1890. No. 20. Zaterdag 15 November. Vijfde Jaargang. 5 73% VERSCH IJ ]VT G. M. KLEMKERK, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTE.VMEN PATRIMONIUM. =S- w. s. msterdam, 11 Nov. atsleeningen. \oriq fk 31/2 99% 31/2 991/: 31/2 99% 5 863/° 5 96 4 89 V. 41/3 997/° 5 88 5 91 5 76% 4 931% 8 Ö8I/0 4% 861/3 5 105% 5 76 41/3 IOU/3 4 97 5 1011/0 4 71% o 771/2 -81 en -Juli 53-84 888-89 '98-'15 '54 jst 100 ■69 Sch. L. C. en D. 18 '90. 79% 92% 997/a 100 861/3 89% 88% 77 941/, 587/ 86 1055 73?, 101% It1'* 77 18% ëlken MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND Prijs per drie maanden franco p. p. ƒ0.95. Enkele nummers0.02-". UITGAVE VAN en van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent Familieberichten van 1 5 regels 50 cent. iedere regel meer 10 cent. 4 961/s 961/, 5 97 '83 4i/j 87 4% 33% - 4 5051% Stedelijk Leeninqen. 3eys 99 ■b 1/3 99 anciëele Ondernemingen Aand. 117 - 157 Pdbr. 41/3 1015/ dito 4 100% d. 2 51 db. 41/3 101 ito 4 IOOI/3 nl. Aand. 53 53 41/j 102 4 lOOl/o 100 31/2 99 41/3 IOII/2 - 5 101 - b. de" A. rad. dig. rad. jl. Ad. - rad. ito 'andbr. dito M. Obl. 108 93% lOOS/j 80 997/o 229IA 9Q 41/2 102 75 3 4!/2 97% wegleeningen. Aand, 163 Oblig. 3 94% d. 34% 120 3!/2 - 89. I A. ÜS8. a. i. blig C.v.O. 54% 58% - 131% - 184 5 1221/j 3 641/2 5 977/8 41/2 95% 5 1031/4 5 102 102% 78% Oblig. 6 O. Obl. dito r. A. ad. ad A. Ad. Ad. 1. 1057/8 100% 923/4 94 1133/4 30% 893/4 C. v. A. Iblig. 7 6 v. obl. 1. 6 1. 5 71% 19 6 1043/4 107% 112 IIH/3 42% 108% 941/2 843/4 1193/4 994/3 54 58% 132% 169 122% 645/8 97% 9o7/ö 1033/4 1017/,) 1013/g 79 80% 901/2 11% 28% 108% iöë% 92 114 313/4 91 72%, 19 104% 112 111% 44% 108% 4 - maatschappijen. d. 189% ig. 4 100 ito blig. rad. dig. 4% 100% lOOl/, e-Leeningen. f J 00 1083/8 100 106% 116% 105 Aand. 21/, Ir. 100 H/2 1 100 fl 100 78 893/j 90 «01/4 90% 121 250 116-Vg - 5 1201/2 100 1=9% 100 160 - 1203/4 - Z R. 100 168 I671/3 100 1551/2 481/4 48% 18% 18% fr. 100 400 3ij dit nommer behoort een Bijvoegsel. Aan het verslag in «De Standaard» ont- leenen wij nog het resumé van üe bespre kingen over de wenschelijkheid van Kamers ran Arbeid. De heer Oversteeg wijst er op dat vooral eerst moet onderzocht worden, welke de beste weg is om tot de oprichting van Kamers van Arbeid te komen. Voorts is er te Enschede een Verzoeningsbond opgericht, misschien kan Enschede ons in dezen uit ervaring aan licht helpen. De afgevaardigde van Enschede deelt daarop mede hoe in die stad de Verzoeningsbond tot stand kwam. k Dr. Kuyper brengt aan liet werk van Enschede allen lof, maar wil toch niet dat men daarbij al te lang stil sta. Het debat moet teruggeleid naar de Kamers van Arbeid. Wat meer actie op politiek gebied zou zeker Patrimonium welkom zijn, dat zou men kun nen zeggen zonder de Kamerleden al te hard te vallen, maar dan ook moet Patrimonium een zeker geluid geven. Vooral met het oog op de verkiezing van '91, moet dit Verbond zich klaar uitspreken over Kamers van Arbeid en over het Huismanskiesrecht. Duidelijk moet zijn, wat met Kamers van Arbeid in polltieken zin bedoeld wordt. Er was een tijd, dat de arbeid voor den Staats man niet meerekende. Die tijd was niet on gelukkig; men kon den arbeid niet mis bruiken, er waren geen machines, geen groote fabrieken enz. De arbeid kon z cli zelf verdedigen, de handel niet, die dus door den Staatsman moest beschermd worden. Thans is de arbeid niet in staat zich staande te houden tegenover de machines, de fabrieken en het kapitaal. Nu wordt de arbeid misbruikt. De Kamers van Koophandel en Fabrieken worden ingesteld van Staatswege, verkregen rechten, mogen bedenkingen maken, inlich tingen schenken enz., zoodat de belangen van handel en nijverheid gebaat zijn. Nu zegt de Antirev.-partijde eerste stap is goed, maar daarbij moogt ge niet blijven, ook de landbouw en de arbeid behoeven zulke Kamers. Kamers van Arbeid, die voorstellen, overwegingen, inlichtingen en denkbeelden kunnen indienen bij de Re geering. Ook zullen die Kamers, gekozen door de werklieden, moeten gehoord worden bij hel nemen van besluiten, het maken van wet te.) enz. Het brengen van arbeiders in de Kamer kan niet baten. Er moeten Kamers van arbeid komen, daarvoor heeft minister Leh man reeds als Kamerlid gepleit. Reeds droeg thans de minister van Justitie, die voorheen van dit denkbeeld niet weten wilde, aan de commissie van enquête op, ook de wen schelijkheid dezer Kamers te onderzoeken. Zijn zij er, dan volgen de \erznenings- raden, die zoeken zullen naar de mogelijk heid om botsingen te voorkomen enz. Met het komen van die Kamers is Patrimony urns taak nog niet uit. Zij zal al haar kracht moeten aanwenden, teneinde op die Kamers invloed uit te oefenen. Tweëeilei vraag dient dus beantwoord1. Werischt Patri monium de Kamers en 2. zoo ja, zal het dan, in afwachting van het komen dier Kamers zich onledig houden met het plaat selijk optreden, zooals in Enschede. De heer Van Oversteeg stelt de volgende motie voordie met algemeene stemmen wordt aangenomen. De vergadering van Patrimonium, erken nende de noodzakelijkheid van Kamers van arbeid, draagt aan het Bondsbestuur op, alle geoorloofde middelen te beproeven, niet het minst de hulp der Regeering in te roepen, ter verkrijging van dezelfde rechten voor den arbeid, die nu reeds aan den handel en de nijverheid worden verzekerd. Aan het Verslag is nog het volgende ontleendHet aantal afdeelingen bedraagt weldra 87 met 7000 leden. Zijn do verstrekte opgaven juist, dan telc Patrimonium in zijn, onderscheidene afdeelingen cr2, die Zondag scholen hebben. 2 jongelingsvereenigingeo 2 werkverschaffingen, 2 die bouwen van woningen ter hand namen, 5 die een eigen locaal hebben of bezig zjju de gelden er voor te verzamelen, 3 die gelden uitkeeren bij overlijden, 2 die hunne weduwen steun bieden, 2 die werkeloozen te hulp komen, 1 die zich oefent in den zang, 1 teeken- school, 4 suppleliefondsen tot bevordering van Christelijk onderwijs, 9 kassen voor Hulp in nood, 19 Christelijke volksbiblio theken, 38 onderstandskassen bij ziekte en verwondingen, 2 die bezig zijn vakvereeni- gingen op te richten en 1 die tusschen patroons en werklieden bij geschillen ver zoenend poogt op te treden. Vergelijk dit nu met hetgeen in artikel 2 onzer Statuten is opgegeven en niet opgegeven, maar er mee vereenigbuar is en werkelijk dan ont valt u onwillekeurig de uitroep: «de ar beiders zijn vele, maar de arbeid is nog gering en de oogst schraal, en dat in een Verbond, welks leden de toezegging kennen »A1 wat gij den Vader bidden zult in Mjjnen naam, dat zal hjj u geven!» Van het Orgaan zijn de abonnementen met 50 pCt. vermeerderd. Neg twee zulke jaren en we zijn waar we wezen moeten Dat wil zeggen, dan zal het blad zonder bijzondere bijdragen kunnen voorzien in de kosten daarop gelegd. De Longtering. Dr. Koch's geneeswijs trekt meer en meer de aandacht. Reeds l.eeft hij 100 gene zingen van ingeënte teringlijders opgeteekend. Alle soorten 'van tering kunnen genezen worden, zelfs lupus, een tuberculeuse huid ziekte. De verpleegden kunnen na iedere inenting hun \*erk hervatten. Donderdag werden '15 lijders aan gevvrichtstuberculo.se door prof. Von Bergmaan volgens Koch's aanwijzingen ingeënt. Den volgenden dag stelde de geleerde de verpleegden voor aan een gezelschap van geneeskundigen,' ten einde de verbeteringen te toonen, die binnen 24 uren in de verschijnselen der ziekte hadden plaats gegrepen. Eenige geneesheeren zijn door Dr. Koch uitgekozen om hein bij het inenten te helpen. De samenstelling der lympe is echter ook hun nog onbekend. De uilslag der onderzoekin gen wordt dra bekend. Men kan thans van de goede uitwerking der entstof verzekerd zijn. In de Times wordt gezegd, dat toxal- bumen het belangrijkste bestanddeel dei- entstof is. Het wordt hun, die aan de longtering lijden, in den lug gespoten: bij een andere soort van tering; op een plaats zoo dicht mogelijk bij het aangetaste lichaamsdeel. Meestal krijgen de lijders 2 dagen na de inenting hevige koorts, maar alle doorstonden die lot dusver zeer goed en de inentiog was in alle gevallen zeer gunstig. Zij komen al. Het deftige Burgerplicht, een liberale kiesvereeniging te Amsterdam, heeft ons een ongedachte vervulling geleverd van onze profetie, dat liberalen en radicalen het met de sociaal-democraten best zullen kunnen vinden. Reeds meermalen hebben wij aangetoond dat er bij deze drie eene eenheid van levens wortel, eene zeer na bestaande familiever wantschap is, die hen telkens tot elkander trekt, trots de zure blikken die zij nu en clan elkander toewerpen. Het bloed kruipt bij den liberalist altijd waar het niet gaan kan, en al houdt hij zich nog zoo van den domme als men hein zijn vaderschap in herinnering brengt;zijne practjjken zeggen het u telkens dat het deftige liberalisme de grootvader van het socialisme, de vader van het radicalisme is. Het liberale Burgerplicht leverde van deze bloedverwantschap deze week een aardig bewijs. In de statuten dezer kiesvereeniging was laatst de bepaling opgenomen dat de ver- eeniging ook andere candidaten dan liberale, voor den gemeenteraad mocht aanwijzen. Nu kwam op een der jongste avonden de kiesvereeniging een stichting van mr. Levy bijeen, om zulk een niet- liberaal te candideeren. Er werden namen genoemdeen katho liek, goed. Een liberaal, goed Een sociaal democraatgoed. Een antire volutionair en zie: de vergadering barst uit in een schaterlach. De secretaris deelde mede dat na de sluiting der lijst een der leden voor het lidmaatschap van den gemeenteraad de aandacht had gevestigd op dr. A. Kuyper, immers evenals de anderen een eerzaam burger der goede stad Amsterdam. Men noemt den naam van een katholiek lid van Heldts werkliedenverbond, van den socialist Rot; van een liberaal, enz. dat was alles natuurlekhet streelde de bloedverwantschap. Maar die ander daar voelde men geen familieband voor. En de milde, de verdraagzame, de humane vrijgevige Amsterdamsche liberalen die reeds op het hooren van een antirevolutionairen naam in lachen uitbarstten, luisterden heel devoteiijk naar de ondubbelzinnige voorlezing van het program der sociaal-democraten. E11 toen zij hem gehoord hadden, waren zij zoo danig met den socialist ingenomen dat zjj hem den sociaal democraat, niet omdat hij werkman is, maar wijl hij is sociaal demo craat (het werd duidelijk in de kiesver eeniging zelve uitgesproken) candidaat stelden voor den gemeenteraad. Eenige weken geleden toen wij op Frankrijk en België wezen, waar dergelijke dingen zoo vaak reeds zijn geschied, schreven wjj E11 nu Nederland nog Wjj hadden niet gedacht onze voorzeg ging zoo spoedig vervuld te zullen zien. Wel rekenden \vq op zeldzame combinatiën bij de aanstaande Juni-verkiezingen. Maar dat de preliminairen tusschen grootvaders en kleinzonen nu reeds zouden geteekemi zijn geworden, wie zou het hebben durven denken Groen zei het reeds een kwarteeuw ge leden Tusschen liberalisme en socialisme bestaat geen essentiëel (wezenlijk), doch slechts een gradueel verschil. Ten overvloede zij nog meegedeeld dat Rot zich had verklaard tegen het koningschap. Het advies der Landbouwcommissie. Onze vaderlandsche Landbouw is eindelijk een voorwerp van Regeeringszorg gewor den. En het moet erkend worden, dat de adviezen, betreffende deze gewichtige zaak uitgebracht, noch aan degen ernst, noch aan oprechten wil tot het verleeuen van den zoo noodigenHeun tekort komen. De Landbouwcommissie. bij Kon. besluit van 18 jSept. 1886 ingesteld, heeft thans (zie Staatse, van 13 dezer; aan den Minister van Waterstaat doen toekomen haar advies over de organisatie eener vertegenwoordiging van de Nederl. Landbouwbelangen. Zij stelt voorop de noodzakelijkheid van organisatie. Samenwerking der verschillende landbouw- genootschappen acht zij dringend noodig, tot het vormen van een oeconomisch geheel. Er moet een geordende strijd komen tegen de georganiseerde buitenl. concurrentie. De resultaten der intern. Landbouw ten toonstelling te Amsterdam en de arb id van het Nederl. landb.-comité hebben wel aan de verwachting voldaan. Er moet een centrale, blijvende vertegen woordiging van den landbouw, een Land bouwraad, komen. Ook de regeerings-organen, die de lan 1- bouw-belangen hebben te vertegenwoordigen, eischen hervorming. De comm. wijst er op, hoe men in ons land niet slechts een Departement vau Landbouw mist, maar zelfs geen speciaal bureau aan een der ministerbureaux kan aan wjj zen. Over de verschillende departementen is deze be moeiing verspreid 1 Door wie moeten de vertegenwoordigers in dezen Landbouwraad gekozen worden vraagt de commissie. Door de landbouwers bjjvoorbeeld provincie'gewjjzemaar dan mist men de noodige waarborgen voor de gehalte der kiesbevoegden. Moet het kiesrecht worden verbonden aan het lidmaatschap der landbouw maatschap pijen Ja, zegt de commissie, maar dan alleen de groote provinciale maatschappjjen algemeen bekend en sinds jaren burgerrecht bezittende. Men moet 't vermijden dat locale en kleinere belangen den boventoon ver werven. Moet deze Raad zelfstandig staan tegenover de regepring In zooverre zeker, meent de commissie, dat de raad volkomen vrij zjj in zijne beslissingen en adviezen. Toch moet de Regeering, wier ambtenaren steeds voeling dienen te houden met den Raad en zjjne leden, en die haar steun verleent, invloed blijven behouden op de samenstel ling. Daarom wil de Comm. dat de maat schappijen voor het lidmaatschap van den Raad der Regeering tweetallen zullen aan bieden. Elke prov. maatschappij van 500 leden of minder zou dan één lid, en voor elk duizendtal boven de 500 leden één lid meer in den Raad mogen zenden. Eène maatschappij zou echter Diet door meer dan vier leden kunnen vertegenwoordigd zjjn. Omtrent de vraag Wie zullen in den Raad zitting nemen? is de comm. van oordeel, dat de maatschappijen geheel vrjj moeten zijn. Criteria zjjn hier moeiljjk te vinden en men heeft, bij het bestaande kiesrecht, genoegzame waarborgen. Voorts behandelt de comm. den steun der Regeering (vergoeding voor reis- en verblijf kosten, bezoldiging van een vasten secretaris, enz.) en het beschikken der Rpg. over bekwame ambtenaren, met de land bouwbelangen vertrouwd, en op zoodanige wijze werkzaam, dat een geregelde gang van zaken verzekerd zij. Bij dit advies is een afzonderlijke nota van het lid der commissie, den heer A. van Dedem, gevoegd, die op sommige pun - ten met haar van gevoelen verschilt. 14 November 1889. De beide Kamers vergaderden Woens dag in veeeenigde zitting Het was een ernstig oogenblik, toen de minister Mackay het wetsontwerp aanbood, waarbjj de konin gin wordt benoemd tot Regentes, daar geen verbetering merkbaar is in den toestand dei Konings en de hoop dat daarin een gunstige wending zal komen, voortdurend geringer wordt. Met diepe smart wordt geconstateerd op de verklaring der geneesheeren; waarin het onvermijdelijke van deze voorziening wordt bevestigd. Niet minder dan in 1888 wordt thans met volle vertrouwen voorgesteld het regentschap aan de Koningin op te dragen. Temeer daar de band, zoo mogeljjk, nog hechter is geworden, die Hare Majesteit, aan ons volk bindt door de zelfopoflerende liefde, waarmede onze geliefde vorstin waakt bjj de sponde van onzen kranken vorst en door de ongeëvenaarde trouw en teedere moederlijke zorg waarmede zjj zich wjjdt aan de opvoeding van Neerland's prinses. Moge God zoo eindigde de minister dit met diepe ontroering uitgesproken en aange hoorde woord het geliefd vorstenhuis en het vaderland in deze treurige dagen, waarin beide zio zwaar beproefd worden, in Zijne heilige bescherming nemen. Tot raoporteurs werdeu benoemd de hh. Kappeijne, v. d. Putte, Beelaerts, v. Royen, Mees, E. Cremers, Veegens,

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1890 | | pagina 1