1890. No. 77.
Zaterdag 29 Maart.
Vierde Jaargang.
9
SimJTIILb
LAMER.
VERSCHIJNT
G. M. KLEM KERK, te Goes
F. P. IVHUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIEN
BUITENLAND.
üfl.
ar ten behoeve van de
deren op 15 en 16 April
Ned. Rhijnspoorwcg te
Itrecht en Arnhem spa-
klasse naar den Haag
racht, geldig voor lieert
art gebracht een schuit
ussciien Kampen en Urkj
en goederen. Een co®^
ot Minister Havelaur.
tort op de Locaulspoo£;
verijsel de gemengde
sdan afzonderlijke per-
len loopen. De snelheid
daarbij van 30 op 40
iracht.
;ebouwen voor het Bur-
waarvan de aanbesteding
gedragen aan D. Oerlijn
er, voor ƒ126,146.
ZEE IIW.
elken MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND
Prijs per drie maanden franco p. p. ƒ0.95.
Enkele nummersƒ0.025.'
UITGAVE VAN
en
van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 40 cent.
en.
merverslag over de be
ds aan de leden rocdge.
van niauwe bronnen van
het tekort ten ge olge
acht de minute.* van
oging van de algemeens
draagkracht der bovol-
spoorwegen en irrigatie-
-legeering. Daarvoor zal
rustende schuld nuodig
iing dier werken betreft,
ïve spoorwegen door toa-
bevorderen. Omtrent de
iën kolenveld heel's de
genomen. De Minister
lossing van de Bdliton-
tegenwoorëige concessie,
n maken het wensehelijk
taande opium-verpachting
rken. Hoewel een kortè
nswaardig schijnt, schort
deel op, in verband met
tnd. Regeering. Aan der»
Raaa van indie is een
ipgedragen tot bet inilellen
nde de opium-regie. De
at, met behoud van onze
de stelling in üroot Atjeh,
tegen, da aanvallen dar
ligd worden. Uit eene
nister gebleken, u.A als
meer actief bij de ver
reden, do Cijuv.-Genera*l
eft, bij welk gevoeiui de
jewel erkend wordt, dat
Kemala geen positief
wordt groot gewicht
vriendschappelijke aan-
n te Kemala en Tot-koe-
einde uitgelokt zijn en
De Minister gelooft voor
vaartregeling de voorkeur
gehuldigde stelsel van
n in- en uitvoer. Hij zai
voerde bezwaren de zaak
uderwerping van dtn pre-
roofden overeenstemt met
sche voik, bestaat er geen
ng van het Sultanaat on-
ru Nederland, onder voor-
bezette gebied in Groot-
blijft en de veiligheid
verzekerd zij. Zoodanig
zal aan het Atjehsche volt
.ng zoo ncodige rust verza
cht de onderzoekingen van
wachten alvorens omtrent
i ontbinding der beri-betf-
Het ia niet bekend, dat de
jk verminderd is na staking
Wegens de uittartende
de Papoea's van War.dant-
uur is voor een tuchtiging
naakt van Tidoreesehe hulp-
oorlogsschip. De resident
.rnements-sloomschip Havik
urnen aangekomen, te geljjk
va met een flolille van 55
527 koppen. De Wandam-
osscben en werden door de
ervolgd, maar zonder veel
Wandammen en Wanropen
ield. De bevolking te Amp-
wierp zich.
opbeuring van de kolonie
ter korteljjk opgetreden als
iën bezighouden,
van gevoelen tusschen den
niale Staten wordt medege-
het onderhoud tusschen den
der Staten, tevens ambte-
dienste.
JBERISPELIJK.
Bij dit nummer behoort een bijvoegsel.
Duur middelbaar onderwijs.
Dr. Bruinsm-a geeft in het Dagblad voor
Nederland een lijstje van rijks hoogere
burgerscholen met opgaat van wat iedere
leerling aan zulk een inrichting per jaar aan
het rjjk kost. Over geheel Nederland ver
deeld, kost iedere leerling het Rjjk gemiddeld
1311 per jaar. Het hoogst staat Tilburg, daar
moet het rijk voor iederen leerling der h. b. s.
1673 per jaar bijpassen. Te Roermond
f520; Alkmaar f400; Gouda f380; Assen
f378; Zwolle f357; 's Hertogenbosch f 352;
Middelburg f282.
Voor de rijks hoogere burgerscholen met
Bjarigen cursus is de verhouding nog treu
riger; daar wordt over 'tgeheele rijk ver
deeld, door het rijk per jaar bijgepast f381
per leerling. Het hoogst staat Helmond;
daar moet het rijk voor iederen leerling der
h. b. s. f522 per jaar bijpassen. Zaltbommel
f 496; Winterswijk 1489; Warfurn 1486,
enz. Voorbeelden genoeg om aan te toonen
dat wij in Nederland hebben duur middel
baar onderwijs. Gaat men nu na hoe veel
of hoe weinig aan het eind van den 5jarigen
cursus de leerling kent, dan is de vraag
gewettigd, of zyne kennis, bovenal zijne
bruikbaarheid in d« maatschappij evenredig
zjjn aan de f1500 a f3300, door de geza
menlijke belastingschuldigen al dien tjjd
voor ieder hunner uitgegeven.
Dr. B. wjjst er ook op dat met name
te Tilburg, Gouda, Alkmaar, Assen, Roer
mond, Helmond, Zaltbommel, Winterswijk
en VVarfum gemiddeld slechts 8 a 12
leerlingen in een klasse zitten.
Nog wjjst hij, en terecht, op het volgende;
Een geschenk van f 300 a f 400 geeft dus
de Staat per jaar aan de ouders van eiken
jongen die de Hoogere Burgerschool bezoekt.
Zelfs een schatrijke vader kan dat geschenk
krijgen, als zjjn zoon maar bij het toelatings
examen slaagt, kan hij er van profiteeren.
Geen onderzoek wordt gedaan of hjj dat
„voorrecht" wel verdient, en het wel „noodig"
heeft; in het minst niet. Een categorie van
burgers wordt echter, tot nu toe, van die milde
Staatszorg uitgesloten, namelijk zij die te
arm zijn om de f 30 of f 50 schoolgeld te
betalen."
Dit zegt nu geen antirevolutionair, maar
een radicaal. Is het wonder, dal eindelijk
ook de arme bij den milden Staat aanklopt,
en vraagt: waarom hij ook niet gelijk zijn
vermogende medeburger van deze mildheid
mag profiteeren
Veldwinnend Socialisme.
Het beste bewijs dat een progressieve
rijksinkomstenbelasting in het Socialisme
thuis hoort, is, dat de heer Domela Nieu-
wenhuis verklaard heeft dat hij als sociaal
democraat deze belasting als eenige heffing
wenscht, mits aangevuld door een progressieve
successie- belasting.
Dit komt natuurlijk rechtstreeks neer op
onteigening van alle privaat vermogen ten
behoeve van den Staat.
De progressieve inkomstenbelasting conse
quent doorgevoerd, vordert gelijk met cijfers
bewezen is, ten slotte de volie honderd pro
cent rente voor de schatkist op; en de
successie-belasting van den heer Domela
Nieuwenhuis brengt op den duur het geheele
kapitaal aan den Staat.
Trouwens, dit wil het Socialisme ook
juist en het is eerlijk van den heer Domela
Nieuwenhuis dat hij het zegt. Doch men
kan nu zien hoe mannen als professor Buys
en anderen, die ieder willen laten behouden
wat hij heeft, met vuur spelen, door een
zuiver socialistisch denkbeeld als de pro
gressieve inkomstenbelasting met het gezag
van hun naam aannemelijk te maken voor
de schare.
Wel wanen zij door ergens een wille
keurige grens aan de progressie te stellen
de zaak onschadelijk te zullen maken, maar
dit zal het doprweiken van het beginsel
niet tegenhouden. Vergif is vergif, in hoe
kleine dosis ook genomen.
Het toont weêr in een concreet voorbeeld
de waarheid van Groens zeggen, dat het
liberalisme wel de takken maar niet den
wortel \an het revolutionaire staatsrecht
heeft uitgeroeid. De nieuwe loten die de
stam schiet, zijn dan ook zuiver revolutionair.
Indien nu in wetenschappelijke kringen
de socialistische theorieën zoo onomwonden
gehuldigd worden, dan moet men zich niet
verwonderen dat de Sociaal democratie, die
dezelfde dingen in de volkstaal predikt, onder
de groote menigte veld wint
D e koning van Italië, koning Humbert,
begint al meer zich te verzwageren met
de radicalen van het roodste soort. Niet
alleen, dat zijn eerste minister Crispy, vroe
ger tot de felste radicalen behoorde, doch
thans wordt de liberale regeering al meer
in den radicalen hoek gedrongen, al ver
volgt men nog steeds het socialisme.
Na een stormachtige bespreking in de
Kamer werd de tot gevangenisstraf ver
oordeelde socialistische afgevaardigde Costa
aan den cipier overgeleverd. Hij is een
van de 32 wandalen die, uit 5000 uitgepikt,
boeten zullen voor de schanddaden van 8
Februari des vorigen jaars. toen in halt
Rome de ruiten werden ingesmeten. Een
der gevangenen, Sbarbaro, werd in dien tijd
tot afgevaardigde gekozen.
Voorts besloot de Kamer een standbeeld
op te richten voor Mazzini, een heethoofd
die meer dan eens aan het hoofd eener
samenzwering tegen Sardinië's wettigen
koning stond, en van 's Konings grootvader
Karei Albert openlijk durfde getuigen dat
hij den dood waardig was, doch dat hij
hem eenvoudig spaarde, dewijl zjjn dood
Italië niet zou redden.
En nu geeft het niet alleen te denken,
dat de afgevaardigden des volks met alge-
meene stemmen dezen man een standbeeld
waardig keuren, nog treuriger indruk maakt
het dat Koning Humbert uit eigen zak
honderd lira's voor deze zaak afstond, nog
wel met de persoonlijke betuiging er bij aan
Crispy, (die daartoe opzettelijk ten paleize
ontboden was) dat de koning met deze
vaderlandsche ontboezeming hoogelijk is
ingenomen.
Óf hier karakterloosheid in het spel is,
of een zich schikken naar de omstandig
heden, weet men niet. Maar dit weet men
wel, dat Jong Italië onder de regeering
van een koning, die den ondermijner van
het koninkljjk gezag, den gloeienden repu
blikein zulk een hulde biedt, voor elke
mogelijke ramp blootstaat.
28 Maart 1890.
Middelburg. Dinsdagavond trad voor een
groote schare, daartoe uitgenoodigd door
de Chr. Jungelingsvereeniging Spr. 23 23a
professor D. P. D. Fabius op met een rede,
getiteld Voorwerpelijk. Het onderwerp,
schijnbaar een stuk ongenietbare philo-
sophie, werd op eenvoudige wijze, boeiend
en degelqk bihandeld.
Spreker wees, aan de hand van een Schrittw.
(Matth. 15 19) op de dwaling die in ieders
hart aanwezig is, die den mensch vaak laag
op andersdenkenden doet neerzien. Een
dier dwalingen, te verkeerder, naarmate
haar vorm verleidelijker is, is wel deze dat
wij te weinig objectief, te weinig voorwer
pelijk zijn.
Er is eene machtige trekking naar
het onderwerpel jke, het subjectieve. Deze
tout openbaart zich op tweeërlei wijze
lo. Door, waar het voorwerpelijke en
onderwerpelijke beide bestaat, alleen vooi'
het aanwezig zjjn van het eerste op te
komen.
2o. Door wat in objectieven zin be
teekenis heeft, in subjectieven zin te ver
klaren.
Spreker lichtte nu op eenvoudige wijze
de beteekenP van onderwerpelijk en voor
werpelijk toe. Er is eene waarheid, die
ah in betrekking tot den mensch staande,
de onderwerpelijke wordt genoemd. Waar
noemt men den mensch, die afkeerig is
van geveinsdheid. Hij betracht de waarheid
in onderwerpelijken zin.
Er is ook eene voorwerpelijke
waarheid, eene waarheid, die haar bestaan
heeft niet alleen in den mensch, maar van
buiten af komt en op zich zelve staat. Dit
wordt duidelijk uit de vraag van Pilatus:
val is waarheid? ook hieruit dat Christus
zich noemdede waarheid.
Tweeërlei waarheid duseene waarheid
als deugd eene waarheid, die buiten ons is.
De mensch is in zijn natuurlijken toe
stand ontbloot van waarheid. Door de zonde
is hij in een toestand' van leugen gebracht.
Doch er is een ontkomen. De weg naar
het leven, dien de Schrift ons aanwijst,
gaat door de waarheid. Die waarheid is
de voorwerpelijke en alleen daardoor wordt
de macht der zonde gebroken.
ZHGel. wees alsnu op de opvattingen in
deze dagen omtrent die waarheden. Er is
een zeker geroep om waarheid, om waar te
zijn. Meer dan eens heerscht in dat geroep
misverstand. Telkens verneemt men toch
dat de beteekenis van onderwerpe-
lijke en voorwerpelijke waarheid
niet verstaan wordt. Vandaar de dwaling
alsof er onderscheid bestaat tusschen waar
heid en beschaving. Er is een valsche
beschaving. Doch men is onwaar zoowel
door valsche beschaving als door gebrek
aan beschaving. Plicht van den christen is
óók beschaafd en wellevend te zijn.
We hebben behoefte herinnerd te worden
aan het: laat ons waar zijn, zoowel met
het oog op hen, die meenen dat eisch van
de waarheid is alles te zeggen wat voor den
mond ligt, die van de waarheid eene carria-
tuur maken, als met het oog op de onware
toestanden, waaraan men zich zoo licht
gewent. Spreker herinnert hier aan de
veranderingen van 1876 in de wet op het
ilooger Onderwijs, waarbij de dogmatiek
der [theologische faculteit werd weggeno
men. Zonder het eerste kan het laatste
niet bestaan. Toch heeft men, in strijd
met de waarheid, den naam gehandhaafd.
Theologie te bestudeeren aan de Rijks-Uni
versiteit is niet meer mogelijk. Dit werd
\öör de veranderingen in de Wet erkend
door hen, die er zich thans bij neerleggen.
Laat ons waar zijn Eilieve, is dit iets
andeis dan de prediking der wet De on
derwerpelijke waarheid immers is vrucht
van de voorwerpelijke. Doch, wat ziet men
thans? Roepende: «wees waar,» komt men
er niet tegen op dat stuk voor stuk, blad
voor blad, boek voor boek van de voorwer
pelijke waarheid wordt losgemaakt. Er
bestaat verband tusschen beide waarheden
en het bedenkelijk verschijnsel is dal een
zijdig gestreefd wordt naar onderwerpelijke
waarheid, misschien uit reactie tegen eene
doode rechtzinnigheid of tegen het vergeten
van den band tusschen deze en de objectieve
waarheid. Doch daarom is die eenzijdigheid
niet minder te laken.
Spreker toonde nu met enkele voorbeel
den aan, onder welke vormen zich het
subjectivisme voordoet.
Ie. Bij de prediking. Een oude vorm,
die voor een voorwerpelijke waarheid werd
gebruik?, neemt men om iets ondervyerpe-
lijks voor te stellen. De taak van den
leeraaris het Woord te ontvouwen. Menigeen
meent, dat hij verkondigen moet wat hij
zelf heeft ondervonden. Dit kan soms op
gemerkt worden uit de prediking van den
aanhet van den eersten Brief van Johannes.
Zulk een prediking veroorzaakt botsing, want
natuurlijk moet hij, die niet objectief maar
subjectief predikt, zeer omzichtig zijn.
Daarentegen, die de waarheid objectief hoort
verkondigen, ziet, of kan althans zien de
leugen in de prediking. De onderwerpelijke
spreekt uit zichzelven, hij verkondigt niet
den Christus, of liever hij predikt den
Christus voor zoover hij er deel aan heeft.
Hij geeft mededeelingen van zijn gelo ifser-
varingen. En dit leidt tot clericalisme.
Spreker ontveinst niet dat de verkondiging
van het Woord aan belangrijkheid toeneemt,
voor zoo verre de prediker deel heeft aan
wat hij verkondigtdoch de eisch blijft,
dat het Woord, niet naar willekeur of naai
de denkbeelden van den prediker, moet
verkondigd worden.
De beteekenis van voorwerpelijk tegenover
onder werpelijk legde de spreker in deze
woorden De prediking behoort te zjjn
de verkondiging van het Woord, niet die
van eigen geloofservaringen; het gebed moet
gemeenschappelijk zijn, niet een aanhooren
van wat de predikant zegt: maar al te dik
wijls wordt van 'tgebed een onderwerpe
lijke zaak gemaakt. (Spr. ziet in 't formu
liergebed een groote beteekenis en waarde;)
het rouwkleed geeft niet de stemming van
den mensch aan, maar herinnert hem aan
het verlies, dat hij leed; het feestkleed be-
teekent niet dat de drager er van vroolijk
is, maar wijst op de blijde oorzaken, die
tot het dragen daarvan aanleiding gaven
het ambtsgewaad wijn nog niet op de
stemming van den persoon, maar herinnert
hem en anderen aan het ambt, door God
hem opgelegd. Alleen het eerstgenoemde
in daze vier voorbeelden wordt tot het onder
werpelijke, het tweede tot het voorwer-
p e 1 ij k e gerekend.
Uit het vele schoons in deze voortreffelijke
rede nemen wij slechts wat spreker zei
over het huwelijk. Velen jagen de denk
beelden van Mr. van Houten schrik aan.
Wat deze verkondigt van het huwelijk is
zuiver onder werpelijk, subjectief. Degansche
wondeplek in het huwelijk ligt in het sub
jectivisme. Het huwelijk is, volgens de
voorstelling van Mr. van Houten, nietts dan
bloote genegenheid, overeenstemming des
harten. En natuurlijk wanneer dit niet
meer bestaat, moet, op dèt standpunt, de
huwelijksband weggenomen. De wetgever
maakt zich schuldig aan het kweeken van
onwaarheid, wanneer hij belemmert een
huwelijk te ontbinden. In het uitga ïgs-
punt van Mr. van Houten ligt de fout.
Immers, volgens de voorwerpelijke waarheid
is de huwelijksband niet de uitdrukking
vau bestaande genegenheid en dus ook niet
afhankelijk van de stemming des harten.
Bij ons allen ligt de kiem van de dwaling
die Mr. van Houten verkondigt. Spreker,
wijst hier nog op de verkeerde gewoonte
van verloofden om de wederzijdsehe betrek
kingen als familieleden aan te spreken.
Aan het slot zijner rede wees ZHGel nog
op de algemeene oorzaak, die den mensch
tot het streven naar het onderwerpelijke
leidt. Van het voorwerpelijke gaat een
sprake uit; waarnaar we niet willen hooren.
Het zegt ons, dat wjj diep gezonken zijn.
In plaats van op de beteekenis van het
rouwkleed en feestkleed te letten, vestigt
men de aandacht op den persoon die liet
kleed draagt! De mensch wil het altijd wif
zich zeiven uitmaken.
De vergadering werd gesloten met het
zingen van Ps. 25 4 en het gebed van
het »onze Vader» door den spreker.
Oranj.
Goes. De ei nd-examens der burger avond-
school zijn afgeloopen. Het schriftelijk
examen had plaats Vrijdag 21 Maart en
Maandag, Dinsdag en Woensdag des avonds
van 6 tot 9 uur. Het mondeling examen
Donderdag 27 Maart van 9 tot 3 uur. Van
de 14 leerlingen der burger avondschool
slaagden 10, zjjnde A. Matthijsen, J.
Hoogesteger, J. F. Sierevogel, Joh. Snoep,
A. Rogge, W. J. v. d. Dungen, H. Snoep,
J. O. Sinke, J. J. Sloover en J. M. Verburg,
allen van Goes.