koller
meegebracht, later gevolgd door een tweede,
waarin «prachtige vrouwekleeren, wel drie,
vier mantels-, japonnen en fijn ondergoed,»
dat hij met alle geweld aan zijn schoonzuster
wou verkoopen. Na lang talmen kocht zij
een japon van hem, de man een jas.
Hij vertelde hun, dat hij getrouwd was
geweest maar dat zijn "rouw in Dusseldorf
met een ryk Amerikaan er vandoor was
gegaan het bekende verhaal. Van
beroep zei hy «steward» op een boot te
zijn geweest en daar veel geld mee verdiend
te he ben, wat de menschen lichtelijk ge
loofden, omdat ze het woord niet verstonden
Daarenboven had hij twee gulden pensioen
als oud hoornblazer van het ln-iisclie leger I
om gezondheidsredenen afgekeurd.
Den 23en Juli ging hy voor het geld I
van de verkochte kieeren naar Kleef «o® I
een vr end te spreken», kwam nog bjj I
zijn broer teiug, en vertrok na een paat I
dagen naar Amsterdam waar hy weer eeg I
betrekking op eeu boot beweerde gevonden 1
te hebben. Voor de reis leende hy f
zyn schoonzuster vjji gulden, die zy den
volgenden dag terugkreeg. Na dien tyc 1
vernamen de menschen niets meer vai,
hem, dan een verzuek updenfien Augustus
om f 15 ter leen die zij gelukkig niet
zonden.
Omtrent de verhouding tusscben het
echtpaar De JongJuett verneemt men dat I
zy lief samen omgingen, volkomen als twee I
pa; gehuwden. Met elkaar waren zy vroolijk I
en opgewekt, doch de jonge Engelsche was I
alijjd eenigszins schuw als er vreemden bj] I
waren. Eens liet de Jong een orgelmm I
lang voor zijn deur muziek maken om met I
haar op de maat te walsen.
Een dienstbode te Bussum heelt
aan de justitie verklaard dat eeu onbekende
haar in het laatst van Juni op een avond
heelt opgedragen een koffertje naar t station J
te brengen voor dr. de Jong. Zy kon I
's andereu daags de looi komen halen. Het I
meisje deed wat haar gevraagd werd en 1
ging ook naar dr. de Jong. Er woont
uatnelyk te Bussum een heusche doctor I
De Jong. Doch toen deze voorkwam, zag I
zij dat hy niet de doctor van het bewuste I
koffertje was en vroeg dus niet om de I
fooi maar om een kiespijnmiddeltje, voor- I
gevende dat zij kiespijn had.
Dm 30 Aug. is ny met zyne tweede
vrouw, de 40 ja ige Maria Sybillu Sehmitz,
te Bussum aangekomen zy zyn samen mar
de feesten in het Kamp te Laruu op 31 I
Aug. geweest en 's avonds half 8 voor hel j
laatst samen gezien door den machinist van I
de stoomtram en wel gaande naar Huizen,
wat bij dien man verwondering wekte, om
dat ze nog zoo laat dien weg opwandelden
en wel een paar ineter van elkaar af, terwijl j
ze als het ware rakelings voor de machine t
van den tram voorbijliepen.
Nader verneemt men dat het Ijjk dezer j
vrou w gisteren nabij het kerkhof te Naarder,
gevonden is.
Als blijk van zijn slecht karakter vertelt
men nog twee streken van hem die hj
verleden jaar heelt uitgericht.
In Zevenaar verloofde hy zich met een
vrij bemiddelde weduwe. Bij die gelegenheid
wisselde by met haar van ring, ontving
een gouden ring met diamant en gaf er
haar een met valschen steen in de
plaats. Daarop begaf hy zich zooals hjj
zeide naar Baarn, om een villa te huren j
waarin zij, na hun huwelyk, zouden gaan
wonen en kwam natuurlyk nooit weerom.
In Arnhem maakte hy eveneens meteen
nogal gefo tuneerde weduwe kennis en wist
haar in uen waan te brengen, dat lijjielf
eok veel geld bad door eens zjjn demi-saison
te «vergeten» met een testament natuurlyk
valsch) er in, waarbij hem een aanzienljke
som vermaakt werd.
De Jong neemt voor den rechtercommis
saris een onbeschaamde houding aan; hj
vertelt allerlei dingen, blijkbaar om de
justitie van het spoor te brengen.
Zondagavond werd door de stoomtram
van Dieren onder Velp een in dit dorp
thuisbehoorend gepensioneerd militair over
reden en op de plek gedood. De machinist
zag een zwarte massa op de rails, remde
uit alle macht, maar te laat, 't ongeluk was
gebeurd.
Gisteravond werd op den N.Z. Vw j
burgwal te Amsterdam een heer
gerand door een man en vrouw, welke hem
in minder dan geen tijd den hoed over neus I
en ooren trokken, waarna de straatdieven
hem zyn horloge en een gedeelte gouden
ketting ontrukten.
Terwijl Maandag op de paardenmarkt
te Utrecht, een als paardenkooper gekleed
persoon, met eenige andere personen, een
span fraaie luxe paarden storid te bewon
deren, voelde hy opeens een verdachte be
weging in de richting van den binnenborst- a
zak zijner jas en bemerkte bijna op hetzelfde fl
oogenbhk, dat uit dien zak, door een vreemde
band zyn sigarenkoker werd te voorschijn
gebaald. Nauwelijks was dit echter geschied.
of de bedrijver van deze euveldaad, werd
door den bestolene aangegrepen en ondanks
diens tegenspartelen naar het politiebureau 1
overgebracht, waar de sigarenkoker nog i"
zjjn bezit werd bevonden eu hij met schrik
vernam, dat de persoon, van wien hjj di®n
koker had gerold, rijksveldwachter in een
der buitengemeenten was en ontkennen
hem dus weinig zou baten.
Een dame te Moordrecht had het
ongeluk van een trap te vallen waarbij zy
met den vingerring bleef haken met liet
noodlottig gevolg dat de vinge- brak en
afgesneden werd. Het gedeelte vinger me'
rii g vond men op de trap liggen. Het
overige gedeelte is tot de hand toe af
gezet.
Cholera. Ten onzent is zij niet toe
nemend. Het aantal aangetasten bedraagt
te Rotterdam reeds 40, waarvan 20
ove(leden, 6 hersteld Te Overschie 3
gevallen, te Delft 1 geval met doodelijkeo
afloop. Iu liet buitenland, althans in R»s
land, Rumenië, Gallicië en Hougarjje bljjlt
de ziekte zich voortdurend uitbreiden.
Nog hadden sterfgevallen plaats te Gouds,
Dubbeldam, Gorinchem, IJselmonde, Den
Haag, E'.khuizen; en te G.ostelindt 4.