H J, van dei Meer, 1983, No. 89. Zaterdag 29 April. Zevende jaargang. VERSCIf IJ XT G. M. KLEM KERK, te Goes F. P. ITHUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTEREN HET ARBEIDS-CONTRACT. Schetsen over Middelburg. ONS BINNENHOF. DË ZEEUW. elk en MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND Prjjs per drie maanden franco p. p. f 0.95. Enkele nummers f 0.02s. UITGAVE VAN EK van 1 5 regels 25 cent iedere regel meer 5 een Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere reg meer 10 cent. Bij dit nommer behoort een bijvoegsel. Voor de verkiezing van een lid der Provinciale Staten in het kiesdistrict Middelburg op 5 Mei a. s. is candidaat der kies- vereenigingen en wordt mitsdien door ons met aandrang aanbevolen de heer te "Vlissingen. YK ierseke 1 en 2 Mei. Hansweert 3 Mei. Kruiningen 4 Mei. Krabbendijke ook voor Waaide 5 Mei en 6 Mei voor middags. De mededeeling, die wij in het artikel «Wat het geeft» lieten doorschemeren, als zou het ontwerp Kamers van Arbeid ook bedoelen deze Kamers zich te doen bemoeien met het Arbeidscontract, eischt verduidehj- king. Wij beweerden dat deze bemoeiing om schreven was in punt 1 van het le artikel. Bevordering der gemeenschappelijke belangen van patroons en arbeiders, in dien zin dat de Kamers een arbeidscontract kunnen ontwerpen waarbij alles, wat in betrekking staat tot loon, werktijd, veiligheid, leerlin genstelsel, enz. zou kunnen worden geregeld. Nu zal dienen afgewacht hoever de voorstellers met de toekenning dezer be voegdheid op al deze punten gaan willen; doch zeker is 't dat de zedelijke zijde van het vraagstuk in acht te nemen, door hen niet is bedoeld. Van eigenlijke bemoeiing met het Ar beidscontract is geen sprake. De Standaard, (17 Febr.) herinnerde er reeds aan. «In het ontwerp van Kamers van Arbeid is niets opgenomen over de bemoeiing in zake het arbeiderscontract en het leerhngenconiracU. «Deze eisch mag nimmer worden losge laten». Nu kan een gewoon contract tusschen arbeider en «werkgever» altijd buiten elke Kamer om worden opgemaakt, voor speciale gevallen, en feitelijk bestaan er zulke contracten op elk terrein van den arbeid. Maar het is ook waar dat dergelijke ar beidscontracten zelden of ooit in het voordeel der zwakkere partij dat zijn in dit geval de arbeiders zijn kunnen. De werkman die met zijn gezin leven moet, is vaak gedwongen zich te verbinden in een werkkring die hem niet naar ver dienste loont. Daarbij komt dat in tijden van slapte of werkloosheid, in dagen van ziekte en ouder, FEULLETON. XXX. Kennen mijne lezers de Psalmen van Mar- nix Ze zijn schoon. Misschien omdat zoo menige Psalm reflectie is van den toestand in die dagen doorleefd. Of zou het voor den dichter niet een vanzelfsheid zijn de smarten die men mee doorleeft te vertolken of den blijden dageraad der vrijheid met jubelzangen te begroeten Zou de 126e der psalmen naar Marnix' overzetting niet reflectie zijn van wat daar omging in zijn ziel in 1572? Hoort dien psalm eens in zijn taal, en leest ze eens bij het licht der toenmalige gebeur tenissen. Doe Godt uyt 's vijants sterke macht 't Gevangen volck van Sion bracht. Het docht ons eenen droom te zijn Oft een gesicht end loosen schijn. 't Hert was soo vrolick, dat de monden En tongen ons nae 't lachen stonden. Het Heydensch volk 't welk dit sach aen, SprakGod heeft dees lien veel gedaen. Voorwaer dit is een seer groot werek, Dat God ons ioet door sijn hant sterek Hier ovei z>jr. wij so verheugt, Dat God ons doet soo groote deugt. Heer wil oock d'ander met gevangen Thuys weder brengen nae verlangen 't Welck waer, oft eenen vloet wel diep Door dorre en heete landen liep. Die weenende met leet en smaet In d'eertrijck spreyden hare saet, Die sullen nu met vreugden gaen, Om af te maaijen 't rijpe graen, dom, na een welbesteed leven er weinig of niets voor hem te verdienen valt en hij verplicht wordt tot de zware proef om öf naar het armhuis te gaan óf van den wind te leven. De fabrikant of baas trekt bij dergelijk contract aan het langste eind; want hij gebruikte al dien tijd, hetzij een dag, hetzij een zomer, hetzij een zeker getal dienstjaren de volle men«chen-levenskracht van den arbeideren de waarde hiervan per dag is toch niet het daggeld dat aan den werkman was uitgekeerdmaar de uitkomst, het getal, dat men verkrijgt, wanneer men wat de man aan voedsel noodig heeft al de dagen zijns levens, deelt door het aantal dagen dat hij in zijn volle kracht werken kan. Arbeid is geen koopwaar. En de arbeider is niet eene machine die men voor zoolang zij bruikbaar is, huurt om als zij versleten is die aan kant te zetten en een nieuwe in de plaats te nemen, En in dien zin vat het ontwerp Pyttersen de bemoeiing van de Kamers met het arbeidscontract niet op. Hierdoor blijven tal van vragen onbeant woord liggen en hangt de beantwoording er van al van den zin of de concientie van den werkgever, de gewoonte of willekeur der maatschappij of het recht van den sterkste, zij heeten dan arbeider of werkgever. Het Arbeidscontract zal door den nnod der tijden, door den drang der omstandig heden zeker later een plaats vinden in de sociale wetgeving, en dan zal van zelf wel met het boven omschreven beginsel moeten worden gerekend. Dan komen van zelf ook andere belangen ter sprake. Bijv. de loonsverhouding tusschen zomer- en winterwerkde rekening met het gezin; de winter werkzaamheden; het overwerk. Feitelijk rekent het contract slechts met het individu dat werkt, niet met zijn vrouw en kinderen alleen met de dagen waarin hij werk verricht, niet met de dagen als het werk stil ligt. Waar tegenover staat dat de patroon vaak is overgeleverd aan de willekeur van werk- stakende arbeiders. Alles gevolg daarvan dat patroons en ar beiders los van elkander, en niet zelden tegenover elkander staan. Er moet dus verband, en waar het reeds is, moet meer verband komen tusschen beiden. Nu is een arbeidscontract voor alle arbei ders gelijk niet te maken. Daartoe verschilt de aard hunner werkzaamheden te veel. Zulke overeenkomsten verschillen naar ge lang het vak, de streek, de leeftqd onder scheiden zijn. Toch zijn er algemeene bepalingen te ma ken, geldig voor alle vakken en streken en leeftijden; en deze kunnen door patroons en arbeiders te zamen worden opgesteld. Bijzon dere bepalingen die afhangen van bovenge noemde omstandigheden, kunnen dan bij plaatselijk, persoonlijk overleg worden bij gemaakt. Sij gingen treurich haer saet saeijen, Maar sullent nu met vreugden maejjen End vrolick brengen haren schoot Volschooven tarwe, schoon end groot! In 1572 doorleefde Nederland wat de dich ter uitsprak in dezen 126sten psalm, toen ook na den terugkeer van een een deel van jlsraëls volk uit Babel de blijdste verwachting gewekt werd. Maar die blijde verwachting wischte de tranen niet van de oogen. 1572 was geen jubeljaar al toonde het ook den morgen der bevrijding. Het daqhet in het Oosten, maar het zal geen heldere dag, maar een onweersdag zijn. Zutfen en Naarden en Haarlem behooren als den Briel en Vlissingen en Veere tot het jaar 1572. Gelijk de drie laatstgenoemde de eerste lauweren zijn van de kroon van het bevrijde vaderland, zöö roepen de eerste drie ons elk voor zich een bloedbad voorden geest, een bloedbad nog overtroffen door de Bloed bruiloft te Parijs op 24 Augustus 1572. Als we de schilderij van 1572 voor u ophangen, dan treden daar op den voor grond, figuren vol-jleven en lichtglans, beider van verve, maar de achtergrond is bruin, somber en donker. Het jaar 1572 is niet het jaar van groote en grootsche wapenfeiten. Niemand zal de inneming van den Briel of de bevrijding van Vlissingen kunnen noemen onder de glansrijke wapenfeiten van den tachtigjari- gen oorlog. Maar de geest van zelfverzet, van zelfverweer was ontwaakt. Gelijk het vuur het zilver loutert, zoo had het lijden en de verdrukking karakters doen ontwa ken, meed doen rijpen, gevoel van zelf standigheid gestaald. Roomsch en onroomsch snakte naar het Om in deze richting iets te doen, zouden de Kamers van Arbeid kunnen dienen. Dat het ontwerp Pyttersen deze bevoegdheid niet voor de Kamers van Arbeid heeft uitgedacht, ligt zeker aan het nog niet overwonnen bezwaar dat de voorwaarden om aan dergelijke bepalingen van de Kamers kracht van wet te geven, nog niet zijn gevonden. Want het moet erkend, er zijn streken waar de Kamers van Arbeid on getwijfeld in sociaal democratische handen zullen komen, en het valt moeilijk van te voren reeds te zeggen dat het i echt tot het opmaken van het voor de wet geldend arbeiderscontract, in handen van zoo sterk politiek getinte Kamers van Arbeid veilig zal zijn. Het Nederlandsch Jongelingsverbond hoopt op aanstaanden Hemelvaartsdag zijn veertig jarig bestaan te Dordrecht feestelijk te gedenken. Uit het zoo gezegend Réveil, de geestelijke opwekking in Nederland, die zoo iele vruchten heeft gedragen voor het christelijk leven in ons Vaderland, ontstaan, is het, klein en gering begonnen, langzamer hand tot een boom gewassen, die in zijn schaduw duizenden jongelingen heett welge daan. Het heeft getracht hen voor den zaligen dienst van den goeden Herder te winnen, hen samen te brengen en te houden, onder hunne medejongeliogen te arbeiden het bood hun een toevluchtsoord tegen de verleidingen, waarvan zjj, vooral in onzen tijd, zijn omringd. Niettegenstaande velerlei gebrek en geringen steun, heeft, het voor allen arbeid in Gods Koninkrijk vele werktuigen geleverd en wat het gevolg is gewee't in huisgezin, kerk en staat, van 't geen in de Jongelingsvereeniging werd gezocht en ontvangen, is evenmin in woorden te brengen, als wat de eeuwigheid van hare vruchten zal openbaren. De plant, gelijk „zooveel, uit den vreemde totons gekomen, en met onzen volksaard en zienswijs in overeenstemming gebracht, heelt bewezen ook op dien grond te kunnen groeien en vruclitdragen. Het Nederlandsch Jongelingsverbond telt thans 200 afdeelingen met ongeveer 5500 leden; bovendien bestaat er nog een groot aantal Vereenigingen, die zich niet daarbij hebben aangesloten. Nog enkele oprichters van het Ned. Jongelingsverbond zijn in leven en werkzaam op dit gebied. Moge een trouwe opkomst van vele leden en vrienden in Dordt op den Hemelvaartsdag bewijzen, dat deze arbeid voortdurend be langstelling en waardeering vindt bij ons Christenvolk, en het tegenwoordig bestuur, ook tot zijn aanmoediging, menig bewijs, kan het zijn ook stoffelijk, ontvangen van veler erkentelijkheid voor onverdroten ar beid in JezuU Koninkrijk. In aller liefde en voorbede bevelen we daartoe dit veer tigjarig feest hartelijk aan. Het wordt voorafgegaan door een bidstond oogenblik waarop eindelijk leiding zou ge geven worden aan het verzet. Als de Prins, als voor vie- jaren, nog eens kwam Hoe spoedig zouden de poorten van menige stad voor hem geopend worden En de Prins gaf gehoor. Hij en Aldegonde zijn vriend, zonden in het begin van '72 een brief aan de vader- landsche vluchtelingen die vooral in Engeland en Duitschland vertoefden,, en die daar in het land hunner ballingschap niet zelden met gunstig gevolg hunne- zaken dreven. «Wij zijn schuldig zoo schreef de Prins aan de vaderlanders in den vreemde om zeiven te presenteeren en metterdaad hiertoe te geven 't gene dat ons God beliefd heeft door zijne gratie over te laten houden, ja tot ons eigen leven toe om te helpen be dwingen de helsche razernije van Godes en onze vijanden. Aangaande ons leven en onze personen, zoo zijn wij 't zelve van gelijke schuldig; nochtans, aangezien dat uwe be roeping u eensdeels ontschuldigt zoo behoort nochtans ten minste dat einig klein deel van uw goed gegeven worde, om daarmede te betalen den soldaat, die uwe plaats voor uwe vijanden bewaart in de slagen, schermutselingen, stormen en andere onbillijke gevaren». Dit beroep was niet te vergeefs. Een goede somme gelds werd bijeenge bracht, de koning van Frankrijk gaf 200.000 kronen. Maar wat zou men nu gaan uitvoeren met dat geld Een leger uitrusten als in 68 Steden trachten te overmeesteren, sterke vestingen met krijgsbezetting Zonderling. Altijd komt ook hier de overwinning van de zijde van waar men die het minst wacht. De Vader des Vaderlands heeft niet als den avond te voren, terwijl de jaarvergadering door een samenkomst in de kerk wordt gevolgd. Onder de sprekers behoort de heer W. van Oosterwijk Bruijn, medestichter des Verbonds, die de geschiedenis der doorleefde 40 jaren, voor onze jongelingschap van zoo groot belang, zal meedeelen. Het zal een eenvoudige herdenkingsdag zijn van al wat des Heeren hand ook in dezen arbeid heeft gewrocht. Verdere sprekers, het optreden van het fanfare-corps enz. vermeldt het program. Gaarne vestigen wij tevens de aandacht op een niet minder belangrijke vergadering die gelijkertijd te Amsterdam zal gehouden worden, namelijk van den «bond der jongelingsvereenigingen op gereformeerden grondslag». De ons toegezonden agenda bevat eenige zeer belangrijke punten; o, a. De Chr. Jongelingsvereeniging en de anti revolutionaire beginselende bond in zjjne verhouding tot de kerken de Cbr. Jonge- lingsvereeuiging en de philantropie terwijl 's avonds te voren prof. Bavinck zal spreken over «Mijne reis naar Amerika». Waar het al mept' noodzakelijk schijnt dat onze jongelingen op ppEo mogelijke door der tijden nood gedrongen landverhuizing voor bereid worden, daar mag het optreden van prof. Bavinck met mededeelingen omtrent een land dat minstens nog wel honderd miljoen degelijke werkkrachten inschikken kan, met belangstelling worden tegemoet gezien. Een der aangesloten vereenigingen stelt voor, volgende jaren niet meer op Hemel vaartsdag te vergaderen. Het kan misschien goed zijn hierop in te gaan. Nu toch moeten sommige vrienden, die in beide bonden belangstellen, öf Dordt, öf Amsterdam laten varen. Overleg tusschen de besturen van Neder landsch en Gereformeerd ware misschien in het vervolg gewenscht. Temeer sinds van beide zijden gevoeld en erkend werd dat positieve arbeid uitsluitend op eigen terrein het eenig gewenschte is. Ook deze samenkomst zij rijk gezegend; De heeren Pyttersen en Tijdens, twee radicale, leden uit het noorden, hebben aan de regeering gevraagd wat zjj denkt te doen tegen de ellenden, die onzen arbeiders wachten in den volgenden winter, en hoe zij denkt over het idee om door onteigening van gronden door gemeentebesturen, zoo noodig met steun van het rijk, den toestand te verlichten. Knappe mannen, rechtsgeleerden als VaD Houten, Heemskerk en Borgesius: grond bezitters als v d. Feltz, Zijlma en Tijdens hebben hun licht laten schijnen, ee i gan- schen dag, doch zonder eenigen uitslag. Het was te voorzien. In één dag maakt men geen recept klaar tot verbetering der sociale toestanden. een Romeinsch Imperator veldslagen ge wonnen, steden bedwongen, landen onder zjjne heerschappij gebracht. Jacht op succes ontadelt hem niet. En daarom heeft hij kunnen worden de Vader des Vaderlands. En daarom was hij groot. Oranje's plannen, zijne ondernemin gen mislukten bijna alle. En toch is hq Neêrlands bevrijder geweest. Door zijn be leid heeft hij den tegenstand geleid, en hens aangevuurd door zijn onbezweken moed. Hij heeft een geloof en een geestkracht geopenbaard, meer dan de winst van tien veldslagen opleveren kan, en als tegen zijn wil de moedige zwervers op de wateren «die Geuzen, die de Dwinglandij Van de aarde zocht te doen verdwqnen, Het doel van al beur razernij Zij rezen weder uit de baren, Daar hen de vrijheid bleet bewaren toen alles vluchtte, boog of viel. Een kleine vloot was hun vermogen, Maar de onvertsaagtheid was in de oogen, En 'tvadeiland in ieders ziel», op den len April den Briel hadden inge nomen, nam hij onmiddellijk maatregelen om hier een vast punt te kiezen, waar hij den voet zetten kon om de tyrannie te bekampen. En op 6 April woei het Prinsenvaandel Oranje, blanche, bleu van de wallen van Vlissingen. En de Middelburgsche poort was de zicht bare scheidingslijn tusschen tyrannie en vrijheid. De Spaansche bezetting trok Vlissingen uit, en ging den weg naar Middelburg op. Ziedaar het symbool van Middelburgs weer varen, de profetie van haar naaste toekomst^

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1893 | | pagina 1