f 1890. No. 17. Zaterdag 8 November. Vijfde Jaargang. 1 -VERSCHIJNT G. M. KLEMKERK, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIES Binnen enkele weken begin nen wij D. V. met het Feuil leton Strijd en zegepraal. i ëlken MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND Prijs per drie maanden franco p. p. ƒ0.95. Enkele nummers 0.02f. UITGAVE VAN en van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Bij dit nommer behoort een Bijvoegsel. Schetsen uit den Fransch-Duitschen oorlog.) OPENING DER CHR. SCHOOL TE AARDENBURG. Woensdag 5 Nov. jl. werd de Chr. School te Aardenburg feestelijk geopend. Ten 2 uren begaven zich het Bestuur en vele belangstellende vrienden van 't Chr Onderwijs uit Aardenburg, Sluis, Oostburg, Groede en Breskens naar het voormalige evangeliesatielokaal, dat op zeer doelmatige wijze tot schoolgebouw is ingericht en waar een getal van 33 leerlingen met den nieuw benoemden Hoofdonderwijzer de vrienden ontving. De Voorzitter van het Bestuur ds. C. P. v. Eeghen opende het samenzijn met de uitnoodiging tot het zingen van Ps. 89 7 en ging Jaarna voor in gebed. Daarna heet hij alle aanwezigen hartelijk welkom en al zal het geen redevoering, zijn, toch gevoelt Spr. er behoefte aan om, aan de hand van een woord des Bijbels het groote voorrecht te schetsen, dat de Heer ons thans schenkt. Spr. kiest daartoe de welbekende woorden uit jLulc. 18 15 en 16 «Laat de kinderen tot mij komen enz.» en behandelt naar aanleiding daarvan de vragen Wat zegt Jezus 1 Wat zeggen de menschen 1 Wat zegt dit woord tot ons 1 Spr. toont aan, hoe ook nu de menschen en daaronder zelfs Christenen de kinderen van den Heiland willen wereneven als de discipelen achten zij hen te klein om tot den Heer te worden gebrachtanderen zeggen: daarvoor moet het huisgezin zorgen; dat is het werk der leeraren. Zeker, dat is het werk der leeraren, maar onderwijs en opvoeding moeten met het zout des Christendoms doortrokken zijn, ook van het éenenoodige moet op de school mogen ge sproken worden omdat alles voorbijgaat Spr. wijst de ouders op het groote voor recht maar ook op hunne dure roeping, waarna hij den Hoofdonderwijzer den heer C. Jansen tot zijn werk inleidt, hem 's Heeren kracht bij den arbeid toebiddende. j De aanwezigen sloten zich daarbij aan door staande te zingen Ps. 1343. i Ds. Ossewaarde van Sluis betreedt thans het spreekgestoelte en aan de hand van het dikwijls voorkomende herbergopschrift «Nooit gedacht» wijst hij er op dat deze stichting een wonder van Gods genade mag genoemd worden, men zou deze woorden ook in den gevel kunnen plaatsen, niet met de beteekenis echter, die Spr. er gewoonlijk aan hecht n. 1. «hier, in deze herberg wordt nooit gedacht,» want hij hoopt, dat hier veel zal worden gedacht, dat de kinderen hier zullen leeren bedenken, dat zjj leven op aarde maar niet voor de aarde. Wij willen godsdienstig onderwijs en geen onderwijs in den godsdienstalle onderwijs, doortrokken van den zuurdeesem van het evangelie. Spr. wjjst er op, dat zij die zich zoo gaarne verdraagzamen noemen, nu niet verdragen kunnen, dat Christenen van verschillende gezindten blijk geven van chr. verdraagzaamheid in het stichten dezer schooldaaruit blijkt de vijandschap tegen 't evangelie. Chr. werkzaamheid en waak zaamheid is nu noodig om te houden wat men heeft. Na het zingen van Ps. 1333 treedt op dhr. Vergouwen, Hoofd der Chr. School te Oostburg. Hij herinnert aan een lezing met debat op 23 Februari 1882 in ditzelfde lokaal gehouden, toen er door ds. Gerth van Wijk geprefiteerd was: ook Aarden burg krjjgt eene Chr. School. Spreker wijst er op hoe de strijd hier gevoerd moet worden tegen ongeloovig Farizeisme en onverschilligheid, dat de strijd gaat tegen de zonde en niet tegen de personen en dat de paarlen niet voor de zwijnen mogen worden geworpen. Hij raadt Bestuur en Onder w. vooral defensief op te treden, door eigen sterkte in geduchten staat van tegen weer te brengen en eindigt met een her innering aan 1672, toen Aardenburg, zich zoo dapper verdedigde tegen deFranschen. Wel onthielden zich de Doopsgezinden van den strijd, maar zij betoonden zich niettemin ijverig in het verplegen der gekwetsten enz. Zoo zij het ook nu, daarom geen Doopsgezind-calvinistische maar een Chr. School Ds. Fregeres van Groede wenschte al het gesprokene als met een gouden draad te vereenigenhij verblijdt zich zeer overal waar Christenen wonen moet een Chr. School zijn men is geen Christen voor zich zelf alleen, maar ook voor zijn gezin en andere menschen. Spr. herinnert aan het pas gevierde ge denkfeest der hervorming, die den bijbel weer in de scholen bracht en wijst er op, dat dit ook onze plicht is als kinderen der hervorm. Na het zingen j van Gezang 17 6 bekomt de heer Hondius, hoofd der Chr. school te Sluis, het woord. Hij verblijdt zich, dat hij een tweetal leerlingen verliest, omdat de oorzaak daarvan is de stichting eener Chr. school te Aardenburg, hij ziet daarin een triomf onzer beginselen. Begon van Sluis in 1878 de victorie, thans telt ons district reeds vier Chr. scholen. Spr. toont aan dat chr. onderwijs de onafwijsbare eisch is voor christen-kinderen. Zonder het geloof aan den God des bijbels voert alle wetenschap ten slotte tot een groot vraag- teeken in het licht des Bijbels zien we ook in kennis een lichtstraal van den Vader der lichten en daardoor bekomt de weten schap voor ons waarde. Ook de opvoeding moet gegrond zijn op het Woord Gods, niet op de plooibare wetten van fatsoen of con ventie, maar op het onveranderlijke woord onzes Gods Gij zult niet. De kinderen moeten leeren dat God de bron is van alle gezag. De opvoedende kracht der openbare school is slechts nawerking van 't christen dom de christelijke deugden moeten van Christus zelf geleerd worden. Spreker wenschte den heer Jansen de kracht toe om te kunnen zwijgen tegen hen, wien het als Herodes aan levensernst ontbreekt om andere beginselen te waardeeren. Na het zingen van «Dit is de dag, de roem der dagen,» enz., deelde de heer Leijs, secre taris van 't bestuur, een en ander mede van den strijd die er te Aardenburg voor het christelijk onderwijs is gestreden, hoe hij in 1878 als correspondent der Unie optrad, later een stuiversvereeniging voor chr. nat. onderwijs vormde en nu eindelijk zijne wensche.) bekroond ziet in een chr. school. Ook hij wijst de ouders op hunne ver plichtingen. Thans trad op dhr. Ligthelm, hoofd der christelijke school te Groede. Spreker zal, na al hetgeen reeds is gezegd, slechts zijn sympathie betuigen met deze zaak. Wie als hij reeds bijna 25 jaren aan het chr. onderwijs arbeidt, staat verwonderd over de groote vorderingen. Hij denkt daarbij 00k aan zijn geboorteplaats, en vergelijkt het tijdvak vóór 25 jaren, met het tegenwoordige Na herinnerd te hebben aan Geert Groote en de Broeders des gemeenen levens, spreekt hij er ook zijne vreugde over uit, dat er nu in Aardenburg christelijk onderwijs is, omdat Aardenburg ook de plaats is waar een leerling van de christelijke normaalschool te Nijmegen, het chr. onderwijs zoo vinnig bestrijdt. Zich tot de kinderen richtende, houdt hij hun voor, dat geen chr. school op. zich zelf hen kan zalig maken, maar dat. zij daartoe den Hei'and zelf behoeven. De hoofdonderwijzer, de heer Jansen, die nu het woord bekomt, dankt het bestuur voor het in hem betoonde vertrouwen. Hjj sluit zich aan bij den wensch van zeker Weekblad, dat deze school geen 29 jaren bestaan moge, maar 29 maal 29 jaren. Hij richt zich tot ouders en kinderen en her innert eerstgenoemden, dat de kinderen ook op de chr. scholen kinderen blijven, en dat men dus van hen niet de bezadigdheid van volwassenen mag verwachten. De kinderen wekt hij op tot gehoorzaamheid en geeft hun de verzekering, dat hij het hun zoo aangenaam mogelijk zal maken, maar vóór alles gehoorzaamheid. De heer Le Fèvre sprak als penning meester van het suppletiefonds. Eerst met 1 Januari 1891 zal er schoolgeld wor- den geheven, maar niet hooger dan op de openbare school voor on- én minvermogen den, zal het suppletiefonds hulp verleenen. Het broederlijk, eendrachtig samenzijn werd gesloten met dankgebed van ds. Dijk man uit Breskens nadat deze er met een enkel woord nog op had gewezen, dat de kinderen het erfdeel des Heeren zijn en daarom in school en huis de adem des Evangelies moet heerschen. De kinderen werden nu onthaalden na hun vertrek vereenigden ook nog ver scheidene vrienden zich aan een eenvoudigen disch, waarbij nog menig goed woord ge sproken werd, tot de schel van de tram tot scheiden drong. SOU DEO GLORIA! 7 November 1890. Men schrijft uit Wissekerke aan de M.C. Maandag jl. werd onder algemeene deel neming de laatste eer bewezen aan wjjlen den heer J. van Schouwen. In hem is een merkwaardig man ten grave gedaald. Jacob van Schouwen werd den 18 Nov. 1823 te Cortgene geboren. Zjjn ouders waren lieden uit den eenvoudigen burger stand. Zijn eerste levensjaren waren als die van alle anderen uit zijn kringhjj genoot geen ander onderwijs dan hetgeen te bekomen was aan de lagere school te Cortgene. Later werd hij als landbouwers knecht inwoner van Wissekerke. Zijn groote leerlust en gezond oordeel deden hem al spoedig een ruimer blik op 't leven slaan en vooral sinds hij doorzijn eerste huwelijk in de rijen der landbouwers was opgenomen, greep hjj alle gelegenheden aan om zich op velerlei gebied te bekwamen. Als landbouwer was hij den meesten (zijner Noord-Bevelandsche vakgenooten vooruit, waar 't er op aankwam nieuwe denkbeelden of werktuigen te beproeven. Maar ook administritie, bouw-en werk- uigkur.de, polder belangen, letterkunde, theo- ogie, muziek, alles wekte zijn belangstel ling en trok hem aan, en zonder nu op eenig gebied bijzonder uit te blinken, had hij over de meeste zaken een welgevormd oordeel. En dat hg dit had, dankte hjj aan eigen wilskracht. Zijn kalme natuur sloot alle drijverij uit. Op staatkundig terrein bij de antirevolutio naire partij aangesloten, wist hjj echter 't gevoelen van zijn tegenpartij te waardeeren. Op theologisch gebied behoorde hjj tot de elisch-irenische richting. Zijn meningen in deze heeft hij in een voorjaren uitgegeven werkje neergelegd. In 1842 werd hij tot lid van den raad dezer gemeente gekozen, welke be trekking hij tot zijn dood bekleedde, evenals die van wethouder en ambtenaar van den burgerlijken stand, waartoe hjj in 1875 werd benoemd. Sinds 1878 was hij gezworen van den Thoornpolder. In 1880 werd hij dijkgraaf ran den Wissekerke-polder, waarvan hij reeds gezworen was. In 1882 werd hij lid van den dgkraad van het waterschap Vliete en in hetzelfde jaar zag hg zich benoemd tot lid der eommissie voor de herziening der ongebouwde eigendommen. Jarenlang is ng lid van het classicaal bestuur van Goes geweest. Zjjn verkiezing tot lid van Zeelands staten bij de laatste periodieke verkiezing, zetta de kroon op zjjn streven. Bij kon. besl. is eene commissie in gesteld tot het houden van een vergelijkend onderzoek van de bekwaamheid der candi- daten naar de betrekking van aspirant ingenieur van den waterstaat dingende, bestaande onder anderen uit de hh. P. Caland, hoofdinspecteur van den Water staat W. J. S. J. Blom hoofding. in het le district; C. A. Jolles ingenieur 2e klas te Vlissingenen mr. N. J. v. IJselstegn hoofdcommies bjj het departement van Waterstaat. Voorts is met ingang van 1 Dec. aan den directeur van het postkantoor te Vlissingen, B. H. Esser, op verzoek eervol ontslag verleend uit die betrekking. En is ds. Th. N. Crousaz te Kralingen benoemd tot predikant bjj de protestantsche gemeente in Ned. Indië. Bij Kon. besluit is pensioen verleend aan D. H. ten Bersse hoofd der school te Nieuwveen, P. Visser id. te Serooskerke, mej. A. J. Chivat id. te Middelburg, J. J. Ketel id. te Anna Jacobapolder, resp. f 216, f684, f291 en f506. Voorts zjjn benoemdtot (heemraad van het waterschap Schouwen J. Schalkwijk, tot voorzitter van het bestuur van het waterschap Walcheren, D. A. Dronkers, tot dijkgraaf van het waterschap Sint Maartensdijk A. Kloet, tot plaatsverv. dijkgraaf van den Johanna Mariapolder J. Zandee. Men meldt van Het Loo: De toestand van Z. M. den Koning wordt on gunstiger. De krachten nemen merkbaar af. Naar men verneemt, zal H.M. de Konin gin den 12den November in eene plechtige vereenigde vergadering der Staten Generaal den eed als Regentes afleggen, nadat vooraf de daartoe strekkende wet door de Regeering voorgedragen en door de Staten-Generaal aangenomen zal zjjn. Ook bestaat het voor nemen om H. M. de Koningin, na hare benoeming tot Regentes, op den dag van Hare beëediging met hetzelfde ceremoniëel als voor een opening der Kamers door Z. M. den Koning is vastgesteld, van het Koninklijk paleis naar de Kamer en terug te begeleiden. Volgens de jaarcijfers uitgegeven door de vereeniging voor de statistiek in Nederland bladz. 95) hadden wij in ons land bij het einde van 1887 nog de volgende hectaren woeste of onbebouwde gronden Groningen 36,268, Friesland 34,695, Drente 144,143, Overjjsel 112,263, Gelder land 122,930, Utrecht 12,705, Noord- Holland 36,871, Zuid-Holland 12,715, Zeeland 11,156, Noord Brabant 141,256, Limburg 48,258, te zamen 713,263. Bovenstaande cgfers wgzen riiet op overbevolking, maar op ge brek aan ondernemingszucht en aan moed om kapitaal te ontginnen beschikbaar te stellen. Door den Minister van Financiën is benoemd tot deurwaarder bjj 's Rijks directe belastingen voor Middelburg, Vlissingen enz. de heer W. Groenewoud. In de Zaterdag te Zierlkzee gehouden vergadering der Vereeniging van burge~ meesters en secretarissen op Schouwen en üuiveland kwam o. m. de geïsoleerde toestand dezer voor den landbouw zoo vruchtbare streken ter sprake en werd al gemeen de wensch uitgesproken, dat spoedig een ernstige concessie-aanvrage tot aanleggen van een stoomtram moge worden gedaan om in dien toestand verbetering te brengen. De bij het 3e regiment infanterie, te Vlissingen gedetacheerde kapitein J. N.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1890 | | pagina 1