1891. No. 92.
Donderdag 7 Mei.
Vijfde Jaargang.
VERSCHIJNT
G. M. KLEMKERK, te Goes
F. P. ITHIJIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIES
Nederland.
üe belastingen in
6LJL
y (?-.
DE ZEEUW.
elken MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND
Prys per drie maanden franco p. p. ƒ0.95.
Enkele nummers0.02s.
UITGAVE VAN
EK
van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Bij dit nommer behoort een Bijvoegsel.
op
Vervolg.)
Over 1887/8 bedroeg de belasting
paarden f677.000 verdeeld als volgt:
Luxe paarden f 159.000
Landbouwpaarden 349.000
andere paarden 169.000
Over andere noodzakelijke wijzigingen
van de wet op het personeel, niet met den
landbouw in verband, zai ik niet spreken.
3. Patentrecht. Het patentrecht is eene
belasting op beroepen en bedrijven. De
landbouw is daaraan niet onderworpen,
evenmin als ambachtslieden enz. die zonder
knechts werken. Wat ook tegen deze be
lasting in haren tegenwoordigen vorm is
in te brengen zeker is het, dat die niet
zwaar drukt. Het gemiddeld bedrag per
aanslag voor de bieronder genoemde be
drijven was over 1878/9 als volgt
Naamlooze vennootschappen 2 pCt
(der uitkeeringen f 1.384.00
Kantoren van administratie 129.-
Bankiers en kassiers 70.14
Kooplieden, commissionnairs en
(agenten (buitenlandsche) 51.60
Assuradeurs 51.57
Branders, brouwers en azijn
makers 46.60
Kooplieden en commissionnairs
(in effecten s 38.
Reeders van schepen 25.15
I Fabrikanten in manufacturen, leer
l (en steenen 19.04
I id. naar tabel V der wet18.62
,1 at en legt het dan in Cti.o» 15.40
.1 bekerglas met een hal ven liter gedistilleerd
water. Na eenige uren (van tijd tot tjjd
nnroeren of schudden) is er een geelrood
flreksel: men doet dit in eene flesch en
urkt die goed, men kan dan het vocht een
jdlang bewaren. Bevochtigt men nu het
wittebrood er mee dan zal na een half uur
iet zuivere brood nog bruingeel zijnhet
net alluin gebakkene begint dan reeds bleek
'auwviolet te worden en na een paar uur
deze kleur duidelijk zichtbaar.
Een jonge en schoone Russische dame,
avin Olga Puttaten is, vergezeld van een
mstbode, over Jeruzalem naar Japan ge-
okken om in dat land als zendeling het
angelie te gaan prediken.
Te Ribe (Denemarken) vertoonde zich
or een paar maanden een heer uit Chi
cago, die beweerde veel (geld te hebben
en ingenieur te zijn. Hij verloofde zich
met een meisje uit Ribe en begaf zich
daarop voor zaken naar New York. Dezer
dagen keerde hij te Ribe terug met het
bericht dat hij een zeer winstgevende zaak
had aangenomen voor de tentoonstelling te
Chicago en 2000 flinke mannen daarvoor
kon gebruiken. Ver«cheidene mannen
dienden zich hierop bij hem aan, waarvan
hij er 12 dadelijk aanstelde en medenam.
Het gezelschap vertrok naar Londen waar
de snaak, die inmiddels getrouwd was, hen
in een fraai hotel logeeren liet. De reizi
gers gaven hem den volgenden dag 1400
kronen die hij in de stad moest gaan in
wisselen. Dit was al wat zij bezatenen
tie de schelm ging met dit geld aan den
haal ep op het oogenblik is hij nog niet
teruggekeerd. De teleurgestelde jeugdige
eehtgenoole en de arbeiders moesten op
vporschot van den Deenschen consul naar
n vaderland terugkeeren.
De Kaapkolonie heeft 1 Va miljoen
woners, waaronder 850,000 zwarten en
7000 blanken. De bevolking is er sinds
75 meer dan verdubbeld.
mijne meening niet tegen te spreken.
En of nu neringdoenden en ambachts
lieden veel zouden profiteeren bij een af
schaffing der patentwet is mijns inziens
minstens twijfelachtig, voorna.melijk in eene
grensstreek waar men dan eene onbeperkte
mededinging met het buitenland (België
bijv.) openstelt.
4e. Zegelrechten. Het zegelrecht wordt
betaald voor handelingen, waarvoor het
aanwenden van gezegeld papier is voorge
schreven. Iedereen draagt daarin bij, naar
mate hij van dat papier gebruik moet
maken.
In belastingzaken moet van gezegeld
papier gebruik worden gemaakt wanneer
het bedrag eene zekere som te boven gaat.
Ook wordt er zegelrecht op effecten betaald,
waarvan de opbrengst in 1887/8 f430.000
bedroeg. Tot bijzondere beschouwingen
geeft deze belasting verder geen aanleiding.
5e. Registratierechten. Over 1887/8
bedroeg deze belasting f38.100.000. Van
dit bedrag werd betaald
Wegens onroerend goed f 27.000.000.
Roerend goed 5.620.000.
Hieruit bljjkt, dat het onroerend goed
in vergelijking met het roerend sterk wordt
getroffen, en dit vooral omdat de totale
waarde van het roerend goed die van het
onroerend met ruim 100 pCt. overtreft.
Om tweeërlei redenen drukt deze belasting
zwaar op den grond. De eerste is, omdat
de rechten op het vaste goed geheven
hooger zijn dan die waarmede het roerend
goed is bezwaard en de 'tweede is dat het
vaste goed bij eiken eigendomsovergang
voor zijn volle waarde aan het registratie-
wasecht is onderworpen.
men Daar de levering van het goed niet plaats
25 cieeft voor het recht is voldaan, is ont-
soor uiking niet wel mogelijk.
!6,r' De levering van roerende zaken is in
mini' a'gerneen aan geen formaliteiten gebonden.
werrlleen bij pubheken verkoop is een zeer matig
f i3.3cht verschuldigd.
hoog 6e Hypotheekrechten. Deze belasting
Rfreffe uitsluitend het onroerend goed, bij
en -verschrijving en inschrijving van hypothe-
bestijhe verbanden ten kantore van de
1 hypotheken.
ter^ l Successie en overgangsrechten.
en m:^raS van de waarde der nalatenschappen
f 9.50iarvoor successie en -overgangsrechten
Cheva>rden betaald beliep over het hiervoren
UAooemd tijdperk f 1.343.500.000
cents arvan in onroerend goed 446.300.000
f 1.90 i j,i roerend 897.200.000
PAi0jpj,rengSt ,jer belasting was f 55.000.000
I11rrt recht van overgang werd ontvangen
soortei^'eSens fecte» i 6,400.000
dere ]cJ>roerend Soet* s 500.CÜU
verkochJccessierecht 48.100.000
WITTet bedrag dat wegens onroerend goed
a f 10,5Uccessierecht is ontvangen, beloopt on-
BLAUer f 16.000.000.
boudendjpervlakkig beschouwd hebben wij hier
Het
'ben met
.net eene belasting die wat het
kocht f essierecht betreft op al de nagelaten
KANAeren even zwaar drukteene belasting
kwal. f jdie meer het roerend dan het onroerend
f 7 a f 7,logen treft.
VLASit is evenwel zoo niet. De onroerende
op het leren kunnen bijna niet aan de belas-
deld tot worden onttrokken dan bij overdracht
aanvoer - -
volge de,
r de levenden, maar in dit geval vallen
.net de tegenwoordige toestanden,
H(JI|dneele afschaffing daarvan zou ik niet
gaarne willen medewerken, wanneer daar
voor eene inkomstenbelasting b.v. in de
plaats moest komen. En dat de landbouw
daarmede slecht gebaat zoude zijn is naar
langzaanoadef heut bereik der re8islratie
MEEL, e re ten.
kalmer plasting-ontdaiking zou hier dus maar
enkele feitelijk zijn te bereiken,
prijzen iet het roerend vermogen is dit geheel
lieden vrs gesteld. De erflater heeft genoeg
j zich met
Waarden aan toonder kunnen eenvoudig
worden overgegeven, schuldvorderingen op
naam worden overgedragen tegen een recht
van l'/ï pCt. der waarde.
Van de overige roerende goederen kan
de erflater zich ontdoen volgens de middelen
door het Burg. Wetboek aan de hand ge
daan, bijna kosteloos.
Dit alles kan onder de oogen van den
fiscus gebeuren, maar zelfs al zijn de
goederen op naam van de erfgename/1 over
gegaan, dan nog zijn de rechten op het
nagelaten goed niet gewaarborgd. Deze
belasting drukt dus het meest op den
grondeigenaar omdat het onroerend goed
niet aan de belasting is te onttrekken,
terwijl voor het roerend vermogen verschil
lende wegen openstaan.
8e. Accijnzen. De belasting, accijnzen
genaamd, werkt zooals reeds is opgemerkt,
tweëerleile op noodzakelijke levensbe
hoeften, waaronder men gewoonlijk zout
en zeep begrijpt, als verplichte, 2e. op de
overige artikelen als vrijwillige belasting.
Verbruiksbelastingen hebben boven andere
dit voor dat zij gemakkelijk en onmerkbaar
worden betaald.
Als ik mij niet vergis, zijn thans alle
partijen in den lande het hierover eens,
dat het noodzakelijk, althans wenschelijk
is, de belasting op het zout en de zeep af
te schaffen, al is men 't niet altijd hierover
eens, dat de druk, welke die belasting op
de bevolking legt, zoo zwaar is. Ik zal dan
ook die belastingen niet in bescherming
nemen, al behoor ik nu niet onder hen,
die meenen dat [door de afschaffing, het lot
van den minderen man zooveel beter zal
worden.
Waar zooveel wordt betaald aan niet
verplichte verbruiksbelastingen, zal inder
daad het weinige dat betaald moet worden,
den toestand niet erger maken dan die is.
De voornaamste redenen, waarom ik de
afschaffing van die belastingen wenschelijk
acht, is wel de smokkelhandel, die voorna
melijk in die gedeelten van ons land, welke
aan België grenzen gedreven wordt, en die,
het kan niet anders, een onzedelijken in
vloed op de grensbevolking uitoefent.
Daarbij komt de afschaffing ook eeniger-
mate ten goede aan den landbouw of de
zuivelbereiding, die zout Yoor hun bedrijf
noodig hebben.
Wat de zeep betreft is er nog een andere
reden, die afschaffing van den accijns
wenschelijk maakt, namelijk dezedat door
vermenging van olie en loog, als surrogaat
voor zeep elke eerlijke fabricage onmogelijk
wordt en dus tot groote knoeierijen aan
leiding geeft.
Tegen het behoud van de overige accijn
zen, als suiker, wijn, gedistilleerd, bier en
geslacht, bestaat, meen ik minder bezwaar,
als behoorende niet tot de eerste levensbe
hoeften, maar meer tot de genotsmiddelen.
Zoolang deze niet kunnen worden afgeschaft,
zonderdat daarvoor een andere belasting
in de plaats moet komen, kunnen we die
dan ook gerust behouden.
.Ik wil daarmede niet zeggen, dat het in
sommige opzichten niet wenscheljjk zou
zjjn, den accijns van een of meer van die
middelen af te schaffen of te verlagen, maar
moet eene andere belasting daarvoor in de
plaats treden, dan zou deze licht meer
drukken dan deze accijnzen doen. Kon het
eerste geschieden, dan zou, meen ik, de
suiker aan de beurt moeten zijn. Ver
mindering van dien accijns was wenschelijk,
omdat de suiker niet alleen een genot,
maar ook een voortreffelijk voedingsmiddel is.
Wellicht zou het veriies, dat de schatkist
in den eersten tijd zou lijden, bij eene
doeltreffende wetgeving door het toenemend
gebruik, zich ook spoedig herstellen.
De accijns op het geslacht kan misschien
iets drukkend zijn, waar deze als directe
belasting werkt, b. v. waar men zelf een
stuk vee slacht, maar niet waar hij indirect
werkt. De prijs van het vleesch toch zou
er weinig of niets door verminderen en
het toezicht op het slachten van ziek vee
zou er zeer door verslappen.
De accijns op het bier en den azijn, die
hoogstens een halve cent per liter bedraagt,
kan zeer goed behouden blijven. Van
eenige beteekenis is deze belasting niet en
het versterkt het toezicht in verband met
de fabrikage van gedistilleerd. Bovendien
zou afschaffing van dien accyns de dood
zijn van vele bierbrouweryen in ons land.
Deze tak van nijverheid toch wordt nu
beschermd door een invoerrecht van f3.50
per hectoliter bier, uit het buitenland in
gevoerd.
Wil men geen bescherming van den
landbouw, dan moet die voor de nijverheid
niet behouden blijven.
De accijns op den wijn, nagenoeg uit
sluitend een genotsmiddel, thans f 20 per
hektoliter, zou zeer goed voor verhooging
kunnen in aanmerking komen, voornamelijk
voor de fijnere soorten. Ik vrees, dat dit
evenwel tot velerlei knoeierij en ongerief
aanleiding zou geven, wegens de moeielijk-
heid, die er in gelegen .is, om met eenige
zekerheid de soort van wjjn te bepalen.
Over den accijns op het gedistilleerd
behoef ik niet veel te zeggen. Deze belasting
betreft evenals de wijn by na uitsluitend
een genotsmiddel. Ondanks het hooge cyfer
der belasting en het bestaan der dusge-
noemde drankwet, schynt het verbruik nog
steeds toe te nemen.
Invoerrechten. De invoerrechten brengen
zooals men hiervoren heeft gezien/ ruim
f 5.000.000 op. Verschillende waren uit het
buitenland ingevoerd, zyn aan invoerrechten
onderworpen. Zij werken over het algemeen
als een verteringsbelasting. In de eerste
plaats zouden dus voor verhooging van
invoerrechten in aanmerking moeten komen
weeldeartikelen en genotsmiddelen, die men
uit het buitenland invoert.
Aan accyns-artikelen, die binnen 's lands
worden vervaardigd, zyn invoerrechten
natuurlijk verbonden. Zoo betaalt men aan
invoerrecht voor zout (accyns f9) f 12 per
100 K. G., bier f3.50 per H. L. (wel 10
maal zooveel als de accijns bedraagt), zeep
f 4.50 per 100 K. G. behalve den accijns
gedistilleerd f3.50 per H. L. zonder den
accijnsvleesch f 6 of meer per 100 K. G. enz.
Zooals men hieruit ziet geniet een deel
der Nederlandsche uij verheid doorjheffing
van invoerrechten op vele artikelen nog een
voldoende mate van bescherming en zelfs
zij die van geenerlei bescherming in het
algemeen weten, willen die toch de nijver
heid wel laten behouden.
Ook de handel geniet door invoerrechten
altijd nog eenige bescherming, maar den
landbouw laat men eenvoudig geheel on
beschermd. Is dit billyk? Deze vraag geeft
mij aanleiding dit onderwerp wat breed
voeriger te behandelen.
Bij K. B. van den 16 September 1886,
no. 28, werd aan een commissie opgedragen
le een onderzoek in te stellen naar den
toestand van den landbouw hier te lande,
en 2o. voorstellen te doen betreffende de
middelen waarop van regeeringswege de
ontwikkeling van den landbouw zou kunnen
worden bevorderd.
Deze commissie stelde een onderzoek in,
maar in afwachting daarvan adviseerde zij
den Minister van Waterstaat, Handel en
Nijverheid om maatregelen te nemen lo.
tegen knoeierijen in den boterhandel, 2o.
regeling van het landbouwonderwijs, 3o.
oprichting van proefstations voor den land
bouw, 4o. omtrent den in- en uitvoer van
vee, 5o. omtrent de wenschelijkheid van
Rijkssubsidie voor de fokkerij van groot en
klein vee. Hieraan is thans in zooverre
voldaan dat a tot stand kwam eene wet
tegen knoeierij in den boterhandel, b
f 20,000 werd gegeven als subsidie voor het
landbouwvakonderwijs, c oprichting van
proefstations te Groningen, Hoorn en Breda,
d. aanstelling van eenige landbouwleeraren
en e. werd gegeven 14C,000 tot onder
steuning van de paardenfokkerij.