img.
be partij
GrT Co.
ichelde.
1893. No. 55.
Dinsdag 7 Februari.
Zevende jaargang.
te opruiming
)DZ
ienst Midd.-VIisst
2,10 O,-
V E R .8 C H IJ X T
G. M. KLEMKERK. te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIES
IN EIGEN KRING.
Schetsen over Middelburg.
ONS BINNENHOF.
van
lopers ge.
p, zoödat
de voor-
len Heer
:oom.
egers,
jkpen,
oden-.
b-Nez-
uiten,
pusen.
soorten artikelen voor
ak-, Tafel-, Dessert-, Sla-
cheermessen, Trocarta e.n
fcs (nieuwste kapperschaar)
Dbele-, navel- en kinder
Doctoren.
MBOOTDIENST
delburg en Zierikzee.
Rierikzee Spoorweg Goes.
rdamsche tijd.)
Februari
Van Zierikzee:
'smorg. 'amid.
smid.
2.—
2.—
2,-
2-
2,
2,-
2,
2,
2—
2.—
4 7,50
5 7,50
6 7,50
7 7,50
Zat.
Zond.
Maan.
Dinsd.
Woens. 8 7,50
Dond. 9 6.30
Vr. 10 7,50
Zat. 11 7,50
Zond. 12 7,50
Maan. 13 7,50
Dinsd. 14 7,50
Woens. 15 7,50
2.Dond. 16 6,
2.—IVrijd. 17 7,50
2,30
2,30
2,3»
2,30
2,30
2,30
2,30
2,30
2,30
2,30
2,30
2,30
ÏBOOTDIENSI'
1IDDELB.-R0TTERDAM.
Igens stadsklokken.)
'ebruari.
14 uitgezonderd Zond., van
an Middelburg 8.30, van
u.
IE STOOMBOOT.
Februari
ndag 5 's morg. 4.u.
oensd. 8 's morg. 9.30 u.
urg: Voorm. 7,55, 9.16,
2,45,2,40,4,10,5,50, 7,20,
Voorin. 8,30, 9,55,
,40, 3,25, 4,50,6,35, 8.
IBUSDIENST
JKSCHE VEER—GOES,
jitzondering van Dinsdags,
gs geen dienst),
iertsdqksche Veer 6.40+
5.-.
Station 8.1+, 2,34+ (Slot
de) 6.30.
Dinsdags:
irtsdjjksche Veer 9. 5.
(Slot Oostende) 2.30,6.30
)ich-tyd.
u. m. u. m.
nm 11,55 3,25 O,—
12,25 3,55 O,—
Dinsd. en Vrijd. Woensd.
en Zat
3,25 O,
3,45 O,
-,,- 8,40
-,9,10
1,50 O,
011,55
012,15
4010,10
10,30
elken MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND
Pr(j:? per drie maanden franco p.p. f0.95.
Enkele nummers 0.026.
UITGAVE VAN
en
van 1 5 regels 25 cent iedere regel meer 5 cent
Familieberichten van 1 5 regel* 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
In ons voorlaatste Woensdagnummer gaven
wij den beknopten inhoud van het belang
rijke wetsontwerp tot instelling van Kamers
van Arbeid hetwelk aan onze volksvertegen
woordiging is aangeboden.
Nu wij het ontwerp voor ons hebben,
wordt het ons eenigszins gemakkelijker er
een oordeel over uit te spreken.
En dan sta van te voren vast dat wij het
in zijn geheel juist daarom met sympathie
begroeten, dewijl het eene bekroning is van
den strijd door antirevolutionairen aange
bonden om te komen tot het groote beginsel
van souvereiniteit in eigen kringdat wil
zeggen dat niet alleen de huisvader, niet
alleen de school, niet alleen de kerk, maar
ook het ambacht en jhet bedrijf, in één
woord dat het volk meer zijn eigen zaken
leere behandelen.
Het particulier initiatief, dat wil zeggen
het aanpakken van de zaken door de bur
gers van Nederland, door de leden der
christelijke kerk, is altijd een bewijs van
organisch leven, oorzaak van krachtiger»
bloei en welvaart geweest.
En voor zoover er ook onder ons nog
zijn mochten, des neen, die eenige ver
wachting koesteren van het uitgebreider
kiesrecht dat zal verleend worden, zou een
waarschuwing niet te onpas zijn
Vlei u met een dergelijke valsche hoop
niet langer. De werkman heeft meer aan
een kwartje dan aan een stembiljet; de
maatschappij is beter gediend met een de
gelijker organisatie dan met een uitgebreider
kiezersaantalde natie mag grootere dingen
verwachten van de. verlevendiging van het
initiatief, het zelf aanpakken in alle kringen,
dan van de vermeerdering van haren invloed
op de keuze harer politieke vertegenwoor
digers.
Wel is op zichzelf tegen deze vermeerde
ring ook van den politieken volksinvloed
niets in te brengen; doch vrij wat meer
voordeel heeft het volk uit de door hemzelven
te regelen zaken die rechtstreeks zijn belan
gen betreffen.
Die behandeling van eigen zaken is een
grootsche en moeilijke taak door Gods Woord
aangewezen, maar ook een onvervreemdbaar
recht van een volk als het Nederlandsche,
dat zulk een leerrijke, keurige historie heeft
en zulke schoone traditiën.
Een deel des volks, een deel der «kleijne
luijden», vaak door laatdunkende mannen
der wetenschap niet geteld men denke
onder anderen aan wijlen Opzoomers «niet-
denkend deel der natie» - heeft var» dit
recht een christelijk gebruik weten te ma
ken, heett jarenlang tot zegen der geheule
natie uit dit beginsel van souvereiniteit in
eigen kring geleefd, en uit den strijd voor
dat schoone beginsel zich een kostelqlc goed
veroverd. Zie het aan het onderwijs.
Nu een half jaar geleden toen de diaco-
FEUILLETON.
XIII.
Graaf Willem I schonk in 1217 aan
Middelburg handvesten, keuren en stede
lijke privilegiën. Willem II schonk opnieuw
voorrechten en zijn broeder en voogd Floris
IV zette dit voort. In deze handvesten of
keuren werd vrijdom van tol geschonken,
voor het toezicht op vaarten en wegen ge
zorgd, zekere boete op misdrijven gesteld,
het recht verleend om overheden en sche
penen te kiezen, vastgesteld voor hoe
veel geld iemand poorter kon worden,
welk geial van manschappen in den
oorlog moesten geleverd worden. Floris V
raadpleegde niet alleen de edelen, maar ook
somtijds de poorters of hunne vertegen
woordigers. Alzoo ontstond op vreedzame
wijze de stad Middelburg, gelijk met
audere steden. In andere landen was men
dikwjjls verplicht de rechten te ontwringen
aan de hand des Vorsten, in Nederland niet.
De titel dien we kozen verplicht ons de
geschiedenis van de Gravenhuizen vao He
negouwen, Beieren en Bourgondië voorbij
te gaan. De regeering van deze Grafelijke
huizen leverde zoomin voor de Abdij als
voor Middelburg iets belangrijks op. Alleen
Vrouw Jacoba, de laatste vertegenwoordig
ster van het Huis van Beijeren, de schoone,
maar ongelukkige Vorstin, die tot Burcht
vrouw daalde, bleef in de herinnering der
Zeeuwen voortleven door haar verblijf op
het slot Ostende te Goes en door den bouw
van Ter Huoge bij Middelburg, door haren
echtgenoot Frank van Borssele ondernomen.
Maar de geschiedenis, die we onderno
men hebben te schrijven, verplicht ons stil
te Staari bij de inhuldiging van den voor-
nie der hervormde kerk te 'sGravenhage
een der eerste christelijke scholen, die van
meester Schaberg, stichtte werd een weg
ingeslagen, die leidde tot de verovering
van vrij christelijk onderwijs.
Er werden scholen gebouwd uit wier
evangeliezout een volk van het ongeloot
behouden werd.
Sinds zijn honderden vrije scholen ver
rezen, die door de mannen uit het volk
met behulp van enkele aanzienlijken, doch
vaak ook zonder die hulp, in stand bleven,
ten spijt van de geringe middelen, waa»'-
over men beschikte, en den niet altijd
even nobelen tegenstand var» liberalen en
van den modernen staat.
Maar zoo is dan ook de christelijke school
een macht geworden in den lande, een
macht waarmede de wetgever ten slotte
rekenen leerde en waarvoor het liberalisme
in zijn minst verdorven vorm zich thans
oprechtelij k buigt.
En nu de Overheid, dank zij den arbeid
van minister Mackay en volksvertegenwoor
digers als Schaepman en De Savornin Lohman
niet meer officieel den arbeid der vrije school
negeert en dien der Staatsschool in bescher
ming neemt, is de tiiumf van het beginsel
der vrijheid zooals wij het kortheidshalve
noemen althans voor wat het lager on
derwijs betrett, voltooid en wacht men nu
nog slechts op de erkenning van ditzelfde
beginsel ook inzake het vrije middelbaar-,
gymnasiaal- en hooger onderwijszooals
ook dit in de laatste jaren bij een deel der
christenheid tot zijn recht kwam.
De bloei der gereformeerde kerken sinds
1836, van de gymnasiums te Zetten en
Amsterdam, van de hoogescholen te Kampen
en Amsterdam zijn zoovele bewijzen dat
wat uit de kringen des volks, rechtstreeks
de belangen des volks ï'akend, tot stand
kwam, met dat volk zelf groeit.
Aan den bloei van dergelijke stichtingen
herkent men de kracht, meet men de be-
teekenis af van het particulier initiatief.
Voor kerk en school hebben de antirevo
lutionairen steeds veel over gehad. Jammer
dat die waakzaamheid, die heldere blik niet
ook op sociaal gebied valt te constateeren.
"Want wel hebben in 1874 onze eigen
woordvoerders in de Tweede Kamer deo
man die de volksbehoeften kende dr. Kuy-
per met zijn aandrang om een Wetboek
van den Arbeid alleen laten staandoch uit
de Volkskringen waren de kreten van in
stemming niet luide genoeg om op het
Binnenhof gehoord te worden. Had men om
sociale rechtvaardigheid even uitdrukkelijk
gevraagd als om gelijk recht ook voor het
vrije onderwijs, we waren misschien nu reeds
aan liet bezit van Arbeidskamers toe geweest.
Alleen Patrimonium aangevuurd door
zijn energieken voorzitter heeft jarenlang
een enkel Kamerlid op maatregelen in die
richting helpen aandringen.
Hij heeft het nut van dergelijke Kamers
laatsten Graaf van Zeeland Karei V, tevens
de laatste van het Oostenrijksche Huis.
Alzoo ons tooneel verplaatst ons ditmaal
niet in een welgevulde kerk om een preek
te hooren ook niet te midden van den
bouw en ontwikkeling der stad evenmin
te midden van het leven en lijden der hoo-
rigen nog minder in de eetzaal der
monniken of onder eens Ridders kruispre-
diking.
Deze tooneelen zijn allen als tableaux
vivants ons oog voorbijgegaan. JNu zien we
Middelburg in feestgewaad op den 14
Mei 1515.
Dit is de laatste onzer schetsen uit de
Middeleeuwen.
De vijftienjarige Vorst Hertog Kaerle,
toen nog Prince van Spanje en Aartshertog
van Oostenrijk, later bekend in de geschie
denis als Keizer Karei V, de Vorst onder
wiens regeering de wereldhistorische kerk
hervorming de gedaante der wereld zoozeer
veranderde, landde op Maandag 14 Mei
1515 Triumph Eerlijk met vele schepen,
booten, Roeybarren ende Galeijen» aan de
Noorddampoort.
De Noorddampoort was tot 1588 het
uiterste einde der stad aan die zijde, en
was gelegen vlak tegenover de Brakstraat,
waar in onze dagen de Dambrug is weg
gebroken.
Breestraat, Nederstraat, Oostkerk enz.
behooren tot het laatst aangebouwde ge
deelte. Het was dan aan de Noorddampoort
dat Karei V landde. Aan den wal stonden
gereeddeputaten van Middelburg, Goes,
Roemerswaal enVeere. Voorts Mijnheere
den Prelaet» en al de Geestelijkheid, de
Baljuw, te Raeden van Justitie en Heer
Jacob van Domburgh, Ridder Burgemeester,
en drie Schutterijen van Arnemuiden, elk,
met een iherrende Toortsen in de hand.
herhaaldelijk betoogd, als een middel om
daardoor wederom tot een organisatie van
den arbeid te komen.
Toen de Fransche revolutie het gilden
stelsel, waaraan overigens vele gebreken kleef
den, opruimde, vergat z(j iets beters er voor in
de plaats te stellen.
De band tusschen meesters, gezellen en
werklieden, op zich zelf en onderling, werd
losgerukt en de arbeiders kwamen als
aparte mensehen naast elkander te staan.
Van onderlinge hulp en coöperatief verweer
was geen sprake meer. Niemand mocht
meer in de uitoefening van zijn beroep
worden beperkt, al was het nog zoo tot
schade van anderen.
In plaats van bazen met gezellen en leer
knapen moesten het worden arbeidgevers
en arbeidnemers die slechts door «geld» tot
elkander gebracht en door «geld» natuurlijk
weder van elkander vervreemd werden.
Ieder moest baas worden, of hij er verstand
van had of niet.
En zoo werd de ontzaglijke worsteling
voorbereid tusschen patroons en arbeiders
de strijd om het bestaande botsing tusschen
kapitaal en arbeidde geest van verbitte
ring, die nog gevoed werd door de onver
schillige houding der overheid, die wel in de
laatste jaren iets deedmen denke aan het
wetje van Houten dat weinig en aan de
wet Ruijs welke iets meer gaf! maar toch in
den regel meer paardevolk dan raad en daad
voor de verongelijkte massa over had, en
door strengen politiedienst de maatschappij
in den band hield.
Dit zijn de wrange vruchten van de ont
binding, de ontzieling van den Arbeid door
de Revolutie. In alle kringen van den
Arbeid wordt het gevoeld; in alle partijen
wordt het voorstel Pyttersen-Schimmelpen-
ninck met beide handen aangegrepen.
Wat wij er door hopen te verkrijgen,
deelen wij D. V. later mede.
Woensdagavond is door den spreker voor
de antirevolutionaire kiesvereeniging te Ka-
pelle onder meer gewezen op de onmogelijk
heid om den staat te doen zorgen voor alle
uitgaven, kleeding, schoeisel, dagelijksch
voedsel, verachooning, verpleging enz. der
schoolgaande kinderen. Hij herinnerde hoe
men uitgerekend had dat het den staat 2
miljoen gulden zou kosten als ieder school
gaand kind dagelijks een kopje slappe thee
werd verschaft, ongerekend nog de uitgaaf
voor bediening.
De spreker meent zich daarbij versproken
te hebben zonder de vergissing te herstellen.
Hij meent gezegd te hebben dat dit een
dagelijksche uitgaaf van 2 miljoen gulden
vorderen zou. Voor het geval hij dit gezegd
en de welwillende hoorder het niet voor
zichzelf verbeterd heeft, sta hier dat bedoeld
was een jaarlijksche uitgaaf.
Overigens nog ruim genoeg!
Zoo gaat de optocht door de stad. Van de
Noorddampoort door de Giststraat, Lange-
delft, rond de Markt over den Burcht naar
de Abdij.
Komt, volgen we den optocht
Middelburg is in feestdos.
De eene eerepoort groet de andere.
Hier is om te beginnen aan de Noord
dampoort neen blokhuys bij de timmerluyden
dat seer schoot» en aan de overzijde een
eerepoort waarop stondhoe David ont
vangen was met groolen Triumfe, als hi
Goliat verslagen hadde.
Op den weg naar de Gistpoort was een
haag van personen te vinden, behoorende
tot de Schutters van de Voetboog, de Hand
boog en de Cloviniers, en voorts tot de gilden,
ieder persoon met een brandende toorts in
de hand. Willem Lepel, zaliger gedachtenis,
woonde op den hoek van de Giststraat. Hij
had een «.scavot» opgericht dat getuigde
van zijn vroomheidszin, en zijn bijbel
kennis.
Op zijn scavot stond hoe David om
victalge zonde aan Nabal 'f welke hij hem
weijgerden, ende David gink met een heer
van volke om Nabal te destrueren, daar
jegens Abigaël quam met victaelgen ende
verpaijsde David.
Clays de platqn maker in de Langedelft
had een voor dezen feestdag weinig passend
ornement aangebracht. Hij liet zien «hoe
Salomon dede doodslaen Joab in den Tempel
aan den hoek van den Outare, in vrake
van Abner en Amazas».
Neen, dan had Topo Earia, een eind
verder in den Gouden Leeuw wonende toch
beter smaak. Hij diadde sign Buys al
bezet drie stagyen hooge met Toersen ende
alle die Veynsters op die Camers ende
Solders waren gestoffeerd met veéle Aech-
bussen, ende als onze Genadige üeere
In den Haag is eene beweging tegen de
kieswethervorming op touw gezet. Het adres
om daartegen te pleiten is geteekend door
een groot aantal hooge Staats- of Indische
ambtenaren, van alle richtingen, behalve
de antirevolutionaire.
Nomen est omen.
Onder hen treft men aan de oud-ministers
Heemskerk, Grobbee, Wintgens, Enderlein,
Schimmelpenninck v. Njjenhuis, Djjserinck
en Hartsen de beide laatsten uit het
vorige ministerie Mackay.
Dat de trek voor het jjselqke, het bloedige
het vreeseljjke sterk is mag bekend geacht
worden.
Cijfers spreken ook op dat gebied duidelijk.
Het misdadig levenseinde van den Oosten-
rjjkschen Kroonprins leverde stof voor 22
romans.
Lodewjjk, de dolzinnige, ook krankzinnig
gestorven Koning van Beieren leverde stof
voor 13 romans.
In Duitschland colporteeren 43000 men-
schen met deze soort werken.
En het cijfer der lezers is talloo'.
En alle dezen vragen zich niet met ernst
af: welke is mijn eenige troost in leven en
sterven
En toch behoeven ze ook dien troost.
Sinds dr. Kuyper in zijn rede «Maranatha»
en staatslieden als Lohman en Schaepman in
publieken geschrifte op de noodzakelijkheid
gewezen hadden om den stroom des volks
te leiden in christelijk democratische bedding,
is door tal van mindere schrijvers beproefd
het volk en de aanzienlijken voor deze
denkbeelden te winnen.
Zelfs in Limburg wordt dit in het ka
tholiek blad Limburg niet onverdienstelijk
beproefd. In dat blad leest men:
Gij meent to bespeuren, dat ik niet af-
keerig ben van meer uitgebreid kiesrecht;
terwijl ik tevens overhel naar democratie.
Tot hiertoe zijn wij het eens; :maar nu
verwart gü democratie met socialisme, en
hier ligt het punt van verschil.
Ziehier de leer der socialisten in ,korte
hoofdtrekken
„Het bizonder eigendom draagt de scliuld
van onzen tegenwoordigen maateehappeljjken
toestand. Uit dezen toestand komt de mis.
daad voort; want de misdaad heeft vooreerst
haren grond in den innerlijken aanleg van
den mensch, en tweedens} in de betrekkingen,
die den mensch omringen".
In deze geheele leer wordt God en de
erfzonde van den mensch geheel en al
weggecijferd; van den mensch blijft niets
anders meer over dan een „klomp vleesch".
Hoe geheel anders luidt de jleer der
Christelijke Democratie!
Deze luidt:
„Geen mensch oefene over eenig ander
mensch macht en gezag, tenzij God
het hem verleend hebbe. Geen
daaromtrent was, soo weyrt daar uyt seer
geschoten
En op den hoek van de Markt, als men
de Burcht opgaat, daar woonde een onzer
voorvaderen die het ernstige met het koddige
wist te vereenigen. Hg had een voorstelling
laten schilderen hoe koning Belthazar met
zijne Anneyen «in triumfjj zit, maar Gods
hand schreefMene, Tekel, Upharsin op
den wand. En in den hoek van dit schil
derwerk was een klein deurtje, en daar
zag men zitten: «God Bagus die over
vloedig wijn liet loopen uit zijnen monde».
O, zonderlinge vaderen!
Op den Burcht woonde heer Jacob van
Domburch. Ook zijn huisinge prijkte met
een oud-testamentische allegorie, hoe Salomo
zijn eerste vonnis velde tusschen twee vrouwen;
en eindelijk was aan de Kloosterpoort nog
een scavot opgericht, daarop was, «hoe die
Koninck wilde dat Daniël die Profeten
aanbidden soude den aff God Bel, ende hoe
Daniël bekent maakte die valschlieid der
Priesters
Ziedaar ons met den stoet, die den voorlaat-
sten Graaf van Zeeland ter inhuldiging
afhaalde in de Abdij aangekomen.
Alle de Scavotten ende personage» zegt
de geschiedenis daer op staende waren
zeer Eerlijk ende Kostelijk toegemaakt, ende
also zin alle die Processien ende onse Ge
nadige Vrouwen ende Moeye ende vele
andere Groote heeren gegaen tot in de Choor
der Abdije, aldaer onsen heer, den Opper
sten heere ende Scheppere Gedancktende
gelooft heeft, ende daarna is ons Genadige
heere ende Vrouwe Mergriete zijn Moeye
gaan Log teren binnen der Abtdien
Daar laten we hen voor heden en stellen
u voor den 23sten Mei terug te keeren om
de plechtigheid der eedsaflegging en in;
huld;ging bij te wonen,