'jassen, SCHAPPIJ G KOOMAN, n Kamen, MEIJLER, 1891. No. 51. Donderdag 29 Januari. Vijfde Jaargang. EDERLAND, rENlïAGE. ïdbouwers. abantscli ïlaverzaad VERSCHIJNT G. M. KLEMKERK, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIES li en Hypotheken. t per 5 ons. garenfabrikant RAAT 6, I Het Debat over Suriname. DE ZEEUW. GOES. elken MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND Prjjs per drie maanden franco p. p. /0.95. Enkele nummers/0.02s. UITGAVE VAN en van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. ischen lid te worden van sreeniging, kunnen zich tl JANUARI 1891 aan stuur. Alsdan zal voor- loten wsrden. laat inschrijven, betaalt ntrée tot dekking der sten. Het Bestuur: .AAR Mz, Voorzitter. X). BROEKE, Secretaris. IEL Jr., Penningmeester, n, VIJVER, Commis- LDE, sarissen. VAN 1STIGD TE verzekering wel noo- an eiken kapitalist, ïypotheek heeft ge it aan de besturen •anken. Met alle voor- meeste soliditeit is er schade geleden. Eene itschappij kan die le risico's verdeelen draagt die schade •de [maakt bekend dat ar is echt vertrouwd 1KE, Iloedekenskerke, IN GRANEN. Finkellers bekend dat bij ts. S I G A A R verkrijg- door sneeuwwitte brand aak. Monster wordt op minder dan 100 stuks verschillende merken franco toegezonden. Het loont de moeite bij de lezing in korte samenvatting van wat bij de be- Igrooting voor Suriname zooal gezegd is, •>i de aandacht te vestigen op de aanvallers ïen op de verdedigers. I De aanvallers. Aan de spits treffen wij aan mr. Smidt, een liberalist van echten bloede, die tot 1888 zelf gouverneur van Suriname was en onder den indruk van onaangename iei'varingen vau de zijde der toongevende klasse aldaar opgedaar, in onze tweede amer onthullingenen rnededeelingen deed, die iedereen verbaasden. Het was op 25 April 1890, toen de bekende grieven der Koloniale Staten tegen gouverneur Lohmau aan de orde waren, in verband met het zoogenaamde oproer der :i Paranegers. Ter verklaring van dit «oproer» en wat daarbij den gouverneur ten laste wordt gelegd, sprak mr. Smidt het volgende In Suriname^ toch bestaan, ik heb dit nimmer verheeld naar mijne bescheidone meening, nevens groote voordeelen, deugde- lijke kiemen en nog een goede kern, som- migo bedorven toestanden en verdervende elementen, waartegen krachtig, en juist om- dat het krachtig zijn moet, op bezadigde en wettige wijze, moet worden opgetreden. Daarna wees hij er op dat gouverneur Lobman eerst een jaar geduldig, zoo niet zwak tegenover deze Koloniale Staten was geweest, en toen zij hem om inlichting vroegen in de zaak der Paranegers plotseling van tactiek veranderde, in het andere uiterste oversloeg en in zijn bekenden brief der Staten lang niet malscli antwoordde. De ver andering was wel wat vlug, zegt spreker, doch Tot verzekering der uitvoering van na rfjp beraad genomen besluiten, zijn ambtenaren noodig, op wie het Bestuur zich kan verlaten. Maar een feit is het, dat tegen de bekwaam ste en vertrouwdste, indien zy Nederlanders en door geen bijzondere banden aai. de ko lonie gehecht zyn, aldaar systematisch in f bedroevende persproducten, die er uitgegeven worden, zonder eenig tegenwicht te vinden in andóre, een kruistocht wordt geopend, waartegen slechts weinigen bestand zijn, om dat de eerst tegen dezen later tegen genen met zeker tactiek gerichte aanvallen, dag aan dag, jaar in jaar uit, zich voordoende in de meest krenkende, verguizende en opruiende vormen, waarbij nocli de persoon, noch het gezin, noch het privaatleven ge spaard wordt, by de lagere bevolking, die niet anders leest, een overtuigenden indruk achterlaten van de slechtheid en bedorven heid der aangevallenen, die daardoor in de openbare meening op schandelijke wijze worden gebrandmerkt en zelfs niet zelden, niet alleen buiten, maar ook in huis, niet met rust worden gelaten. Ten gevolge hiervan ontvallen aan 's lands dienst gaan deweg de meest kundige en aan den dienst het meest verknochte mannen, waaronder zelfs ambtenaren zijn van groote verdienste voor den lande, en tegen de beste wor den steeds de scherpste pijlen gericht zoo zeer zelfs, dat met toepassing van het ongelukkig spreekwoord, dat geene koe bont wordt geheeten of er is wel een vlekje aan, zij hier te lande en zelfs aan het Depar tement van Koloniën niet altijd buiten ver denking bleven. Namen zou ik kunnen noemen, die overtuigend ten bewijze van bet door mij gezegde zouden strekken, maar ik laat het na, omdat er bij zijn die nog tot de ambtenaren in de kolonie behooren. Genoeg is het er op te wijzen, dat bij voor beeld en de vorige en de tegenwoordige procureur-generaal in de kolonie de eerste gelegenheid die zich voor hen in Nederland aanbood, aangrijpen om hunne hooge en gewichtige positie aldaar voor eene min voordeelige hier te lande te verlaten. En is daartegen niets te doen Maar zal men wellicht vragen wordt daartegen dan niets gedaan of is daartegen 1 niets te doen? Het laatste ja, maar het eerste? Het hangt daar samen met andere toestanden die sommigen ongelooflijk, kun nen schijnen. De door mij bedoelde persproducten staan zelfs lager dan de minste hier te lande, die wij hier in onze huizen niet gedoogen. Niettemin worden ze daar gesteund, zedelijk en stoffelijk, ook door hoogere klassen, en zelfs aangemoedigd in kwaadaardigheden van enkelen, tot in de Koloniale Staten, waar zij zelfs door het publiek worden toe gejuicht. Hierdoor, in verband met het feit dat de Surinamers zelve, die met een ambt bekleed zijn, in die blaadjes geregeld stil zwijgend worden voorbijgegaan of hoog verheven, wordt een blijk van waarheid bijgezet aan het beweren, dat bepaaldelijk eene uitdrijving van wat Nederlandsch is en niet aan particulier-Surinaamsch belang of inzicht kan worden dienstbaar gemaakt, het doel der kruistochten zou zijn. En togen die voortdurende vervolgingen en lasteringen want dit zijn het is geen middel voorhanden. De rechterlijke macht althans schijnt ze zoo goed als onaantast baar te achten. Hoezeer ik ook persoonlijk tegen dergelijke processen ben en ze nim mer wilde of uitlokte, zijn althans pogingen om langs dien weg redres te vinden, mis lukt, behalve ééne die uit de laatste jaren bekend is. Het trof een geval van aller- grofsten laster tegen een uitstekend man en ambtenaar. Maanden lang, met toelating van allerlei incidenten, liet vervolging] en uitspraak op zich wachten. Zij leidde ein delijk tot veroordeeling in eene - geld boete naar aaanleiding van schuldigver klaring aan een hoogst boosaardig misdrijf. Maar ook het effect van die veroordeeling ging nog verloren. De veroordeelde kreeg gratie. Dit was in de door mij gesignaleerde eorste periode van den tegenwoordigen Gouverneur. Ons bestel laat niet toe nog meerdere ongerechtigheden aan te halen uit de vele die door dezen oud-gouverneur zijn aan het licht gebracht. De natie mag hem dank weten dat hij met de hand van een kenner het goddelooze stelsel van wreedheid en bedrog, van diefstal en leugen, dat in Su riname heerschende is, heeft ontsluierd en aan de kaak gesteld. Maar zou men nu willen gelooven dat het juist deze zelfde heer Smidt is geweest, die met een felheid en hartstochtelijkheid, de kleinste nietigheden heeft opgerakeld en slechts door krantenberichten van deze zelfde door hem als boven geteekende kliek geleid eene oppositie tegen den tegenwoordigen gouverneur van Suriname leidde, zooals nog nimmer vernomen werd. In de sectievergaderingen waren door enkelen, die zich echter bij de openbare debatten schuil hielden aan den minister inlichtingen gevraagd omtrent huishouding en het privaat leven van den gouverneur, vragen uie grensden aan het onbescheidene. De heer Smidt alhans had nog den moed om het in het publiek te doen, en als zoo danig verdienen zijne grieven dan ook ge hoord te worden. Hij zei onder anderen, dat liet prestige van het gezag gebroken was en dat deze gouverneur had moeten aftreden na wat in de beide Kamers en door den minister over hem was gezegd. In plaats van zich te verheugen over den maatrrgel eindelijk door dezen gouver neur Lobman met goed gevolg genomen om ter vermeerdering van werkkrachten vrijwilligers uit Java naar Suriname te doen komen, laakte hij de kostelijke voorwaarden waarop zij werden ingevoerd. Voorts klaagt hij dat de gouverneur te dikwijls het stil zwijgen bewaart op de aanmerkingen der koloniale staten. Hij waarschuwt zelfs dat de vroeger door hem geschetste ongerech- tige toestanden onder dezen gouverneur nog erger zullen worden. Hij zegt: Onder deze verwikkelingen kan tegen verkeerde richtingen in de kolonie niet worden ingewerkt. Met eenige negers en hernhutters, die naar hunne eigenaardig- kerkelijke opvattingen, zich er misschien welbehaaglijk gevoelen mogen, is [een weder- opbouwing der kolonie een onbegonnen werk. Ook uit dit oogpunt mag de be denking, dat wellicht aan kwaadwilligen tijdelijk weder meer vrij spel wordt gelaten, niet weerhouden van het onbewimpeld uit spreken onzer meening. En toen volgde een opsomming van grieven, onbeduidend daar zjj meer de administratie dan het regeerbeleid geraakten; doch eerbied afdwingend, door de heftigheid waarmee het gunis aan kracht motst worden vergoed. Onwettig noemde hij het veileenen van buitenlandsch verlof van mr. Kalff lid van het Hof van Justitie voor de bekende zending naar Hollandon wettig de door denGouverneur aan de Engelsche firma Gamett Co. gedane uitgifte van 320.000 hectaren domeingrond, tot exploitatie van de balata, omdat sedert 1882 zulks geschieden moet bij verordening door de Koloniale Staten goed te keuren. Eveneens onwettig de concessiën verleend tot onderzoek naar goud in rivieren en stroomen, omdat dit den Gouverneur bij uitdrukkelijk voorschrift verboden was, en zelfs hij, die zonder behoorlijke vergunning onderzoek doet of laat doen in hem niet toebehoorende gronden, strafbaar is. Vol komen onregelmatig en onwettig het feit, dat het bestuur der kolonie een huis huurt voor een cantine, gelijk per abuis door de koloniale staten ontdekt is, en die post niet op de begrooting brengt. Het meest sprekend bewijs van wetschen- nis bewijst een procesverbaal, gevoegd als bijlage bij een onlangs bij de Kamer in gekomen adres, waaruit bljjkt dat de Gouverneur zich niet heeft ontzien den commissaris van politie als plicht op te leggen een burgerlijk contract ongeldig te verklaren, eene handeling zoo plichtver- geten en zoo in strijd met alle recht, dat ieder Nederlander blozen ment, wanneer hij bedenkt, dat een landgenoot zulks heeft durven ondernemen. Maar dit is niet alles. Sedert de komst van den Gouverneur heeft de godsdienstige verdraagzaamheid in Suriname opgehouden te bestaan en is een alle perken te buitengaande animositeit tusschen Christenen en Israëlieten ontstaan, gekweekt door trawanten van den Gouver neur. Immers, in de geheele kolonie wordt het luide verkondigd, dat «de Volksbode» een orgaan is van het gouvernement. Dit blad overtreft in laagheid en vuilheid alle persproducten der kolonie. De R. K. Bis schop van Suriname, een Luthersch predi kant en een leeraar (beiden modern. Z) der hervormde Kerk hebben in 't openbaar het gegispt, wegens zijn judenhetze. Wel zond de Gouverneur het een communiqué, waarin hij verklaarde op de redactie van bet blad geen invloed uit te oefenen, ja zegde zijn abonnement wel op, maar hij hernieuwde het wëder, toen beterschap beloofd, doch niet gehouden werd, terwijl hjj zich niet schaamde met den redacteur, een ontslagen schoolmeester, conferenties te houden in het gouvernementshuis. Samenwerking. De «Maasbode», het Roomscbe orgaan van Dr. Vermeulen, de samenwerking met de Antirevolutionairen besprekende, ziet er niet tegen op liet tegenwoordige Ministerie te bestrijden omdat de Roomsch-Katholieken te weinig macht en invloed hebben ver kregen en alle baten den Antirevolutio nairen ten goede komen. De «Roeper» raadt het gereformeerd volk aan het Ministerie i.iet te steunen omdat alle macht en invloed aan de Roomschen wordt gegeven. Het advies van beide bladen getuigt niet van ruimen blikmeer partij- dan lands belang treedt daarin op den voorgrond, en het is daarom te opmerkelijker omdat de motieven van onthouding met elkander in flagranten strijd zijn. 't Beste bewijs dus, dat ze geen hout snijden. jr'rov. IV. H. Suriname, Met genoegen lazen wjj het volgende nuchter onpartijdige woord in het Jliberale Dagblad voor Nederland »De begrooting voor Suriname is Dins dag ten slotte zonder stemming aangeno men. Het debat heeft inderdaad tot niets geleid. Dat was te voorzien. Bjj al de fouten van formeelen aard, door den gou verneur Lohman begaan, schijnt men niet te kunnen ontkennen, dat hij zjjn best doet de kolonie tot ontwikkeling te brengen. Zoo er iets ontbreekt, dan is het wel de noodige kennis van toestanden, feiten en personen, om de Kamer den moed te geven het gezag voor den Kolonialen raad te doen uitwijken. De veldtocht door den heer mr. Smidt oud-gouverneur van de Koloniën, tegen zijn opvolger geopend, moet een mislukte heeten en wij houden het er voor dal Mackay's kloeke verdediging meer indruk zal hebben gemaakt dan de aanvallen door dhr. Smidt tegen zijn opvolger ge maakt, te meer, daar men moeiljjk kan bewijzen hoe het voor het gezag in eene kolonie als Suriname nuttig zou zjjn dat de voorganger aldus zjjn opvolger bestookt. Uit alles wat men omtrent Suriname in den laatsten tjjd verneemt bljjkt de wen- scheljjkheid eener herziening van het Re- geerings-Reglement, opdat door uitbreiding van kiesrecht en eene nieuwe samenstelling en omschrjjving van den werkkringen de bevoegdheid van den Kolonialen Raad een be tere toestand daar worde voorbereid. Met de terugroeping van Lobman, na alles wat onder en ook vóór dezen gou verneur gebeurd is, zou zeker een betere orde van zaken niet zjjn gesticht. V Een pluimpje. Volgens het oordeel van liberale deskun dige en niet deskundige bladen heeft een antirevolutionair lid der tweede kamer, de heer von Löben Seis in een der laatste zit tingen van het vorige jaar den minister een plan voorgelegd, ten bate van verdediging, spoorwegverkeer en gemeentebelang, tot verlegging van den oosterspoorweg te Utrecht; en daarmede volgens hen bljjk gegeven van door hen zeer gewaardeerde schranderheid. Hjj heeft al die verschillende belangen, zoo zeggen zij, op zeer loffeljjke wjjze in het oog gehouden. Verlegging van het Oosterspoor, maar hoe en waarheen Het was sinds jaren reeds een geheime vrome wensch van duizenden. En zie zoo zegt een liberaal blad Het Dagbl. v. Ned., zoo zeggen ook Utrechtsche liberale bladen op al die vragen geeft het plan Von Löben Seis op alleszins afdoende wijze antwoord. En dan voegt men er bjj dat «deze officier-volksvertegenwoordiger reeds toonde op meer quaesties een practischen blik te hebben.» Over het plan v. Löben Seis spreken wjj niet. Wjj wjjzen slechts op het feit dat men van de zijde der tegenpartjj weer eens het «eere wien eere toekomt» betracht heeft. En geloof vrij, als zjj een onzer geestver wanten hulde voor zijue kunde brengt, dat het dan ook wel verdiend is. Het geachte Kamerlid voor Ede zij geluk gewenscht met deze ondubbelzinnige erkenning zijner verdiensten. Wjj houden onze uitstekende mannen in eere. Onze partjj is maar klein en wjj hebben er du* niet te veel. Inderdaad de «amechtige Joden» doen het somwjjlen beter dan de Sanballats en Tobia's. Subsidie aan Mohammedaansche scholen. Die scholen zjjn kweekplaatsen van fana tisme en godsdienstoorlog. In plaats van

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1891 | | pagina 1