<j KERIi- E.\ SC1100L\1EEYVS. RECHTSZAKEN. Gemengde Berichten. I GROOTHEID en VAL. Dat de radicale denkbeelden in den liberalen gemeenteraad van Amsterdam veld winnen blijkt onder anderen uit het feit dat met 21 tegen 12 stemmen, op voorstel van den heer Treub besloten is een memoriepost plus f 3000 uit te trekken ten behoeven van een badinrichting op twee «openbare» scholen. Waarde. Aan de Donderdag plaats gehad hebbende stemming voor een lid van den 1 gemeenteraad, vacature wijlen A. Harthoorn, i namen 37 van de 51 kiezers deel. De i uitslag isdat gekozen is de heer St. van 1 Koeveringen met 24 stemmen. Voorts be- kwamen de bh. M. van Houten 7, W. Mol 4, en M. Wabeke en Chr. Weststrate ieder 1 stem. Ned. Herv. Kerk. Beroepen te Oostkapelle ds. D. J. M. Wusteniioff te Gent. Arondissements- Rechtbank te Middelburg. Ter openbare terechtzitting van heden, Vrijdag, is L. Z., 25 j. opzich ter eener oestercultuur te Krabbendijke, beklaagd van mishandeling, ontslagen van alle rechtsvervolgingde kosten te dragen door den Staat. In een vergadering van den raad van state is behandeld het beroep van F. C. O. M. Hombach te Hulst, tegen be- schikking van gedeputeerde staten van Zee land van 18 Juni jl. betredende de benoe ming van een ontvanger-griffier van den van Alsteinpolder, welke benoeming aan adressant onwettig voorkomt. Het advies luidt zijn verzoek om vernietiging niet- ontvankelijk te verklaren. Men schrijft uit Goes aan de N. R. C.: Met de werken aan den mond der haven vordert men goed. Het heiwerk voor het buitensluishoofd is voltooid. In de Kuip 1 van het binnensluishoofd zijn de te heien dennenmasten aangebracht en is dedampa- lenwand voor dit sluishoofd bijna bevestigd. Vleugel en frontmuren der suatiesluis zijn gemetseld, de dekzerken gesteld en met hej I leggen van den vloer is een aanvang gemaakt, j Ierseke. Als een bijzonderheid kan dienen dat alhier bij den landbouwer J. v. d. Velde een pompoen is gegroeid die den omtrek heeft van 1,82 M. en uitgehold zijnde ruim 5 emmers water kon bevatten Een oppassend jongeling K. te Krab bendijke, 17 jaar oud, heeft van een paard een dusdanigen slag tegen de onderbuik gekregen dat hij aan de gevolgen is overleden. Heinkenszand. Werden eer.igen tijd ge- leden alhier baldadigheden gepleegd, door 90. FEUILLETON. Schetsen uit het leven van Napoleon 1). Aldus beschrijft Vergers in zijn bekend boek dit eiland van het Zuidelijk Halfrond, dat Napoleons laatste rustoord zou zijn, ge lijk een eiland van het Noordelijk Halfrond, Corsika geheeten, zijn bakermat was ge weest. Het aanzienlijkste huis op het eiland mocht niet voor hem worden ingericht, opdat hij zich niet zou verbeelden daar de eerste te z(jn. De Engelsche gouverneur was de eerste, en die woonde er elan ook. i Naar Longwood bracht men hem, een landelijk verblijf van dezen, afgezonderd van alle bewoonbare plaatsen, en gemakkelijk door de schildwachten te zien. Zoolang men met de inrichting er van niet klaar was, logeerde Napoleon bij de familie Balcombe, die hem allerlei beleefdheden bewees. Hij speelde en praatte beurtelings mef ouden en jongen; en deed zijne wandelingen, ofschoon altijd vergezeld door een Engelse!1 officier. De tuie van den heer Balcombe werd door een ouden neger, Tobias geheeten, onder houden. De man was een Maleier, door een engelsche scheepsbemanning gestolen en als slaaf verkocht. Op zijne wandelin gen ontmoette de Keizer dezen ongelukkige dikwijls en betoonde hem veel belangstelling. Hij scheen zelfs besloten zijn losgeld te betalen. Hij sprak over 's mans oplichting i met de grootste verontwaardiging. Op zekeren dag, toen hij bij hem stond, kon hij zijne gedachten niet inhouden en zeide t >t Lascases «Wat is toch de arme 1 machine, die zich mensch noemtgeen uiter- 1 lijk dat aan een ander gelijk is, geen l innerlijk dat van een ander verschilt. Maak hekken op te nemen, ruiten in te werpen i enz., thans is bij een ingezetene door een kwade hand schade aangericht in de be slaande bloemperken, door sierplanten uit te trekken en die op een afstand op hoopjes neder te leggen. Zeer wordt gewenscht dat het de politie eindelijk gelukte de daders in handen te krijgen. De laatst overgebleven officier van de vrijwillige jagercompagnie, tijdens de Bel gische onlusten gevormd uit de studenten der Utrechtsche hoogeschool, en die aan den tiendaagschen veldtocht deelnam, de gepen sioneerde kolonel de Ronde, is op 88j u igen leeftijd te Nijmegen overleden. De lieer S., provisor in eene apotheek te Waalwijk, wiens echtgenoote in het begin van dit jaar na een korte ongesteldheid overleed, heeft zich thans bij den officier van justitie aangemeld, dat hjj haar ver giftigd had. Dientengevolge is hij in arrest gesteld en het lijk opgegraven. Gisterenmorgen heeft een hevig onwe- der gewoed boven den polder Schermeer. De bliksem sloeg in de kerk en vernielde liet wijzerbord. Ook boven Zevenaar woedde een hevig ouweer, vergezeld van felle blik semstralen en een hevige hagelbui. Twee graanbergen buiten de stad, werden getroffen en verbrand. Een vergeetachtig man treedt een apotheek binnen om ipecacuana te vragen. «Ip 'Pipbegint hij. «Hoera antwoordt de bediende vol geestdrift zijn stamper zwaaiende. In het kanton iTessino, waar laatst de liberalen op zoo zonderlinge wijze zich de meerderheid wisten te verschaffen, is het nog niet rustig. De president heeftom aan alle vijandschap een einde te maken, beloofd te zullen aftreden. Het bestuur zal weldra worden vastgesteld; het zal in zijne meerderheid liberaal zjjn. Te Bellinzona, de hoofdstad, werd een persoon doodge schoten. De e rste en zekerste uitkomst van de verhooging der invoerrechten in de Ver- eenigde Staten door de Mac Kinley-wet zal een duchtige uitbreiding van den smokkel handel op de grenzen van Canada en van Mexico zijn. Men wil de stoomvaartverbin- ding tusschen Canada en Europa uitbreiden, teneinde over de landgrenzen ter sluiks in de Vereenigde Staten te kunnen invoeren, wat aan den kant van den Atlantischen Oceaan het oog der douane niet kan entgaan. Er zou van de zijde der Noord Amerikanen een geheel leger noodig zijn om een grens als die van Canada of Mexico te bewaken tegen smokkelarij. Wie weet, werd deze zaak nog geen aanleiding tot eene vereeniging van het koude Canada met Noord Amerika. Toen de koster der r. k. kerk te Vucht Woensdagmorgen in de kerk kwam, vond hij op eene plaats, waar zij niet ko men mogen, drie vreemdelingen, die zich zeer brutaal aanstelden en blijk gaven met van Tobias een Brutus en hij zou zich doodeneen Esopus en hij zou misschien des gouverneurs raadsman zijn; een Christen, en hij zou zijn ketenen zegenen. Wat den armen Tobias betreft, hij slaat er zooveel acht niet ophjj buigt zich en werkt zonder veel nadenken.» Na hem een poos te hebben aangekeken, zeide hij «Er is een groot onderscheid tusschen den armen Tobias en een koning Richard. O, ja. En toch is de misdaad er niet minder afschuwelijk om, want, alles goed overwogen, had deze man toch zijne familie, zijn gezin, zjjn genoegens, zijn leven, en dat alles ontneemt men hem, om hem hier slavenketenen te doen dragen. Maar wat praat ik, Lascases. Tobias is de eenige niet op St. Helena, die zoo behandeld is. Bei den zijn wij martelaren. Maar ik ben martelaar voor eene goede zaak. Duizenden beweenen mij Ware ik op den troon ge storven, ik zou voor velen een raadsel zijn gebleven. Thans zal men, dank zij mijn or.geluk, helder over mjj kunnen oordeelen.» Den 18en December betrok hij zijn Long wood, van waar hij wel niet meer ontsnap pen zou. Immers er was een heele lijn soldaten om liet eiland getrokken, die hem dag en nacht bewaakten. Elke landingsplaats op het eiland, of die er op geleek, was bewaakt, zoodat aan ontsnappen niet meer kon gedacht worden. Zoo schikte zich Napoleon dus in zijn lot. Bijna alle Engelschen, die in deze streken kwamen, landden te St. Helena om er den beroemden man te zien, dien velen het slachtoffer van het Engelsch gouvernement noemden. Jegens hen was Napoleon steeds vriendelijkeveuals jegens den officier die in last had, steeds om den anderen dag te weinig eerlijke bedoelingen in de kerk te zijn gekomen. De koster riep een voorbij ganger, die op het gezicht der mannen een korporaal riep, die met twee soldaten te hulp schoot en de drie mannen naar het gemeentehuis bracht, van waar de rnare- chaussée hen geboeid naar 's Hertogenbosch bracht. Het schijnt een goede vangst te zijn geweest. Te IJuiuiden heeft een treurig onge" luk plaats gehad. Bij het binnenkomen eener bark wilden eenige vletterlieden in vier booten ijveren om het etrst het schip te bedienen. De wedijver en de storm sloegen een der looten om, met het onge- lukkig gevolg dat twee der vletterlieden in de golven omkwamen. De overigen werden door de bark gered, die echter door deze manoeuvre in groot gevaar was van te zullen stranden, zoodat nog enkele booten er aan te pas moesten komen. Een geval van bloedvergiftiging heeft zich dezer dagen te Zwolle voorgedaan. De dochter van een winkelier, die ook zooge naamd vliegenpapier verkoopt werd in den vinger gestoken door een vlieg, die waar schijnlijk van het vliegenpapier gesnoept had. Het gevolg was een opzwelling van den vinger, daarna van de hand, eindelijk van den arm. Onder geneeskundige behan deling mocht zij het gevaar te boven komen. Nu de invoer van rundvee en «cliapen in Engeland weder is verboden, worden de schapen en kalveren geslacht van Amster dam per stoomschip naar Londen afgezonden, Dit verschilt echter heel wat. De vorige week werden nog 3300 schapen verzonden met één stoomschipthans namen twee stoomschepen samen er slechts 170 mee. Enkele slachters uit Londen zijn overge komen om het werk te bespoedigen. Een handig slachter kan gemiddeld drie schapen per uur slachten. De vachten worden af zonderlijk verzonden. De bliksem sloeg gisteren nacht in een tuinderswonii.g onder Beverwijk. Het huis bewoond door twee gezinnen, werd met de inboedels in de asch gelegd. Te Maas tricht zijn gister drie werklieden, die in een bier-reservoir waren afgedaald om dit te zuiveren, tengevolge van koolzuuront- wikkeling zoodanig bedwelmd, dat een hunner gestikt is. De twee anderen werden gered. Een landbouwer te Renkum is door een ander zoodanig mishandeld, dat hij aan de gevolgen bezweek. In eea Belgische gemeente vond eenige dagen geleden een landbouwer in zijn stal een kalf dood liggen. Een slachter kwam die het dier vilde en de ingewanden er uit nam. Het vleesch werd aan het werk volk overgelaten en allen die er van aten werden zoo onpasselijk dat zij naar bed moesten. Bjj den landbouwer lagen in eens negen man van zijn personeel met hevige pijn en braking te bed. Die er niet van gegeten hadden, namelijk de familie van komen zien of hij er nog was. Ja, er waren er onder hen, die hem ver giffenis vroegen, omdat zij aan de afschu we lijkheden die van hem verteld waren, geloof geslagen hadden. «Wel», zei Napoleon glimlachend tot een hunner, «al deze aardig heden heb ik aan uwe ministers te danken; zij hebben Europa overstroomd met schot schriften over mij. Misschien kunnen zij tot hunne verdediging aanvoeren, dat zij er slechts die, welke zij uit Frankrijk ontvingen mede beantwoordden.» Den len Januari 1816 brachten de lot- genooten van den grooten man hem hunne heilwenschen. Hij ontving hen recht har telijk, de hovelingen van zijn ongeluk. Hij liet hen allen bij zich ontbijten. Hij zeide: «Gij zijt slechts een handjevol volk aan het einde der aarde en omdat gij mij tot troost zijt, ben ik minstens verplicht u lief te hebben.» Weldra begonnen de gevangenschap en het klimaat den Keizer lichamelijk af te breken. Een ijzersterk gestel had hij althans in zijn laatste verblijfplaats niet; doch zijn geest was ontzaglijk sterk. Een Engelschman, dokter O'Méare wijdde hem zijn zorgen en verwierf later zjjn vertrouwen. De dagbladen brachten ac'.tereenvolgenn hem de berichten van Murats dood, vas Ney. en anderen. Ook Ney was, evenals Murat, wegens landverraad doodgeschoten. Toen Napoleon dit las, zeide hij Zij die Murat hebben ter dood gebracht, zijn edel moediger geweest dan zij die mij naar hier hebben gezonden. Hier laat men mij lang zaam sterven.» Den 2 Augustus 1815 hadden de vorsten den boer, waren er heelhuids afgekomen. Door het onvoorzichtig omgaan met lucifers vatten de kteederen van een Sjarig meisje te Mechelen vlam. In een oogwenk stond het kind in brand. Er kwam spoedig hulp opdagen doch het kind verkeert in bedenkelijken toestand. De dierentuin van Warschau behoort tot het verleden. Men vindt er nog slechts enkele aapjes en papegaaien. Nog verleden week kon de tuin zich op het bezit beroe men van leeuwen, panters, tijgers, enz. thans zijn zij allen dood. Hoe het kwam Een der vrachtrijders in de stad had gedaan gekregenen nu besloot hij, door jaloezie geleid zijn opvolger ongeil.kkig te maken. Hij wierp daartoe stilletjes een groote hoe veelheid arsenicum (rattekruid) in de voe derbakken zijner paarden, welke allen stierven. Het vleesch werd verkocht aan den dieremuin voor de v'eeschetende dieren, die allen achter eenvolgens aan vergiftiging stierven. Het is roerend te vernemen hoe de groote leeuw en de leeuwin zich door hun oppasser lieten behandelen en uit zjjiie handen de genees middelen namen die hij hun te vergeefs toediende, en hoe zij eindelijk den geest gaven, met de brekende oogen op dezen man gericht, die hen eenige jaren met veel zorg had opgepast. Alle vleeschetende diereu stierven, met uitzondering van de gieren, die van dit voedsel geen last hebben gehad. Men verdiept zich in gissingen waar de booswicht al dit arsenicum van daan gehaald heeft, want er lag nog eene groote hoe veelheid in de paardenbakken. De begrafenis van mevr. Booth heeft met eigenaardige plechtigheid in Abney- Park te Londen plaats gehad. Een onaf zienbare menigte heilsoldaten volgde het lijk met muziek en banieren. Acht politie dienaren te paard openden den stoet, die te midden van een dikken mist, welke over de stad hing, langzaam voortschreed. Tot op de daken bevonden zich de toeschouwers, die echter weinig mee.1 van den optocht konden zien, dan de zwakke lichtstralen, welke de lantaarns afwierpen, die men voor het lijk uitdroeg. De «generaul» ging achter ue laatste overblijfselen van zjjn overleden vrouw in een open landauer, die gevolgd werd door een tal van andere rij tuigen, waarin de oetrekkingen en ver schillende hooge officieren, ook uit het buitenland, plaats hadden genomen. De kleinkinderen van mevr. Booth zaten op de Uoe.tsierszetels. Het gedrang was zóó groot, dat verscheidene personen gewond werden. Tal van vrouwen vielen flauw. Op het graf werd gezongen en werden verschillende redevoeringen uitgesproken, afgewisseld door fanfares. Generaal Booth zegende de laatste rustplaats der overledene. De influenza, die kort geleden te Parijs opgehouden had te heerschen, is aldaar opnieuw uitgebroken. Het grootste hótel in het centrum van den staat New-York (het hótel Leiand van Engeland, Pruisen, Rusland en Oosten- jjk eene verklaring opgesteld, waarin Napo leon als hun gevangene, onder bewaking van het Britsch gouvernement werd gesteld. Toen Napoleon dit protocol las, werd hij toornig en zeide onder anderen1 .aten de Vorsten liever zorgen dat zij mij nooit noodig hebben, om hen tegen de volken te be schermen. Want de revolutie zal komen, daar ben ik zeker van. Of mis'chien zou den de opgestane volken mij in den strijd tegen hunne vorsten kunnen oproepen, wanneer namelijk Europa niet Russisch wordt, want daar legt het op aan. Over de vorsten die liet stuk onderteekend hadden, zeide hij «Frans is godsdienstig en ik ben zjjn zoon.» «Alexander wij beminden elkander.» «De koning van Pruisen hem heb ik zonder twijfel veel kwaads gedaanmaar ik had het nog meer kunnen doen.» Al deze souvereinen beleedigen zichzelf, zij haten mij, want zij vreezen mij.»(') Het kan ook niet ontkend worden, dat de Engelsche regeering haar haat jegens Napoleon op kinderachtige wijze gelucht heeft. In plaats van Cockburn, die te zachtzinnig was jegens den balling, werd Hudson Lowe tot gouverneur van St. Helena benoemd. Hij was een staatkundig en persoonlijk vijand van den Keizeren liet iiem dit zoo vernederend mogelijk gevoelen. Het beeld van den ezel, die den stervenden leeuw een trap gaf, is op hem van toe passing. (Wordt vervolgd). Chateaubriand zei eens: De grijze jas en de hoed van Napoleon op een stok aan de kust b(j Brest geplaatst, zouden heel Europa te wapen doen loopen.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1890 | | pagina 2