1F1?
L Ju L
1890. No. 90.
Donderdag Mei.
Vierde Jaargang.
VERSCHIJNT
G. M. KLEMKERK, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTESTIEN
IJK.
der
Het ideaal
Sociaal-democraten.
GROOTHEID en VAL.
elken MAANDAG- WOENSDAG'- en VRIJDAGAVOND
Prijs per drie maanden franco p. p. /0.95.
Enkele nummersƒ0.025.'
UITGAVE VAN
en
van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Nisse 1 Mei. Ellewoutsdijkook voor Drie
wegen, 2 Mei. Baarland ook voor Oudelande
3 Mei.
Heden, 1 Mei, zullen de groote optochten
over gansch Europa plaats hebben, in alle
steden waar maar socialisten zijn en {waar
overheid en wet 't niet zullen verbieden.
Het zullen werklieden-optochten zijn niet
om kwaad te doen of om bloed te doen
vloeienook al zouden de roode vlag en de
geheime voorliefde voor verborgen wapenen
het doen vermoeden. Integendeel iets on
schuldigs, iets zachtmoedigs zal deze gansche
betooging kenmerken. Het is er alleen om
te doen allen regeeringen der wereld aan
te zeggen dat de werkman voortaan een
arbeidsdag van 8 uren verlangt.
En voor dien «normalen» arbeidsdag zul
len heden miljoenen werklieden door idealis
tische leiders verleid, hun «Hei't was
in de Mei 1» komen zingenvelen wellicht
in de zekere verwachting dat met de ver
wezenlijking van dit acht-uren-ideaal het
gulden tijdperk voor de arbeiders zal aan
breken.
De leiders der Nederlandsche sociaal
democratie, Domela Nieuwenhuis niet uit
gesloten, zijn altjjd in kennis en doorzicht
nog eenige jaren ten achter bjj hunne
geestverwanten in Duitschland. Terwijl in
Nederland het kamerlid uit Schoterland
stad en land doorreist om de werklieden
tot den heirban op te roepen, doen de
socialistische leden van den Duitschen
Rijksdag al hun best de lieden te bewegen
dat zij van die reusachtige betooging af
zien, dewijl zjj tot niets leidtveel onkosten
met zich draagt en noodeloos verbittert.
Zij zien het hersenschimmige van zulk een
door de wet gebonden algemeen normalen ar
beidsdag in. Wat men in Nederland bazelt
van: «langer rusttijd, en hooger loon; be
sparing van de werkkracht, en meer levens
genot; voor een grooter getal werklieden
arbeid, en dus minder lijden door broode-
loOsheid vermeerdering van de koopkracht,
daardoor toenemende productie, en bij
gevolg andermaal vermeerderde vraag naar
48. FEUILLETON^
Schetsen uit het leven van Napoleon 1.)
Den 9 Juni had de doopsplechtigheid
plaats. De broeders van Napoleon bevonden
zich in den stoet.
De geheele bevolking van Parijs snelde
dan stoet te gemoet. Zij was reeds gedeel
telijk verzoend met de teleurstellingen op
handelsgebied. De nijverheid was immers
herleefdde oorlog uitgesteld de vrede
verlengdFrankrijks hoop verlevendigd bij
het aanschouwen van dit kind. Wel was
de geestdrift minder dan toen Napoleon met
zjjne Josephine naast hem gezeten, zijn
eersten keizerlijken intocht deed doch er
was nog te veel schitterends aan hem en
zijn hof om hem te weerstreven.
Maar de mensch is enkel ijdelheid. Op
Eugenius en den koning van Rome was
aller hoop en aandacht gevestigd, 't Was
Gods wil dat beiden jong zouden sterven,
de laatste als balling, buiten zijn vaderland. En
Napoleon zelf? Spijt al deze toejuichingen
zou hij zijn roem in plaats van bij jaren,
slechts bij maanden meer kunnen tellen. Hem
die zich op het toppunt waande, wachtten
nog tal van teleurstellingen, nog een mis
lukte tocht naar Rusland en een nederlaag
bij Leipzig. Waar, waar was de profeet
om het den overmoedigen Vorst aan te zeggen
dat men na minder nog dan een tiental
jaren op een afgelegen eiland in den Oceaan
arbeiderswegneming van eene der oor
zaken van onmatigheid, en verhooging van
het peil der menschheid», dit alles acht
men ginds onmogelijk door deze betooging,
ook niet door den normalen arbeidsdag te
bereiken. Zal ook het gezond verstand
zelfs van den Nederlandschen arbeider
(schapen zien wel eens verder dan hunne
herders 1) niet stilstaan voor al de zegeningen
die hem in dit voorgespiegelde para iijs
wachten Het is immers klaar als de dag,
dat vermindering van werkuren, verminde
ring van loon en dies vermindering van
koopkracht ten gevolge heeft. En in het
tegenovergestelde geval, zoo werkelijk loons-
verhooging bij vermindering van werkuren
mogelijk ware, dan zouden immers de
kosten van voortbrenging moeten stijgen
en dus menig artikel duurder in prijs worden.
Ja, tal van goederen zullen ten slotte on
verkoopbaar duur zjjn, zoodat menige fabriek
gesloten en menig werkman broodeloos zal
worden. En dat er meer werklieden zullen
noodig zijn, is ook slechts betrekkelijk waar;
menig fabrikant toch zal dit ounoodig
vindenmenig vak, dat thans lijdt aan over
compleet van werkkrachten, zal dan op het
normale getal arbeiders zij .v teruggebracht
en wat zullen dezen er aan hebben
Doch er is een nog grooter bezwaar,
dat w\j het genoegen hebben aan een
liberaal blad, de Nieuwe Rott. Crt. te
ontleenen.
«Bij heel deze beweging is er alleen en
uitsluitend sprake van de belangen van den
werkman, buiten eenig verband met de be
langen van de menschelijke samenleving in
haar geheel. Men doet en spreekt alsot er
geen samenhang bestond. Toch is het eene
waarheid, dat de belangen van den werkman
zich niet laten scheiden van die der Maat
schappij, waarin hij leeft. Het vraagstuk
van den arbeid is een zeer ingewikkeld
vraagstukde belangen van nijverheid, han
del, scheepvaart, ja van alle bronnen van
volksbestaan zijn daarbij rechtstreeks be
trokken. En wanneer dan blijken mocht,
dat het denkbeeld van den werkdag van
acht uren niet te verwezenlijken is, zonder
al datgene waarvan bestaan en welvaart van
een volk afhankelijk zijn in gevaar te bren
gen, zou men dan willen beweren, dat dit
denkbeeld na te jagen in des werkmans
belang is?»
een graf voor den onsterfelijke delven zou
XXXIX.
EEN PAAR JAREN TERUG.
Inmiddels duurde de oorlog in Spanje
voort. Wij verlieten dit volk toen wij van
den oorlog in Oostenrijk melding maakten.
Gaan wij nu nog eenigen tijd terug, om
te zien, hoe het in ons vaderland gesteld
was.
Het was in Juli 1809. Engelands
staatkunde was, nu Napoleons troepen in
Spanje en Oostenrijk werden beziggehouden,
een aanval op het noorden van Napoleons
rijk te doen. De vesting Antwerpen was
door Napoleon almeer versterkt geworden.
Daar lag zijn -oorlogsvloot, die hij steeds
meer uitbreidde. Antwerpen te bezitten was
hem heel wat waard. Hij noemde het
de pistool op de borst van Engeland. Niet
zonder reden dat Engeland ook heel wat
wagen wilde, om deze vesting te bezitten.
Doch dan moest eerst Zeeland veroverd
worden.
Zoo landde dan ook weldra een ontzag
lijk Engelsch leger op het eiland Walcheren.
Wel trok hun de Fransche generaal Osten
met 1200 man uit de bezetting van Vlis
singen tegen, doch hij werd genoodzaakt
zich op Middelburg terug te trekken, welke
stad den Engelschen in handen viel.
Dienzeltden dag werd ook Veere opge-
ëischt. In deze stad voerde de Hollandsche
generaal doch met een Engelschen naam,
Tot zoover het liberaal blad, dat naar
onze meening de zaak zeer goed heeft in
gezien.
Er ligt dan ook iets dreigends in deze
schijnbaar zachtmoedige wereldbetooging.
De orde der dingen 't onderst boven keerend,
zoekt het socialisme ook thans op het voet
spoor zijns vaders het liberalisme in 1848,
zij het ooi minder bloedig en geweldig, van
de overheden af te dwingen een regeling
van den arbeid zooals hij, eischer zelf en
hij alleen zich die denkt. Een carricatuur
I voorwaar van het clericalisme dat al zijne
dagen het liberalisme heeft gekenmerkt.
Met deze betooging wordt het ciericalisme
op zijn kop gezet. In Italië en Frankrijk
zullen de liberale regeeringen een heele
karwei hebben om zich aan deze operatie
te ontworstelen. De antirevolutionaire werk
man, dat wil zeggen de man die tegen
alle revolutie i«, welke ten doel heeft
de vrijheid die aan 1789 herinnert,
op den troon te plaatsen, en het ge
zag der van God gestelde maehten te
ondermijnende antirevolutionaire werk
man laat eenvoudig dezen optocht zijn deur
voorbijgaan. Hij verricht zijn arbeid als
altoos, in het vaste vertrouwen op Gods
beloften en op de waakzaamheid der Regee
ringen om het vraagstuk van den normalen
arbeidsdag voortdurend te overwegen. Wat
Nederland betreft, werd een eerste stap
gezet in de goede richting door de arbeids
wet van Minister Ruijs, door de commissie
van onderzoek (enquête) in 't belang dei-
arbeiders en door het optreden van een
minister, die als Kamerlid reeds op invoe
ring van arbeidskamers enz. aandrong, en
het volk door en door kennende, de belangen
der arbeiders langs wettigen weg naar
vermogen wenscht te bevorderen.
Hoe gaarne zagen wij dat onze beminde
Vorst op zijn ouden dag nog eens blijk gaf
van eenzelfde gezindheid als die den jeug
digen keizer van Duitschland bezielde toen
hij uit alle landen deskundigen samenriep
om dit ingewikkelde vraagstuk te regelen.
Reeds in Februari jongstleden sprak hij
bjj de opening der zittingen van dezen door
hem ingestelden Raad van State
De den arbeider te verleenen bescherming
tegen willekeurig en onbeperkt misbruik
(Ausbeuting) van de arbeidskracht;
de omvang van den met het oog op hetgeen
Stewart Jan Bruce het bevel. Zijn Zeeuwsch
legioen, 855 man sterk, telde slechts 300
gewapende mannen. Een gedeelte zijner
«troepen» had tijdens de landing van 38
duizend Engelschen, het fort «den Haak»
bezet, dat slechts een kwartieruurs van de
landingsplaats verwijderd was. Met dit
handjevol mannen en kanonnen had hij
getracht de landingstroepen atbreuk te doen,
doch voor overmacht wijkende, vernagelde
hij de kanonnen en trok zich in Veere
terug. Hij gaf het bevel over die stad aan
zijn overste Bogaart over en week met
400 man naar Zuid Beveland waat hij het
fort Bath bezette, en de werkeloosheid boven
de verdediging van zijn vaderland koos.
Inmiddels werd de stad door de Engelschen
opgeëischt en na Bogaarts weigering hevig
van de zeezijde beschoten, waarop de be
zetting zich overgaf en in krijgsgevangenschap
ging. Op deze tijding liet Bruce ook het
fort Bath lafhartig in den steek.
Intusschen begaf zich de schout-bij-nacht
Ruisch met alle beschikbare kanonneer-
booten naar het Zjjpe bij Oost-Duiveland,
waar hij post vatte. Zijne macht groeide
weldra aan, daar twee divisiën kanonneer-
booten, te Zierikzee en in het Brouwers-
havensche gat liggende, voor de Engelschen
hadden moeten wijken en zich thans bij
hem voegden. Ook kreeg hij nog verster
king door de divisiën van den overste
Ossewaarde. Deze had het voornemen
gehad zich met de Fransche vloot te ver.
geboden wordt door de menschelijkheid en
de natuurlijke ontwikkelingswetten te be-
'oeperken arbeid van kinderen het rekening
houden met de voor het huiselijk leven in
zedelijk en maatschappelijk opzicht gewich
tige stelling der vrouw in het huisgezin van
den arbeider en andere daarmede samen
hangende verschijnselen op het gebied der
arbeidswereld, dat alles is vatbaar voor een
betere regeling.
Daarbij zal met zaakkundig overleg over
wogen moeten worden, tot aan welke grens
onze industrie den druk van een door ge-
strengere voorschriften, ten gunste van de
arbeiders in het leven geroepen, vermeerde
ring van haar productiekosten kan verdragen,
zonder dat zij door de mededinging op de
wereldmarkt zich in een winstgevend
(ilohnendegebruik van de arbeidskrachten
beperkt ziet; want van dit laatste zou in
de plaats van de verbetering naar welke
ik streef, een benadeeling van de maat-
schappel „ke positie der arbeiders het
gevolg zijn.
Tot zoover deze Keizer, die een open oor
heeft voor billijke eischen der werklieden.
Het socialisme is niet altijd billijk in zijn
eischen en uitspraken, doch allerminst is
zij 't in den aandrar.g op een achturigen
werkdag voor ieder. Zijne betooging op
1 Mei, zoo die niet grootendeels in het water
valt, dreigt reeds daardoor alleen op niets
uit te loopen.
Maar heeft het socialisme in Nederland
we! recht zich van de arbeidersbeweging
meester te maken Zelfs in Duitschland, waar
de sociaal-democraten het in degelijkheid
en praetischen zin van hunne Nederlandsche
geestverwanten winnen, wordt hun daartoe
het recht beslist ontzegd.
Daar de socialisten in den Rijksdag
zich telkens wilden voordoen als de eigen
lijke en eenig ware vertegenwoordigers der
werkende klassen, heeft de Pruisische mi
nister Herfuth in een der zittingen op
een degelijke bewering eens het volgende
geantwoord.
«De heer Bebel heeft nu weder eens ge
tracht, het gering aantal socialistische leden
van den Rijksdag voor te stellen als ver
tegenwoordigers der massa, en dan met
eene kleine wending als vertegenwoordigers
der arbeidende klassen. Tegen
die voorstelling moet ik ten stelligste op-
eenigendoch de Er.gelschen beletten het
hem en zoo besloot hij zijne veertien kanon-
neerbooten met de vloot van Rnisch te
vereenigen. Twee zijner vaartuigen had
hij moeten achterlatendoch de luitenant
Story, die ze den Engelschman niet gunde,
had ze in brand doen steken.
Het ontruimen van Bath door Bruce
gaf den Engelschen gelegenheid hunne bat
terijen te bouwen. Een uitval van Osten
uit Vlissingen kostte den vijand wel 4500
man, doch ook de bezetting, die toch reeds
niet groot was, telde 800 dooden. Daarbij
had deze uitval de Engelschen zoodanig
vertoornd, dat zij uit wraak de stad Vlis
singen hevig beschoten, en geen twintig
huizen onbeschadigd bleven. Het was dan
oo t uit niet minder dan elf honderd kanon
nen dat de stad beschoten was geworden.
De verdediger, generaal Monnet, gaf hierop
de stad over.
Wel waren nu de Engelschen meester van
Walcheren, doch de goed getroffen maatre
gelen van koning Lodewyk, meer nog de
Zeeuwsche koortsen, die hen bij honderd
tallen wegraapten, noodzaakten hen lot den
terugtocht. Toch duurde het nog tot het
einde des jaars eer de laatste Engelschman
den Zeeuwschen bodem had verlaten. De
nieuwe, door Napoleon aangelegde werken
te Vlissingen werden als ter loops, door
hen uit wraak vernield.
(Wordt vervolgd