1893. No. 64.
Dinsdag 28 Februari.
Zevende jaargang
J. Donner,
VERSCHIJNT
G. M. KLEMKKRK, te Goes
F. P. D'HÜIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIES
De eerste Hollandsche neder
zetting in Colorado.
GLKEN MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND
Prjjs per drie maanden franco p. p. 0.95.
Enkele nummers /0.02s.
UITGAVE VAN
EN
van 1 5 regels 25 cent iedere regel meer 5 cent
Familieberichten van 1 5 regel? 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
i.
Een gewoon spreekwoord zegtde mensch
wikt en God beschikt; en de Bijbel leert ons
dat Gods voorzienigheid over alles gaat.
Men kan, als onze ouden zeidenbijten
op den steen, door bjj de tweede oorzaak
te blijven staan, en voorbij zien dat hooger
leiding lot en leven bestuurt.
Men kan zich blind staren op het kwade
en op de ellende en totaal voorbij zien, dat
niet zelden ook door den weg van lijden
en teleurstelling het groote wereldplan ver
vulling erlangt.
Gelqk da vrijheid slechts verworven is
en steeds verworven moet worden door
strijd en lijden en opoffering, zoo ook
brengt de strijd om het bestaan steeds
der menschheid een lijdensschool.
En in dien strijd om het bestaan wor
den niet zelden door de geschiedenis der
emigratie droevige bladzijden geschreven.
Een dier droevige bladzijden beslaat
de eerste Hollandsche nederzetting in Colo
rado.
Nu het volle licht der geschiedenis op
die eerste nederzetting gevalle.i is, achten
we den tjjd gekomen om eene bijdrage
van onze zijde over die nederzetting te
leveren.
En dan sta op den voorgrond dat we geen
enkele verschooning wenschen aan te bren
gen voor hen die uit speculatie-zucht of
onkunde zich van ongunstige zijde hebben
doen kennen in deze geschiedenis. Hun
daden zijn gebrandmerkt en een samenloop
van omstandigheden, zou het niet kunnen
zijn Gods Voorzienigheid 1 heeft hun kaar
tenhuis omgeblazen.
Maar ook, evenmin is het ons er om te
doen om aan de kaak te stellen of te ont
maskeren. Daar gaat een godsgericht door
de geschiedenis, en een Alwetend God zal
misschien vrjj spreken dien wjj veroordeolen
zouden of veroordeelen dien wjj prjjzen.
Aan ons in elk geval het oordeel niet.
Slechts de objectieve geschiedenis en niets
anders gaan we mededeelen.
In Augustus des vorigen jaars werd in
ons land eene brochure verspreid onder
den titelde Emigratie van Landbouwers
naar Noord Amerika, San Luis Vallei
Staat Colorado. Uitgegeven door de Neder-
landsch-Amerikaansche Land- en Emigratie
maatschappij gevestigd te Utrecht: onder
hooge bescherming van het Gouvernement
van den Staat Colorado, Kantoor Domsteeg no.
8 Utrecht. Deze brochure op de eerste blad
zijde prijkende met de namen van de heeren
M. Noordtzjj, K. de Vidal de St. Germain
en J. den Doer, is gebleken eene bespotting
der waarheid te zijn. De brochure is door
Nederland verspreid en in Amerika bekend
geworden, zonderdat tot half December
iemand daarop eenige aanmerking maakte.
Het zonderlinge verschijnsel deed zich voor
dat na 21 December de deskundigen als
't ware uit den grond opkwamen.
Voor dien datum scheen er geen enkele
te zijn, althans geen hunner liet iets van
zich hooren.
Onder de directeuren der Maatschappij
werd mede op de eerste bladzijde der
brochure genoemdA. Zoutman, Landbouw
ingenieur en Rijks-observator der Vereenigde
Staten van Noord-Amerika, standplaats
Alamosa (Colorado). Deze trad op als de
technische man, de hoogkundige.
Indien men nu weet dat Zoutman slechts
van Februari tot April '92 in de Vallei had
doorgebracht dat de betrekking van
Landbouw-ingenieur onbekend in Amerika
is, en dat ieder bewoner der Unie, die
woont op een verwijderd punt, den onbe-
zoldigden titel van Rijks-observator verkrijgen
kan, dan valt op deze onderneming en haar
adviseir een eigenaardig licht.
Na eene vrij juiste teekening gegeven
te hebben van den toestand van den land
bouw hier te lande en de noodzakelijkheid
tot emigratie deelt de Maatschappij mede
dat na een langdurig, nauwkeurig en des
kundig onderzoek het der directie gelukt
is, in den bloeienaen staat Colorado landen
aan te koopen op de meest gunstige voor
waarden,^ landen uitnemend geschikt voor
de vestiging van Hollandsche landbouwers.
Ook weder eigenaardig was de uitkomst.
Het gekochte land is nooit geleverd en
zal nooit geleverd worden, en de bremstruiken
die daar groeiden gaven getuigenis van het
langdurig, nauwkeurig en deskundig onder
zoek. In de meest gunstige voorwaarden j
waarop het land verkregen was, konden
de emigranten niet deelen want hun werd
26 dollars per acre gevraagd, voor 17Vs
konden zij bjj anderen terecht.
Het klimaat der Jillei is zoo lezen
we verder bijzonder gunstig. In den
zomer hee^scht nooit een benauwende
warmte en in den winter geen doordringende
koude, zooals in Holland en sommige Staten
van Amerika.
De ervaring beslisse ook hier weer.
Over den zomer valt natuurlijk nog niet
te oordeelen, maar de winter was in waarheid
niet geljjk aan die in Holland.
Een winter als daar heerschle kennen
wij hier niet. Nachtvorsten waarbjj de
thermometer tot 20 a 30 graden beneden
nul daalde kwamen voor.
De winter is er kort, zegt het boekje.
Misschien is de winter nergens langer
dan in dit hoogst gelegen deel van Colorado
7600 voet boven de oppervlakte der zee.
De nachtvorsten duren van October tot Mei.
De Vallei is zei men zeer geschikt
voor groenteteelt. De mededeelingen van de
bewoners verkregen verzekeren evenwel dat
door de strenge nachtvorsten de Vallei daartoe
zeer ongeschikt is. Waarheid is dat de koren-
bouw in de Vallei misschien beter resultaten
oplevert dan in eenige der Vereenigde Staten.
De putten of wellen, die volgens de opgave
geringe uitgaven kosten en overal helder en
zuiver water geven, zjjn overvloedig te vin
den in de laatste nederzetting, Rilland. Op
de plaats waar de Utrechtsche Maatschappij
zich dacht te vestigen heeft men bij de
Emigranten-huizen tot 1000 voet diep ge
boord, zonder water gevonden te hebben.
De zijlijn door de Spoorweg-maatschappij
ten behoeve der Emigranten gebouwd, heb
ben zij niet kunnen vinden, en Toni te Linde,
de eenige Hollandsche boer, verbaasde zich
met groote verbazing over zijn eigen ver
klaring.
We beamen volkomen de verklaring op
bl. 8 der brochure van de Maatschappij te
vinden, dat er groote behoefte aan betrouw
baren raad bestaat voor hen die naar Noord-
Amerika gaan en aan zekerheid dat men
kans van slagen heeft.
En w(j meenden dan ook te kunnen beamen
de verklaring op bl. 9 van de brochure te
vinden, dat de Maatschappij genoeg waar
borg verleent om vertrouwen op te wekken
De directie, alzoo heet het op dezelfde
bladzijde, zegt allen mogelijken steun, zoowel
moreelen als financiëelen, toe aan degenen,
die zich op hare landen wenschen te veS'
tigen, en het spreekt wel van zelf, dat het
bestuur in de Kolonie ten allen tjjde bereid
zal gevonden worden, steun en hulp te
verleenen, voorzoover dit mogelijk is en
begeerd wordt.
Met deze en dergelijke verklaringen door
solide en bekende personen afgelegd, achtten
velen, ook tot zijn leedwezen schrijver dezes,
zich gerechtigd onbepaald vertrouwen te
schenken en [met belangelooze sympathie
eene onderneming te begroeten die aan
velen betere uitzichten bieden kon.
Het was daarom dat de redactie van de
Zeeuw, hoewel niet geheel homogeen met
mijn gunstige opvatting omtrent deze zaak,
mjj toestond, onder mijne bekende initialen,
de zaak mjjner sympathie in haar blad te
bespreken.
En het is daarom dat ik mjj thans, nu
het volle licht over deze historie is opgegaan,
verplicht acht het gansche verloop der zaak,
gelijk het tot mijne kennis kwam onzen
lezers medetedeelen.
Mijne dwaling kan anderen mogelijk tot
leering zjjn.
Die zich aan een ander spiegelt, spiegelt
zich zacht.
M. d. K.
Redding door bezuiniging.
In een vergadering door de Amsterdamsche
antirevolutionaire Kiesvereeniging belegd,
gaf de heer Hovy een toelichting van de
door hem in den gemeenteraad gedane
voorstellen, het onderwijs betreffenda
Door de vergadering werd dit besluit ge
nomen
„De vergadering, samengekomen op uit-
noodiging der Kiesvereeniging „Nederland
en Oranje", den 17den Februari 1893 in het
gebouw der „Maatschappij tot Nut van
't Algemeen
overwegende, dat de financieele toestand
van de gemeente Amsterdam onmiddellijk
voorziening vereischt; dat van de draagkracht
der burgerij niet meer kan gevorderd wor
den; dat dus dient omgezien naar middelen
van bezuiniging in de huishouding der ge
meente;
spreekt de wenschelSjkheid uit, dat de
Raad der gemeente de noodigo aandaeht
wijde aan de voorstellen van den heer Hovy,
in zake het openbaar onderwijs in dier voege,
dat voortaan
1. alles wat onnoodige uitgave moet heeten
gemeden of verwijderd worde; en
2. gezorgd worde, dat al wie kan betalen(
voor de opleiding zijner Kinderen, naar be-
hooren in de kosten bijdrage."
In deze twee punten is een geheel program
voor gemeenteraden vervat.
Hoevele steden en dorpen zjjn er niet, waar
men precies hetzelfde besluit zou kunnen
hemen
Redding door bezuiniging op alle onnoodige
uitgaven, allereerst in het onderwijs, worde
hoe langer hoe meer de leus
27 Februari 1893.
Roomschen en antirevolutionairen.
Nu men beweert dat voor den gemeen
teraad te Wageningen door de samenwer
king van roomschen en antirevolutionairen
wel de antirevolutionaire candidaten gekozen
zjjnen dat de roomsche candidaat het slechts
tot herstemming brengen kon, melden wij
op gezag van liberale bladen dat de in den
gemeenteraad te Wageningen Woensdag
gekozenen twee liberalen en twee roomschen
zijn en dat de derde van de drie roomsche
candidaten met een liberaal in herstemming
komt. Hij had 12 stemmen minder dan een
der gekozenen. Een alledaagsch verschijnsel
dat men gaarne opblaast tot een daad van
woordbreuk en papenhaat, wanneer het in
de kraam te pas komt. Antirevolutionairen
waren te Wageningen niet candidaat gesteld,
althans zoo de berichten waar zijn. Overigens
is het een algemeen verschijnsel dat van
twee candidaten de een meer stemmen heeft
dan de ander. In '91 had bijv. bij een
raadsverkiezing te Goes de roomsche candi
daat Stieger 40 stemmen minder dan da
liberale candidaat Harting. Toch deden toen
(als nu) roomschen en liberalen saam.
Te Overschie overleed Zaterdag in
den ouderdom van 71 jaar de heer Geurt
van Rennes, oud agent voor christelijk natio
naal schoolonderwijs. Hij was een zoon van
den heer v. Rennes hoofd der openbare school
te Renkum, die met het bekende drietal
Ecrdbeek, Neelmejjer, Van Otterloo, hoofden
van openbare scholen in dit deel der Betuwe
den strijd tegen het in beginsel antichristelijk
onderwijs der staatsschool zooals dit door
de wet van 1857 werd gecreëerd, in verzet
kwamen. Dezen strijd maakte de heer G
v. Rennes mede, en zjjne liefde voor het
vrije christelijk onderwijs rijpte daarbij;
zoodat het hem een onschatbaar voorrecht
was toen hij als reizend agent voor christelijk
nationaal schoolonderwijs kon optreden en
zijn vader gaf hem daarbij zjjn zegen.
Jarenlang diende hij de zaak van het
christelijk onderwijs en de zending met al
de geestdrift van zijn hart, en hjj betreurde
het zeer, toen bij ten gevolge van dien
arbeid op het ziekbed geworpen werd, dat
men hem zijn eervol ontslag thuis zond.
Onze oudere broeders te Kortgene, Wis-
sekerke, Goes eu Zierikzee herinneren zich
nog wel dezen beminneljjken grooten man,
die de kinderen op de christelijke scholen
zoo vriendelijk toespreken, de besturen zoo
warm aanmoedigen kon en die tot zijn dood
leefde voor het christelijk onderwijs, ja
voor eiken arbeid der liefde in Gods
Koninkrijk.
De Heere trooste de weduwe en dochters
van den overledene, en verwekke in den
lande mannen als hj] om door woord en
wandel overal te getuigen van de liefde
Gods voor zondaren.
Kermis.
Ds. Th. H. Nahuijs deelt in <nDe N.
Sprokkelaar't volgende mee
In 't jaar 1862 deed de algemeen bekende
en door ieder hooggeachte heer Kees van
den Bosch van den Molen in den Goesschen
gemeenteraad het voorstel de kermis af te
rebaffen. Een ander lid van den Raad
bestreed dit voorstel met warmte en zeide
o.a.«Weet de heer Van den Bosch wel,
dat in die week het meeste geld naar Goes
stroomt? Ieder die op afschaffing van de
kermis aandringt, is geen vriend van onze
stad en verdient niet langer lid van haren
Raad te zijn.»
De heer Van den Bosch vraagde nogmaals
het woord en zeide: «Mijnheer de Voor
zitter, er is geld waar een zegen, en er
is geld waar een vloek op rust. Van het
eerste wensch ik mijne stad zooveel mogelijk
toe, van het laatste geen cent.»
De Godvreezende hootdonderwjjzer Van
de Linde te Bieselinge weigerde zjjnen
kinderen steeds naar de Goesche kermis
te gaan. In 1863 was het weder kermis
te Goes. De kinderen van meester Van
de Linde, hunne speelgenooten over al het
moois data daar te zien was met opgetogen
heid hoorende spreken, herhaalden hun
verzoek. De vader zag, dat hunne begeerte
naar het ongeziene te groot werd, en zeide
daarom «Gij zult gaan, en ik ga met u».
De kinderen, die eene weigering verwacht
hadden, waren ten hoogste verbaasd, meest
echter daarover, dat vader mééging.
De meester toonde hun alle kramen en
spellen. De eenvoudige dorpskinderen, die
nooit iets dergelijks gezien hadden, waren
één en al bewondering.
«Kinderen,» zeide de meester, «nu gaan
wij nog wat zien.» Thans voerde hij hen
achter de kramen. Daar hoorden zjj
mannen en vrouwen twisten en de lieder.
ljjkste taal uitslaan; daar zagen zjj halt
naakte kinderen in den modder kruipen
«Vader, waarom brengt gij ons hier
zeiden de kinderen, «hier is het zoo akelig».
«Kinderen,» hernam nu de meester met
grooten ernst, «deze menschen reizen
't heele jaar door van kermis tot kermis,
leiden daardoor een afschuwelijk heidensch
levenze worden vagebonden en misdadi
gers. Door uw kermisvieren krijgt gij
mede schuld aan hunue zonde en ellende.»
De kinderen van meester Van de Linde
hebben nooit meer getaald om naar de ker
mis te gaan.
Goes. Men schrijft onsIn een bezadigd
artikel heeft de Goesche Crt. de redenen
ontvouwd waarom het noodig is den anti
revolutionair morgen niet in de gemeentel aad
te kiezen. Volgens haar heelt een gemeente
raadsverkiezing bij uitstek een politieke
zjjde; en moeten de kiezers door hun stem
verklaren, dat zij wenschen geregeerd te
blijven als tot nu toe.
Laat de geachte schrijver van het artikel
zich nu toch niet inbeelden dat bjj da
verkiezing van onzen candidaat de regeering
anders worden zou. De burgemeester en
de wethouders, verstandiger dan hunne
Wageningsche collega's, die om eeD ont
vangersbenoeming heengingen, zullen zeker
om de verkiezing van een geacht man als
de heer Donner niet uit de regeering treden
en waar ergens in Nederland hebben de
antirevolutionairen, als zij de meerderheid
bekwamen in raden ot staten, personen die
werkelijk liberaal regeerden, geweerd of
bemoeilijkt
Eén ding geven wjj toe: de antirevolu
tionairen zijn verplicht, zoo niet in de
eerste maanden, dan toch op den duur
voor die bezuinigingen te ijveren die zonder
het belang der gemeente te schaden, den
belastingplichtigen ten goede komenen
dit kan bjjv. bij ontstaande vacatures aan
de meisjesschool waar de tractementen zelfs
op 't standpunt der meest liberale school
mannen, buitensporig hoog zijn; en
maatregelen te bedenken om de belastingen
al meer te doen heffen overeenkomstig de
draagkracht; wat toch zeer zeker den
winkelstand weer ten goede komen zou.
Wij weten niet of de heer Coenen
liberaal of katholiek is; doch ware hij een
der onzen wij zouden hem deze vragen
hebben voorgelegd, alvorens hem candidaat
te stellenwant de tijd van stemmen in
den blinde, zonder te weten wat de can
didal wil, is voorbij. En het is de vraag
of het geen tjjd wordt dat de candidaten
voortaan zich openbaar hebben te verklaren.
Die openlijke verklaring gaf de heer
Denner evenmin; doch wat hg in de ver
gadering der Kiesvereeniging uitsprak, vindt
men in bovenstaande beschouwing weer,
waarmede wjj hem dan ook gerust durYen
aanbevelen.
Laat men in dezen ongeljjken kamp(i mmers
roomschen en liberalen gaan thans weder
saam) de handen ineenslaan. Als ieder
antirevolutionair een twijfelachtig kiezer
tot het vervullen van zjjn kiezersplicht
beweegt, dan is met Gods hulp de keuze
verzekerd van onzen medeburger
van wien het woord uit de Goesche Cr t.
geldt, dat hij niet alleen
„Al de jaren van zijn verblijf
hier ter stede blijk heeft gege
ven belang te stellen in de pu
blieke zaak, waardoor hjj ver
trouwd mag geacht worden met
de belangen onzer stad, maar
uithoofde van zijne betrekking
komt hij in aanraking met per
sonen uit alle standen onzer
samenleving, waardoor hij als
vanzelve met de verschillende
nooden en behoeften onzer
ingezetenen bekend is".
Bjj Kon. besluit is pensioen verleend
groot f 369 aan L. Caljouw, schipper op
het rjjksdomeinvaartuig voor Zeeland.
Berichten omtrent musschengilden
worden door ons terzijde gelegd. Wij merken
hierbij met ingenomenheid op dat pogingen
worden aangewend om de spreeuw een
der nuttigste zangvogels onder de be
schermde vogelsoorten op te nemen; en