Goes ENS en TIJKEN, regt&Co., van Hnllnway. Parijs in 1871. f entweeKussens >pste prijzen. L no. 6 7 CHMACHINE p. hooger. K ZOON, Goes. 1891 No. 137. Zaterdag 22 Augustus. Vijfde Jaargang. VERSCHIJNT G. M. KLEMKERK, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIES rgeteekenden voor zeer prijzen verkocht i soort Kapok van af ij onze geachte be- gam, dat wij tot de Bedden geen andere rde Veeren gebruiken van een Veeren Bed- ekend schriftelijk be- in, met de verklaring, jdzaamheid der Veeren de twee jaren borg straat, C 218, Goes. In de lente en tegen lar is niets meer alge kwalen meer bedroevend iekten, welke van eene lever afhangen. Mis- lusteloosheid, slechte elijk erkend teekenen te zijn, welke men door de werking van i orde te brengen. De oefenen eenen heilzamen ilafscheidingen, en over nië en zijne koloniën, bekend, en worden zij pillen genezen nadat Menschen, die jaren aofdpijn en leverkwalen bben door deze pillen ondheid en eene goede gekregen, ofschoon zjj t leven genoten. OOTDÏENST DELB.-ROTTERDAM. tien Zondags van "Vlis- Middelburg 9,45, van H JT. [Prijscourant gratis eer gevreesd te worden, g en werkt zoo gemak- ele wasch van een groot e wasch van een groot :d. De goederen worden strekt niet in de wasch egoederen en ljjf kleede- lig onder ieders bereik- ,r bq den heer T. J. r. 4,17 5,31 4,28 5,41 4,85 4,48 4,57 6,1 5,5 5,12 5,17 5,27 5,34 5,47 5,57 6,35 6,6 6,15 6,48 8,2 8,2 6,49 6,58 7,5 7,18 7.26 7,34 7,41 7,46 7,56 8,4 8,17 8.27 8,36 8,45 10,5 daartoe de e Vlissingen nu ZEEUW. elken MAANDAG- WOENSDAG-en VRIJDAGAVOND Prijs per drie maanden franco?, p. /0.95. Enkele nummersƒ0.02' UITGAVE VAN EN van 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. .e ^nend i schot ,em te ik wefd e politic. DE WERELD CONFERENTIE EN DE Nederlandsche Christelijke Jongeings- vereenigingen. Het is zeker niet overbodig, nu Con- ferentiedagen achter den rug zijn, eos over bovenstaand onderwerp na te denke en te trachten ons rekenschap te geven angaan- de de vraag): welke is de beteekenis n het belang van de Conferentie voor onz Ver- eenigingen en voor onze toestander'? En dan bedoelen we niet of de .eeren, met de regeling belast, zich goed lebben gekweten van hun taak. Neen. Ere aan de heeren Sillem, Marmelstein, en '.oovele anderen, leden van Excelsior, I a n d- werkstand en O bad ja, die zto flink hebben geholpen om Neerlands ei Am sterdam's eere op te houden. Dat <e heer W. J. J. Koole uit Middelburg te pas kwam en gewaardeerd werdal heeft Ds. Karres Zondagavond hem juist niet genoend, is buiten twijfel, en was voor allen duidelijk. Maar hoe staat het met ons lidental, met onze financiën, met de sympatiie, met de ontwikkeling onzer werkkrachter tegen over landen, als bijvoorbeeld Zwilerland Daar heeft men bijvoorbeeld 360 vereeni- gingen, welke negen gesalariëede se cretarissen hebben. We noemen Zwiserland, wijl dit wel het meest met ons laid over eenkomt, en ook daar, als bij om, meer liefde voor kleine dan voor groote vereeni- gingen schijnt te bestaan. Maar als noen weet, hoe veel voeten het in Nederland ia ie aarde heeft om één agent te salarieeren, dan mo gen we ons wel eens afvragenWaarvan daan in Zwitserland die 9 gesalarieerde secretarissen, en die schrielheid bij ons? Wat ons treffen moet en bizonder in bet oog valt, is de sympathie van de predi kanten in het buitenland voor de Chr. Jo»gelingsvereenigingen. Uit Zwitserland, Frankrijk, Zweden, Duitschland predikanten er. studenten. Uit Nederland als afgevaar digden 6 predikanten en geen enkele stu dent; als gasten enkele predikanten uit Gelderland en Drenthe en enkele studenten der V. U. en uit Kampenvan le Rijks- Universiteiten geen enkele, uitgenomen onze trouwe Drs Los uit Leider. En stelt daartegenover nu Amerika, waar in 345 Universiteiten de vereenigirgen een ledental hebben van 22.240 studenten. Door Gods genade werden meer dan 2000 sta denten bekeerd in 1890, en bijna 1000 heb ben zich aangemeld voor de Uitwendige Zending. Ziet naar Duitschland, waar 23 agenten werken, waar in 3 jaar het aantal vereeni gingen met 120 vermeerderde, en waar de Westelijke Bond alleen 433 arbeilers voor de Inwendige Zending heeft voortgebracht. In Engeland zijn de Chr Jongdingsver- eenigingen middelpunten van Christelijke werkzaamheden, van Inwendige en Uitwen dige Zending; van al wat met litt jonge lingsleven in betrekking staat. Zes en zestig L 10.) FEUILLETON. Eene bladzijde uit de dagen der Commune De Commune plaatste zicli tegenover de nijverheid op het standpunt der Internati onale, die machtige partij, welke onder de bezieling en leiding van Karl Marx hare beginselen zoo snel had weten ingang te doen vinden. Met sommige besluiten van de Commune bleek duidelijk dat zij de geheele nijverheid het eigendom wilde maken van de werklieden een denkbeeld dat door onze sociaal-democraten en sommige radicalen nog steeds krachtig wordt voortgestaan. Tal van fabrikanten en werklieden die het onheil hadden zien aankomen, hadden zich bij tjjds verwijderd en nu stonden ten gevolge daarvan verscheidene werkplaatsen ledig. De Commune gelastte dat hsar een opgave zou verstrekt worden van al die werkplaatsen en wat er in was. Zjj zouden op nieuw worden in gebruik gesteld, niet aan de werkgevers, die waren weggeloopen, maar aan de vereenigde werklieden die in Parijs gebleven waren met toekenning van schadevergoeding aan de vroegere eigenaars, wanneer zij terugkeerden. Aan de bakkers werd het 's nachts wer ken verbodenwat dezen echter niet aan genaam was, want nu kondenl zij over dag, ook als het heet was, des te harder werken en de klanten konden 's morgens geen versch gebakken brood meer eten. 1E®n,..be?ere bepaling daarentegen, schoon schadelijk in de gevolgen gelijk zoo vele goede maatregelen, was de afschaffing van het zegel op de dagbladen. Zonderling dat zulk iTOTÏf algemeene secretarissen wijden aan Veree- nigingen hun krachten. Uit Groot-Brittarje zijn zendelingen uit de Chr. Jongver. vertrokken naar Indië, Ceylon, Z. Afrika, N. Zeeland, Tasmanië en verscheidene landen in Oceanië. Een zendeling-jongeling, uitgezonden door de Chr. Jongver. heeft in liet Oosten vele vereenigingen opgericht. En niet alleen Zen ding wordt' beoefend de jongeling, vooral hij is hst doel van den arbeidmaar die arbeid loont zóó zeer de moeite dat vele arbeiders in den grooten oogst der wereld worden uitgestooten. Rustplaatsen aan de kust; allerlei inrichtingen voor kunst en nijverheid worden door de C. Jv. in Engeland en Schotland en zelfs in lei-land in het leven geroepen. Fabelachtige sommen offeren zij voor hun groote ondernemingen. Hoe zij dit kunnen? Zou het ook zijn door hun ge- lieel-onlhouding? Zeer vele buitenlanders in Amsterdam waren geheel-onthouders; vooral Engelschen en Amerikanen. Zeker ook wel, maar den steun der met aardsche goederen gezegende Christenen genieten zij in niet geringe mateen en dit vergete men niet, zij worden begrepen en hun doel wordt gewaardeerd. In hoever het prijzenswaardig is om, ge lijk toch veel in Nederland het geval is, het Christelijk onderwijs met hart en ziel te steunen de Zondagschool te bevorderen, maar den jongeling, en de vereeniging van jongelingen om Gods woord en gefundeerd op Gods woord, zijn steun te ontzeggen in hoe verre, zeggen we, dit prijzenswaar dig is, mag wel eens onderzocht worden Nu jade kinderen onzes volks, zegt men wellicht, dat is uitnemend maar de jonge ling? Wat kan die eigenlijk doen, er. wat kan men voor hem doen Is het wel de moeite waard «Wel zegt Williams ik heb lang ge noeg in Londen geleefd om te weten dat menig jong mensch in gevaar is om zijn gezondheid en toekomst te verwoesten, om zijn moeders hart te breken, om zijn vader, die een eere van Christus is, in rouw te doen ten grave dalen. «Zoo veel kan een jong mensch doen, maar ook kan hij iets meer en beter doen dan dat. Wanneer hij een hart heeft, dat warm en vol liefde klopt voor allen, die van gelijken leeftijd zijn, kan hij tot een blij venden zegen voor zich zelt, voor zijn tijd en voor zijn betrekkingen worden. Hij kan het hart van duizenden, niet slechts in het land zijner inwoning, maar misschien tot in de afgelegenste landen met blijd schap vervullen. Reeds menig jong mensch heett dat met Gods zegen heerlijk mogen doen.» Zoover de grijze, |maar jonge Williams die het op de Amsterdamsche conferentie, zoo vaak heeft gezegd Wij moeten Andre- assen voor onze medejongelingen worden en hen tot Jezus brengen zij het door het dak heen. «Methodisme» zal men zeggen Zeker een wijs besluit door een der dolste decre ten kor. worden gevolgd, namelijk dat de zuil van Vendöme, een gedenkteeken aan de overwinningen van Napoleon herinnerend, moest worden afgebroken. Het zou ons te ver voeren, wanneer wij bij de verschillende besluiten stil stonden, die in het belang des volks en der vrijheid werden genomen. Jammer dat zoovele goede hesluiten door haar zelve werden onmo gelijk gemaakt. In zoo menig opzicht spotte de Commune letterlijk met de vrijheid en de welvaart des volks. Huiszoekingen, arrestatiën, vonnissen en dwangbevelen waren aan de orde van den dag. De enkele werkplaatsen die nog open stonden, sloot zij, zeggende dat de werk lieden wel wat anders te doen hadden. Zij moesten hunne veste verdedigen. De ker ken werden in beslag genomen, de kloosters op allerlei wijze bemoeilijkt en doorzocht, of door nationale garden bezet. Vooral de nonnen stonden aan de schandelijkste pla gerijen bloot. En nu mag men dit wel niet in de eerste plaats aan de Commune als instelling wijten, zeker is dat zjj ontzaglijk velen uit het schuim der natiën in haar midden duldde en beschermde. Op sommige kerkdeuren werden de laagste opschriften aangeplakt, en geduld, met allerlei beschul digingen aan het adres der priesters. Is het wonder dat de Commune op die wijze haar eigen glazen insloeg en rijp werd voor de rechtvaardige wrake VI- ü-EN KIJKJE IN DE VERGADERING. De Commune had in den beginne met gesloten deuren vergaderd. De zaal van den vorigen gemeenteraad was nu, op den ingang maar hadden wij maar wat meer van dat Bijbelscbe, gezonde Methodisme, dat voor eigen kring en ver daar buiten zegen aan brengt. En vooral onze Nederl. jongelingsver- eenigingen, die, wat de kern betreft: wat liefde vóór en kennis van Gods Woord wat achting voor en medewerking aan de Bijbelbespreking, wat bezoek en wat ernst be treft, niet bij de buitenlandsche achterstaan, wij kunnen veel van onze buitenlandsche vrienden leeren. Dezen kunnen ons veel benijden; het is niet te ontkennen; maar wij leggen de handen te vlug in den schoot, en vergeten te veel dat wij als het congi esbestuur zoo terecht zegt van de wereld die middelen van lichamelijke en geestelijke ontwikkeling terugmoeten nemen, die wij te lang aan haar overgelaten hebben, en waarvan zij wapenen tegen God en on weerstaanbare wegsleepingsmiddelen heeft gemaakt. Maar wat doen wjj nu vaak Wij kol- lekteeren honderduit voor Vrije Universiteit en suppletiefondsen, enz. enz., en onze medejongelingen worden vergeten, en kun nen vaak geen fatsoenlijke boeken en stoelen koopen. En wanneer wij trachten onzen jongelingen een Tehuis aan te bieden, over eenkomstig de behoeften naar gezelligheid en verpoozing, onuitroeibaar, en daarom noodig in de rechte bedding te leiden, dan gaan van alle kanten van predikanten, kerke- raadsleden, theologen zonder theologie, enz. stemmen tegen ons opwij durven niet verder, en kunnen niet verderen onze jon gelingen, vaak van christeljjken huize, slijpen de straten in Kerkstraat, Lange Delft, en waar niet al, des Zaterdags, des Zondags, in de week; verliezen, tenzjj God het ver hoede, alles wat met zooveel zorg door chr. school en opvoeding is ingeprent, en gaan ten verdere e. En de jongelingschap behoort niet aan Satan ds. Gispen heeft het zoo met nadruk gezegd. Maar als dit ons ernst is, moeten de handen uit de mouwen gestoken een nieuw type aangenomen behouden wat wij hebben, opdat niemand onze kroon neme, maar niet met liet fondament alleen tevreden een huis gebouwd van steenen, op dat - fondament, en o, toch wat haast gemaakt; er is nood, en de tijden zijn ernstig. Als wij maar eens van die grondslag- leggerij af waren. Wat maken wij daarmee een tijd en papier zoekOnze broeders daar ginds arbeiden' inmiddels, en zenden zendelingen naar hun koloniën, en leggen beslag op hun medejongelingen, die zij door het, voorhof in het heilige en door het heilige in het heilige der heiligen brengen. O, zjj het toch onze ernstige begeerte en eenige zorg, als Milton den Engel Abdiel doet toespreken, die in den opstand der afvallige Engelen niet meeliep "VVant dit was al uw zorg, o onver- schrokken held, Om 't hoofd voor uwen God vrijmoedig op te heffen, na, geheel dicht gemetseld. Ten laatste had den de heeren ingezien dat dltj toch geen manier van doen wasen het kloeke be sluit genomen voortaan met open deuren te beraadslagen. Van deze vrijzinnige gunst maken wij gebruik en treden de vergaderzaal binnen, op het oogenblik als de heeren druk aan het delibereeren zijn. Daar in het midden zit Arnould, de wel sprekende voorzitter, de bezielende leider der vergadering. Hjj kan het zoo goed en zoo krachtig zeggen, veel krachtiger dan zijn zwak karakter, zijn eigenlijk gezegde beginselloosheid zouden doen vermoeden. Want een voorvechter is hij niet, al zit hij op den voorzittersstoel. Zijne beginse len zijn te koop en ah het op schade lijden voor dezelve aankomt dan zal fcjj het eerst op den loop gaan. Hij doet den naam zijns vaders, den ouden professor in de letterkunde, schande aan. Naast hem zit Oudet, de porseleinschilder, die wegens deelneming aan oproerige be wegingen reeds een- en andermaal met de gevangenis heeft kennis gemaakt. Naar Brussel verbannen, moest hij zich en zijne kinderen op de been houden doer het ver richten van allerlei geringe bezigheden. Toch hebben tienduizend kiezers hunne stem op hem uitgebracht. Om lid van de Commune te kunnen worden, heeft men geen andere vermaardheid noodig dan die aan de gevangenis is ontleend. De kleine man, die daar het woord voert, is Lefrangais. Hij klaagt dat de Commune op zoo vele gelden voor weezen bestemd, beslag heeft gelegd, en dringt aan op recht vaardiger maatregelen. Al zou dan 't vonnis ook van werelden u treffen. Maar dan is trouwer en standvastiger en meer welberaden arbeid noodig! En als de Conferentie dit heeft bevorderd; den ernst heeft ^vermeerderd, de liefde ver- wakkerd, het geloof verlevendigd, dan zal ook het geloot zich in daden toonen en in de practjjk openbaren, en onzen jongelings- vereenigingen, en onzen jongelingen ten goede komen. Schaduwen ontbreken nergens. Dat Prof. Miiller in de Westerkerk de politiek er bij haalde, om er tegen te waarschuwen, was niet geheel op zjjn plaats; en voor velen was het zonderling Maurits te hooren beschuldigen van uitpolitiek tegen defransche hugenoten te zijn ten strijde getogen. Evenzoo de uitvallen tegen Rome, en de soms wonderlijke vertalingmaar vooral de weinige sympathie voor het aanwezig zijn van den Minister van Binn. Zaken, waren fouten die op Prof. Miiller's, overigens zoo ijverige medewerking, werkelijk schaduwen wierpen, en te meer daar zij hadden kunnen vermeden) worden. Misverstand uitlokken is nu toch gansch geen werk voor een ernstig man. Dat een man van den adel als Mr. H. Graaf van Hogendorp voorzitter wilde zijn, verplicht ons zeer aan hem. Maar had de hooggeboren Voorzitter kunnen goed vinden zijn uitvallen op het zingen den Hollanders te sparen, het zou onze dankbaarheid voor zijne niet geringen steun grooter hebben doen zijn. Maar de schaduwen doen het licht des te beter uitkomen. Duizende jonge lingen buigen hun knieen niet voor de goden der eeuw, en weigeren hulde aan den eeredienst van 't genie. Dat is de kracht en de sterkte van het Evangelisch Kotholi- cisme, door deze "Wereldconferentie weer helder aan het licht getreden. Wij gaan gemoedigd en gesterkt voort. De zaak der Chr. Jongelingsvereeniging draagt vruchten voor Kerk en Staat, voor Maat schappij en School en Zending. Zij is des Heeren zaak dat bewustzijn make ons sterk en getrouw, en energiek en ijverig. J. J. V. Y Het nieuwe Ministerie. De Koningin Regentes heeft op hun ver zoek eervol ontslag verleend aan de heeren Jhr. mr. A. F. de Savornin Lohman als minister van binnenlandsche zaken, Jhr. C. Hartsen als minister van buitenl. zaken mr. A. baron Mackay als minister van ko loniën J. P. Havelaar als minister van waterstaat enz; Jhr. mr. K. A. Godin de Beaufort als minister van financiën, J. P. Bergansius als minister van oorlog, Kruys als minister van Marine en Jhr. rar. Ruys van Beerenbroek als minister van justitie. En in hun plaats jbenoemd mr. J. P. R. Tak van Poortvliet binnenlandsche zaken, mr. G. van Tienhoven buitenlandsche, mr. W. K. baron v. Dedem koloniën, C. Lely De gematigde rede van den vurigen repu blikein blijft natuurlijk niet onbeantwoord. Het is burger Billoray, een der heftigste leden der Commune, die hem bescheid doet en op de bloedigste maatregelen tegenover die schelmen van priesters aandringt. Burger Fortuné brengt hierop het schan daal aan het licht dat van de 250000 francs, in zeker arrondissement voor de armen bestemd, ruim 16 duizend francs aan maat en strijkstok zijn blijven hangen. En zoo zouden w|j kunnen voortgaan met alle mogelijke en onmogelijke namen te noemen van sprekers die over deze zaak het woord voerden. De zitting duurde twee dagen. Wilt gjj nog enkele leden der Commune zien? Dan wijzen wij u op dezen dertigjarigen bleeken man, die stil en in zichzelven gekeerd daarheen gaat. Het is Varlin, een boekbinder, die meer droomt dan spreekt, doch de zaak der Com mune ernstig voorstaat. Dicht b|j hem treffen wij aan een voor malig onderwijzer die wegens z|jne voort- strevende denkbeelden van de school ver wijderd werd. Urbais is z|jn naam. Hij is zoo Ijdel als h|j wreed is, en doet de zaak die hjj dient geen eer aan. Iets verder valt ons de lange beenige ge stalte in het oog van burger Ranvier, een verlakker, wien de ontevredenheid in de armen van het communisme heeft geworpen. Over een zwak van eer is h|j in proces geweest en heeft daarbij alles verloren. Zjjn huisgezin verwoestte hijzqn vrouw en kinderen verlieten hem en nu ademt al wat hij zegt, niets dan bloed, wraak en ver achting. Wordt vervolgd

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1891 | | pagina 1