1890, No. 154. Dinsdag 30 September. Vierde Jaargang. v e r s c II IJ AT fr G. M. KLEMKERK, te Goes F. P. 1)'11UIJ, te iMiddelburg. PRIJS DER ADVERT EAU ËA PLAATSELIJKE BELASTING. Y De opkomende macht. ei.ken" MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND Prjjs per drie maanden franco p. p. /0.95. Enkele nummersf 0.02®. UITGAVE VAN en van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent Familieberichten van 1 5 regels 50 cent. iedere regel meer 10 cent. Wij beginnen met een misverstand weg te nemen. In ons vorig artikel was niet beweerd, al kon de minder duidelijke uit drukking het doen vermoeden, dat de uitwonende eigenaars 10 en de inwonende eigenaars 40 opcenten van de grondbelasting betalen. Wjj hebben er alleen op willen wijzen dat de 10 opcenten van de uitwonende eigenaars buiten alle verhouding staat tot datgene wat de arme plattelandsbewoner betaalt of betalen kan, namelijk 40 opcenten op de hoofdsom van de belasting op zijn gebouwde eigendommen. Wij hebben ook gezegd dat de loslating door het Rijk van de 28, straks 30 opcenten op de patentbelasting een maatregel is, die zeer weinig gewicht in de schaal legtja in zekeren zin de met een patent bezwaarden nog meer druk brengt. Doch hoe men ook over deze patentbelasting oordeele zoolang zij er is, is het niet meer dan billijk dat de gemeente althans eenigermate in de opbrengst daarvan deelt. De gemeenten zullen door de genoemd,' maatregelen te zamen OBgeveer een miljoen gulden bevoordeeld worden. De regeering wil den gemeenten ook toestaan eene inkomstenbelasting te lieffen. In vele gemeenten bestaat reeds zulk eene belastingen niemand zal beweren dat het eene billijke is. Als twee mannen ieder f 1000 'sjaars inkomen hebben; en de een beeft een huisgezin van 12 personen te onderhouden; terwijl de ander is «alleen loopend persoon»; dan is het onbillijk beider inkomen in gelijke mate te belasten. Op dit en andere bezwaren zou een rjjks- inkomsteribeiasting altijd afstuiten. Tegen een gemeente-inkomstenbelasting kan men enkele van die bezwaren ook doer, gelden toch kan een gemeentebestuur er eerder en gemakkelijker aan tegemoet komen. Vooral wanneer men een gemeentebestuur beeft, dat niet zegtZooveel geld moet er zijn; dus zooveel moet gijlieden betalen; maar integendeel eerst nagaat wat de in gezetenen te zamen betalen kunnen en daarna de uitgaven regelt, behoeven die bezwaren niet onoverkomelijk te zijn. De regeering handelt dus goed met aan de gemeenten te zeggen Ik weet dat de meerlingen omtrent eene inkomstenbelasting verschillenen daarom laat ik u vrij a' niet een dergelijke belasting te heflen. Daarbij komt dat de Regi ering het be grip progressie dat is «bij opklimming», uit deze gemeente-inkomstenbelasting wenscht te weren. Een progressieve inkomstenbelasting werkt niet klassen. Wie een inkomen beeft van f 400, een zekere somdie 1 600 verdient, betaalt meer; enz. Gaf men daartoe de vrijheid, d n zou een dwaas bestuur het zco bont kunnen maken dat ten slotte iemand zijn heele inkomen aan inkomsten belasting betaalde. En daarom wil de Regeering liever een bepaald bedrag vast gesteld zien, dat door den rijkste betaald wordt; dan kunnen al de anderen in ver houding lager dan deze worden aangeslagen. Dit is juist het tegengestelde van opklim ming; het is afdaling. In plaats van pro gressie, degressie. Behalve de inkomstenbelasting zullen de gemeenten ook kunnen heffen een venerings- en bedrijfsbelasting. De verteringsbelasting is eigenlijk een soort personeele belasting. Het gemeente bestuur let daarbij op de meerdere ot mindere schijnbare welvaart der belasting schuldigen. De bedrijfsbelasting komt alleen den steden ten goede, voorzoover daar een bedrijf wordt uitgeoefend door menschen die niet in de gemeente wonen, en zich daardoor aan de gemeentebelasting ont trekken Wij hebben slechts de ruwe omtrekken van dit belastingontwerp doen zien. Voorzoover wij kunnen nagaan is er veel goeds in deze regeling. Wij hebben het evenwel in ons verkie- zingsnommer niet verheeld, dat wij in betrekking tot enkele punten niet gerust zijn. Als de uitwonende eigenaar meer opcenten betalen moet, dan verhaalt hij die meerdere uitgaven ten slotte toch weer op zijn pachter. Juist het tegenoverge stelde als bij de graanrechten bet voordeel dat den eigenaar bij invoering van deze zou te beurt vallen, zo i allicht geen merkbaren in Hoed hebben op de jitacht. Voor de nadeelen weet de eigenaar in den regel den pachter wel te vinden, eerder dan voor de voordeelen. En deze overweging noopt ons op dit punt aan deze regeling onze instemming te onthouden. Een dergelijke verhooging zonder aequi- vulent kan niet in het voordeel van den pachter zijn. Kon de minister van financiën tegelijk besluiten, ook eens aan onze suikerlords te denken. Misschien zouden deze heeren den kleineren boer uit zijne moeilijkheid kunnen redden De minister heelt voorstellen aangekondigd tot herziening van de personeele belasting. Ook is een belasting op het kapitaal in portefeuille in aantocht. Herziening van bet patentrecht schijnt hij mede nood zakelijk te vinden. Het zijn bewjjzen dat ook deze minister niet stilzit, in weerwil van de laffe ver dachtmaking, waarmede men hem van zekere zijde vervolgt. Moge bij hen, die zjjne belastingplannen bestrijden, maar steeds de gedachte voorzittenOnze mannen zijn ve rtig jaren aan het bewind geweest, en hebben op het gebied van belastingen zoo goed als niets tot stand gebracht. Voor dezen minister nemen wij onze hoeden af. V Voor mij is de wet heilig. Met dit devies is de minister van bin neidandsche zaken ten vorigen jare opge treden: en hij heeft woord gehouden. Alle verzoeken tot hem gericht, onder andeien in zake het erlangen van machtiging om get n schoolgeld te heften, werden door hem beschouwd in het licht der wet, die hij heeft uit te voeren. Niet dus als stelselmatig bestrijder der staats school mag de liberale pers hem voorstellen. '«Ministers persoonlijke voorliefde voor 't vrije onderwijs zou hem meermalen tot geheel ar.dere beslissingen hebben kunnen nopen. Een prachtig voorbeeld dat deze wetgever de zaken alleen beoordeelt van het stand punt der wet; levert zijne beschikking in zake Tilburg. Daar wilde men wel ont heffing of vermindering van schoolgeld toestaan voor de vakken van het gewoon lager onderwijs, doch niet voor die van het meer uitgebreid lager onderwijs aan diezelfde school. Een kind kon dus volgens Tilburgs gemeentebestuur wel gratis Hollandsch leei en, doch de Fransche lesseu moest het betalen. En tegen Jdie bepaling nu kwam de minister in verzet. Hij oordeelt dat het de bedoeling der wet is, allen in de gele genheid te stellen onderwijs te ontvangen in alle vakken die op de scholen der ge meente onderwezen worden. Dusook moderne talen en wiskunde. Wij kunnen niet genoeg de aandacht vragen voor deze gunstige beslissing dooi den antirevolutionairen minister genomen in het voordeel en naar het hart van de liberale mannen der Staatsschool. En waarom Immers, als de minister uit achting voor de wet, waarmede onze ge meentebesturen sollen wilden, alle aanvragen om verlof tot schoolgeldontheffing van de hand wijst, dan wordt deze daad a's een partijdige voorgesteld. Maar als diezelfde minister eene beslissing neemt die de vrienden van «Volksonderwijs» doet water tanden, dan zwijgt men. Men schijnt zjjn haat in het openbaar; zjjn genot slechts in het verborgen te kannen genieten. Het Dagblad, dat 's ministers wetsuitleg- ging in «liberalen» geest betreurt, wijst er dan ook terecht op «dat de resolutie des ministers duidelijk bewijst hoe hij de wet uitlegt niet in het voerdeel zijner geest verwanten, doch enkel naar zijne opvatting, van haar geest en doel» en dat de liberalen zoo zij eens weer aan 't roer komen, dit voorbeeld hebben te volgen. Schoon is wat de heer ds Gispen in de Bazuin onder anderen over de opkomende macht van het Socialisme voorspelt Deze macht zal wellicht de macht in de toekomst zijn, door God gebruikt als eene roede in Zjjne hand, om de ongerechtigheid en den afval te straffen. Het plaatst wjjs- geeren en staatslieden voor zeer ernstige vraagstukken van het aardsche leven, vra gen waarbij miljoenen belang hebben. De menschen zijn het gepreek van „Gods Va derliefde" meer dan moede wijl zij in hun lot en levenservaring van die Vaderliefde niets meenen te bespeuren, maar des te meer ervaring hebben van de wreede tiran nie die het kapitaal, dat enkelen bezitten, over die miljoenen niet-bozitters oefent. Dat hebben de Nederlandsche socialisten al sinds lang van de daken gepredikt. En de daitsche sociaal-democraten maken het niet minder bont. Nog de vorige week werd te Berljjn door een vergadering van duizenden die met de kerk wensenten te breken, luide toegejuicht de volgen le hortdsche op merking van den so- ialist Heindorf, lid van den gemeenteraad te Berlijn «Het Christendom past niet bij de soci alisten, die hun geluk hier op aarde zoeken en zich niet bekommeren oin een niet te controleeren toekomstig geluk aan gene zijde van het graf. Met e 3n watersoep van zalvende woorden zijn wij niet geholpen.» Er is veel waar van wat ds. Gispen als kenn erkend verschil tusscben het streven van Rome en dat der protestanten doet uitkomen En het wordt niet genoeg opgemerkt, dat Rome ook van dezen stand der zaken mees terlijk partij weet te trekken (denk slechts aan het onlangs gehouden Congres te Luik) om zich voornaam te houden en tevens do zaak der zwakken voor te staan. De protestanten daarentegen verteren hun kracht in twisten over wjjsgeerige of theo logische leerstellingen of onderstellingen; kerkrechtelijke inzichten of stelsels maken scheuring op scheuring, en doen dan el kander verwijten dat het zoo is. Waren zij gebleven bij do leer, die een maal als in alles met Gods Woord over eenkomend is aangenomen, dan hadden zij de kerk kunnen handhaven en, beter dan Rome, zich nu kunnen wei-pen op de Chris telijke behartiging van al die dringende, maatschappelijke belangen die aan onzen tijd zulk een ernstig karakter geven. Niet minder waar is vrat du schrijver zegt aangaande de onmogelijkheid om de menschen hiervan te overtuigen Hiervan de menschen te overtuigen is niet mogelijk Er is een kracht der dwa ling, die over hen komt, welke de liefde der waarheid om zalig te worden niet heb ben aangenomen en daaruit volgt de heer schappij der leugen. Die lengen is gestelseld eenerzijds in Rome,anderzijds in het libera lisme, straks tot socialisme ontwikkeld. Deze beide machten beheersohen de heden- daagsche toestanden. En zoo blijft het in deze bedeeling, en zal het waarschijnlijk meer en meer worden, voor de waarachtige ge meente van Christus een onveranderlijk ge loofsartikel, wat in het 37ste onzer geloofs belijdenis staat: „Hunne (der geloovigen) zaak die nu te genwoordig van vele rechters en overheden als kettersch en goddeloos verdoemd wordt, zal bekend worden de zaak des Zoons Gods te zijn." Dit laatste geldt de Kerk. Maai- zouden zjj die ook in School en Maatschappij en Staat de eeuwige beginselen van Gods Woord weder trachten in te dr.igen, deze voorspelling zich niet mogen toeëigenen «Voor of tegen de revolutie!» Om deze vraag zal zich al meer de strijd concen- treeren. En tot dien strijd wordt men slechts door persoonlijken dienstplicht bekwaam. Y De toepassing. Wjj hebben onze voorkeur voor den persoonlijken dienstplicht, zelfs desnoods zonder voorafgaande verbetering vun het kazerneleven nooit verborgen gehouden. Dit neemt echter niet weg dat de noodza kelijkheid dier verbetering en der aanbieding van deugdelijke waarborgen voor het zedelijk gehalte onzer miliciens wel degeljjk ook door ons erkend wordt. Dat in de kazerne door onderofficieren en minderen, schoon niet door allen, vaak gespot, gevloekt en gelasterd wordt tegen een Naam Gods; en met woord en daad den milicien vaak allerlei kleine onrecht vaardigheden worden aangedaan, is een feit dat slechts weinigen ontkennen zullen. Nu is het waar dat in urtikel 1 van het regiement op den inwendigen dienst vermeld stait dat Zjjne Majesteit de Koning een rechtvaardige behandeling in de kazerne verlangt en tiet vloeken verbiedtdoch iedereen weet dat dit een wassen neus is. Men doet eenvoudig of dit artikel in het reglement niet staaten zoo wordt in 's,Konings leger 's Konings wet krachteloos gemaakt. Het baat dait ook niets of men er al op wijst dat een dergelijke wet des Konings bestaat; die wet moet worden gehandhaafd; en dit geschiedt zeer tot schade voor onze miliciens op dit punt althans niet. Als de toepassing ontbreekt, is iedere wet een wassen neus. Zie het onder anderen aan de Zondagswet. In tal van gemeenten wordt de uitstalling voor de ramen op Zondag evenals op werkdagen, geduld en bevorderd niettegenstaande deze wet het verbiedt. Er moet dus wel degeljjk naar waarborgen worden gezocht dat religie, concièntievrjjheid en moraliteit in de kazerne in eere zjjn. Hoe dit echter zal kunnen geschieden, is ons vooralsnog een raadsel. Hoe zal bijv. in een kring waar allen vloeken het toezicht op het vloeken kunnen worden geregeld Of in hoeverre zal de persoonlijke (subjec tieve) meening «at sommige bekende kuoopen geen vloeken zjjn, moeten worden geëer biedigd Zal er ernst kunnen gemaukt worden met de door de antirevolutionairen ge- wenschte verbeteringenook zelfs bij de beschaafdsten, waaronder zoovelen met v. Nieveldt van meening zjjn dat een vloek de veiligheidsklep is waardoor de overtollige stoom der verontwaardiging kan ontsnappen Wjj kunnen dan ook niet medegaan met hen die de invoering van persoon!jjk en dienstplicht alhankeljjk stellen van voor afgaande verbetering van het kazerneleven. Slechts door on/.e beschaafde Christelijke jongelui, desnoods als het zoo ware, als schapen in het midden der wolven te zenden, is er kan« op verbetering van het kazerneleven. Zjj toch, die geroepen zjjn het zout der aarde te zjjn; kunnen het zout der kazerne wordenen van hen ver wachten wjj dart ook meer heil dan van alle door- de regeering te stellen waarborgen Y Teleurstelling 9 Men zegt dat onze halve voldaanheid over de jongste Staten-verkiezing te Goes blijk geeft van teleurstelling. Nu, op een ietwat grootere meerderheid hadden wjj ongetwijfeld mogen hopen. Echter was onze teleurstelling niet zoo groot

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1890 | | pagina 1