1891. No. 66.
Donderdag 5 Maart.
Vijfde Jaargang.
Strijd en Zegepraal.
VERSCHIJ ft1T
G. M. KLEM KERK, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTEXIIEA
DE STAAT.
I
elken MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND
Prijs per drie maanden franco p. p. /0.95.
Enkele nummersƒ0.025.
UITGAVE VAN
en
van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Hoe men zich dezen denkt en wat men
van hem eischt Deze vraag werd Maan
dagavond te Middelburg en Dinsdagavond
te Goes beantwoord door den heer K. Kater,
voorzitter van het christelijk werklieden
verbond «Patrimonium», die in beide plaat
sen optrad voor de afdeelingen van bovea-
genoemden bond.
Niets, zoo begon, spr. wordt thans en
werd ook voorbeen meer vereerd dan dit
onpersoonlijke ding dat men Staat noemt,
Zeker, omdat die «Staat» allen omvat en
wegens zgn onpersoonlijkheid zoo moeielgk
te kneden is. De geschiedenis zelfs der
oudste volken leert dit. En ook in onzen
tijd wordt deze Staat door velen als een
soort oppergod beschouwd. Anderen daaren
tegen schelden hem een tiran. Patrimonium
echter houdt hem voor geen van beiden, wijl
hij alleen God den Heer aanbidt en gelooft
dat de Staat naar Gods Woord moet zijn
ingericht.
De ouden vereerden een reeks goden,
die schoon allen met macht bekleed op den
keper beschouwd, bogen onder de opper
macht van den Staat. Men vreesde de
goden doch eischte in de eerste plaats eer
bied voor den Staat.
De overheid schreef wel offeranden aan
de goden voor, doch zij deed dit uit staats
belang, niet nit godenliefde. En ook nu,
zoolang de GodsJienst niet gevaarlijk voor
den Staat geacht wordt, duldt men dien.
Doch in het tegengesteld geval is 't met
de volgelingen des Heeren Jezus als met
Hem zeiven zg moeten worden uitgeroeid.
Men heeft zich nu eenmaal een ideaalstaat in
het hoofd gezet, die het hoogste woord moet
hebben. Zelfs inde middeleeuwen was het
niet anders. Gansch Europa werd door
Christenen bewoond, die toch weigerden zich
door dien Christus de wet te laten stellen.
Godsdienst der christenen en godendienst
der heidenen zjjn beide in oneer. Men
glimlacht over de naïveteit van het «geloof»,
en noemt de geloovigen al naar de stem
ming of de persoonlijke sympathie van den
17)
FEUILLETON.
Schetsen uit den Fransch üuitschen oorlog.)
Op eenige honderden schreden vóór de
woning hield Napoleon stil, en ging met
Bismarck in eene kleine boerenwoning aan
den weg gelegen binnen, waar zij een ge
sprek hadden dat een uur duurde. De
Keizer trachtte vooral gunstiger, minder
vernederende voorwaarden af te smeeken
voor de capitulatiedoch Bismarck bleef
onverzettelijk. Wel vraagde hij of de
Keizer geneigd was over den vrede te on
derhandelen. Doch met een smartelijken
glimlach op het gelaat, verwees de Keizer
hem naar het gouvernement te Parijs, de-
wijl hg, naar hij zeide, zelf een gevangene
was, en dus in dezen niets te zeggen had.
Daarop begaven zij zich naar buiten en
zetten zich naast elkander op eene bank
voor de deur. Beiden zwegen. Eindelijk
verbrak de Keizer het stilzwijgen en zeide
«Wat zou u er van denken, als het fran-
sche leger eens over de Belgische grenzen
trok en zich daar liet uitwapenen Doch de
ander wenschte daarover niet te spreken.
Daarop begaf de Keizer zich naar het
hem door Bismarck aangewezen verblgf op
het slot Bellevue. Inmiddels werd den ko
ning aangezegd dat hij hem wenschte te
spreken.
De koning liet onmiddellijk weten dat
hg niet te spreken was voor de voorwaarden
ter overgave zouden geteekend zijn. Dit
was voor v. Wimpffen een aanwijzing dat
de pogingen van zijn Keizer mislukt waren
en hij de voorwaarden onveranderd had goed
waarnemer is, kinderachtig, krankzinnig of
huichelaars. God te aanbidden naar
Zijn Woord is dan ook onmogelijk voor
hen die slechts de empirie (ervaringsleer)
en als zij 't hebben den Mammon
aanbidden.
Maar wij weten dat wijsheid en weten
schap ons niet voor dwalingen kunnen be
hoeden. Wgsgeeren der 19e eeuw, gelijk
voorheen die der heidenen buigen zich voor
het werk hunner handen. De mensch heeft
nu eenmaal behoefte aan iets waarop hij
leunen en steunen kan iets grootsch en
verhevens, en is het dat nietdan poogt hij
'tmet heerlijkheid te bekleeden. Zoo is men
ook gekomen aan dien oppermachtigen staat.
Het woord: staat, stand, van staan, geeft
een toestand van kracht en onafhankelijk
heid te kennen. In zijn hoogste beteekenis
kan alleen van God den Almachtige gezegd
worden dat Hij staat.
Wij staan ook weldoch niet in onaf
hankelijk heiil van het staan van anderen.
Ons staan zou dus veeleer leunen moeten
heeten. De Heiland in Gethsemané bleef
staan, terwijl zijne vijanden op zijn woord:
«die ben ik» ter aarde vielen. En Stefanus
in zijn visioen zag Hem staande voor den
troon. Zoo in volstrekten zin staat op
aarde niets en niemand.
Slechts in betrekkelijken zin staat het
zoolang God het bestendigt. Waar wij dus
van den Staat spreken, daar zeggen wij
dat die er niet is bij de gratie der mensehen,
noch zijne macht ontleent aan den wil eeuer
wufte menigtemaar bg de gratie Gods
geroepen is deze te beheerschen.
De Staat is of moet althans zgn beeld
drager van Hem, die eer,sals aller koningen
Koning heerschen zal.
In zijn eigenlijk wezen is hg een complex
van kracht. In substantie moet hij zijn
souverein, oppermachtig, alleen aan God
onderworpen. Op dat standpunt vinden
wij in Eden den eersten staat. Adam
drager der Souvereiniteit Gods. Niet Adam
en Eva saam. Dit emancipatiebegrip te
prediken was voor de 19e eeuw bewaard,
met hare verwijfde mannen en vermande
te keuren. Op den bepaalden tijd begaf hij
zich dan te bestemder plaatse, en teekende,
door den nood gedrongen, met v. Moltke het
protocol, waarbij een ontzaglijke buit aan
de Duit^chers werd overgegeven. Het totaal
bedroegde Keizer, een maarschalk, 39
generaals, 230 stafofficieren, 2095 andere
officieren, 84,450 manschappen met de
adelaars, 70 mitrailleuses, 330 stukken veld
geschut, 150 stukken vestinggeschut en
10.000 paarden.
Het was iets ongehoords in de wereld
geschiedenis, voor de Duitschers waardig
om vermeld, voor de Franschen o n ten
eeuwigen dage betreurd te worden.
Weldra werd den koning het protocol ge
bracht waarin de capitulatie door de beide
legerhoofden was geteekend. Hij ;beval deze
aan al de verzamelde vorsten (allen stonden
op een hoogte b(j Doncherv) voor te lezen.
Toen de voorlezing geëindigd was. wendde
zich de Koning tot allen, en zeide«Gij
weet nu, mijue heerenwelk een groote
wereldgebeurtenis heeft plaats gehad. Ik
dank dit aan de uitstekende daden der ver-
eenigde legers. Deze gunstige uitkomsten
zijn wel ge«chikt om den band nog vaster
te knoopen die de vorsten van den Noord-
duitschen Bond en mijn andere bondgenoo-
ten, wier vorstelijke medeleden ik in dit
gewichtig oogenblik talrijk om mij verza
meld zie, met ons verbindt, zoodat wij
mogen hopen een gelukkige toekomst tegen
te gaan. Voorzeker is onze taak nog niet afge-
loopen want wij weten niet hoe het overige
Frankrijk het opnemen en beoordeelen zal.
Toch reeds thans mgn dank aan elk die
een blad tot den lauwer- en zegekrans van
ons vaderland aangebracht heeft.»
Daarna steeg hij te paard en reed naa
vrouwen. Zoo zien wij het gezag over
gedragen op familiehoofdenoudsten
koningen, zelfs bij volken die God niet
kenden. En opdat ieder den goddelgken
oorsprong van dit Gezag in het oog vallen
zou, werd het overgebracht op de eerst
geborenen, die toch zeker de omstandigheid
dat zij eerstgeborenen zijn, wel niet aan
zich zeiven of aan de meerderheid hunner
familiebetrekkingen behoelderi dank te
weten.
Daar waar de ambtsdrager door het volk
werd aangewezen, moe.t toch de volkswil
aan hem ondergeschikt zijn En waar hij
'tdoor erfrecht was, was hij niet eigenaar
van het aan zijn wreedheden onderworpen
volk, maar niets dan drager der Souverei-
niteit Gods.
Waar de Sou vereiniteit bij 't volk berust
daar is geen -blijvende geordende Staat
mogelijk, daar is alles zwevende en onvast,
liet is een samenvoeging van eenlingen
een volk, dus geassocieerd, door vereeniging
van burger en burger, doch dat zelf souverein
wil blijven, werpt te avond of morgen den
troon, steunende op de meerderheid, omver
en bedreigt rusteloos rust en vrede. Die
zulk een Staat wilde bouwen, die moet
zulk een Staat wel, in strijd met God al
machtig, oppermachtig maken. Zulk een
Staat wordt hem tot een afgod, ook daarin
dat hij hem al verder afvoert van God.
DL is geen bloot toeval maar eisch van eigen
belang. Zulk een Staat moet wel uit zelf
behoud alle begrippen omtrent God wegdoon.
Tegenover deze revolutionaire grondgedachte
van den Staat stelle spr. de antirevolutio
naire en besprak daarna de vgf grondzuilen
van een goeden staat, in volgorde zooals
onze vaderen dit deden, namelgk religie
(chr. godsdienst)justitie (rechtswezen)
politie (handhaving der publieke orde)
militie (krijgswezen) en financiën (staats
gelden.)
lo. De Godsdienst vordert gehoorzaamheid.
De revolutie van 1789 en 1793 bewijst
waar het tegendeel een volk brengt. De
opperhoogheid van den Staat is niet te
redden bij de aanbidding der opperhoogheid
het dal om de verschilleade legerplaatsen
te bezoeken. Zijn weg leidde ook langs
'Bellevue, Napoleons tijdelijk verblijf. Zal hij
er binnengaan en hem troosten Maar hij
is toch de overwinnaar en de ander de
gevangene l Zoo zegt hg, maar de Kroon
prins nadert en zegtde Keizer heeft vrij
willig een door den koning veroverd terrein
betredenhij erkent dus overwonnene te
zijn, uw bezoek bij hem zal dus niets te
kort doen aan uwe waardigheid. En zoo
ging hij, luisterend naar de wenschen van
zijn zoon en van zijn eigen ridderlijk gemoed.
Kort na het middaguur kwam de lar.ge
stoet op Bellevue aan. De Keizer kwam de
breede steenen trap af die naar den ingang
van het kasteel leidt en begroette zijn over
winnaar mei gebogen, ontblooten hoofde.
Aarzelend strekte hg de hand uit, die
de grgze Germaan hartelgk deelnemend
schud.Ie. Daarop gingen beiden in de
spreekkamer en andermaal stonden een Bo
naparte en een Hohenzollern tegenover el
kander in de verhouding van overwinnaar
en overwonnene.
Andermaal. Doch met welk een verschil 1
Vóór 63 jaren stond de moeder van koning
Wilhelm te 'iilsit voor den trotsehen zege
vierenden geweldiger den eersten Napoleon.
De ruwe Gorsikaan had haar met de laagste
lasteringen en grofhelen vervolgd; hij had
haar hart gebroken en deed haar ook de
hoonendste verwijten over hare vastberaden
vaderlandsliefde. Thans stond de zoon der
diep gegriefde daarom recht te doen tegenover
den neef des beleedigers, om den derden
Napoleon, niets beter dan de eerste op
ridderlijke wijze deze veranderde verhou
ding te doen gevoelen.
O, wat zal er in de ziel dezer twee
Gods. Wel kan men deze laatste in schijn
eeren of in eere herstellen. Utiliteitspolitiek
dreef Robespierre om God door hem ont
troond, bij decreet in eere te herstellen.
Ook in onze dagen zijn de «kinderen der
revolutie» soms, a's het zoo in hun belang
is, wondervroom. De stembus leert het.
Christelijk onderwijs, dat mag ook nog wel.
De wet spreekt van christelgke deugden;
natuurlijk neutraal christelgke, waar zoo
niets van den Christus aan iseen soort
christendom dat den Jood niet ergert en
den Moderne volkomen bevredigt. Het
Chiistendom des Bijbels hoort nergens
thuis. Wel chr. deugden zooals mr. Levy
ze verdedigde. Zoo iets onbestemdszoo'n
Godje die de dingen der wereld of niet
geschapen heeftof te groot is om er zich
nu nog mee te bemoeien. En voor de
opleiding tot zulk een Christendom moet
de Staat zorgen. Hg moet, anders ver
liest hg zgn crediet bij zijne aanbidders.
De tegenwoordige regeerir.g van Neder
land heeft dien Staat wat ingetoomd, vooral
in zake onderwgs dat in d* eerste plaats
niet door den Staat, maar door de ouders
dient behartigd. En daarom willen de
liberalen deze reg. hoe eerder hoe liever
opruimen.
(Slot volgt.)
4 Maart 4891.
- Het is voortaan aan de postambte
naren verboden postzegels die door het
publiek in brieven als pasmunt of tot over
making van kleine bedragen zgn ontvangen
tegen geld in te wisselen.
Volgens de Z. N. bode is door den
heer Van Dixhoorn te Bergen op Zoom
concessie aangeviaagd tot het tot stand
brengen eener verbinding tusschen Bergen
op Zoom en Zierikzee. Het plan is: over
brugging der Eendracht, stoomtram van
Bergen op Zoom naar Stavenisse, eene
stoomboot van Stavenisse naar den Val en
van daar een tram naar Zierikzee.
Bij kon. besluit is aan ds. Itié te
Middelburg (geboren te C«lmont,Franki ijk)
vergund de kerkelijke bediening in de
mannen zijn omgegaan, toen zij daar alleen
tegenover elkander stonden in dat eerste
oogenblik van pijnlgk zwijgen dat het ge
sprek van nagenoeg een uur voorafging.
Immers Napoleon had zgn volk wgs
gemaakt, dat hij te Berlijn den vrede zou
gaan voorschrijven. En thans stond hij als
gevangene tegenover zgnen miskenden te
genstander. Eu Wilhelm? Gedacht hij soms
de droevige dagen toen hg aan zijn moeders
hand, hongerig en verlaten, eens had moe
ten vluchten voor den naamgenoot van de
zen niet minder heerschzuchtigen gevangene
Is het wonder dat Napoleon ter nederge-
drukt was
Volgens latere berichten heeft tusschen
hen beiden ongeveer de volgende samen-
spreking plaats gehad.
Wilhelm begon met te zeggen«God
heeft in den tegen mg verklaarden oorlog
aan mijne wapenen de overwinning ge
schonken.»
Napoleon antwoerdde«Niet ,ik heb den
oorlog gezochtmaar de openbare meening
van Frankrijk heeft mij gedwongen den
oorlog te beginnen.»
Wilhelm hernam: «Uwe Majesteit voerde
den oorlog om aan de openbare meening
genoegen te geven, maar uwe ministers
schiepen eerst die openbare meening, welke
den oorlog afdwong.»
Bonaparte zweeg. Na een lang oogenblik
van stilzwijgen hernam de koning: «Het
Fransche leger heeft met groote dapperheid
gevochten.» «Ja», zeide de keizer, «maar
de troepen van Uwe Majesteit bezaten een
krijgstucht, welke aan de mgnen in den
laatsten tgd ontbrak.»
Wordt vervolgd.)