N
i
l
open.
S
1890. No. 143.
Donderdag 4 September.
Vierde Jaargang
men,
RASSEN
isrsï
RAAF."
I
VERSCHIJNT
G. M. KLEMKERK, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTEXTIEN
Auierikaansche Brieven.
N
li. Feijenoord
RIEK
alve eeuw van
lardenhaar,
dikanten,
Joor een goud-
»EN KNOOPEN
r vijf gulden
erzoeke s. v. p.
gehaald Heft,
bezorgen bij
apen aan hem
uiigd worden.
OTTERDAM.
Zondags
9,
Zierikzee.
oorweg Goes.
Zierikzee
2'smorg. 7,30
3 7,—
4 6,
o 6.30
5'tmidd. 3,30
6 n. Cortgene
11,30, naar
VmiJ. I,
smorg. 7,30
7,30
7.—
Antwerpen
's morg. 7.30
j> 8.—
2.—
3,30
b
elken MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND
Prijs per drie maanden franco p. p. /0.95.
Enkele nummers/0.02s.
UITGAVE VAN
en
van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Vlisslngen 4,5,6,8 en 10 SeptemberSeroos-
kerke, 11 September voormiddagsOost-
kapelle, ook voor Grijpskerke, 11 September
namiddags; Domburg, ook voor Aagtekerke,
12 SeptemberWestkupelle, ook voor
Zoutelande 13 September, Koudekerke, ook
voor Diggekerke en Meliskerke, 15 Sep
tember.
Verslag omtrent den toestand der vis-
scherijen in de Schelde en Zeeuwsche
Stroomen in 1889.
II.
De Ansjovis-'visscherjj viel dit
jaar bijzonder slecht uit. De meerdere of
mindere warmte van het water van het
eeue jaar, schjjrit van grooten invloed op
de vangst van ansjovis in het volgende jaar
te zijn. Wel is waar loopen die gegevens
nog over een te klein aantal jaren om er
nu reeds positieve gegevens uit te trekken,
want er kunnen nog verschillende afwij
kingen voorkomen. Dit jaar bijv. had men
de hoogste temperatuur reeds vroeg in den
zomer, terwijl men die in de voorgaande
jaren, waarop een rijke vangst volgde, steeds
later waarnam, zóo, dat alhoewel het nu
bijna zeker is, dat op een zomer met lage
watertemperatuur de vangst in een volgen
den gering zal zijn, het nog uit de onder
vinding zal moeten blijken, in welk gedeelte
van het jaar de grootste warmte den meesten
invloed op de voortteling uitoefent.
De totale vangst in de Ooster-Schelde
bedroeg slechts 26 ton.
In tegenstelling zou uit de hooge tempe
ratuur van dit jaar op een hooge vangst in
1890 moeten gerekend worden alleen dient
hierbij in 'toog te worden gehouden, dat
die hooge temperatuur reeds vroeg in het
jaar voorkwam en in Augustus, wanneer de
jonge visch nog niet veel kan doorstaan, reeds
beneden de 18o Cels daalde, terwijl het aan
tal individuen, waarvan de voortteling dan
toch in de eerste plaats afhankelijk is, zeer
gering was.
Daarom zou men moeten verwachten, dat
de vangst in 1890 wel zeer veel beter, doch
nog niet zoo overvloedig zijn zal, als men
met het oog op de temperatuur alleen zou
mogen verwachten.
De prijzen, die men voor ansjovis ontving,
liepen niet meê. Wel werd in't begin f200
per ton betaald, doch die prjjs liep terug op
1185 en f180.
Per weer wisselde de vangst bjj de beste
vangers af tusschen 1 en 2i/3 ton.
De eerste ansjovis werd den 24 April
gevangen en half Juni was de visssherij
rlgeloopen.
Op de Wester-Schelde was het niet beter
in het geheel ving men daar ly3 a 2 ton
Een visscher, die ongeveer 1/3 ton had ge
zangen, verkocht die voor slechts 34 francs.
Ook dit jaar werd weder beproefd ansjovis
te kweeken. De kweekbakken waren eenigs-
zins gewijzigd en aan beide zijden van filters
voorzien hoewel het door de geringe hoe
veelheid ansjovis, die gevangen werd, her
haaldelijk mislukte rijpe visch te krqgen,
is het toch eenmaal 'gelukt enkele rijpe
eieren te bekomen, doch met hetzelfde re
sultaat als bij de vorige proefnemingen, nl.
de bevruchting uitstekend en de ontwikke
ling ook, maar tegen het uitkomen allen
afsterven.
De sprotvisscher ij (was dit jaar niet
voordeelig. Er werd weinig; gevangen en de
prijs was laag. Drie vaartuigen van Breskens
en 6 of 8 van Arnemuiden hielden er zich
mede bezig, doch konden in Januari en
Februari hoogstens 70 emmer per tij aan
brengen. De prijs was f 0,30 per emmer.
In het laatst van December kwam te
Terneuzen nog enkele malen een partijtje
aan den alslag, die meer in zee gevangen
waren, doch dit was van weinig beteekenis.
Op de Ooster-Schelde was in Januari geen
sprot te vangen wel stonden er groote scho
len voor den Vlaamschen wal, docb de visch
kwam eerst tegen half Februari wat meer
naar binnen. ToeD ving een visscher in een
paar dagen 170 emmers per dag, doch na
15 Februari was de sprot verdwenen en
kwam niet weder binnen.
Einde November beproefde een visscher het
nogmaals met de kuil in het Veergat, doch
ving niet. Door de garnalenvisschers werd
gedurende de maand December overal naar
sprot gevischt, doch ook zonder resultaat.
In de laatste dagen van hel jaar vertoonden
zich binnengaats veel bruinvissehen en zee
honden, waaruit men opmaakte, dat er visch
moest zijn. Een paar visschers van Burghsluis
die dat ool^ opgemerkt hadden, gingen in den
avond van 29 Deeembererop uit en brach
ten den 30en manden 120 emmers groote
sprot te Zierikzee aan.
XVIL
Kalamazoo, Aug. '90.
Waarde \riend\
In mijn vorigen beloofde ik u te zullen
melden van mijne verdere ontmoetingen te
Pella en omstreken. Mogelijk zal bet
weinige dat ik u kan mededeelen, van
eerng belang voor u zijn. Mijn neet met
zijn volwassen zoon, benevens zjjne dochter,
hadden het er op gezet mij op alle moge
lijke wijzen genot te verschaffen, en ik
begon van den eersten dag mijner aan
komst daarvan tè proüteeren. Eerst moest
ik natuurlijk hunne boerderij zien, die mij
zeer aanlokkelijk toescheen. Een volmaakt
vierkant stuk land van 90 akkers, volstrekt
niet heuvelachtig, zwarte kleiaarde, be
zaaid met rogge en wat haver, en verder
beplant met maïs en aardappelen, benevens
een stuk weidegrond voor liet vee, ziet
daar de farm. Aan de noordzijde liep een
rijweg, en dicht aan dien rijweg, achter
wat jong geboomte verscholen, stonden
huis, schuur en bijgebouwen. Een zestal
goede werkpaarden, en plus minus honderd
kleine en groote varkens, allen pikzwart,
ziedaar den veestapel. Aan maïs, tot voeding
van al die varkens, was nog lang geeD
gebrek.
Ik durf zeggen dat mijn neef één van
de schoonste boerderijen bewoont, die ik in
die streken gezien heb. Desniettemin ver
langde ik ook nog meer van den omtrek
te zien, en mijn neef was gewillig en
ijverig genoeg om aan die begeerte te vol
doen. Daar ik een minnaar van de natuur
ben, bracht hij mij op zekeren morgen
met paard en rijtuig naar eeue streek
zuidwestelijk van Pella.
Het doel was om de Des Moines rivier
(die Jowa van noordoostelijke in zuidwestelijke
richting doorloopt) te bezien. Het bleek
mij dat die rivier, die, tusschen zwaar ge
boomte en eene reeks heuvelen |verscholen,
zijn water te Keokuk in de Missisippi voert,
niet van zoo geringe beteekenis is. Jammer
dat zij niet bevaarbaar is. Ik bevond haar
breeder en met veel sneller afloop, dan
de Rjjn of Waal in Nederland. Aan de
overzijde van die rivier vond nten steen
koolmijnen van kleine afmeting. De kool
had veel gelijkheid met Ruhrkool in Neder
land. Een boer die zelve wagen en paarden
had, kon voor 5 ets 100 ponden steenkool
aan de mijn bekomen. Dat is dus geen
hooge prijs voor brandstof.
Mijn neef bracht mij dien dag nog wat
verder, namelijk op eene boerderij zoo groot,
dat 4 ol 5 huisgezinnen (ouders met hunne
behuwdkinderen) er brood op konden
vinden. Het meeste land was aan bosch-
grond ontwoekerd. Het was meer zand
dan kleiechter stonden de vruchten goed.
Ik nam in aanmerking dat die menschen
4 uren gaans van de naaste marktplaats
verwijderd waren, in dien tijd maar 6 a 7
ets voor een pond boter of een dozijn eieren
maakten, en toch in zekeren zin welvarend
waren. Kleeding, huisraad, vee, bouwge
reedschap, alles was er in behoorlijke orde,
en het scheen mij toe dat er onder Gods
zegen eenige vooruitgang te bespeuren w«s.
Voor tarwe was Yowa, en inzonderheid
Pella en omstreken, naar men mij mede
deelde, niet zeer geschikt. Maïs en aard
appelen bleken het stapel verbouw te zijn.
Ook worden er jaar in jaar uit varkens
vet gemaakt, en meestal levend en per
spoor verzonden.
Mijn neef was nagenoeg 20 jaren in
Pella geweest en had in het eerst veel
werk gevonden in het graven en opmetselen
van putten. Men vindt namelijk in die
streken eene soort van rots, die zacht doch
duurzaam is, en zich gemakkelijk laat
spljjton. Van die rotsbrokken nu werden
de wanden dier putten opgetrokken of ge
metseld. Men gebruikte die rots ook voor
fondamenten en zelfs voor o, gaande muren.
Wat de stad Pella betreft, deze viel mjj
niet mede. Het was een volkrijk dorp,
niet zeer dicht bebouwd, winkels te veel,
en (alles was er te koop wat boer ot burger
noo lig hadden. Er waren geeu fabrieken,
en eene stad zonder fabrieken is iets zeld
zaams in Amerika. In het midden was
een park, namelijk een groot vierkant gras
plein, omheind en omplant met schoon
geboomte, een kruislaan met eer. muziektent
in liet midden, doch er was geen enkele
zitbank om op te kunnen uitrusten.
Men wees mij nog een vacant vierkant
stuk grasveld aan, he, welk bij den aanleg
der stad tot vischmarkt bestemd werd.
Men verzek-rde mij echter dat er nog
nooit vitch in veiling was gebracht.
Het getal kerken scheen er meer dan
toereikend te zijn. Ook in Pella ontbrak
het niet aan verschillende gezindheden en
richtingen. Sommige kerkgebouwen zagen
er, wat bouwstijl betrelt, goed uit. Ook
kan men de bevolking van Pella en om
streken geen Godsdienstzin ontzeggen. Daar
bij zijn gedienstigheid en gastvrijheid
aangename eigenschappen, die ik daar vrij
algemeen aantrof. De eigendommen schenen
in Pella niet zoo hoog in waarde te zjjn
alsjin vele andereplaatsen. Huishuur bleek
er niet hoog te zjjn. Men wees mij een
nederig huisje met een goed stukje gronds
dat nog onlangs voor honderd dollars was
verkocht. Had het naast mjjne deur in
Kalamazoo gelegen, het zou zeven maal
dien prijs waardig zijn geweest.
Ook de dagloonen bleken er niet zeer
hoog te zyn en het was voor een werkman
niet altijd zeker om werk te kunnen be
komen. Ik maakte er nog kennis met
een Zeeuwsch huisgezin, hetwelk nog maar
korten tijd in Pella gewoond had. Het
moet gezegd worden dat zij, met overleg,
er goedkoóp konden leven, doch het getal
kinderen in aanmerking nemende, en daarbij
hel geringe dagloon van den man, deed
mjj den wensch uiten dat die goede inderdaad
christelijke lieden eene, voordeeliger be
stemming mochten kunnen bereiken, ie.s
wat ik niet slechts wenschte, doch waartoe
ik ook nog getracht heb mede te werken.
Ik zou meer op die reis hebben kunnen
genieten, doch het was er ontzettend heet,
zoodat men bij dag zooveel mogelijk de
rust koos, en de schaduw zocht. Op Maandag
23 Juni teekende de thermometer te Pella
105 graden Fahrenheit. Dat was de heetste
dag dien ik nog in dit land beleefd heb.
Verderen afloop en terugreis meld ik U
later.
Als altjjd de Uwe
W.
3 September 4890.
In den Manchester Examiner
and Times staat:
„Het heeft bijna den schijn alsof de ge
zaghebbers van den onafhankolijken Congo-
staat de overigens zeer duidelijke bepalingen
maar volstrekt niet kennen van de „Ver
klaring betreffende de handelsvrijheid in het
Congo-bokken", den 26en Februari 1885 te
Berlijn tot stand gekomen. Want niet alleen
stellen zij voor een additioneel uitvoerrecht
te heffen van caoutchouc en ivoor; z(j gaan
zelfs verder en praten van vergunningsrech
ten (licence duties) aan den Boven-
Congo. Deze vergunningsrechten evenwel
zjjn slechts een andere naam voor transito
rechten, en in art. 14 der „Verklaring" is
uitdrukkelijk bepaald dat „in het geheele
Con go-gebied de schepen en de in doorvoer
zijnde goederen op de rivier, onverschillig
wat hunne plaats van vertrek of van bestem
ming ook zij, niet onderworpen zullen zijn
aan transito-rechten." Verder zjjn de rech
ten, welke geheven mogen worden, gespe
cificeerd en strikt beperkt tot havengelden,
loodsgelden en vergoeding van uitgaven, ge
daan in het algemeen belang der scheep
vaart, rechten, in één woord, „het karakter
hebbende van een equivalent voor diensten
aan de scheepvaart zelve bewezen."
„Geen wonder waarlijk dat de Nederlan
ders te wapen zijn geloopen. Zjj brachten
een handel tot ontwikkeling, nog lang
vóórdat er zelfs van een Congo-staat ge
droomd werd, en zij scheppen begrijpelijker
wijze weinig vermaak in het opleggen van
belastingen, alleen om een stat van Belgi
sche ambtenaren te onderhouden, 'wier af
persingen den handel oneindig meer belem
meren dan tot groote ontwikkeling brengen
zullen. De Nederlandsche regeering was vol
komen gerechtvaardigd in haar verzet tegen
de invoerrechten,ter Brusselsche conferentie
voorgesteld. Zij beriep zich daarbij op art. 4,
dat in zoovele woorden zegt: „Handelswaren,
in dit gebied ingevoerd, zullen vrij blijven
van invoer en transito-rechten. De mogend
heden behouden zich voor, na verloop van
20 jaren, te beslissen of deze vrijheid van
invoer al of niet gehandhaafd zal worden."
„De vrije Congo-staat is niet gesticht om
gemakkelijke baantjes te verschaffen aan
Belgische ambtenaren. De mogendheden
hadden daarbij hoogere doeleinden op het
oog. Voor invoerrechten om maar niets
nog van vergunningsrechten te zeggen
was geen plaats in haar programma, ,en als
de Congo altijd open zal blijven, dan is het
tijd dat er een stokje gestoken wordt voor
deze aanmatiging en verkrachting van wet
telijke bepalingen. Een tractaat, eenmaal be
krachtigd, moet niet maar zoo gemakkelijk
tei zijde gezet worden,allerminst dooreen
jeugdigen mede-onderteekenaar als de vrije
Congo-staat."
Ierseke. De gemeenteraad heeft den heer
W. v. Oeveren herbenoemd tot wethouder
en in plaats van dhr J. C. v. d. Burcht
gekozen den heer J. Sinke.
Middelburg. In de gemeenteraadszitting
van gister onder voorzitterschap van dhr.
burgemeester en bij afwezigheid van de hh.
Den bouwmeester, Jeras, v. Dunné, Hoger-
waard, E. P. Schorer en F. G. Sprenger,
werd in plaats van dhr.Jerav, die niet meer
in aanmerking wenschte te komen gekozen
tot wethouder dhr. Den Bouwmeester.
In de strafcommissie werden gekozen
de hh. A. P. Snouck Hurgronje, J. A. van
Hoek, v. Berlekom en E. P. Schorer. In
de fin.commissiede hh. Tak, F. G. Sprenger,
de Stoppelaar en A. P. Snouck Hurgronje
in de fabricage commissie de hh. 1 logei waard
en Den Bouwmeester; in de oudheidkundige
commissie de hh. de Stoppelaar en W. A.
Snouck Hurgronje.
Goes. In de gemeenteraadsvergadering van
gister onder voorzitterschap van dhr. Ra-
mondt en bjj afwezigheid van de hh. Jon-
quière, Kakebeeke, De Jonge en Lambrecht-
sen, werd dhr. Ochtman met algnmeene
stemmen tot wethouder herkozen. (Een
blanco.)
De voorzitter deelde onder meer mede dat
jl. Zondag aan de Prinses een telegram was
afgezonden, welk telegram is beantwoord
namens H. K. H. Voorts dat dr. J. F. Bax
eervol ontslag heeft verzocht als gemeente
geneesheer wegens vertrek naar Genemuiden;
en dat de heer Goemans zjjn betrekking