1890. No. 56.
Zaterdag 8 Februari.
Vierde Jaargang.
V ER SCH IJ XT
G. M. KLEMKERK, te Goes
F. P. JTHUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTEXTIEX
Niet één, maar allen.
991/
103 I
103
881/3
Amsterdam 4 Febr. '90. j
taatsleeningen.
Vorige.
21/2 83Ve
3 984
31/3 102%
31/" 1C3
31/3 101% -
5 85% 85
5 97
4 89
41/» 993/8
5 89:1/1 89%
5
5 761/4, 76%
4 938/4,
8 63% 63%
4% 92% 931/4
5 10o% 105%
5 68 08%
5 102% 102%
5 lOll/j 101%
5 b6% 66%
4% IOII/4 -
4 94% 941/4
5 98% 983/4
4 69 69%
5 91% 911/;
"3/4 173/4
41/» 102
4 93% 94
5 1023/4
5 1003/4
43/4 41% 413/.
en Stedelijke Leeningen.
861 31/2 101% 101%
686 31/2 101% -
'inanciëele Ondernemingen
Aand. - 119% 1191/2
148 148
41/2 102
4 101
2 53
4% 102
4 101
)tenl. Aand. 52% 52%
41/» 101 -
4 lu0% lOOl/o
31/s 99% -
4% 101%
106% 106%
IO63/4
4 101% -
ll 2% -
4% -
289% -
42
41/2101%
r. w. s
dito
dito
iën
ynd.
;cj
PK
-8
18S8
62-81
Leen.
an.-Juli
'53-84
1888
ipe '98-'15
S. '54
300
100
pg
Lst 500
>7-69
4
up. Sch.
Obl.
ie C.
75
.76
76
id. '65
.ito
ink Pdbr.
dito
.and.
Pdb.
dito
Pdb.
lelde"
j. A.
Aand.
Oblig.
Aand.
Obl.
id.
1. Ad.
db.
Aand.
dito
3 81% -
Pandbr. 5
dito 4% 95%
,.-M. Obl. 7 93/g 10
orwegleeningen.
Jpw. Aand.
Oblig. 3
and.
Ad. 6
ito 3
Ir A.
louisa. f.
.lig.
A.
ad.
ind.
>bl.
)bl.
00
157
157
968/4
353/4
6 105
3 5 93/g 59%
- 108% 109%
- 126
5 IOII/2 10II/4
5 121% 121%
3 62% 62%
5 97% 97
4% 943/g 941/2
5 IO41/4
IOII/4 101
102S/g 102%
72% 723/4
70% 70%
Ad
Oblig.
-N.O.vO. 5
;ific 33
0 Oblig. 6 Uil/4
89
22% 223/g
327/g
to
ito
v. O.
a. obi.
dito
v. A.
Lnnd.
goud
v. A.
land.
ïg. 0
it. Ad.
Ad.
Obl. 6
1 C. v. A.
Oblig. 7
107% -
103%
773/4 773/4
961/4 -
1211/4 121Va
31 31
121% -
101
907/g 903/g
10% 93/4
109% -
73% 731/4
263/g -
107% 1073/4
112
1113/4 -
6 113% 113%
66% 663/g
IHV4' -
1013/4
0. v. obl.
Obl. 6
Obl. 5
sgmaatschappijen.
and. 1S9
blig. 4 102
dito 68
Oblig. 4 907/g
Aand. 62
Oblig. 41/2 100% 102
%ie-Leeningen.
3 f 100 1071/4 1073/g
3 100 1073/g
2% fr. 100 871/4 88%
f 2% 100 871/4 87%
14 250 114 114%
100 1513/4
100 155%
5 Z. B. 100 IOOI/2
5 100 152
3 fr. 100 507/g 51
3 400 17% 17%
ZEEUW.
elken MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p. 0,95.
Enkele nummers- 0,025.
UITGAVE VAN
en
van 1 5 regels 25 eent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Liberale en conservatieve raadgevers
trachten het ministerie te beduiden, dat
het Keuchenius nu maar moet loslaten.
Neemt het nu eenvoudig voor Keuche
nius een ander in de plaats, dan is alles
weêr in orde.
Op ééne voorwaarde hebben deze tegen
standers en halfvrienden onzer regeering
geljjk. De plaats van Keuchenius moet
namelijk door een liberaal of conseivativf
a la Goltstein worden ingenomen. Vooral
deze laatste zou den raadgevers naar den
zin zjjnhjj is een vjjand der Zending.
Kan minister Mackay het van zich ver
kregen een van dat slag op den open ge
vallen zetel te brengen, dan is alles in orde.
Dan is Keuchenius onschadelijk gemaakt
en mogen zjjne wederparljjders in de eerste
kamer poseeren als de mannen der ware
vaderlandsliefde.
Die triumf kan hun echter niet gegund
worden.
Immers zoo Mackay daartoe besloot, dan
verloochende hij niet alleen zijn gevallen
ambtgenoot, met wien hg zich gelijkdenkend,
geestverwant had verklaard, maar tevens hel
antirevolutionaire koloniale stelsel en de leer
dat, voor een zuur gezicht van den Islam
het kruis niet mag worden verdonkeremaand.
De vulsche neutraliteitsvlag door Mackay in
Nederland neergehaald, en door Keuchenius
in Indië bedreigd, zou dan, nogal door een
ministerie uit de rechterzijde beschermd,
weder fier en vrjj mogen Wapperen. Het
liberalistische stelsel dat van den Christus
moet gezwegen worden, opdat de Mohame-
daan zich niet ergere, zou dan en voor wie
weet hoe lang in eere worden hersteld.
Niets minder dan verzaking harer begin
selen wordt door deze raadgevers van de
regeering geëischt. Want dat zjj Keuchenius
door een zijner geestverwanten zouden
wenschen vervangen te zien, is te onzinnig
om er aan te denken. Iedereen erkent dat
niemand, zelfs onder zijne geestverwanten,
die eenige kennis van koloniën presteeren
kan, in de schaduw van den gevallene kan
staan, wat kennis en kunde, werkkracht
en ijver, ervaring en belangstelling in zake
Indië betreft. Een tweede Keuchenius is er
niet.
Bovendien al was er zulk een opvolger te
vinden, wat zou het baten?
Zie, Keuchenius was nu eenmaal geen
sympathieke persoonlijkheid. Te scherp, te
beljjnd, te ja tot in het zanikachtige
toe vasthoudend aan zjjne beginselen, dat
was en is hjj volgens deze raadgevers. En
wie der onzen zal dan ook ontkennen dat
deze overigens zoo bekwame staatsman in
vele gevallen de gave der bondigheid mist.
Maar dit alles was in hem nog te overzien.
Slechts dit eene dat hjj als staatsman,
als minister van koloniën de zending
schraagde en den hoofden aanzei dat zij de
prediking van het Christendom niet mochten
bemoeilijken, dat maakte elk samengaan met
hem onmogeljjk. Onze tegenstanders voelden
en voelen zeer goedhun stelsel van neu
traliteit moest er aan ofschoon het al sinds
jaren door eigen geestverwanten geoordeeld
was. De liberalist eischte dat het de christe
lijke regeering van een christelijke natie on
verschillig zou zjjn, of het christendom,endus
de prikkel tot beschaving in Indië leefde of
verviel. Hij wilde dat een christelijk his
torisch minister van koloniën «de Javanen
vrij zou laten op welke manier zij wilden
zalig worden.» En dit was van een christen
te veel gevergd.
Stel nu dat een geestverwant, noem hem
Wijnmalen of Ottelander of Groeneveldt of
welke namen meer men het publiek wil laten
slikken Keuchenius opvolgt. Dan moet
daze immers in deze zelfde lijn voortgaan.
Er is evenals voor Nederland ook voor Indië
maar ééne christelijke historische staatkunde
mogelijk en dat is die welke Keuchenius
afgedacht van de wijze van optreden
heeft gevolgd.
Keuchenius viel ook niet omdat hjj tot
zekere kerk behoort, welker naam bjj som
migen niet mag genoemd worden.
'Ware Keuchenius evangelisch of afge
scheiden, doopsgezind of luthersch ge-
weest, hij zou toch ook gevallen zjjn. Om
de eenvoudige redenzjjn staatkunde
beviel niet. Wat Mackay op schoolge
bied tot stand brachten Keuchenius krachtens
den eisch onzer beginselen op zendings-
gebied beproefde, dat was den liberalist
ongevallig. En zoek nu maar uit wien gjj
tot zijn opvolger hebben wilt. Mits hjj
antirevolutionair zij, zal hjj op dezelfde klip
stranden. De botsing zou niet kunnen uit
blijven. Niet de persoon, de richting beslist;
en met de christelijk historische richting op
koloniaal gebied kan de liberalist geen vrede
hebben. Krachtens zijn beginsel en overtui
ging nietook niet krachtens het geloof in
de neutraliteit, die zjjn leven lang in Indië
gehuldigd werden ook niet krachtens de
afwezigheid van ondervindingwat in Neder
land tot stand kwam, moet in Indië zich
nog baan brekende wetenschap dat
Nederlandeen christennatie is. Hjj kan
dus niet anders. Maar ook de antirevolu
tionair kan niet anders.
Overal waar de eere Góds op 't spel staat,
dt.ar is schipperen onmogeljjk. En dit weet
ook onze regeering zeer goed.
Keuchenius mag gevallen zjjn, zjjne tauk,
het regeeringsbeginsel der regeering viel
niet. Dat beginsel zit niet alleen aan den
persoon van minister Keuchenius, het zit
aan het geheele kabinet vast. Zjj zjjn niet
te scheiden. En indien minister friackay
dan ook als wjjlen minister v. Lijnden deze
beginselen kon verzaken, dan zou hjj zich
onmogeljjk gemaakten een goed deel van
het vertrouwen en de sympathie zijner
vrienden verbeurd hebben. Wie zal 't ech
ter mogeljjk achten dat deze gedachte maar
een oogerblik bjj hem en zjjne ambtgenooten
zal post vatten.
Hoe men 'tdan ook keere of wende
de raadgevtrs hebben 't aan het slechte eind;
zoowel in hun raad aan de regeering als eer-
i jjds in hun raad aan de Kiezers. Herinnert gij
bet u nog? »De provinciale staten behoef
den riet om,» zoo zeiden zjj, »da eerste
kamer is immers zoo goed, zoo verdraag
zaam» en de tweede kamer och de
liberalen waren immers ook vroom 1
Weet gij 't nog wat de heer De Kanter
zei in een toespraak aan de kiezers?
Hij betuigde dat «de liberalen het heerlijk
«.zouden vinden, indien de leer van Koning
Jezus werkelijk meer doordrong tot onze
hartentot onze samenlevingtot onze
wetten dal ook zij wenschlen, dat onze
Maatschappij gegrondvest ware op de
Ordonnantiën Gods.*
En nu zal bet een heele karwei zjjn
voor de liberale pers, om 't den eeuvoudigen
kiezers uit het hoofd te praten dut de
liberale oppositie in de Kamers en de uit
latingen tegen de christelijke historische
staatkunde vaD het kabinet Mackay
Keucheniusmet deze betuiging in jammer
lijken strjjd is geweest. Want dit voelt
de eenvoudigste onder ons welwenschen
dat onze maalschappjj gegrondvest wordt
op de Ordinantiën Gods en tegelijk het
werk der Zending in Indië zijn vrijen loop
weigeren, dat gaat niet.
En ook hjj erkent, voor zoover hij den
achtergrond der dingen ziet, dat het verzet
tegen den loop van het Evangelie, bewust
of onbewust, voortspruit uit I aal tegen den
Christus, geljjk dr. Schaepman in zjjn Aya
Sofia zingt en indertijd door het kamerlid
Keuchenius in de tweede kamer met eenige
wijziging werd nagesproken
De Kanter begreep 't woord bljjk-
j baar niet.
Neen, Staten-Generaal, 't mysterie van uw
lijden
Ligt dieper. Hem die kwam in volheid van
de tjjden,
Hem, die het woord vervulde aan 't zaad van
Abraham,
Des Vaders Eeuwig Woord, het vlekkelooze
Lam,
Den ongeschapen Zoon, uit Davids stam
gesproten,
Hem geldt uw haat, uw strijd
En iu dien strjjd sta of valle het gansche
ministerie Zij het herinnerdtegen
over den sirenenzang der revolutionairen,
aan een woord van een onzer geestverwanten
in de pers, bij een andere gelegenheid
uitgesproken
«Wie durft sterven zal leven, maar wie
in een kritiek oogenblik zich krampachtig
aan een toegeschoten reddingsplank vastr
klemt, duikt politiek ongetwjjfeld kopje
onder.
Het conservatieve wrak, vergeet het niet,
ligt nog altoos als baken in zee.»
7 Febr. '90.
Goes. Ter secretarie ligt ter inzage een
opgave van de uitkomsten der schatting van
perceelen voor de grondbelasting in deze
gemeente.
Wjj moeten niet te veel waarde
hechten aan de verschalende berichten om
trent het ministerie, die te hooi en te gras
door de pers worden opgenomen. Zoodra
ons officiéél iets bekend is, zullen wjj dit
melden. De Midd. Crl. wjjstin navolging
van Het Vaderland zeer terecht op de
mogelijkheid dat de namen van hen, die
in de pers genoemd worden als opvolgers van
den heer Keuchenius, verzonnen; zjjn. Als
voorbeeld wjjst het blad op den naam van
den heer v. Nunen die »van roomsch katho
lieke zjjde op den voorgrond gedrongen
werd.» Of men nu hieruit moet opmaken
dat de Haagsche Briefschrijver van de Midd.
Crt. roomsch katholiek is, weten wij niet.
Wel weten wjj dat deze de eerste is ge
weest, die in de pers «den naam van den
heer v. Nunen heeft op den voorgrond ge
drongen».
Aan L. J. Troupee te Borsele is met
15 Februari a. eervol ontslag verleend met
pensioen als rjjks veldwachter.
Lang niet alle liberale bladen vinden
de uitspraak der 20 liberale Eerste Kamer
leden zoo bijster gelukkig. Het Vaderland
b.v. schrijft:
Ook wjj hebben met gemengde gevoelens
van het votum der Eerste Kamer kennis
genomen. Om in te stemmen met de juich
tonen, speciaal door het „Handelsblad" aan
geheven, voelen wjj ons allerminst gestemd.
Wjj hebben behoord tot hen die na het
bewind Sprenger van Eyk het optreden
van den heer Keucheniuseen verademing
achtten, en dat wij langzamerhand onze
.illusiën moesten prijsgeven, heeft ons veel
gekost. Wij wenschen in dezen het belang
van Indië in het oog te houden, afgescheiden
van alle Nederlandsche partjj-politiek. En
dan zullen wjj allerminst ontkennen, dat er
reden was, ja reden te over, om het on
vruchtbare, in zekeren zin gevaarlijke
ministerieële leven van den heer Keuche
nius af te snjjden, maar dan verwijlen wjj
niet bij het oogenblik, maar vragen niet zon
der bekommering voor de toekomst: Wat nu?
Arm Indië, dat beurtelings aan verschil
lende regimes wordt onderworpen en den
staatsman niet kan vinden, die met scherpen
blik en vaste hand uw wonden peilt en de
genezing weet aan te brengen, die noodig
is 1 Zoo gjj aan de twintig vraagt, die den
val hebben veroorzaakt van den man, wiens
optreden in Indische kringen met groote
ingenomenheid is begroet, om na twee jaren
voor de diepste teleurstelling en ergernis
plaats te makemWat is uw program voor
Indië en zoo gjj aan de Regeering vraagt:
Kent gjj den man, die, met ware liefde voor
Indië bezield, in uw midden wil plaats
nemen, om Indië te geven wat het behoeft?
dan twijfelen wij, of gij een bevredigend
antwoord zult hooren.
En «Het Dagblad voor Nederland» zegt:
Men had dus reden om Keuchenius niet te
houden voor een man uit een stuk, geljjk hjj
voor zjjn ministerschap scheen te zjjn. Doch
al was hjj nu niet zulk een staatsman, als
men in hem zoo gaarne, ondanks zjjn eigen
aardigheden, zou hebben willen zien, het is
niet te ontkennen, dat deze minister van ko
loniën, die „gewoon liberaal" regeerde, eigen
lijk niets bjjzonders op zjjn kerfstok had staan
dat de 20 liberalen der Eerste Kamer kon
nopen hem zjjn portefeuille af te nemen.
Het blijkt dan ook, dat de liberale bladen
niets van belang weten op te noemen, tor
verdediging van de houdingder Eerste Kamer.
Van feiten geen spoor. Allerlei appreciaties
in 't algemeen, zelfs voorspellingen, ja ook
insinuaties moeten dienst doen om ons Hoo-
gerhuis te dekken.
Men redeneert alsof men te doen had met
iets dat van zelf sprak. Dat Keuchenius
weg moest, was nu eenmaal een axiomaen
axioma's behoeft men niet te bewijzen. De
allerzonderlingste argumenten worden verno
men; natuurlijk, want men is met de argu
mentatie niet gereed, omdat men gemeend
heeft, dat wel nooit iemand naar argumenten
zou komen vragen.
't Stond nu eenmaal vast, Keuchenius was
te wippen en hjj zou gewipt wordenreeds
geruimen tijd vóór de behandeling der onder
wijswet in de Eerste Kèrtner, heette het, de
Kamer zal die wet aannemen, want Keuche
nius moet vallen, en meer dan éen zoo'n hel
dendaad tegeljjk zou gevaarlijk zjjn voor de
liberale part jj. Daarom zouden dus ook Oorlog
en Marine ditmaal gespaard worden. Dit
was bekend.
Maar wat heeft die Keuchenius dan toch
eigenljjk gedaan? Behalve zijn geloofsuitin
gen kon men maar niets vinden.
Hoe groot de verlegenheid is van hen, dis
het votum der Eerste Kamer verdedigen,
kan men afleiden, enz.
En de Arnhemsche Crt. voegt daarbjj
De afstemming van hoofdstuk X getuigt
niet van politiek doorzicht. Kleine mid
delen en kleine argumenten waren het, die
de Kamer daartoe dienden; vooral persona
liteiten. Strikt genomen kan men niets
anders dan bezwaren tegen zjjn persoon
den heer Keuchenius tegemoet voeren. Dat
zijn richting noodlottig is voor Indië kan
alleen met dit voorbehoud worden aange
nomen, dat, aangezien de Minister veel
spreekt en schrijft, maar weinig doet, er
geen dadeljjk gevaar bjj zjjn aldus optreden
is. Het afdalen in kleinigheden is in strjjd
met de roeping der Eerste Kamer en tot
schade van haar prestigeeen hoog vliegende
adelaar moet geen vliegen vangen. Wat 13*
daar nu het geyolg van? Dit, dat er ver
storing komt in en ongelegenheid voor het
ministorie; er zullen weer ettelijke weken
aan rondzoeken en onderhandelen verloren
gaan, en inmiddels het weinigje leven, dat er
nog in 'lands bestuur te vinden is, moeten
stilstaan. De Senaat had behooren in te
zien, dat er door afstemming van de be
grooting van Koloniën en verwydering van
den heer Keuchenius voor het oogenblik
geen heil noch voordeel te behalen was.
Had zg willen te kennen geven geen ver
trouwen te stellen in het tegenwoordig
Gouvernement, dan moest zjj dat doen wan
neer er een wetsontwerp in behandeling
kwam, welks strekking en beginselen door
de meerderheid der Kamer werden afgekeurd>
Ter navolging. De a. r. kieivereeni-
ging te Amsterdam (er, reeds volgden enkele
kiesvereeningen haar voorbeeld) heeft de
volgende motie aangenomen
»De kiesvereeniging Nederland en
Oranje te Amsterdam.
Met smarteljjke verwondering kennis ge
nomen hebbende van het feit, dut de liberale
partij van haar zoo weinig gerechtvaardigd
overwicht in de Eerste kamer der sta ten-
generaal gebruik heeft durven maken ont
de begrooting van koloniën te verwerpen.
Met schier heel de pers van oordeel, dat
de beweegreden voor deze afstemming niet
kan worden gezocht in eenige minder doel
treffende handeling van den betrokken min,