1890. No. 55.
Donderdag 6 Februari.
Vierde Jaargang.
VERSCHIJNT
G. M. KLEMKERK, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIEN
GROOTHEID en VAL.
ZEEUW.
elken MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p. ƒ0,95.
Enkele nummers- 0,026.
UITGAVE VAN
en
van 1 5 regels 25 eent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
V Meer licht over Suriname.
De inlichtingen door den minister van
koloniën verstrekt in zake het geschil
tusschen den gouverneur en de koloniale
staten, geven recht om een oordeel uit te
spreken.
Gelijk wij vernamen, tellen de koloniale
staten negen leden (niet dertien, zooals door
ons gemeend was), meerendeels steunende
op niet meer dan 259 kiezers. Een dier
negen, de heer Muller welbekend, nad 't
voorstel gedaan inlichtingen te vragen om
trent de zaak der belastingweigering en
oproermakerij door de Para-negers. Hij
deed 't op een hooghartigen toon, die tevens
krenkend was voor het gezag van het
moederland. De overigen namen dit voorstel
aan, zonder maar een oogenblik op te
komen tegen den toon door den voorsteller
aangeslagen. Een hunner zelfs gaf al de
inlichtingen die te geven waren, waardoor
het vragen om inlichtingen aan de regeering
vrijwel overbodig werd en den schijn kreeg
van zoeken naar een conflict. Nu had de
gouverneur zonder bloedvergieten de oproe
rige bevolking tot volledige onderwerping
weten te brengenzoodat hij wat
trouwens de s.aten zelf erkenden vol
komen gerechtigd was de inlichtingen, die
zij ten overvloede toch reeds wisten, te
weigeren.
Maar nu beging de gouverneur de fout
van de staten hunne krenkende houding
jegens de regeering van 't moederland in
dit officiëele antwoord te verwijtenen dat
had hij, ofschoon hjj 't bij 't rechte eind
had, op die plaats moeten laten. Hij had
dit elders kunnen doen.
Maar om nu, zooals onze tegenstanders
doen, daaruit dadelijk de machtspreuk te
distilleerendat de heer M. Lohman voor
zijne taak niet berekend is, dat is zoo on
liberaal mogeljjk slechts partijdrift of
verregaande onnoozelheidof totale onbe
kendheid met de geschiedenis kan zulk eene
machtspreuk ingeven.
De heer Wertheim erkende 't in de
Eerste Kamer dat de koloniale staten te
Paramaribo naar uitbreiding van hun gezag
streven. Daarin kon hij zijne geloofsgenooten
aldaar, die de meerderheid in de staten
uitmaken, geen gelijk geven. De gouverneur
moet dus op schildwacht staan en nauwkeu
rig acht geven. Dat hij nu, daartoe gebracht,
3± FEUILLETON.
(iSchetsen uit het leven van Napoleon 1.)
XXV.
JEROME.
Wij willen nog iets mededeelen over dezen
broeder van Napoleon. Hij was, zooals gij
weet, door hem tot koning van Westfalen
verheven. In Amerika was hjj gehuwd
met Elizabeth Patterson. Dit huwelijk was
zeer tegen den zin van zijn broeder, die
niet velen kon dat de broeder des keizers
trouwde met een koopmansdochter.
Toen Napoleon naar Italië was, om zich
daar als koning te laten kronen, kwam
Jeröme te Lissabon op een Amerikaansch
schip waar als passagiers waren ingeschre
ven «de heer en mejuffrouw Patterson.»
De keizer bevond zich toen te Turin
en schreef aan zijn minister Fouché, te
vens zijn handlanger en hoofd der geheime
politie, dat Jeröme door hem bevolen was
zich over Toulouse en Grenoble tot hem
te begeven; en dat Fouché hem moest
gevangen nemen als hij zag dat Jeröme
dit bevel niet stipt opvolgde.
Jeröme voldeed echter aan zijn broeders
bevel, en vond hem te Turin. Hjj werd
slecht ontvangen. Napoleon eischte ont
binding van het huwelijk en beval hem
dat hij zich naar een van de schepen zou
begeven, die in de Middellandsche zee
kruisten, Jeröme was laf genoeg te gehoor.
in zijn weerstand te scherp was, is af te
keurendoch welk staatsman is zonder
fouten Had v. Rees er ook niet En
Smidt en Sprenger v. Eijk en Loudon en
wie gij maar noemen wilt, begingen ook
zij niet somwijlen vergissingen?
Wjj achten dan ook deze, fout van den gou
verneur van Suriname, niet van beteekenis
genoeg, om hem deswege terug te roepen.
Te meer daar de bevolking met hem in
genomen is, en het getal zijner tegenstanders
zich slechts schijnt te bepalen tot enkele
personen uit aanzienlijker stand, die tot het
denkend deel behooren.
Zoo wij Keuchenius nu reeds moesten
verliezen, zou zjjn opvolger niet verstandig
handelen, als hij om deze quaestie den
gouverneur terugriep. Bedenk daarbij ook
diens voorganger, de heer Smidt, had 't
meermalen te kwaad daar. Dat men na
Keuchenius' val, de Surinaamsche quaestie
gemakkelijker zal oplossen, dewijl Keuche
nius die oplossing in den weg stond, gelijk
zeker blad in Zeeland insinueert, is dan ook
geheel in strijd met de feiten. Reeds voor
Keuchenius in de Eerste Kamer over deze
dingen gevraagd was, had hij den gouver
neur van Suriname gelast, den post Repu
bliek, in het district Boven Para, weder
te doen bezetten door een detachement
infanterie onder bevel van een officier. Deze
laatste regeeringsdaad van minister Keu
chenius (zoo zegt de liberale Arnhemsche
Courant) verdient waardeering. Zij is dan
ook maar één staaltje van de altijd bezige
waakzaamheid en werkzaamheid, de nauw
gezette plichtsbetrachting die deze christen
staatsman tot den einde toe;beoelend heeft.
V Cijfers.
Het Centrum trekt hare conclusie uit
de jaarlijksche stijging van het getal jeug
dige zelfmoordenaars in Frankrijk. Van 47
per jaar, steeg hun aantal beneden de 16
jaar, sinds 1875, tot 67 per jaar. Het
aantal zelfmoordenaars tusschen de 13 en
14 jaar steeg van 20 tot 33van die tus
schen de 14 en 15 jaren van 31 tot 52
en die tusschen de 15 en 16 jaren van
57 tot 81 per jaar.
Nog wjjst zij op het volgende
In België bedroeg het aantal geboorten
in 1880 per 100 inwoners 3,21 en in 1887
slechts 2,97, Daarentegen vermeerderde het
zamen. Hij verbrak het huwelijk en vertoefde
twee maanden in de Middellandsche zee.
Dit verraderlijk gedrag bezorgde hem een
koningskroon. Hem werd een nieuwe vrouw
aangewezen in eene prinses van Wurtemberg.
Deze 20 jarige prinses, Katharina, kwam
den 20 Augustus 1807 te Parijs aan. Zij
had een zachtaardig en beminnelijk karakter.
Zij had deze eigenschappen van haren vade
geërfd doch ook haar lichaamsomvang deed
aan dien van haren vader denken. Deze
toch was zoo corpulent, dat hij geen ge
wonen stoel kon gebruikenen dat een
halve cirkel uit de tafel was gezaagd, wijl
hij anders onder het eten niet wist waar
zijn buik te bergen.
De prinses had er nog al tegen opge
zien aan een hof te verschijnen, dat in
betrekking tot pracht en praal den toon
aangaf voor alle hoven vun Europa. Doch
al haar schroom viel weg toen zjj zag hoe
minzaam zij ontvangen werd. Napoleon
ontving haar namelijk onder aan het bordes
der Tuilerieën, en toen zij meende een
eerwaarde buiging te maken, omhelsde hij
haar, bracht haar binnen en stelde haar
voor aan de keizerin en aan het hof, bene
vens aan de afgevaardigden van haar aan
staande koninkrijk Westfaler, die uitge-
noodigd waren bij de huwelijksplechtigheid
tegenwoordig te zijn.
Het huwelijk werd des anderen daags
gesloten.
Na den val der Bonapart.es bleef zij haren
man getrouw, niettegenstaande deze wel
aantal echtscheidingen van 26 in 1840, tot
356 in 1888.
Dit geeft te denken 1
V Schoolgeld.
Het Sociaal Weekblad geeft van zijn
irgenomenheid met het voorstel van even
redige schoolgeldheffing in de navolgende
bewoordingen blijk
Zooals men weet, is in de nieuwe school
wet niet opgenomen het voorschrift, het
welk tot dusver gold, dat op de openbare
school behoudens vrijstellingen voor on-
en minvermogenden voor ieder kind van
dezelfde klasse het schoolgeld hetzelfde moest
zijn. Met andere woorden: mogelijk gemaakt
is de invoering van evenredige schoolgeld
heffing; van een heffing, verschillend in
verhouding tot het geldelijk vermogen der
ouders. Wat wij beschouwen als een der
lichtpunten op het donkere veld der nieuwe
schoolwetgeving. Wel is waar zou de zaak
vrij wat grooter waarde hebben voor het
middelbaar en het hooger onderwijs. Doch
er is dan toch een begin mee gemaakt,
waarop men mag het vertrouwen het
verdere wel zal volgen.
Thans is de gemeenteraad van Voorst de
eerste geweest om van de bevoegdheid, door
den wetgever verleend, gebruik te maken.
Hij heeft, met den hoofdolijken omslag tot
maatstaf, besloten tot een regeling, volgens
welke zijdie in een der laagste klassen van
dezen omslag zijn aangeslagen, van betaling
van schoolgeld worden vrijgesteld, terwijl te
betalen zullen hebben (voor meerdere kinde
ren uit hetzelfde gezin van het bedrag) de
aangeslagenen
in de 4e klasse f 3,20.
Be en 6e klasse - 4,80.
7e tot en met 9e klasse - 8,—.
16® I) j! 1^®
13e klasse en daarboven 12.
Door de heffing op deze wijze te regelen,
zal voor niet meer dan een derde der school
gaande kinderen schoolgeld behoeven te
worden betaald, en wordt gerekend op een
som van f 2000, zijnde het bedrag, waarop
de opbrengst der schoolgelden bij het vast
stellen der begrooting voor 1890 is gevormd.
Het is een heele stap vooruit dat het
blad, welks redactie in de tweede kamer
zoo fel tegen de nieuwe wet gekant was,
aan deze mededeeling het volgende toe
voegt
Wij erkennen eenerzijds, dat de onzes
inziens niet overwegende bezwaren, die
tegen evenredige schoolgeldhefflng worden
eens reden gegeven had tot het tegendeel.
Zij volgde hem met al de toewijding harer
liefde, ook in zjjn ballingschap.
XXVI.
NAPOLEONS TERUGKOMST.
De overwinnaar keerde naar Frankrijk
terug, terstond na de sluiting van den
vrede. Hij liet echter eenige garnizoenen
achter in Saksen Coburg, Oldenburg en
Mecklenburg, om een oogje te houden op
Zweden, welks koning niet tot het verbond
met Frankrijk wilde toetreden.
Door dezen maatregel bereikte hij twee
doeleinden. Ilij hield de overwonnen vol
ken in bedwang en de bondgenooten in 't
oog, en hij vervreemdde tevens zijne solda
ten van hunnen geboortegrond. Afdanken
ging niet, en in vredestijd zooveel soldaten
in Frankrijk ledig te doen rondloopen ging
nog minder. Toch had deze handelwijze
ook een schaduwzijde voor den keizer;
want allerwegen werden de Fransche sol
daten gehaat; en zoo werd de wraak van 1814
en 15 in de hartenjvoorbereid. Al wat Fransch-
man was, verafschuwde men.
Te Parijs was men trotsch op zulk een
keizer, en toch verafschuwde men hem.
Van de keizerin af tot den laatsten dag-
looner toe, alles vreesde hem.
»Ik zie web zeide hij eens tot zjjn vrouw,
»dat al die door mij gemaakte hertogen
zich onaf hankelijker gevoelen dan te voren.
Rijk en getiteld zullen zjj trachten zich
van mij vrjj te maken en van mij van daaa
aangevoerd, geringer zijn in een plattelands
gemeente, dan in een grootestad; anderzijds
dat zij in de eerste gemakkelijker is in te
voeren dan in de laatste. Doch met dat al
juichen wfi het gegeven voorbeeld
toe, en blijven wij er met verlangen naar
uitzien dat het ook in steden worde
gevolgd.
Mogen onze gemeenteraden dezen on-
dubbelzinnigen wenk in gedachten houden
Een klacht.
Velen, onzer vrienden kunnen een ze
keren weerzin niet van zich zetten over
het roekeloos bedrijf van twintig liberalen,
kwakzalvers op koloniaal gebied, die den
ministrieëelen levensdraad van onzen Keu
chenius hebben afgesneden. Een bedrijf, 'e
roekeloozer nu uit mededeeling van »Haag-
sche briefschrijvers», waar wel eens een
enkel liberaal kamerlid onderdoor laopt,
blijkt dat 't de bedoeling niet is geweest
hoofdstuk X af te stemmen. Maar niet
zij alleen hebben gezondigd. Ook de rech
terzijde, ook minister Mackay had anders
kunnen handelen.
Toen de liberalen hunne philippica tegen
minister Keuchenius geëindigd hadden, toen
had flink en fier een lid der rechterzijde
moeten opstaan om het voor den minister
op te nemen. De geheele rechterzijde was
immers niet door de influenza aangetast,
al waren misschien enkele leden nog niet
volkomen hersteld. De roomsche leden zijn
misschien allen van het conservatieve soort
Bahlmannv. Nunen, of branden niet
genoeg van geestdrift voor de antirevoluti
onaire staatkunde van dezen minister;
maar waarom) stond dan ons eenige anti
revolutionaire lid, de heer v. Lijnden, niet op
om voor zijne sympathie, de sympathie der
geestverwantschap uit te komen Van
1 jjnden v. Sandenburg in zijne goede dagen
zou het niet hebben nagelaten.
En toen ook v. Lijnden niet opstond, had
toen het zjj met eerbied gezegd onze
premier, had minister Mackay het onver
trouwbare, het critieke der omstandigheid
r.iet moeten inzien en bjj gebrek aan hulp
in de Kamer, als hoofd van het geheele
kabinet, een kal neerend, een waarschuwend
woord moeten doen hooren Of zoo be
scheidenheid hem noopte Koloniën zelf eerst
het woord te gunnen, had hij toch de voel-
te loopenmaar ik zal hen wel inhalen.»
In den morgen van 27 Juli was de keizer
op St. Cloud teruggekeerd. Prinsessen,
ministers en leden der Staatslichamen maak
ten hunne opwachting.
»Thans is de vrede op het vasteland ver
zekerd,» zeide hij tot hen; »en ook dien
op zee zullen wij spoedig verkrijgen door
vrijwdlige of gedwongen medewerking van
al de mogendheden van het vasteland. Met
Rusland heb ik een vast verbond gesloten.
Thans ben ik lang genoeg generaal geweest,
thans word ik weder eerste minister.»
't Is mogelijk dat de man het meende.
Op den 15 Augustus had het Napoleon-
feest plaats. Parijs, ja geheel Frankrjjk
feestte. Zoo in als buiten 't paleis was
alles in geestdrift. Napoleon vertoonde zich
dan ook meermalen met de keizerin aan
de hand als om de geestdrift nog aan te
vuren. Menigmaal begaf hjj zich vermomd
in den tuin van het paleis. Daar hoorde
hij onophoudelijkLeve de Keizer. Ook
een klein kind riep dit. De keizer zeide
tot dit kind»Waarom roept gij, leve
de Keizer En het kind antwoordde
»Mijn vader en moeder hebben mij geleerd
veel van den keizer te houden en veel voor
hem te bidden.»
Zoo verhaalt althans Thiers. Waarschjjn-
ljjker is echter wat anderen mededeelen,
dat de geestdrift voor Napoleon zoo heel
groot niet was.
Wordt vervolgd.