1893. No. 56.
Donderdag 9 Februari.
Zevende jaargang.
VERSCHIJNT
G. M. KLËMKERK. te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIEN
ONS PROGRAM.
RECHTSZAKEN.
Gemengde Berichten.
uw.
elken .MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND
Prjj? per drie maanden franco p. p. 0.95.
Enkele nummers0.02e.
UITGAVE VAN
en
van 1 5 regels 25 cent iedere regel meer 5 cent
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent; iedere regel
meer 10 cent.
Art. 1.
De antirevolutionaire of christelijk-histori-
sche richting vertegenwoordigt, voor zooveel
ons land aangaat, den grondtoon van ons
volkskarakter, gelijk dit, door Oranje geleid,
onder invloed der hervorming, omstreeks
1572, zjjn stempel ontvingen wenscht
dit, overeenkomstig den gewijzigden volks
toestand, in een vorm, die aan de behoeften
van onzen tijd voldoet, te ontwikkelen.
Art. 2.
Noch in den volkswil, noch in de wet,
maar alleen in God vindt zjj de bron van
het souvereine gezag, en verwerpt mitsdien
eenerzjjds het beginsel van volks-souvereini-
teitterwijl zij anderzijds de souvereiuiteit
van Oranje eert, als onder de leiding Gods
in onze geschiedenis gewortelddoor de
mannen van 1813 in den Nederlandschen
staat tot ontwikkeling gebrachten door de
grondwet als zoodanig bevestigd.
Art. 3.
Ook op staatkundig terrein belijdt zjj de
eeuwige beginselen van Gods Woord; zóo
evenwel, dat het staatsgezag noch recht
streeks, noch door de uitspraak van eenige
kerk, maar alleen in de consciëntie der
overheidspersonen, aan de ordinantiën Gods
gebonden zij.
Art 4.
De overheid, zoo leert ze, is als dienaresse
Gods, in eene Christelijke en dus niet-
godsdienstlooze natie, gehouden tot verheer
lijking van Gods naam, en behoort diens
volgens: a. uit bestuur en wetgeving alles
te verwijderen, wat den vrijen invloed van
het Evangelie op ons volksleven belemmert
b. zichzelve, als daartoe in volstrekten zin
onbevoegd, te onthouden van elke recht
streeksere bemoeiing met de geestelijke
ontwikkeling der natiec. alle kerkgenoot*
schappen en godsdienstige vereenigingen, en
voorts alle burgers, onverschillig welke hunne
denkwijze aangaande de eeuwige dingen
zij, te behandelen op voet van gelijkheid
en d. in de consciëntie, voor zoover die het
vermoeden van achtbaarheid niet mist, een
grens te kennen voor haar macht.
Art. 5.
Zij belijdt dat de overheid regeert bij de
gratie Gods, en, hieraan hare regeerings-
macht oatleenende, het recht heeft, den eed
te vragen; en, ter vrijlating van den dag
des Heeren, en alzoo mede in 's volks belang,
na wijziging der bestaande Zondagswet,
zoowel zelve zooveel doenlijk in al haar
vertakkingen opdien dag behoort te rusten,
als in haar concessiën aan maatschappijen
van vervoer geheelen of gedeeltelijken
stilstand van zaken voor dien dag heeft te
bedingen.
Art. 6.
Op zichzelf geen enkelen staatsvorm den
eenig bruikbaren keurende, erkeDt zij het
aan de grondwet gebonden koningschap,
gelijk zich dit ten onzent geleidelijk uit de
republiek der vorige eeuw heeft ontwikkeld,
als den voor Nederland meest geschikten
regaeringsvorm.
Art. 7.
De grondwet, gelijk die in 4848 gewijzigd
is, aanvaardt zij als uitgangspunt om langs
wettigen weg tot een hervorming van onze
staatsinstellingen naar eisch der Christel jjk-
hislorische beginselen te geraken.
Art. 8.
Zij verlangt daartoe bevestiging van den
rechtmatigen volksinvloed, die, krachtens
den zedeljjken hand tusschen kiezers en
gekozenen, door de Staten-Generaal naar
eisch van onze historie, op het staatsgezag
wordt uitgeoelend.
Art. 9.
Het verwerpen van begrootingen, om
redenen buiten die begrootingen gelegen,
keurt ze, tenzij in zeer buitengewone om
standigheden, als machtsoverschrijding af.
Art. 10.
Zjj wil dat de gewestelijke en gemeente
lijke autonomie, voor zoover deze niet strijdt
met de eischen der staatseenheid en de
rechten van de enkele personen niet onbe
schermd laat, door decentralisatie worde
hersteld.
Art. 11.
Opdat de Staten-Generaal in de natie
wortelen het volk niet slechts in naam
vertegenwoordigen en in hun saamstelling
niet langer een krenking van het recht
der minderheden opleveren; eischt zij de
invoering van een ander kiesstelsel, en, ter
voorbereiding daartoe, verlaging van den
census.
Art. 12.
Zij wil dat de staat (voor Zoover ont
stentenis van veerkracht bij de burgerij
hiertoe niet noodzaakt) het beginsel late
varen, alsot de overheid geroepen zou zjjn
om van harentwege onderwijs te doen
geven voorkome dat de overheidsscholen,
voor zoover noodig, tot propaganda van
godsdienstige of tegen den godsdienst ge
keerde begrippen misbruikt wordenen
alzoo ook in zake onderwijs aan alle bur
gers, onverschillig welke hunne godsdien
stige of paedagogische zienswijze zij, gelijke
rechten gunne.
Art. 13.
Van den Souverein wil zij, dat door
eene onafhankelijke rechtspraak, die onder
ieders bereik valie en in verband sta met
het zedelijk rechtsbesef der natie, volgeas
wetten, die op de eeuw'ge rechtsbeginselen
rusten, lo beslissing uitga voor alle geschil
len van partijen, zoowel van burgerrech
telijken als van administratieven aard ten
2o vonnis kome tegen een iegelijk, die
zich vergrijpt aan de gemeene orde der
dingenen ten 3o voltrekking van straf
aan den gevonnisde volge, niet slechts om
de maatschappij te beschermen of dea
overtreder te beteren, maar allereerst tot
herstel van de geschonden gerechtigheid.
Desnoods door de doodstraf, waartoe het
recht in beginsel aan de overheid toekomt.
Art. 14.
Op de overheid, zoo oordeelt ze, rust de
plicht om te waken voor de publieke eer
baarheid op den weg en in publieke plaat
sen de gelegenheid tot het gebruik van
sterken drank te beperken den uitstal te
verbieden van onzedelijke boek-, plaat-, of
prentwerkenverleiding van minderjarigen
tot onzedelijke daden strafbaar te stelle^;
en met de hoererij op geenerlei wjjze,
noch preventief, noch beschermend, en
derhalve anders dan werend, in aanraking
te treden. Onder dien verstande echter, dat
ze zich bij eiken maatregel, die uit deze
verplichting voortvloeit, stiptelijk verre houde
van wat tot het terrein des huiselijken
levens behoort.
Art. 15.
In het belang der openbare gezondheid
acht ze, dat de overheid te waken heeft
tegen vervalsching van levensmiddelentegen
verontreiniging van den publieken weg en
tegen vergiftiging van den dampkring of
het water; zorg heeft te diagen voor zin-
deljjkheid in haar eigen huishouding en een
eerlijke begrafenis der lijkenen voorts bij
het zich vertoonen van besmettelijke ziekten
(behoudens de vrije beschikking van een
iegelijk over zijn eigen lichaam en zijn eigen
consciëntie) al zulke maatregelen heeft te
nemen, als strekken kunnen en onmisbaar
zijn om te voorkomen, dat iemand, onwillens
of onwetens, met de smetstof dezer ziekten
in eene voor hem gevaarlijke aanraking zou
treden.
Art. 16.
Zij wenscht dat bij het fiuantiëel beheer
van den staat de verhouding tusschen over
heid en burgers niet die van verdrag, maar
een zedelijk organische zij, en dat het even
wicht tusschen ontvangsten en uitgaven
geregeld worde, niet door drukkende ver
meerdering van de lasten der natie, noch
door bezuiniging op het noodige, maar door
beperking van staatsbemoeiingen dat voorts
ons belastingstelsel hervormd worde in den
zin, dat de ontwikkeling van het volksleven
minder schade ljjde; de hooge opbrengst
der middelen niet eenige maatstafde druk
minder ongelijkmatig zijen de kosten van
inning afnemen.
Art. 17.
Kracht tot handhaving van onze nationale
zelfstandigheid zoekt zij in de versterking
van het 'rechtsbesefin de bevordering van
kennis onzer historiein de bevestiging van
onze volksvrijheden; in eene ervarene diplo
matie; en voort* in eene wettelijke organisatie
van de doode en levende strijdkrachten te
land en te water, die, na verbetering van
het scheeps- en kazerneleven, met prijsgeving
der plaatsvervanging, bovenal kracht zoeke
in het moreel van den soldaat.
Art. 18.
Voor zooveel het koloniale vraagstuk aan
belangt, belqdt zjj, dat de baatzuchtige nei
ging van onze staatkunde, om de koloniën
voor de kas van den staat of vari den parti
culier te exploiteeren, dient plaats te maken
voor een staatkunde van zedelijke verplichting
en diensvolgens in de lijn, herhaaldelijk
door antirevolutionaire staatslieden, wier
inzicht op bestudeering der quaestie gegrond
was, aangegeven, alle belemmering voorde
vrije prediking van het Evangelie dient
opgeheven; bij het lager onderwijs het
bijzonder initiatief van het Europeesch be
standdeel aanvankelijk dient gesteund
tegenover het Mahomedanisme het Chris
telijk karakter der natie niet verloochend;
en zoo de politieke als sociale en oeconomische
verhouding in overeenstemming gebracht
worde met deneisch derChristelijk-historische
beginselen.
Art. 19.
Zij erkent de noodzakelijkheid om ook
door middel van onze wetgeving, beter dan
thans, er toe mede te werken, dat de
verhouding tusschen de verschillende maat
schappelijke standen zooveel doenlijk be
antwoorde aan de eischen van Gods Woord.
Art. 20.
Zij verklaart dat noch voor het rijk in
Europa, noch voor de Indien, door de
overheid eene staatskerk, van wat vorm
of naam ook, mag worden in stand ge
houden of ingevoerddat het den staat niet
toekomt, zich met de inwendige aangelegen
heden der kerkgenootschappen in te
latenen dat, ter bevordering van
een meer dan dusgenaamde schei
ding tusschen otaat en kerk, de verplich
ting, uit art. 168 der grondwet voor de
overheid voortvloeiende, na uitbetaling aan
de rechthebbenden van het rechtens ver
schuldigde, dient te worden opgeheven en
Art. 21.
Dat zij, om deze beginselen ingang te
doen vinden, de zelfstandigheid van hare
partij handhaaftzich bij geen andere partij
laat indeeleuen slechts dan samenwerking
niet andere partijen aanvaardt, indien die
door een vooraf wel omschreven program,
met ongekrenkt behoud van hare onafhan
kelijkheid, kan worden verkregen. Reden
waarom zij bij eerste stemming gemeenlijk
meteen eigen candidatuuraan de staatkundige
verkiezingen deelneemt, en, bij herstemming,
zich voorbehoudt te handelen naar omstan
digheden.
De heeren F. Zijlstra en A. J. van Lummel,
met den heer J. van Boven het Comité der
emigrauten in Colorado vormende, hebben per
telegraaf bericht dat de heer J. van Boven
per stoomschip Maasdam naar Nedeiland
komt. Emigranten worden verzocht hunne
overkomst tot dien tjjd te vertragen.
Blijkens de afvaartlijst der Stoomboot
van de N. A. S. M. is de Maasdam 4
Februari van New-York vertrokken, en kan
dus 16 of 17 Februari hier zijn.
Het is met de veiligheid in ons land niet
best gesteld.
De moord te Nieuwesluis de brand
in Groningen het oproer te Sliedrecht
het sehieten te Amsterdam en te St.
Anna-Parochie.
Ziedaar de Chronique Scandaleuss der
afgeloopen week.
Was het dr. Beets niet die voor een
half dozijn jaren in Magdalena de volgende
regelen schreef?:
Wat afvalt van den hoogen God,
Moet vallen.
Een zelfde schuld; een zelfde lot
Voor allen.
't Gezin, 't geslacht, het volk, de Staat,
De kleinen en de grooton;
Verlaten wordt wat God verlaat,
Wat God verstoot, verstooten.
Wel hoort men daaglijks stem op stem
Weerklinken:
Geen nood! wjj redden 't zonder Hem!
Maar die het zeggen zinken.
Het getal Gidsen op onzen wetenschappe-
Ijjken levensweg is met eei vermeerderd.
Naast de oude Gids zijn we een Nieuwe Gids
rijk geworden, naast de Indische Gids worden
we nu ook bevoorrecht met een Sociale Gids.
Ons natuurlijk wel, die er gebruik van
maken wil doe het.
Toch hopen we gaarne bij het meerderend
aantal Gidsen dat het den rnenschen niet
gaan zal als de hazen door de honden.
Men zegt immers dat vele honden de
dood zjjn v,ior den haas.
We zeggen dit natuurlijk zonder ver
gelijking. Ieder beeld gaat mank.
Tot lid der tweede kamer in het kies
district Leeuwarden is gekozen de heer
C. V. Gerritsen (radicaal) met 1332
van de 2610 stemmen. Op zijn tegencan-
didaat mr. J. Troelstra (lib.) waren 1278
stemmen uitgebracht.
De liberalen, die een zetel verliezen, Ijjden
hier een groote, vooral zedeljjke, nederlaag.
Eerlijke, maar ook oneerlijke middelen
hadden zij beproefd om met hun candidaat
te slagen.
De verkiezing van den heer Gerritsen is
overigens een triumf voor het ministerie en
verhoogt de kansen der kieswet.
8 Februari 1893.
Men lette s.v.p. op de nieuwe dienstrege
ling der boot Vlissingen-Middelburg-Rotter-
dam, op de 4e bladzjjde onzer krant opge
nomen.
lndertjjd werd te Amsterdam de
Vereeniging Werkmansbelang, bestaande uit
de voorzitters en ondervoorzitters der voor
naamste werkliedenvereeoigingen, gesticht,
welke Vereeniging zich ten doel stelt, de
belangen der werklieden met het oog op
eene a. s. wet op het pensioneeren van
werklieden te behartigen. Door minister
Tak werd de Vereeniging uitgenoodigd hem
van advies te dienen omtrent de verschillende
wenschen der arbeiders in het algemeen en
de grondslagen, waarop eene wet op de
pensioneering heeft te berusten, in het bij
zonder. De Vereeniging voldeed aan die
opdracht en stelde o. a. een staat op van
20 vragen, welke aan de aangesloten ver
eenigingen ter beantwoording werd toege
zonden. De antwoorden èn van de vereeni
gingen als zoodanig èn van een aantal leden
persoonlijk zijn daarna, vergezeld van eene
memorie van toelichting, in handen gesteld
van den minister, welke die schrifturen met
erkentelijkheid aanvaard heeft.
Naar aanleiding van deze zaak waren
Maandag de bestuursleden van verschillende
der handwerksvereenigingen bij den mi.
nister van binnenl. zaken op audiëntie en
inuchten van hem vernemen, dat de aange
legenheid der pensioneering van oude werk
lieden op den krachtigen steun der regeering
kan rekenen.
De minister van Oorlog heeft bepaald,
dat de lotelingen van de lichting 1893,
die binnen 10 maanden werkelijker! dienst
blijken geven van bruikbare korporaals te
zijn en zich door een zeer goed gedrag
onderscheiden, daardoor aanspraak verkrij
gen op twee ma inden verlof met behoud
van soldij.
De heer B. den Boer, deurwaarder
te Zierikzee, is benoemd tut deurwaarder
bij het Kantongerecht te Oud-Beierland.
De minister van binnenlandsche zaken
heeft, met ingang van 10 Februari 1893,
het vervoer van kalveren, jonger dan zes
maanden, naar Friesland verboden uit den
kring, omvattende de provinciën Noord-
Holland, Zuid-Holland, Utrecht, Zeeland,
Noord-Brabant, Limburg, Gelderland, Over
ijssel, Drenthe en Groningen.
Arrondissements-Rechtbank te Middelburg.
Dinsdag o a. zijn veroordeeld wegens
aanranding der eerbaarheidJ. G.19
j., werkman, Eede, thans in hechtenis, tot
3 m. gev. straf
beleediging: F. S., 64 j., hvr. van J. M.,
Axel tot f 3 b. s. 3 d. h.
wederspannigheidJ. S., 18 j., vuscher,
Arnemuiden, tot 7 d. gev. straf, en
wederspannujheid en overtreding der
drankwetA. B. M., 29 j., zeeman, Mid
delburg, tot f 1 b. s. 1 d. h. en f3 b. s. 3
d. h.
Allen in de kosten.
Onder de opgave in ons nommer van
Zaterdag stond ter zake van mishandeling
en beleediging van ambtenaren O. Z., 28
j., schippersknecgt, Oostwedde, prov. Gro
ningen, veroordeeld tot 7 d. gev. steafdit
moet zijntot f8 b. s. 6 d. h. wegens be
leediging van ambtenaren.
Krabbendijke.. Zondag II. is er in
ie oesterloods van L. Zuidweg, door middel
van een ruit in stukken te duwen en het
houtwerk te beschadigen, uit die loods ont
vreemd twee paar laarzen en olierokken,
ter gezamenlijke waarde van f 14; alles
eigendom van de arbeiders van genoemden
Z. Een paar laarzen is door de dieven
weggeworpen. Men is de daders nog niet
op het spoor, doch men vermoedt dat het
Belgen zijn.
In de controle Hansweerd zijn
tet schatter der huurwaarde van door lodgers
bewoonde gedeelten van woonhuizen benoemd
de heeren M. Buitendijk te Goes, M. Glerum
te Kruiningen en J. Van Vijven Gz. te
Heinkenszand, terwijl de heer D. Vermet
tot plaatsvervanger is aangewezen.
De verificateur J. de Visser wordt met
1 Maart. a. verplaatst van Vlissingen naar
Zevenaar.
De aanleg var, een badplaafs, terreinen
voor het houwen van hotels, villa's en het
stichten van een hoofdgebouw of badhotel
te Kadzand zijn verzekerd.