1830. No. I Donderdag 2 October. Vijfde Jaargang. M- VERSCHIJNT G. M. KLEMKERK, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIES Nog een lezing over ip het Surinaamsch „Oproer". GROOTHEID en VAL. V Jezuïeten verheerlijking. X SLKEN MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND Prijs per drie maanden franco p. p. ƒ0.95. Enkele nummers0.02s. UITGAVE VAN EN van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent Familieberichten van 1 2 5 regels 50 cent. iedere regei meer 10 cent. r. In het Dagblad van Zuidllolland stond laatst een particuliere correspondentie uit Paramaribo, die by het vele, dat i reeds over het gefingeerde «oproer» van 1 Juli geschreven werd, toch nog de bijzondere aandacht verdient. In dit schrijven wordt met dezelfde be slistheid als de Volksbode dat deed heel die historie teruggebracht tot een van de vele dwaze verzinsels en brutale leugens, die in den laatsten tijd vandaar naar het moeder land worden overgebriefd. Wy ontleenen aan die correspondentie de volgende regelen Paramaribo, 28 Aug. 1890. Met de meeste verbazing hebben wij uit de mail-editie no. 34 van de Nieuwe Rotter damsche Courant het bericht vernomen van een oproer, dat hier zou plaats gehad heb ben. Dat stuk is, in één woord, bespottelijk. Ik las dan ook nimmer, zulk een samenraap sel van onwaarheden en een verdraaiing van het werkelyk gebeurde. Men kan er alweer ■uit zien hoe ver haat en nijd kunnen gaan. "izaamst verwonderdt het ons, dat Het \ader- Zuid(jldt ver'laa' heeft opgenomen en even- at de Rotterdammer het heeft overge- en. De lezers zijn toch geen bewaarschool hinderen, wien men maar het een of ander wijsmaakt 1 Onwillekeurig heb ik mij dan ook afge vraagd of het niet noodig |zou zyn, dat de schrijver van dat stuk eens geneeskundig onderzocht werd, waarschijnlijk lijdt hij aan vervolgingswaanzin. Van al die alarmeerende berichten, als het bombardeeren van huizen enz. is ons niets bekend. En om u nu eens op de hoogte te stellen van'hetgeen werkelijk gebeurd is, geef ik u hierby een kort verhaal van een en ander. Volgens gewoonte werd ook dit jaar de le Juli als gedenkdag van de vrijverklaring der negers feestelijk herdacht, en waren 85. FEUILLETON. Schetsen uit het leven van Napoleon 1.) Traag voortrukkende waren eindelijk twee brigades van Bulow op het slagveld aange komen. Het was ongeveer vier uur in den 'biddag. Eerst teruggedrongen, wisten zij ich echter spoedig te herstellen, te meer uaar aanhoudend meerdere Pruisen aan- ukten. Te half 6 waren deFranscl.en op un beurt teruggedreven en was het dorp Plan- chenoit (spreek uit Plansjenwa) door Bulow voor een groot deel veroverd. Napoleon zag zeer goed in, dat de kans voor hein hachelijk begon te staan. Hij hoopte echter dat öf Grouchy de overige Pruisen op hun weg zou kunnen ophouden, of dat hij hem spoedig zou te hulp komen. Alleen volhardende stoutheid, zoo meende hjj, ton hem redden. De keizer geeft de bevelen om dien dub belen vyand te wederstaan den een van het sagveld te dringen, den ander te ver nieler, voordat nieuwe hulpbenden der bond- genoaen kunnen opdagen. Duhesme, met >.ijne livisie jonge garde, benevens eenige oataljns der oude, met 24 stukken geschut, rekkin naar de zijde van Planchenoit, om >e Prison daar weer uit te werpen. Ney iTügtjbevelj de aanvallen op Wellingtons met onverpoosde inspanning te her- i.a het voetvolk van d'Erion, de ruiterij riïïl aud en KeHerman moet daartoe ds worden aangewend; enderuiterij cje Soj'de rukt op, om door hare nabijheid krafcht dier reeds verzwakte corpsen te Alteen de ou le garde-bataljons iant blyven achter als een laatste l\ L ter bijwoning van dit feest ook negers van de buiten-districten in de stad gekomen en deze luidjes brachten, als eene dankbare hulde aan het Gouvernement voor de voor rechten hun geschonken, des morgens aan den gouverneur een ovatie door het zingen van onze beide volksliederen. Toevallig heb ik zelf dat gehoord, en ik kan u verklaren dat er noch Psalmen, noch Hernhutterlie deren gezongen zijn, zooals de correspondent van het Vad. meedeelde. En al ware dit zoo, welk kwaad zou daarin gestoken heb- ben Na afloop kwam een deputatie uit hun midden den gouverneur bedanken, ja, raad eens waar voor Dat hy hel vorige jaar niet op hen had laten schieten. Die arme kerels wisten wel dat een zekere partij dit gaarne gezien had. Verder be loofden zij dat zij de belastingen trouw zouden opbrengen en verzochten toestem ming om, evenals andere jaren, ook dien avond op de overdekte markt te mogen dansen, hetgeen de gouverneur toestond. Een neger kan zich nu eenmaal geen feest voorstellen zonder «dansi-dansi.» Ook ditmaal werd de gewone negerdans de banja gedanst, en ik kan u verzekering geven, dat deze dans niets onzedelijks heeft, noch in gestes, noch in de liederen die daarbij gezongen werden. Ongelukkigerwijs was een in de nabijheid van het feestterrein wonende dame ziek dat deze de schoonmoeder van den adjudant des gouverneurs was, werd door den corre spondent gretig aangevat, om het te doen voorkomen alsof de gouverneur om die reden ertoe geleid werd, het dansen te verbieden. Iedere inwoner van deze stad weet dat bij voorkomende ziektegevallen en op vertoon van een certificaat van den dokter, het dansen in de nabijheid van woningen, waarin zich zieken bevinden, door de politie wordt verboden, 't Was dus geen bevoorrechting, die de adjudant van den gouverneur genoot. Dat de negers niet zonder morren op het eerste bevel het dansen staakten, is zeer begrijpelijk, als men weet dat dikwerf certificaten van ziekte worden afgegeven, zonder dat er zieken in de nabijheid waren. spaarbenda, om later door hun optreden de nog onzekere overwinning te beslissen.» Van dat oogenblik aan nam de strijd een ka-'aker van ongekende hevigheid en on stuimigheid aan. De eene aanval volgde zonder eenige tusschenpoozing den ander. De hoofden der bondgenooten hadden al hu me geestkracht en al de dapperheid hun ner soldaten noodig, om dien doldriftigen altijd terugkeerenden vyand het hoofd te bieden. Stel u zoo schrijft Knoop, een stadsmuur voor, onophoudelijk door den sto-mram des vijands gebeukt; zie de door storm bewogene Noordzee, hare ontelbare golven op Neerlands dyken stortende en gij zult u een denkbeeld kunnen maken van de onverpoosde hevigheid, waarmede Wellingtons slaglinie door de geduchte drom- mea des franschen keizers werd bestookt. «De adelaar bezielt zijn benden, dol van moed», zoo zingt Da Oosta van den strijd bij Waterloo; en in die dichterlijke taal is niet de minste overdrijving, het is de ware. onopgesmukte vermelding van wat werke lijk gebeurd is. De stoute aanvallen der Franschen bleven niet zonder uitwerking. De Pruisen werden te 7 uur in den avond weder uit Planche noit geworpen. Alleen Saksen Weimaren zijne dapperen bleven bij Frichermont en Papelotte aan de aanvallen van d'Erion het hocfd bieden. Meer dan 18,000 Engelschen waven buiten gevecht gestelden evenzoo veel hadden de vlucht genomen om in Baussels straten de voorbarige mare te brengen, dat Wellington verslagen was. En waarlijk, de toestand begon hopeloos te worden voor de Verbondenen. «Het begint er kwaad uit te zien,» hoorde Mij o. a. is een geval bekend, dat een dokter dit deed op verzoek van een vriend, die de neger-muziek niet gaarne hoorde. De negers weten dat dit wel eens plaats heeft. Van bombardement, stukslaan van ruiten, binnendringen van huizen en beschadigen van ameublement, evenals van groote agitatie in de stad, vrees voor eene uitbarsting, on gerustheid der burgery en dergelijke dwaas heden meer, is niets bekend, en ,dat alles is onwaar. Het geheele verhaal heeft, als alle verhalen, die een gedeelte van de Nederlandsche pers in de laatste tyden aan haar lezers heeft ten beste gegeven, geen ander doel dan om het Bestuur in discrediet te brengen, en om daartoe te geraken, is niets te veel voor die schreeuwers, die niets liever zouden zien dan dat Nederland hun toestond, zoo hard mogelijk te smokkelen en zich ten koste van onze schatkist te verryken. Voor de daaruit voortvloeiende tekorten zijn de Nederlandsche belastingschuldigen goed genoeg. En nuHet wordt meer dan tijd, dat men in Nederland tot de overtuiging kome, dat men aan al dat geschreeuw en geklaag van hier al zeer weinig waarde kan hechten. Het Centrum verkondigt in een hoofd artikel den lof der orde van Loyola, die volgens dat blad op 28 Sept. haar 350 jarig bestaan heeft herdacht. Naar het blad mededeelt telt die orde thans niet minder dan 15000 priesters, scholastieken en leekebroeders. Heel het artikel is een opmerkelijk teeken des tjjds. Onverholen toch, wordt de voor treffelijkheid der Jezuïeten orde geroemd en uit alles blijkt dat het Centrum met het streven dier machtige sociëteit hoogelyk is ingenomen. Steeds meer, dat blijkt opnieuw, breidt de invloed dier orde in de Roomsche Kerk zich uit, en de tjjd is wellicht niet verre meer dat zij die geheele Kerk in hare macht zal hebben. Dat er tyden zyn geweest waarin dit men Wellington tot Oranje zeggen. En de moedige prins antwoordde: «Wij zullen zorgen dat de vijand hier geen duim gronds wint.» Doch dit koene bescheid belette niet dat eindelijk La Haie Sainte cnder de aanvallen van Napoleons spaarbende bezweek en Hou- gomont, aan de vlammen prijs gegeven, moest worden verlaten. Nog onstuimiger werden nu de aanvallen. De troepen van Ney en Iiellermann plaatsten zich nu op den steenweg en naderden met meerdere zekerheid. En Wellington? Van zijne garde was alleen die van Maitland in de slaglinie, die van Ompteda was geheel vernield, en die van Kielmansegge en Hachet zeer gedund. Pictons brigades hadden geen strijdvaardig heid meer. Het geschut kon geen kracht genoeg meer uitoefenen, daar tal van officie ren en soldaten buiten gevecht gesteld waren. Maar de overgeblevenen verloren geen oogenblik hunne stoutmoedigheid. «Blucher of de nacht 1» bad Wellington in een zwak oogenblik uitgeroepen doch de zijnen hiel den standen het was den Franschen on mogelijk hunne dichte carré's (de soldaten in een vierkant geplaatst) te verbreken. Te half 8 rekende Napoleon de krachten der bondgenooten genoegzaam uitgeput, om, zoo hij meende, zijn laatst m slag te slaan Zijne garde, met haar devies van «degafde sterft; doch geeft zich niet over», tot het laatste oogenblik bewaard, zat de beslissing geven. Ney, de geduchte oorlogsman, is hun aanvoerder. Een indrukwekkend gezicht, die berenmutsen, en aan hun hoofd een maarschalk te voet! Napoleon behoudt zyn moed. Heeft hy anders was, is genoeg bekend. Menige paus heeft de leerstellingen en handelingen der heerschzuchtige orde openljjk veroor deeld en den 21sten Juli 1773 vaardigde de immers ook onfeilbare paus Clemens XVI zelfs een bul uit waarbij zij werd opgeheven. Toch stierf de orde niet, en op dit oogen blik is zij machtiger dan ooit. Waarlijk geen verblijdend verschijnsel. De Jezuïeten hebben altijd kwaad ge stookt, waar zij ook optraden. Dat de roomschgezinden onder de republiek menigmaal door plakkaten in hunne vrijheid van teweging werden belemmerd, kwam meest door de woelingen der Jezuïten die zich reeds vroeg hier te landededen gelden. Waar het Centrum spreekt van dank, door Nederland aan de paters verschuldigd, die reeds op het laatst der zestiende en het begin der zeventiende eeuw zich hier ves tigden, daar brengen wy in herinnering dat Balthazar Gerards vóór hij den moord pleegde op den edelen vader des vaderlands, den zegen ontvangen had van een jezuïeten pater, die hrm verzekerd had, dat, zoo hij bij de nitvoering mocht vallen, hij onder de heilige martelaren zou worden opgenomen. Ook Jan Jaureguy die prins Willem den Zwijger vermoordde, had by zijn gevangen neming een jezuïeten leerboekje in den zak, Het gaat o. i. wel wat ver, Nederland tot dankbaarheid op te wekken jegens eene orde die zulke handlangers had. 0:anjevaan 1 October 1890. Het Heilige land, wie weet daar niet van, wie las daar nooit iets van? Gewis onze lezers en lezeressen allen wel. Doch weinigen was het om een of andere reden gegund in dat zoo interressante land een kijkje te nemen. Nu, door het panorama te Middelburg worden wy thans in de ge legenheid gesteld, dat land waarvan de Bijbel ons zooveel vertelt, te bezichtigen, zonder noemenswaardige reiskoeten, kunnen wy dezer dagen de plaatsen zien voor niet met minder middelen, onder hachelijker omstandigheden, de Russische en Pruisische legerschansen doorgebroken? Maar hier te Waterloo was eerder kans op een plotselinge verandering van positie. Reeds voerde Bulow andermaal zjjne troepen aan tegen Planche noit. Reeds naderde Ziethen. Of was het Grouchy Tot het laatste toe meende Na poleon nog dat het vrienden waren in plaats van vijanden, die naderden. «Wanneer zoo schrijft generaal Knoop bij de barbaarsche volksspelen der Romeinen de kampvechters het strijdperk binnen traden, waar weldra hun bloed bij volle stroomen zou vloeien, waren zy ge woon een laatste hulde te brengen aan dien Keizer, die daar als een ongevoelige getuige van hun lijden en sterven neerzat. «Cesar, de ten dood gewijden groeten u Ook Napoleons ter dood gewijde bataljons vergaten in hun laatsten strijd hun ge bieder niet, die hen zoo dikvyis ten zege had gevoerd. Voor hen bestond de hoop op het behalen eener overwinning niet meer. De oude krygers voorzagen dat zij nederlaag tegemoet gingen, dat zij aan een onwaarschijnlijke ka ris werden opgeofferd. Toch verminderde dit in geenen deele hunne oude, door de jaren beproefde, verknochtheid aan ,d«n grooten veldheer, en nog eenmaal daverde het «leve de Keizer 1» over de velden, welke weldra met de lijken dier dapperen bezaaid zouden zijn; laatst bewijs van trouw en heldengeestwaardige be kroning van een loopbaan van roem en zelfopoffering, die den naam dier fiere keur bende een onvergankelijke plaats in de geschiedenis heeft doen verwerven.» Wordt vervofea).

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1890 | | pagina 1