1893, No. 45. Zaterdag (4 Januari. Zevende jaargang. VERSCHIJNT G. M. KLEMKERK, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS HER ADVERTENTIE# IJK. Internationaal verkeer. Schetsen over Middelburg. ONS BINNENHOF. Gemengde Berichten. Vlissingen. Donderdagavond bjj het binnenkomen van de dagmailboot bad het volgende ongeval plaats. De brug waarover de post en bagage gedragen wordt, was als naar gewoonte nog aan eene zjjdevast aan de vins, deze vins, hoe weet men niet, liep in eens af, zoodat de brug werd opge trokken, terwjjl er nog eenige beambten met postzakken zich op bevonden. Allen wisten zich nog spoedig te bergen, uitge zonderd twee, J. Batens en P. Koolwjjk, die met brug en postzakken te water ge raakten. Koolwijk kwam er tameljjk goed af, c.aar zjj beiden spoedig gered werden maar Batens was nog eerst met de borsf op den kant der ponton terecht gekomen de postzakken werden ook spoedig opgehaald. St. Maartensdijk, 12 Jan, Een begin van brand ontstond gisteren avond in eene arbeiderswoning alhier. Man en vrouw waren afwezig en de kinderen alleen te huis. Een kistje sigaren, dat E ELKEN MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND Prjj? per drie maanden franco p. p. f 0.95. Enkele nummersf 0.02®. UITGAVE VAN EN van 1 5 regels 25 cent iedere regel meer 5 cent Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Middelburg ook voor St. Laurens 17,18, 19, 24, 25, 26, 27 en 31 Januari; en 1, 2, 3, 7, 8, 9 en 10 Febr. Eene legende weet te verhalen van eene vrouw, bewoonster van het platte land van Walcheren, die willende naar ede stad» gaan zich den moed voelde ontzinkentoen zij een der buitenbruggen naderde en terugkeerde. Eu eene andere legende verhaalt van een eerzaam Amsterdammer die, zich tot het onder neme* van een groote reis toegerust hebbende, bjj een der pleisterplaatsen buiten de stad, nog een laatsten blik wierp op de torens zjjner vaderstad. Op datzelfde oogen- blik schoot zijn gemoed vol en niet tranen ia de oogen keerde hjj onmiddellijk terug. Nog wordt verhaald zonder daarom juist voor de waarheid in te staan dat menige Zeeuw, alvorens eene reis naar Rotterdam te ondernemen, zorgde dat zijn testament in orde was. Zoo is het misschien geweest maar zoo is het zeer zeker nu niet meer. Ook Zeeland is aangesloten bij bet groote spoorwegnet dat Europa van het Noorden tot het Zuiden overdekt. Zonder blikken of blozen neemt men een plaatskaartje voor Parijs. In enkele uren brengt de train u te Keulen, en enkele maanden van het jaar vindt men misschien meer onzer landgenooten aan de Rijnoevers dan bezoekers op onze zendingafeesten. En Zwitserland Het cijfer der examanitoren zoowel als dat der geëxamine<±rden in Nederland is verbazend groot, maar grooler toch zeker het aantal onzer landgenooten dat den Mont- Blanc en het Vierwaldstattermeer, den; Rigi en den Pilatus, den Rhóne-gletscher en het meer van Como bezoekt. Zonder Zwitserland gezien te hehben be hoort men niet meer tot de beschaafde en welgestelde burgers. En misschien als de voormalige conservatieven nog oppermachtig waren, zouden zij het kiesrecht afhankelijk stellen van het bewjjs dat de kiezer Zwit seriand had bezocht. En onze beurtvaart over zee In zeven uren van Vlissingen naar Londen, tweemalen daags. Een mensch kan bjj zoo'o gemakkelijke gelegenheid niet thais blijven. Amerika 1 Men reist heen en weder op een manier li li FEUILLETON. VIL Het reusachtige leger, eens uit Europa getogen ter bevrijding van de heilige stad uit de handen der ongeloovigen, was, voor Jeruzalems muren aangekomen, op deerlijke wjjze verminderd. Niet meer dan 1800 ruiters en 20.000 man voetvolk legerden zich om de beroemde stad. Belegerings werktuigen hadden we niet, maar het lijden had de geestdrift in onzen boezem niet gedood. De nabijheid der heilige stad, den eindpaal aller wenschen bracht ons in verrukking en bezielde ons met nieuwen moed. Ook Peter van Amiens was weder in ons midden. Het kleine leger sloeg zich ron dom de stad, haar insluiten was niet moge lijk. Onder gloeiende zonnehitte, en bij gebrek aan drinkwater sleepten de dagen en de weken en de maanden zich voort, totdat de tijding kwam dat een groot Egyptisch leger tot ontzet naar Jeruzalem oprukte. Toen moest spoed door de bele geraars worden gemaakt. Men besloot een storm te wagen, die volgens eene onder de christenen bestaande gewoonte, door eene processie naar den Olijfberg zou voor afgegaan worden. Onze Peter vuurde door zqne gloeiende taal den moed der kruisvaar ders aan, hij verzekerde hen van Gods bij stand en wekte hen op om den vrede onder elkander te bewaren. Na Let houden der processie werd de bestorming op den eerstvolgenden Donderdag bepaald. De bestorming nam een aanvang. De kruisvaarders slingerden met hunne werp tuigen reusachtige steenklompen tegen de muren, maar de steenen sprongen terug zonder gioole schade te veroorzaken. De Turken dreven de aanstormende krijgslieden terug, door hun steenen en balken op het hoofd te werpen, hunne stormdaken door middel van gloeiende pijlen in brand te dat men zich afvraagt hoelang of hoe kort het nog duren zal eer retourkaarten New- York of Baltimore, Philadelphia of Boston te verkrijgen zullen zjj a. Dit uitgebreide internationaal verkeer heeft natuurlijk tengevolge, dat allerlei tij dingen en beoordeelingen, mededeelingen en beschouwingen ons ten beste gegeven worden. En hoevele caricaturen worden ons bij die beschouwingen niet voor photografieën geleverd We spreken natuurlijk niet van hen die door opzetteiijke misleiding hun eigenbe lang zoeken te bevorderen. Die zijn er altijd geweest en zullen er wel blijven. Maar we spreken over hen die anderen met hunne adviezen wenschen te dienen en wien daartoe niet zelden de noodige oefening, de juiste blik ontbreken. Men kan somtijds de eigenaardige karak tertrekken van een kleinere of grootere maatschappij «snappen». De kracht zoowel als de zwakke zijde ontdekken. Maar dat is niet altijd het geval, niet dikwijls zelfs. Gewone regel is dat de meesten een oppervlakkig, vluchtig oordeel vellen ever hetgeen zich openbaart aan hun oog. Het Zondagsgewaad wordt niet zelden aange zien voor de daagsche plunje, een sterk in 'toog springende openbaring voor ge wone uiting van het leven. En evenzeer is het daarom ook gewone re gel dat eenzij dige beoordeeling ons leidt tot goed- of afkeuring zonder voldoenden grond. De groote vraag bij ons internationaal verkeer is en blijft: op welke wijze is het oordeel gevestigd, de wetenschap verkregen. Een langdurig verblijf in ae omgeving die men beoordeelen wil is niet altijd vol doende. Er zijn menschen die maanden, jaren zelfs, jin eene omgeving kunnen ver- keeren zonder toch een open oog te hebben voor de licht- en schaduwzijden die immers hun aandacht moesten trekken. Indien men een kluizenaarsleven leidt zal men zeker al heel weinig kennis van land en volk opdoen indien men advies vraagt aan ondergeschikten of aan menschen die, in dit of dat bepaald vraagstuk even- zeer leek zijn als de vrager, dan zal meer donker dan licht door zoodanige toelichting ontstaan. Allerlei scheeve, somtijds dwaze voorstellingen zjjn het onvermijdelijk gevolg van vele, welwillend gegeven#, maar een zijdige beschouwingen. Het aantal ijdele woorden zou ontzaglijk verminderen, indien door velen aan het goede oud-Hollandsche spreekwoord werd schieten, en hen bij hunne nadering met gesmolten zwavel en kokende olie te begieten. Zoo ging de eerste dag voorbij, zonderdat de belegeraars het geringste voordeel be haald hadden. Met het aanbreken van den tweeden dag werd de strijd hervat, en duurde, zonder eenig merkbaar profijt reeds zeven uren, toen Godfried van Bouillon zjjoe krijgers eensklaps op eene wonderbare verschijning wees. Op den Olijfberg ver toonde zich een ridder te paard van reus achtige gestalte, hij hief ziju schild omhoog, dat ver in het rond als in een zee van vuur en vlammen schitterde. «Een wonderriep het leger. «Een teeken Gods»riep Godfi ied De Heer zelf belooft ons zijnen bijstand en beveelt ons, den strjjd voorttezetten. Met nieuwen moed drongen de afgematte strijders voorwaarts, en drongen de verde digers achterwaarts. Godfried behoorde tot de eersten die de stad binnen drongen, de kruisvaarders liepen onder den uitroep «God wil hetdoor de straten, Godfried had de stad ingenomen. Een vreeselijk tooneel had nu daarbinnen plaats. «Slaat de schen ders van het heiligdom neer, spaart geen enkelen, God wil hetZoo scheeuwden de krijgers. Te vergeefs vluchtten 10.000 Turken in de tempels, de woedende chris tenen drongen met hen de heiligdommen binnen, zij koelden zoolang hun moordlust aan die weerloozen, totdat het bloed bij beken vloeide, en de ljjklucht de moordenaars uit de godshuizen dreef. Ook de Joden werden in hunne Synagoge neergehouwen, de christenen staken dat gebouw in brand, en zij, die trachtten te ontkomen, werden met geweld in de vlammen teruggedreven. Het was geen strijd meer, het was een slachting. In alle straten van Jeruzalem klonk liet wilde moordgeschreeuw, dat het weegeklag der gewonden en het reutelen der stervenden verdoofde. De huizen werden opengebroken, tot in de diepste kelders vervolgden de moordenaars de vluchtelin gen, geen leeftijd, geen kunne werd ge' spaard. Men scheurde zelfs de kinderen van de moederborst, om ze tegen de steenen te verpletteren. De dood der slachtoffers be- J gedacht: verzint eer ge begint, of liever nog indien de bede uit den Psalmbundel I steeds stuur gaf aan onze beschouwingen, de bekende bede: Zet Heer, een wacht f voor mijne lippen De Augustus- of Unie-collectie bracht in -1891 f83,462 op en in 1892 f 81,224, dat is slechts tweeduizend gulden minder, en dat in deze drukkende tjjden, waarin de malaise toeneemt, het aantal vermogende Christenen uitsterft en kerkelijke misver standen zooveel harten en beurzen gesloten houden. Gode zij dank die de harten opendeHjj zegene de gaven, verlevendige de liefde voor het christelijk onderwijs, houde door Zijne genade de wankelende stichtingen Zjjner hand staande, en breide het getal onzer scholen in den lande dermate uit dat eeD dam opgeworpen worde tegen onkunde en rebellie, en tegen alle zonde die, door de moderne beschaving en de traagheid der kerk binnengeslopen, thans op zoo onrust barende wjize het hart des volks heeft ingenomea. De getalsverhouding tusschen grondeige- naars en pachters in de verschillende pro vinciën van ons land, wordt door het na volgend staatje aangegeven ia Groningen 7700 eigenaars, 1700 pachters. Friesland 5150 6450 Drenthe 56iO 3400 Overijsel 12640 6200 Gelderland 14200 9700 Utrecht 24S0 2430 N.-Holland 7050 5690 Z.-Holland 5600 5900 Zeeland 2540 3000 n N.-Brabant 18000 8000 Limburg 10600 7000 Als er een faillissement is dan is het refrein daar volgen er meer. Nu er een Panama-geschiedenis was, moest ook knoeierjj bjj het Welfenfonds zjjn. Wat men daaromtrent in Duitsch- land vertelde, deelden we de vorige week onzen lezers mede. Het negende gebod is evenwel ook voor journalisten geschreven, en daarom mag, na het verhaal van de vorige week, nu de mededeeling niet achterblijven dat er niets van aan is. Journalisten om opgang te maken ver legen, verzonnen het nieuws. mi I I II111 BPWIBMVlt'i vredigde de woestaards niet, onder de vreeseljjkste folteringen moesten de vijanden van Christus sterven. Omdat het gerucht liep, dat vele vrouwen diamanten en andere edelgesteenten hadden ingeslikt, reet men hare lichamen open, om naar de steenen te zoeken40.000 lijken lagen in de straten en in de huizen opgehoopt. Toen er niets meer te moorden viel, staakten de kruis vaarders hun bloedig werk, en thans gaven zjj zich eensklaps aan een geheel andere stemming over. Zjj reinigden zich van het bloed, ea vereenigden zich, onder het aan heffen van lofliederen, tot eene processie naar de kerk der Opstanding. Op den vreeseljjken 15den Juli 1098 werd op stapels lijken een dankfeest voor de verovering van Jeruzalem gevierd. De volgende dag bracht den overwin naars geen zachtere gemoedsstemming. Een groot aantal Muzelmannen waren gevlucht op het dak van een Tempel. Een der over sten van de overwinnaars beloofde hun le vensbehoud, maar de woedende kruisvaar ders bekommerden zich niet om het woord ven hunnen aanvoerder. Zij hieuwen ook deze vluchtelingen neder en namen zelfs drie dagen later nog het besluit om alle Mo hammedanen die zich verborgen hadden te dooden En zoo zoo eindigde de Ridder zjjn verhaal werden de heilige stad en het heilige graf eindeljjkden ongeloovigen ontrukt. De monniken hadden met eerbiedige stilte geluisterd naar hem die vele reizen had gedaan en dus veel verhalen kon. Vele broeders overstortten den Ridder met vragen die hjj zooveel mogeljjk beantwoordde. Een hunner hield een soort toespraak tot allen. Hjj scheen de redenaar onder de broederen te zjjn, en tevens een lustig, vrooljjk man. Zijn toespraak scheen te moeten beduiden dat hij heden morgen zooveel akeligs had gehoord, dat hjj behoefte gevoelde aan een portie vrooljjkheid, en als de broederen hem permitteerden, wenschte hij hun eene ballade doen kennen, door hem van een Sakzischen De drie fracties der liberalen te Amster dam, nameljjk de behoudende, de gematigd voortschrijdende en de vooruitstrevende heb ben bjj de jongste tusschentjjdsche staten- en raadsverkiezing hunne krachten gemeten; zjj, benevens de antirevolutionairen en katholieken stelden ieder een eigen candidaat. De kiesvereenigingen Amsterdam en Amstels Burgerij, meer radicaal getint, stelden de candidatuur van den heer Den Hartog; Burgerplicht en Grondwet, beide meer met gematigden vooruitgang ingenomen stelden respectievelijk mr. v. Meetoren en Roelvinkterwijl als roomsche candidaat een liberaal katholiek de heer Kuinders fungeerde en de heer Wormserde antirevolutionaire vlag in top hield. Eenzelfde verscheidenheid was bjj de candidaatstelling voor een lid der staten waar te nemen. De uitslag is nadat voor beide de anti revolutionaire en de meest gematigd liberale candidaat in herstemming komen. Voor den raad zal het weldra zjjn Wormser of Roelvink voor de staten v. Eegheu of Loeff. Het Handelsblad, orgaan der partij die in de staten alle 17 de zetels voor Amster dam bezet en in den raad over 30 van da 39 zetels beschikt, trommelt nu reeds alle liberalen vanalle kleur en temperament bjjeen om te voorkomen dat de heeren v. Eeghen en Wormser- met andere woorden dat de antirevolutionaire candidaten gekozen worden. zanger geleerd. Met eene forsche stem, geëvenredigd aan zijne kolossale gestalte en zjjn ronden mon nikenbuik, droeg hjj het volgende gedicht voor. Op des kruisridders terugkomst De ridder was beroemd, vereerd, Uit Palestina weergekeerd Het kruisbeeld raakte in storm en strijd Op d' armband glans en luister kwjjt Zjjn schild getuigde in beuk eu bocht Hoe menig vjjand hjj bevocht Hij zong voor Tekla's venster thans Dit minnelied bjj d' avondglans. Gegroet, o schooneaanschouw uw held, Van *t Heilig land tot u gesneld Hjj brengt geen rijkdom, hem niets waard Alleen zjjn wapen, spoor en paard, Om naar den vjjand heen te snellen, Zjjn lans en zwaard, hem neer te velleD, Zijn de eereteekens van zjjn moed, En o I de hoop op Thekla's gloed. Gegroet, o schoone uw gunstig woord Heeft steeds uw ridder aangespoord; Zjj dan uw naam alom vermaard, Waar 't puik der vrouwen ook vergaart Heraut en 's minnezangers lied Vraagt Ziet ge gindsche schoone niet De zege is t' Askelon behaald, Voor 't licht, dat uit haar oogea straalt. Het staal eens door haar lach gewet, Heeft ook, in spjjt van Mohamet, Koniums Sultan neergehouwen, Verweduwd meer dan vijftig vrouwen Van 't goudgeel haar geen enkel, neen Hoe 't golft, in weeldrige overvloed, Om 't zilver van haar boezem heen, Waarvoor geen heiden heeft gebloed. Gegroet, o schoone! u dank ik naam, En elke daad van roem en faam. Ontsluit de poort, 't is laat, 't is guur, De nevel valt in 't nachtelijk uur, Mijn lj)f, door Syrië's zon verbrand, Weerstaat geen kou van 't Noorderland Ik breng u roem, verzacht uw zin, "Verblijd mijn hart door wedermin.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1893 | | pagina 1