lafciTïÏÏZAKKV. school, mede óp eéo wedde van f 500. per jaar, lot 1 September 1894 te verlengen h. een adres van C. de Pagter, pachter voor f800 's jaars voor een termijn van zeven jaren, eindigende 1 Mei 1894, van het ophalen van beer in de gemeente enz. Adressant beklaagt zich dat hij, hoofdzakelijk door invoering van het tonnenstelsel, gedu rende den zevenjarigen pachttermijn schro- melyke verliezen heeft geleden, zoodanig zelts dat hjj zich alleen met de hulp zijner familie heeft kunnen staande houden en verzoekt, met het oog op de eer die hy aan zijne zaken gedaan heeft en in verband met het materieel dat hij bezit, hem onder hands voot gelijken termijn op te dragen het ophalen van beer enz. met eene toegift van f 8000 's jaars. B. en W. stellen bij dit adres voor het verzoek in te willigen; een nauw keurig onderzoek heeft hen tot de conclusie geleid dat de tegenwoordige exploitatiereke ning per jaar aanwijst in debet f7032, in credet f 3023, alzoo een saldo van f 3409, ten laste van den pachter; i. een bericht van den notaris A. M. Tak, dat den 4en Augustus j. 1. het droogdok Prins Hendrik voor f 26000 door hem in openbare veiling verkocht is aan de koninklijke maatschappij «de Schelde» te Vlissingen, van welke maatschappij mede eene kennisgeving was ingekomen, met verzoek haar op te geven of de gemeente van haar recht van naasting volgens art. 26 van het contract van 9 April 1875 al of niet gebruik zal maken, en met mededeeliog dat zij, teneinde geen stoornis in de werkzaamheden te ver oorzaken, reeds een schip in het dok ge plaatst heeft, dat het register van in«chrg vin gen berust ten kantore van de heeren Spoors en Sprenger en dat C. Mak alhier door haar tot dokbaas benoemd is k. eene missive van lied. St. waarbjj zij wijziging verzoeken van de redactie van liet raadsbesluit waai bij aan mej. S. H. W. Klaar een eervol «nislag veileend is wegeus lichaamsgebreken, met een nieuw concept van B. en W. He stukken sub a, b en c worden voor kennisgeving aangenomen, die sub d, e en 1 ten fine van advies in handen gesteld van B. en W. die sub g, h. en i aangehouden tot eene volgende vergadering en dat suo k conform liet concept van B. en W. zonuer discussie goedgekeurd. Besprekingen hadden niet la its, alleen bij punt i wonlt bij monde van den heer Snijders, mede uit naam ijjner medeleden van Uunné en Koole, tot den Voorzittei het verzoek gericht, bg hei uitbrengen van praeadvies, ook tie volgeude vier vragen te beantwoorden lo. Binnen welken termijn, te rekenen van at den dag der vei koop, is ue gemeente gehouden haar recht tan naasting uit te oelenen 2o. Brengt het belang der ge oieente mede dat recht in casu uit te oefe nen 3o. Staat bedoeld belang in verhou- ding tol de uitgaven aan eeoe naasting verbonden? en 4o. Acht men het mogelgk bij eene eventueele naasting het dok met voldoend voordeel te doen exploiteeren, 't zjj door uitgiite in erfpacht, 't zij duor ver pachting Alle leden konden zich volkomen met het stellen dezer vragen vereenigen alleen drukt de heer F. G. Sprenger den wensch uit dat wegens hoog noodige herstel lingen spoed zal gemaakt wordeo en dient de heer' van Dunné nog een voorstel in ter zake ook de Kamer van Koophandel te hooren. De Voorzitter antwoordt den heer van Dunné dat het hooren van de Kamer van Koophandel in zaken als de onderhevige steeds gewoonte is en geeft den heer Sprenger de verzekering dat de meest mogelijke spoed zal worden betracht, voor zoover dit, roet het oog op de uitstedigheid der beide Wethouders het geval zijn kam De heer F. G. Sprenger ziet de zaak zoo spoedeischend in, dat hg ten minste in deze vergadering zou uitgemaakt willen zien, wie de kosten zal betalen van de hoog noodzakelijke herstellingen, die de nieuwe tgdelijke eigenares aan het dok moet laten doen, kosten die, bg naasting door de ge meente, uatuurlijk voor haar zouden ver loren zijn. De heer van Dunné vindt het hoogst moeilijk ten deze eene beslissing te nemen. Vroeger heeft spreker nooit aan naasting gedacht; bij het aandachtig nalezen der contracten is hg echter tot de conclusie gekomen dat onze voorgangers, die ze sloten, er ook andere bedoelingen mede hebben gehad. De woorden van den geachten vori- gen spreker passen eer in den mond van een agent van de maatschappjjade Schelde» dan van een Gemeenteraadslid, het spreekt immers van zelf dat bij naastii.g zullen vergoed worden de kosten van herstellingen, die als onontbeerlijk kunnen bewezen wor den, maar zich tot die vergoeding voorat te verbinden, is een onmogelijkheid. De Voorz. verklaart zich mede tegen het deckbeeld van den heer Sprenger: zich voorat te verbinden vindt hij zelfs gevaarlijk, daar het moeilijk nit te maken is welke reparatiëo tot de onontbeerlijke kunnen gerekend worden. De beer F. G. Sprenger antwiordt dat de insinuatie van den heer van Dunné hem onverschillig laat, hg acht het beneden zich daarop te antwoorden, hg wilde alleen de zaak uitgemaakt zien om eventueele latere moeilijkheden te voorkomen. De Voorz. geeft dtarop nogmaals de ver zekering dat de zaak met den meest m >ge- lyken spoed zal worden behandeld. Zonder discussie of hoofdelijke stemming wordt hierop vastgestelddegemeenterekening over 189.2, in ontvang op f 608442,931/», in uitgaaf op f585257.95, met een gotd slot aldus van f 23184.9*Vs. jje Voarz. stelt alsnu aan de orde de stemming over het voorstel van B. en W. tot aanschaffing van natuurkundige werk tuigen voor de burgeravondschool, waarover de stemmen in de vergadering van 12 Juli hebben gestaakt. Daar echter de heer Snijders, die in die vergadering afwezig was, hem het verlangen heeft te kennen gegeven nog een en ander ter zake in het midden te willen brengen, wil hij met het verlof der vergadering de discussiëo gaarne herope nen, tenminste wanneer de heer van Dunné zijn amendement intrekt, waarover de stem men staakten. Gaarne verklaart de heer van Dunné zich hiertoe bereid en neemt de heer Snjjders het woord. Hij brengt op de eerste plaats zijo dank aan B en W. voor hunne be moeiingen te dezer zake, waaraan wjj het rapport van den leeraar Dr. Japikse te danken hebben. Dat rapport is niet zeer gunstig voor de werktuigen van het natuur kundig gezelschap. Hjj wil hieromtrent niet verder de aandacht zijner medeleden in besWg nemen, maar toch is het een feit dat deskundigen altijd verschillend over de bruikbaarheid van instrumenten oordeeleD. Zoo is het by Physica gebeurd (waarvan hg reeds lange jaren lil is, dat een deskun dige de instrumenten afkeurde: ze werden op eeoe publieke auctie verkocht en wie waren koopers Het Bestuur der Leerschool bij wie Physica later nog zjjn eigen in strumenten leende. Toch heeft dat rapport hem niet te leur gesteld te meer nu volgens de getuigenis van Dr. Japikse zelf er uit bljjkt, dat school G, behoudens eenige aanvullingen, waarvan de kosten op f 451 65 geschat worden, een voldoend kabinet met instrumenten bezit. Uit zg ne onder zoekingen is hem gebleken dat dit kabinet f1700 gekost heeft en nu vraagt hij, wie onzer zal met het oog op den fioantieelen toestand der gemeente, oog den moed hebben andermaal f 1500 voor instrumenten te voteeren. De bezwaren, van Dr. Japikse zgn dan ook zoo luttel dat ze van geen overwegenden invloed zijn kunnen; hg beroept zich er op dat de instrumeDteo niet voor twee scholen zouden te gebruiken zjju, maar de eene is een dag en de andere eene avondschool, terwijl wat het gevaarljjke verbonden aan het verplaatsen der instrumenten betreft, dit ook zeer denkbeeldig is; nooit heeft hg van ongelukken gehoord zoolang lig lid van Physica geweest is en de amanuensis, in zekeren zin deskundige, kan met het toe- zicht bg het vervoer worden belast. De heer van der Swalme is eveneens legen het voorstel van B. en W De lijst van Dr. Japikse is veel te weeldeiig inge richt. En bovendien vin.ft hij het een zon derling argument van B. en W. die er zich op beroepen dat Dr. Japikse de lijst beeft opgemaakt in overleg met een be langhebbenden leverancier. De voorzitter ontkent dat B. en W. zich hierop beroepen als niet deskundigen zouden zg dat ook niet bebben gedaan, zij nebben alles aan den leeraar moeten over- i aten. De heer F. G. Sprenger vraagt welke gevolgen de verwerping van het voorst .1 van B en W. zal hebben, waarop de voorzitter antwoordt dat de burgeravond school van instrumenten zal verstoken zijn. De heer van Dunné vestigt er de aan dacht op dat nog niets aangevoerd is tegen de bewering van den heer Sngders dat het vervoer van de eene school naar de andere geen gevaar zou opleveren, waarop de voor zitter in het midden brengt dat hij vreest dat er vele herstellingen het gevolg van zgn zullen. De heer Sngders koestert die vrees niet, zoolang hg lid was van Physica is het slechts eenmaal voorgekomen dat een instru ment tgdens het vervoer aan de handen ontglipte, en bovendien men kan de proef nemen, bevalt die niet, dan blyft nog altjjd remedie over. tig doet dus het voorstel om het kabinet van school G mede te gebruiken voor de lessen aan de burger avondschool. Dit voorstel wordt zonder verdere discussie of hoofdelijke stemming goedgekeurd, terwijl op voorstel van den voorzitter machtiging wordt verleend tot den aankoop van werktuigkundige en scheikundige instru menten, tot bedragen van respectievelijk hoogstens f150 en f300- Ingekomen was de rekening over 1892 van het burgerljjk armbestuur, waarvan de behandeling echter moest verdaagd wor den, dewijl de heer J. J. van der Harst als lid van dat armbestuur, buiten stemming zgnde, het voor de behandeling vereischt aantal leden niet aanwezig was. Mede ingekomen was de begrooting der godshuizen voor 1894, in ontvang en uitgaat bedragende f47952,09, welke zonder dis cussie of stemming aldus wordt vastgesteld. Geschiedt voorlezing van een adres van G. Leer, die wegens liquidatie der firma van Leeuwen buiten betrekkit g geraakt, alsnog verzoekt in aanmerking te komen voor de betrekking van secretaris van het burgerlgk armbestuur, waarna tot de be iioemirig van dien secretaris wordt over gegaan. Het armbestuur had een dubbeltal daartoe voorgedragen bestaande uit R. J Hoogervorst en J. A. Goethals. Bij stemming verkreeg de laatste 7, de eerste 2 stem men, zoodat J. A. Goethals tot secretaris van het burgerlgk armbestuur benoemd is. De vooriitter wendt zich nu tot den l>?.er J- J- van der Harst en zegt hem dat hg niet kan nalaten, nu hij waarschijnlijk voor de laatste maal ter raadzitting ver schenen is, hem zgn dank en die der vergadering te brengen voor de diensten die hg aan de gemeente heeft bewe'en, de heer v. d. Herst kan gerust ep zijn werk terugzien, hij wenscht hem al het goede toe voor zijne nog overige levens dagen. De heer van der Harst dankt den voorzitter voor zjjne afscheidswoorden, de tij l dat hij lid van den raad was zal bij hem steeds in gezegend aandenken blijven wederkeerig brengt hij zijn dank aan voorzitter en leden voor de welwillendheid die hg heeft mogen ondervinden, zijne hooge jaren alleen zijn oorzaak van zgn vrijwillig aftredenin zijne taak zal hg echter vervangen worden door jeugdiger krachten, naar hij hoopt tot meerderen bioei der gemeente, die hem steeds na aan het harte zal blijven. Nadat de voorzitter ook nog eenige waardeerende woorden aan de afwezige aftredende leden van Hoek en van Voorst Vader gewijd had, werd, op zjjne vraag of iemand nog iets in het midden te brengen had, door den heer Koole gewezen op den slakkengang van de reparatiën aan de bateau porte, die veel ongerief veroorzaakte, waarbij de heer Snijders zich aansloot en beweerde, dat nu ook de Nederstraat onbe rijdbaar was, de neringdoenden aan de Rotterdamsche kaai niet alleen ongerief, maar zelfs graote schade leden. De voorzitter maakte de opmerking dat de reparatiën werden uitgevoerd door de maatschappij de «ScheMev, waarop de heer van Dunné oan den voorzitter in overweging gaf. dat hg, niet van wege het gemeente bestuur, naar als hoofd der politie bij die maatschappij op spoed zou aandringen. De voorzitter beloofde te onderzoeken tot wiens departement dit behoorde en sloot de vergadering. Middelburg;, 24 Augustus. Tegen half vii r hwien, Donderdagmiddag, was door den Voorzitter eene vergadering van den Gemeenteraad uitgeschreven tot onderzoek zooals het convocutiebiljet luidde, van de geloofsbrieven van de herbenoemde leden J. F. van Dunné en L. K. van der Harst en vaststelling van de rekening burgerlijk armbestuur over 1892. Buiten den Voorzitter, den secretaris en eeu paar verslaggevers was ter bestemder ure niemand in de raadszaal tegenwoordig, zoodat de vergadering niet kon doorgaan en deze door deu Vooizitter nu is bepaald op morgen 25 dezer. 25 Aug. In de raadsvergadering van heden (Vrjjdagl waren slechts 6 van de 17 leden tegenwoordig. Ingevolge art. 49 is echter deze vergadering, schoon onvoltallig, op grond van herhaalde oproeping, b voegd tot het nemen van beslui en De voorzitter stelt de geloofsbrieven der herkozen raadsleden Snijders, v d. Harst en v. Dunné in handen eerier commissie, bestaande uit de hh. Tak, F G Sprenger en A. P. Snouck Hurgronje, tot onderzoekwelke commissie daarna, by monde van laatstgenoemde, tot toelating adviseert, waartoe wordt besloten. De vo >rzitter sluit alsnu de vergadering. Vlissingen, 25 Aucustus 1893. In eene lieden namiddag onder voorzittersch ip van den heer Tutein Nolthenius, burge meester, gehouden zitting van den gemeen teraad, werd na lezing en goedkeuring der notulen van de vorige zitting mededeeling en overlegging gedaan van de ingekomen stukken, waaronder de gemesntebegrooting over 1694, sluitende in ontvang en uitgaaf tot een bedrag van f 190546.20. Vervolgens wordt besloten tot den onder, handschen verkoop van 117 MJ gemeente grond, gelegen aan de Hobeinstraat, aan den heer J. van der Hof k f4 50 de M8, alzoo tot een bedrag van f 526.50 met bg betaling van f55 20 trottoirkosten. idem aan den heer W. L. Huson van 146,85 MJ gemeentegrond aan dezelfde straat gelegen A f 4 50 de M8, alzoo tol een bedrag van f660,825 met bgbetaling van f263.50 voor trottoirkosten. De gemeente rekening van 1892 wordt voorloopig vastgesteld in ontvang met f226783,55 in uitgaaf f221263,45', alzoo met goed slot van f 5520,09', Wordt overgegaan tot het onderzoek der geloofsbrieven van de vyf nieuw gekozen raadsleden, die in orde worden bevonden, waarna tot toelating van de heeren C. Mortier, C. A. Kalbfleisch, F. Delvoije, mr. F. N. van der Bilt en E. M. Chevalier wordt bes oten. Wordt besloten op voorstel van B. en W. afwijzend te beschikken op het adres van M van Beers c. s., houdende verzoek om het advies der plaatselijke ge neeskundigen in'ewinnen en daarnaar te beoordeelen of het opruimen var. de ge meentelijke mestvaalt al of niet dringend noodzakeljjk is. Op liet verzoek van mej. Beyermar. om vergunning tot het plaatsen van een paar rolze:len aan de ramen van de bovenverdie ping van perceel C no 45, wordt gunstig beschikt. Wordt besloten de borgtocht van den secretaris-bo khouder bg den gemeente- reinigingsdienst te bepalen op f 5 <0. Ten slotte wordt aan den heer G. B Dommisse muziekonderwijzer, vergunning verleend tot het gebruik maken van hel Gymnastieklokaal van school C. tot het houden van een zangcursus, waarna de zitting wordt gesloten. Naar wg vernemen is de samenkomst op «'s Heeren Loo» naar wensch geslaagd. De verschillende sprekers werden met groote belangstelling aangehoord Het aantal bezoekers wordt op 2060 personen geschat. Den indruk dien wg op's Heerenloo verkre gen was roerend maar ook heerlijk schreef een der bezoekers. Wij zullen vroeg in het najaar zitten zegt men. Er zijn al herfstdraden gezieu en op vele plaatsen maken de zwaluwen reeds aanstalten om te vertrekken. De examens ter verkrijging van acten van bekwaamheid voor het middelbaar on derwjjs, met uilzondering van die voor het hand-en rechtlijnig teekenen, de gymnastie, de Engelsche en Hoog-luitsche taal, de landbouwkunde, de tuinbouw en de hout teelt, en die voor het lager onderwijs in de wiskunde, bedoeld in art. 65 der wet op het lager onderwijs, zullen dit jaar in de maanden November en December worden gehouden, Zydie zich aan deze examens wenschen te onderwerpen, moeten zich onherroepelijk vóór 10 September e. k. bij het departement van Binuenl. Zaken aanmelden. Bg kon. besluit benoemd tot dijkgraaf van den Bathpoller en tot plaatsvervangend dijkgraaf van den 2en Bathpolder J. Vogel. Tot directeur der zangvereeniging van de afdeeling Goes der Maatschappij tot bevordering der Toonkunst is benoemd de heer Osto Lies van het conservatorium te Keulen. S c h o o 1 n i e u \v s. Geslaagd voor acte Hoogduitsch 1. o. de heer K. Jasperse van Groedeen voor acte Fransch 1. o. mej. M. de Maas van Middelburg. Geslaagd voor de hoofdacte dhr. Chr. Kloosterman te Goes, onderwijzer te Kloe- tinge. Opbrengst Unie Collecte. (tan deze wndt gaarne qratis opgaat geplaatstof anders wordt ze uit de ^Standaardovergenomen. Red. Vlissingen f280,661/» Domburg 126,53; Hoek f 165,551/». 's Heer Hendrikskinderen met Wissekerke f12,031/» en Grijpskerke met Buttinge en Hoogelande f 44 10 V». De morgen van 12 Mei 1893 kenmerkte zich door groote verslagenheid, zichtbaar op het gelaat van de meeste ingezetenen van Zeelands hoofdstad. Reeds vroeg had zich de mare verspreid, dat in den laten avond van den vorigen dag tChristelijken feestdag; bloed in Middelburgs straten vergoten was Een oppassend huisvader was lafhartig vermoord. Te gelgk reeds verspreidde zich ook het gerucht dat de moordenaars in handen der justitie waren. Nog denzelfden nacht waren Anton de Baare en Cornells Boone van hun bed gelicht als vermoedelijke plegers der misdaad. Het onderzoek der justitie bracht volgens latere berichten aan het licht dat er termen waren alleen den eerste wegens het feit te vervolgen, zoodat de laatste op vrije voeten gesteld werd. Door de Rechtbank w rd rechtsingang verleend en de openbire behandeling der zaak bevolen op Vrijdag 25 Augustus des voormildags tin 10 uren. Dientengevolge verscheen heden voor die Rechtbank, samengesteld uit de heeren van der Lek de Clercq president, Callenfels en Gratuma rechters, Jhr. Schuurbeque Boeye, ambtenaar van het Openbaar Ministerie en Jhr. de Casembroot griffier, ANTUN DE BAARE, oud 21 jaren, smidsknecht, geboren en wonende te Middelburg, ter zake dat hg in den avond van 11 Mei 1893, des avonds omstreeks 10 uren, den persoon van A. J Burghart, machinist op de Zeeuw-xhe Spoorboot alhier, zoodanig heeft mishandeld, dat die mishandelingen den dood ten gevolge gehad hebben. In deze zaak zgn gedag vaard 20getuigen, waaronder 3 deskundigen. De beklaagde, ter terrechtszitting binnen geleid, treedt met vasten tred binnen en antwoordt met zachte stem op de gewone vragen van den president omtrent zijn leeftjjd enz. De acte van beschuldiging wordt voorge lezen, benevens het proces-ver baal der lijkschouwing van den verslagene, en een extract uit het register van overigden. De president richt het woord tot den beklaagde en zegt tot hem dat dronkenschap de hoofdrol in deze treurige geschiedenis heeft gespeeld, hetgeen beklaagde toegeeft Hg weet zich dan ook bg het verhoor wel te herinneren dat hij mishandeld heeft, maar of hij gesneden of gestoken heeft weet hij niet, hij is dadeljjk naar huis en naar bed gegaan en kan niet met zekerheid de ware toedracht zich herinneren. Gedaagde beantwoordt alle vragen van den president met zachte doch vaste stem. Hel getuigenverhoor neemt hierop een aanvang. In de eerste plaats wordt gehoord Dr. Teelinck,die door het O M. wasgedagvaard om te ontzenuwen de verklaring van den beklaag- dedat de verslageneaanvaller zou geweest zgn. Dr. Teelinck moest echter coastateeren dat het zeer goed zgn kon dat de aanval geen zichtbare teekens achterliet. Daarna verscheen Dr A. W. Verhegden, die verslag gaf van den toestand waarin hg in den avond van 11 Mti den verslagene had gevonden: hg schreef den dood toe aan hersenschudding fioe deze ontstaan is, coor een val of door de verwonding, kan hg niet met zekerheid zeggen. Van de wond aan de hand gelooft hij dat deze is toe gebracht, niet dat de verslagene zich die wond zelf heeft veroorzaakt. Twee messen wordeo hem door den president vertoond en hg wjjst daarvan aan welk der beide het meest ge.chikt zou zgn om de doodeljjke wonde toe te brengen, (Het mes waarmede de wonden zgn toegebracht was indertijd door den beklaagde weggeworpen en is niet ttruggevonden;. Bekli ag Ie geeft eene teeke- ning van zgn eigen mes, waarop de deskundige móet toegeven dat de wonden met een dusdanig mes kunnen zgn toe- gebracht. De 3e getuige, Dr. J. J. Berdenis van Berlekom, trad mede als deskundige op. Hij gaf een breedvoerig verslag van betgeen lig bg de lgkschouwing bevonden had. Omtrent hersenschudding kon hg exenmin iets atdoend8 ten opzichte van de ware oorzaak constateeren en wat de wonden aangaat, die aan de hand toegebracht, is niet met zekerheid te zeggen of de verslagene de hand in het mes geslagen heeft of wel dat zij is toegebiacht. In alle geval is beleediging der hersenen oorzaak van den dood gew6e t. De 4e getuige is Andries Johannes Burg. hardt, vader van het slachtoffer. De president richt tot hem verschillende vragen Getuige doet een omstandig verhaal van bet gebeurde, wie den eersten slag heelt toegebracht zgn zoon of beklaagde weet hg niet. Uittarting heeft van zgne zijde of die van zgn zoon niet plaats gehad. Onder ean stortvloed van tranen herdenkt hij zgn braven oppassenden zoon, terwijl de president hem zgne warme deelneming betuigt. De kleederen van zgn zoon werden hem vertoond, die hij alle herkent. De 5e getuige is Francina Krjjger. Zjj ook geeft een omstandig verhaal van het geen gebeurd is in de Zusterstraat, waar zij den verslagene met zijn vader eu de beide aanranders ontmoet heeft. Op ver schillende punten wordt zg met beklaagde en den vorigen getuige geconfronteerd. De 6e getuige is Maria Elisabeth Visser. Zij was in den bewusten avond ook m de Zusterstraat geweest en geeft een om standig verhaal van betgeen zg gezien heeft. Bovendien, hoewel geen getuige van de verwonding, heeft zg dadelijk hulp verleend. De 7e getuige is J. A. Ruiteuoerg, thans machinist t« RoUrrdam. destjjds wonende in de St. Jansstraat tegenover de Zusterstraat. Hg verklaart voor bet raam op zgn kamer alles te hebben gadegeslagen, hg heeft den beklaagde uil de Zusterstraat zien komen ■net een blinkend voorwerp in de hand en den verslagene achtervolgend, hg heeft de worsteling gezien en b-iden zien vallen, maur zien steken beeft hg niet, evenmin als hg de worsteling goed beeft knnsen zien. Hg verklaart dat de beklaaude en zgn metgezel te half tien nog nuchter waren, een kwartier later waren zij Amsterdamsch dronken. Hij herkent bepaald den beklaagde als den dader. De 8e getuige is J. M. Net. Hij verklaart met den beklaagde vroeger gewe kt en hem steeds als fatsoenljjk te hebben gekend. Hjj bevond zich op den bewusten avond op de Visehmarkt en zag in de verte de worsteling. Hij zag den persoon wegloopen, die met den vader Buighart worstelde en eeist later vond hij den verslagene, toen hjj op bet hulpge schrei weder wis toegeschoten en dm vader vond naast zijn stervenden zoon. De 9e getuige is Ca. Ca Baai, huisvrouw J. M. Bultergs, in wier woning de verslagene na het ongeval gebracht werd. Zjj geeft een verhaal van hetgeen in hare woning heeft plaats gehad. Zjj kende den verslagene als een oppassend man, De 10e getuige is J. M. van Thiel. Deze wis even na het ongeval ter plaatse. Hij heeft de kleederen van den verslagene in ontvangst genomen, die hjj alle hei kent. Zjjne verklaring omtrent deu beklaagde luidt dat zyn gedrag in den laatsten tijd nog al te wenschen overlaat. De 11e getuige is J. Vlieger. Hjj ook heeft den verslagene in deu winkel van Bulterjjs gezien en legt eene geljjkl lideude verklaring als de vorige af. De 12e getuige is H. Koolwjjk, die ook dien nacht in den winkel van Bulterjjs vertoefde en mede een omstandig verhaal gaf van hetgeen daar was voorgevallen. De 13e getuige is J. Snjjders, cellebroeder, die den verslagene van Ruiterijs naar het Gasthuis transporteerde en daarvan een omslachtig verhaal geeft. De 14e getuige is A. Balk, bediende in het Gasthuis, die een overzicht geeft van hetgeen daar met den verslagene is voor gevallen. De 15e getuige is E. P. Lauer gepensioneerd Rijksambtenaar, die geene nadere verklarin gen kan geven dan dat hij de overtuigiogs- stukkeu herkent. De 16e getuige is H. Fiegen, die omtrent de kleeding van den verslagene geljjke verklaring aflegt. De 17e getuige is boekbinder de Voogt. Deze werd aangesproken en bedreigd in de Zusterstraathjj weet echter niet door wien. De 18e getuige is de Rijksveldwachter Buurman. Dtze geeft een verhaal omtrent de arrestatie van den beklaagJe en zjjn metgezel. De 19e getuige is J. P. Timmermans, agent van politie, die mede de arrestatie bewerkstelligde. Hjj verklaart dat beklaagde niet dronken was, zeer kalm en niet eens vroee waarom njj gearresteerd werd. Tjjdens zjjue overbrenging naar het stadhuis sprak hjj geen woord. De voorzitter wendt zich lot den beklaagde en zegt hem dat hjj bjj al hetgeen hjj zich van de zaak herinneren kan, hjj verklaard heeft zeker te weten dat hjj zjjn mes ge trokken heeftuit de getuigen verklaringen zal hem gebleken zjjn dat hjj aanvaller geweest is, dat hjj onberedeneerd, ondoor- d icht en in dro»kenschap beeft gehandeld niet de minste twjjfel is meer aanwezig dat hjj beklaagde den dood op zjjn geweien heeft van een fatsoenlijk man. Mogezegt hjj uw voorbeeld anderen lot leering strekken. De verdediger mr. C. Lucasse vraagt

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1893 | | pagina 2