Parijs in 1871.
1891. No. 130.
Donderdag 6 Augustus.
Vijfde Jaargang.
VERSCHIJNT
G. M. KLEMKERK, te Goes
F. P. D'RUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIES
BEZWAREN.
elken MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND
Prijs per drie maanden franco p. p. ƒ0.95.
Enkele nummersƒ0.02'.
UITGAVE VAN
en
van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
De anti-vaccinedwangbond heeft een Ge
denkschrift uitgegeven, bevattende bezwaren
welke speciaal in Nederland bestaan tegen
de «verplichte vaccinatie.» Het was bestemd
en opgezonden voor de «Royal Commission
on Vaccination» in Engeland.
Het is goed dat deze «Memorie» ook in
handen van Nederlandsche ouders en ge-
neesheeren komt. In de kringen dezer laat-
sten wordt het denkbeeld steeds voet gege
ven dat in Nederland alleen gemoedsbezwa
ren tegen de inenting bestonden.
Maar er zijn wel degelijk ook gezondheids-
bezwaren, bezwaren aan de inenting zelve
ontleend.
Nu spreekt het van zelf, als men aan
heeren doctoren een onderzoek naar de al
of niet schadelijke gevolgen van de inenting
opdraagt, dit onderzoek partijdig en weinig
nauwkeurig moet zijn. Deze heeren toch treden
hier op als rechters en getuigen in een
zaak waarin zij in zekeren zin beklaagden
zijn. Hunne verdediging der zaak mag dus
wel op onomstootelijke gronden berusten,
willen zij aanspraak hebben op betrouw
baarheid.
Een commissie uit de «Vereeniging voor
Koepokinenting in Nederland» had aan hee
ren doktoren onder anderen gevraagd of
in hun kring ook nadeelige gevolgen be
kend waren van inenting met gehumani
seerde stof (etter van arm op arm).
Het antwoord luidde op 115 van de 119
vragen ontkennend. Slechts 4 hadden wel
eens nadeelige gevolgen gezienterwijl
van de inenting met animcde stof (zoo van
het kalf) slechts in 9 van de'113 gevallen
nadeel was ondervonden.
De commissie, namelijk die voor koepok
inenting, nam deze mededeelingen in haar
verslag op, doch verzuimde er bij te melden
waarom 13 maal een ongunstige uitslag
der inenting werd vastgesteld. Heeft zij dat
niet durven wagen In waarheid het zou
dan ook kunnen gebeuren dat, al hadden
lionderde anderen geen nadeeligen invloed
waargenomen, de waarnemingen van die
weinigen zooveel gewicht in de schaal leg
den, dat van een verplichtend stellen der
inenting geen sprake meer zou kunnen zijn.
Zoo merkt de antivaccinedwangbond (voor
zitter Jhr. Ascli van Wijksecretaris Dr.
Voorhoeve) aanen zij geeft daarbij de
reder, aan waarom zij in het algemeen al
onze officiëele vaccinebureau's onvertrouw
baar, partijdig vindt.
„Hoe toch gaat het aan die inentingbu.
5.)
FEUILLETON.
{Eene bladzijde uit de dagen der Commune.)
Een generaal die verzoening met het
gouvernement beoogde, werd weggejaagd, en
een der generaals uit den jongsten oorlog,
die het gewaagd had in de stad te komen,
kon ter nauwernood lijf en leven bergen.
De generaal Chanzy werd door het gemeen
gevangen genomen, terwijl anderen in een
rijtuig werden weggevoerd, en door het
verbitterde grauw onder de oogen van de
Commune, met wagen en al werden omver
gesmeten. Gelukkig kwam een der leden
van de Commune, zekere Meillet, die hen
het leven redde.
Deze daad is niet onbeloond gebleven.
Toen na eenige maanden de leden der Com
mune werden vervolgd en gevat, had Meil
let bij een dezer heeren een schuilplaats
gevraagd en verkregen, ja zelfs gaf deze
hem de gelegenheid naar Engeland te ont
komen.
De Commune nam terstond gewichtige
besluiten. Zij schafte de militie af, schorste
den vei koop van goederen in de bank van
leeningschold aan huurders drie kwartalen
huur kwijtgaf een andere regeling aan
politie en rechtspleging zette beambten af
en stelde andere aan; en benoemde tal
van commissiën met bijzonderen last, als voor
levensmiddelen, justitie, veiligheid, onder
wijs, openbare werken, enz. Kortom zij
deed of zij de wettige regeering van Parijs
de toongevende macht in Frankrijk was'
IV.
STRAATGEVECHTEN.
De nationale garde had besloten zich niet
slechts te bepalen tot de verdediging van Pa
rijs, maar ook aanvallenderwijs te werk te
gaan. Het eerste punt van aanval zou
Versailles zijn. Reeds den 2en April trok
ken de Communards daarheen, doch bij
Courbevoie werden zij door de regeerings-
troepen tot staan gebracht en tot een eerste
treffen met hunne stadgenooten gedwongen.
reaus toe, alwaar op bepaalde dagen koste
loos inenting, tegenwoordig meestal met
animalelymphe, plaats vindt? Een tal van
personen verdringen zich dan om de plaats,
waar de geneesheer, met de inenting belast,
zitting houdt; sommige blozend en gezond,
andere mager en bleek; hier goed gewas-
schen en met zindelijke kleeren voorziene
kinderen, op den arm van een even zinde
lijke moeder; daar vuile, onfrissche wezen
tjes, getorst door havelooze zusters, wier
moeders aan het werk zijn en geen geld heb
ben voor het koopen van nieuwe kleederen
of zeep. Allen staan daar met opgestroopte
armen. Want daar binnen zit of staat de
geneesheer, die haast heeft en straks
nog wel wat anders te doen heeft als in
te enten. Hij is gewapend met een klein
mesje, dat h(j geregeld in de poklymphe in
doopt en waarmede hij öf prikjes in de huid
van de ontbloote armen maakt óf deze prikjes
tot huidsneedjes verlengt,omaldusdie lymphe
onder de huid te brengen. Steriotyp laat hij
verder het bevel hooren, „over acht dagen
terugkomen". Hoeveel van de poklymphe
aan het mesje blijft hangen, hoeveel onder
de huid komt, hij zal het u niet meer kun
nen zeggen, hoeveel prikjes of sneedjes hjj
heeft gemaakt, of de ingeente zwak of ge
zond was, pas een ziekte had doorstaan of
misschien zelfs aan eenige ziekte lijdende
wasvoor dat alles heeft hij geen tijd ge
had, over acht dagen maar terugkomen, en
dan zal hy verder zien.
Maar juist dat „verder zien" is het, wat
dikwijls in den steek blijft. Immers het is
duidelijk, dat kinderen, die na de inenting
ziek worden niet op tyd kunnen terugkee-
ren. En dan vervallen zij uit het register.
Mocht de belanghebbende later om het
„pokbriefje" komen, dan wordt naar de lid-
teekens gezien en zijn deze goed, het briefje
afgegeven en êen goed gelukt geval meer
in het register aangeteekend, al heeft de
patient ook maanden en maanden na en
door de vaccinatie gesukkeld. Overlijdt het
kind soms, de ouders hebben geen pokbriefje
meer noodig en het geval blijft in het regis
ter openstaan en wordt niet medegerekend.
Een treurige geschiedenis moge dit illu-
streeren.
Nabij Harmeien woont een landbouwer,
W., met 3 kinderen, waarvan 1 sukkelend.
Door den huisdokter Dr. D. worden 2 ge
zonde kinderen ingeëntbinnen een veertien
dagen worden deze beide ook ziek en ster
ven; de derde verergt, zoodat in een tyd
van twee weken deze vader drie kinderen
door den dood had verloren, waarvan twee
dadelijk na de inentingde vader heeft nooit
om een pokbriefje gevraagd; of de genees
heer dit geval heeft vermeld? De in het
begin van deze memorie genoemde Commis
sie noemt Utrecht niet onder de 4 plaat
sen waar nadeelige gevolgen der inenting
zijn waargenomen!"
De kanonnen van den Mont Valerien maak
ten vele slachtoffers onder de slecht geor
dende troependoch dezen legden een
leeuwenmoed en oen volharding aan den
dag, die menigen geoelenden tegenstander
beschaamden.
Het was een vreeselijk gevecht, waarin
de partijen te woedender streden, naarmate
zij elkander nader bestonden. Hier streden
vaders tegen hunne zonen, en broeders tegen
hunne broeders. Een weerzinwekkend too-
neel, dat een oude vrouw deed uitroepen
«Hoe gelukkig dat mijn zoon tegen de
Pruisen gesneuveld is 1»
Op bet Raadhuis werden Dieuwe plannen
gesmeed om den aanval op Versailles te
cïoen gelukken. Bergeret en Flourens, Du-
val en Eudes kregen ieder hun taak en
zoo trokken zij haastig hunne broeders te
hulp. Doch ook dit baatte niet. De op
roerlingen werden zoo hevig van beide zijden
beschoten dat velen de wapens wegwierpen
en in een overhaaste vlucht heil zochten.
Ook een hunner aanvoerders, de beruchte
Flourens, een schelm op wiens hoofd een
prjjs was gesteld, was onder de vluchtenden.
Hij vond een schuilplaats bij den eigenaar
van een waschhuis, wiens kleederen hij
aantrok om zoo te ontkomen. Door de
gendarmerie aangehouden, schoot hjj zjjne
revolver af, waardoor .een der gendarmen
zwaar gewond werd. Een ander trok toen
zijn sabel en kloofde Flourens den schedel,
zonder te weten wien hij voorhad. Hij
had zich namelijk onkenbaar gemaakt door
zich den baard af te scheren. En terwijl
het Parijeche volk, door allerleilogenberichten
misleid, niet beter wist of Flourens had
Versailles veroverd, lag zijn lijkin eender
straten te verbleeken. De man was ge
storven gelijk hij geleefd had, namelijk als
een hond.
Spoedig echter bespeurde het volk dat
het beetgenomen was. Er werden namelijk
tal van gekwetsten binnengedragen en van
enkele dragers vernam men de toedracht
der zaak en wel geheel anders dan zij was
voorgesteld.
Doch de helden der Commune zetten
hunne administratie voort. Zij paaiden het
Dat te Dordrecht enkele miliciens na de
inenting stierven, mag niet op rekening
van de vaccine gesteld worden, is de com
missie bescheiden (of onbescheiden) genoeg
te zeggen. Maar hoe hebben wjj het nu
Zeer zeker is niet altoos het daarnaen
daarom gemakkelijk te onderscheiden.
Maar als bij een steeds gezond mensch na
de inenting een koorts ontstaat met rood
heid en zwelling van den arm (erysipe
las); of als die zwelling overgaat in veret-
tering of verzwering (p h 1 e g m o n e, of
als rondom de inentingsplaats, over borst,
rug en gelaat verspreid, allerlei booze zwee-
ren zich voordoen (inentingsfu run-
culos e), wie zal dan niet de handeling
der inenting hiervan beschuldigen? Neen,
zoolang wy by het ontstaan van een of an
dere ziekte direct na de inenting, geen meer
voor de hand liggende oorzaak kunnen aan
geven, mag, ja moet de inenting als zoo
danig beschouwd worden.
De inenting kau geen onschuldige hande
ling zijn, wanneer zij werkelijk onvatbaar
heid voor de pokken veroorzaakt. Dit is
gemakkelijk aan te toonen.
Die onvatbaarheid wordt anders lang zoo
gemakkelijk niet verkregen. En vooral
niet door een druppeltje vaccinestof
Reeds in 1825 zoo gaat het Gedenk
schrift voort beweerde dr. Capadosé dat
zoowel de rede als de dagelijkiche onder
vinding dit bewijzen.
Het gevaarly'ke toch vaneen geneesmid
del staat in omgekeerde reden met zijn
hoeveelheid, zyn dosis en met de uitge
strektheid van het doel dat men beoogt. En
naarmate een geneesmiddel in kleiner gift
een grootere werking doet en tevens min
der uitwendige teekenen oplevert, moet dit
des te krachtiger, des te werkzamer en
dus noodzakelijk des te gevaarlijker zijn.
Wy noemen opium, belladonna en der
gelijke middelen gevaarlijk, omdat een kleine
gift van deze stoffen een groote uitwerking
heeft. En als nu een gedeelte van een
droppel der vaccinelymplie de vatbaarheid
voor de pokken zal vernietigen, dan moet
dit middel dus ook tot de gevaarlijke wor
den gerekend, al was het alleen maar op
grond van deze gewichtige werking.
En bljjft men het onschuldig en gevaar
loos noemen, dan kan het ook niet de
gewenschte onvatbaarheid voor de pokken
veroorzaken.
Bedenk daarbij ook dat de inenting in
strijd is met de algemeen aangenomen leer
betreffende het ontstaan van epidemische
ziekten.
„Volgens die leer ontstaat geen besmet
telijke ziekte, wanneer het haar veroorza
kende agens, haar „microbium" geen gunstige
volk met allerlei verzekeringenverbrandde n
de guillotinesriepen scheiding van kerk
en staat uitzetten de regeering te Ver
sailles afstelden de ministers in staat van
verdedigingen speelden op allerlei wijze
koninkje. En toen zij eindelijk de neder
laag niet langer konden ontkennen, staken
zjj de schuld op de generaals die wij zoo
even noemden en waarvan er twee waren
gesneuveld. De beide overgeblevenen, Ber
geret en Eudes, werden met de gesneuvelden
terstond vervangen.
Steeds vijandiger werd inmiddels de hou
ding die regeering en Commune jegens
elkander aannamen. Thiers had bekend
gemaakt dat wie nog terugkeerde van zijn
boozen weg, vergiffenis zou erlangen. De
Commune antwoordde daarop met strerge
straf toe te zeggen aan de overloopers, die
weder in hare handen zouden vallen. Ja
zells dreigde zij dat voor iederen krijgs
gevangene die door de troepen van Versailles
zou worden doodgeschoten, drie van dezen
het leven zouden laten. En als bewijs dat
zij den strijd op leven en dood zou voort
zetten, liet zjj alle mannen van 19 tot 40
jaar onder de wapens komen.
Of de afschaffing der nationale militie
en het verbranden der guillotines ook
voordeelig is geweest
Toch vlotte het slecht metj de inljjving.
Weinige rustige burgers liéten zich pres
sen. Een enkele maal vonden de insur-
genten eenige weggeloopen vreemdelingen,
die ze inpalmden. Zoo onder anderen kwam
een patrouille een drietal werklieden tegen
die een kar voortduwden. De mannen
werden aangehouden. Het waren Italianen.
«Gjj moet dienen», werd hun gezegd, «en
wel bij de mannen van Garibaldi.» En
zoo werden deze fatsoenlijke menschen in
gelijfd in een korps, voor hetwelk zelfs
Garibaldi zich geschaamd had.
Het is licht te begrijpen dat de Parijze-
naars op listen en slimmigheden bedacht
waren om ongemerkt de stad te verlaten.
Sommigen hunner ontsnapten door een
retourbiljet te nemen, en zoo de gedachte
te wekken, dat zij zouden terugkeeren.
Anderen kleedden zich als pakkendragers
voorwaarden tot ontwikkeling vindt. Welke
die voorwaarden zyn is ons met name
wat de pckziekte aangaat, nagenoeg heel
onbekend. Maar evenmin als sinds 1876
de cholera, heeft sinds 1873 de pokziekte
in ons land gewoed. We mogen dus aan
nemen, dat de deze ziekte veroorzakeude
agentia (om dezen algemeenen term nogmaals
te bezigen) geen gunstigen bodem tot hun
ontwikkeling hebben gevonden. Is het nu
niet zonder zin door een inenting ons
lichaam te wapenen tegen een ziekte die
lange jaren niet heeft geheerscht en wie
weet hoe lange jaren nog niet zal heersclien
Is het niet evenzeer zonder zin, dat men
alle andere besmettelijke ziekten wil be
strijden door het wegnemen der oorzaken
en alleen voor de pokziekte een voorbe
hoedmiddel wil aanwenden, dat met de
eerste oorzaak der ziekte waarschijnlijk
in zeer nauw verband staat 1"
Deze belangrijke vraag wordt aange
drongen door de opmerking, dat de inenting,
tijdens het heersclien der ziekte, gewoonlijk
fiasco maakt.
Hierbij wordt een (opzienbarend geval
uit Indië medegedeeld, bijgewoond door Dr.
Furnée, thans praktiseerend geneesheer in
de Meern bij Utrecht, destijds officier van
gezondheid in het Nederlandsch-Indische
leger. Onze ruimte laat niet toe het over
te nemenmaar we veroorloven ons inzon
derheid de aandacht van heeren geneeskun
digen er op te vestigen. Het is een van
die gevallen, welke tot nadenken dwingen.
Congres voor Ambachts-onderwijs.
Te Haarlem werd maandag bovengenoemd
congres gehouden ter bespreking van het
belang van het onderwijs aan de ambachts
scholen.
Uit de verschillende besprekingen blijkt
dat dit eerste congres goed geslaagd is. Er
kwamen belangrijke vragen ter sprake.
Voorgelezen werd onder anderen een schrij
ven van den minister van binnenlnndsche
zaken den heer De Savornin Lobman, waar
bij ZExc. zijne ingenomenheid met dit con
gres te kennen gaf en verzocht hem een
verslagje der besprekingen te zenden.
Ingeleid en bestreden werd de stelling:
het onderwijs aan ambachtsscholen mag
nimmer dienstbaar worden gemaakt om
werkstukken te maken voor particulieren,
en slechts bjj hooge uitzondering voor in-
dustriëelen.
Met het eerste deel dezer stelling was
men het vrij "wel eens. Iedere bestelling
van particulieren werkt nadeelig op bet
onderwijs, want de leerlingen worden dan
en gingen met een koffertje in de hand
de wachtkamer binnen, om dat aan een
heer te geven die hen volgde. Waren zij
eenmaal in de wachtkamer, dan gingen zij
er met het publiek uit en in den trein.
Nog anderen deden ol zij tot het spoor
wegpersoneel behoordenliepen langs den
trein met een pot met vet om de wielen
te smeren of duwden aan wagens, die
verplaatst moesten worden.
Als dan niemand hen opmerkte, sprongen
zjj in een waggon en raakten zoo Parijs uit.
Zoo verhaalt men honderden gevallen dat
lieden van het dienstpersoneel aan dergelijke
vluchtelingen hun werkpak leenden om er
op die wjjze mede te ontkomen.
Een jong koopman, dien men niet wilde
doorlaten, had zijn ontkoming, menschelij-
kerwijs, te danken aan zijne tegenwoordig
heid van geest. Op het laatste oogenblik
namelijk, toen de trein zich in beweging
zette, greep hij een der conducteurs de pet
van het hoofd, en zette die zelf op. Daarna
sprong hij op de trede en ontkwam op die
wijze. Aan het volgende station zag men
hem voor conducteur aan en hij was
gered.
Nood verzint list. Zoo dacht ook een
heer er over, die eenvoudig naar den stati
onsweg ging, waar tal van huurrijtuigen
(fiacres) gestationeerd waren. Hij sprak
den eigenaar van een dergelijk vervoer
middel aan om met hem weg te rijden.
Opeen afgelegen plaats verwisselde hij met
den oude van kleederen. Bit wil zeggen,
deze trok zijne bovenkleederen uit en de
vluchteling de zjjne, waarop hij de broek
en jas van den koetsier aantrok en diens
ouden hoed opzette. Daarna zette hij zich
op den bok, terwijl de oude koetsier in het
rijke kleed van den vluchteling gedoscht,
in het rijtuig plaats nam. Zoo reden zij
de stad uit. Even buiten de stad werden
zij aangehouden doch de mannen van
de Commune zeiden al spoedig Laat dien
ouden heer maar vertrekken, hij deugt
toch nergens voor.
Het spreekt van zelf dat de «oude heer»
van den werkelijken heer een vorstelijke
belooning ontving. Wordt vervolgd.)