TM CHRISTELIJK- NIEUWSBLAD HISTORISCH VOOR ZEELAxND. 1889. No. 120. Zaterdag 13 Juli. Derde Jaargang VERSCHIJNT G. M. Klemkérk, te Goes F. P. D'huy, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTEiWIEN: L elken MAANDAG- WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p. Enkele nommers f0,95 - 0,02' UITGAVE VAN EN van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 6 cent. Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel, meer 10 cent. Bij dit nummer behoort een bijvoegsel. Raadsverkiezingen. Dinsdag 16 Juli, dat is aanstaanden Dins dag reeds, moeten onze kiezers weder in het vuur om nieuwe raadsleden te kiezen, of het mandaat der oude te vernieuwen. Wij zijn niet in staat voor éèn enkele gemeente in het krijt te treden. Wij moeten rekening houden met toestanden, omstan digheden, werkkrachten. Het gaat niet op een wenk te geven voor allen geldend. Toestanden. In sommige gemeenten is men nog zoo achterlijk dat men met de verkiezing voor raadsleden handelt als gold het een kerkeraad. Hier werpt men iemand uit, dewijl hij «synodaai» is. Daar bestrijdt men een verdienstelijk aftredend lid, omdat hij op kerkelijk gebied ging «doleeren» elders brengt men persoonlijke vriendschap, ongenoegen of andere buiten den raad thuis behoorende quaesties op het tapijt, om een candidatuur van bevriende zjjde te doen mislukken. En in al deze gevallen offert men het algemeen belang op aan eigen per soonlijke ingenomenheid. Zoo zijn de toe standen (*j Ook de omstandigheden waaronder de verkiezingen voor den gemeenteraad zullen plaats hebben, zijn zoo verschillend. In de eene gemeente nam de tegenpartij, beseffende dat bekwaamheid en beginselen moeten samengaan, onze eandidaten over, terwijl men in andere zelfs de namen dier eandi daten niet noemt, spijt twintigjarige plichts betrachting en ervaring, die in een onzer steden niet eens meer schijnt geteld te worden. In nog andere gemeenten nam men twee of meer onzer eandidaten over, en liet de anderen in den steek. Elders trachten de roomschen, vermoedende dat zij meerderheid in de gemeente zijn, die meer derheid ook voor zich in den raad te veroveren, en de onzen te weren. Een onbetwistbaar recht voorzeker, doch dat wel eens scheej kon uitloopen. Er is hier en daar troebel water, waarin gevischt zal worden. Op sommige plaatsen treden ook werkelijk verdienstelijke liberalen afzuinige mannen die het voor de gemeentebelangen tegen het dagelijksch bestuur opnemen; en het doen gevoelen dat volgens de Wet de Raad over heid is en niet de burgemeester. Met al deze omstandigheden hebben wij te rekenen. Maar ook de werkkrachten zijn verschil lend. Bekwame, gewillige mannen die tijd hebben om zich aan de gemeentezaken te wijden, en wat meer willen doen, dan af en toe eens in de gemeentekamer een uurtje te komen zitten praten of luisteren of mis schien wel geen van beiden te doen, zulke mannen zijn waarlijk niet dik gezaaid. Er zijn kiesvereenigingen die hunne roe ping verzuimen; die zelfs de énergie missen om als de vijand voor de poorte staat, de bezetting bij elkander te trommelen. Of, zonder beeldspraak gesproken, die zelfs niet eens samenkomen om eandidaten aan te ■wijzen; weer anderen, die jaarlijks slechts v°or dit eene doel samenkomen. Maar wij £1 Ons zijn een paar dorpen in Zeeland bettend waar geen tien „liberalen" wonen; en waar zij by gemeenteraadsverkiezingen aank zy de kerkelijke quaestie toch de meerderheid halen. Tegen de guiten onder nen, die de kerkelijke quaestie ook in de raadsverkiezingen sleepon, zij men op zijn vallen haar niet hard wanneer zij klagen over te weinig krachten. Er zijn gemeenten, waar men niet weten zou, waar de men candi daten als boven omschreven, vandaan moest halen. Weer andere kiesvereenigingen laten de geheele leiding der verkiezingen op één persoon aankomenen als 't dan nog op stemmen aankomt, dan stemmen zij nog op eigen handje, en doen alsof de kies- vereeniging niet bestond en geen eandidaten gesteld had. Gezwegen nog van de ver deeldheid en het gebrek aan nadenken, aan de persoonlijke voor- of, tegeningenomen- heid, waardoor men zich bij het kiezen der kandidaten vaak laat leiden, en daardoor zoovele geschikte krachten buiten ge vecht stelt. Op al deze dingen moeten de kiesvereenigingen meer de aandacht vestigen, en er tegen ijveren. Wij hebben genoeg gezegd om te bewij zen, dat wij ons niet in de gemeenteraads verkiezingen van afzonderlijke gemeenten kunnen mengen. Den kiezers geven wij alleen den raad zich stipt te houden aan de besluiten der kiesvereenigingen, ook, al zij die nu niet zoo bepaald naar hun zin. Hoeveel raadsleden moeten er in uwe ge meente gekozen worden Evenzcoveel na men moeten er op uw briefje staanallen in geval 't niet wenschelijk is een der li berale eandidaten te laten vallen, en de kiesvereeniging besloot één -plaats open te latendan stemt gij een lid minder. Nu zijn er altijd kiezers, die zeggen zoo veel mannen er in den Raad moeten, zooveel namen zet ik op mijn briefje. Goed. Maar welke namen zult gij er nu opzetten Wel doodeenvoudig. Den naam van den candidaat tegenover wien geen candidaat gesteld werd, of een candidaat uit uw eigen partij buiten het lijstje doch in geen geval een der andere tegencandidaten. Want zoogijdit doet, zijt gij oorzaak dat bijvoorbeeld uw candidaat, zoo hij het eenige aftredend raadslid uwer partij is, uitvalt. En op plaatsen waar de onzen overtuigd zijn van het zui nig beheer der gemeente en van de werk kracht en goede gezindheid der aftredenden, terwijl deze een goeden naam hebben bij alle partijen, daar zouden wij zeggen, han delt daar naar uwe overtuiging. Eigenlijk moést- er bij raadsverkiezingen geen sprake zijn van I. of a.. In dit opzicht bracht de groote pers ons op het dwaalspoor. Maar houd er die richting eens buiten vooral als men ziet dat in sommige gemeenten kiezers, zoogenaamd onpartijdigen, zooge naamd van alle richtingen, bijeen komen eri. a"e.en liberale eandidaten aanwijzen, ter wijl zij een verdienstelijk antiliberaal of door een der hunnen, of door een ander anti-liberaal vervangen. Zoolang dat gebeu ren kan, moeten wij ook wel op de richting der eandidaten letten. Van daar dan ook dat op enkele plaatsen de kiesvereenigingen aan de eandidaten instemming met haar program voor gemeen teraadsverkiezingen vraagden die met dit program niet meegaat, kan natuurlijk de candidaat van zulk een kiesvereeniging niet zijn. Maar zooals gezegd is, wij kunnen geen maatstaf aangeven. Wij zouden alleen onzen vrienden in de provincie wdlen toe roepen Denkt ook bij het uitbrengen van uw stem aan het woord «Ken den Heere in al uw wegenen Hij zal uwe I paden recht maken.» 1 Uit bovenstaande blijkt voorts dat wij nog steeds van meening zijn dat zoowel onder liberalen als niet-liberalen nog mannen voor den gemeenteraad te vinden zijn, die wij gerust mogen stemmen. Toch lette men wel op het liberale be ginsel van eerstgenoemden, op hun uit gangspunt dat juist ligt tegenover netonza Wij zouden de tering naar de nering willen zetten velen hunner keeren de zaak om en zetten de nering naar de tering. Althans in zake onderwijs. In andere zaken be trachten allen vrijwel evengenoemde oud- Hollandsche spreukdan zijn allen nuchter. Moet er dan bijvoorbeeld een straat verlegtI worden, dan zegt de liberaal terechtde burgerij kan deze uitgaaf niet velenzij is al genoeg bezwaardlaten wij 't nog eens uitstellen. Maar kom nu eens aan den post onder wijs. Dan zijn de gedachten heel anders. Dan is hetdit of dat moet er wezen. Zoo groot, zoo veel, zoo duur, moet het zijn; desnoods een «Verordening» gemaakt die al deze zaken voorschrijft, en dan moet de belasting daarnaar geregeld. Is er te kort, dan maar geleend, of het percentage der inkomstenbelasting weer maar verhoogd. En als dan van een gemeente onverwacht grootere geldelijke offers [gever..d worden wat dan? Wij hoorden tot nog toe in zekere ge meente, die in dit treurig geval verkeert, nog geen enkele stem opgaan, om den eandidaten daarnaar te vragen. In geen enkel kiezershoofd kwam het op, bij zijn toekomstige raadsleden eenig licht te zoeken in deze duisternis. De eenige vraag, die woog, wasZijn de eandidaten liberaal of kunnen zij er voor door gaan Dit zijn ongezonde toestanden, die mis schien in Zeeland nog wel een tijdje zullen voortduren. Zeeland is op elk gebied ach terlijk. Maar 'tis toch goed dat van de zijde van het niet denkend deel er de aandacht even op worde gevestigd. De kiezers mogen voorts vrijelijk beslissen. 12 Juli 1889. Tweede Kamer. De klare wijn werd gistereo niet aan de linkerzijde der kamer, aan den kant waar de liberalen zitten, ge schonken. De beer Roëll toch was de tolk der liberalen om in een zoogenaamde in terpellatie te betoogen, dat het ontwerp tot wijziging der schoolwet vooreerst niet kon behandeld worden. Het was er weer net mee als met de werkzaamheden der Pro vinciale Staten bij de kiestabelVeel geschrijf en de Kamerleden moeten dit alles goed lezen. Er is veel tijd van voorbereiding en studie noodig. Ook de heer v. d. Kaaij tapte uit dit vaatje. Hij vroeg waarom men toch zoo n haast wilde maken met die schoolwet. Men wilde immers alles nauw keurig onderzoeken. 'tls dus weer het oude liedje. Buiten de Kamer zorgen de heeren, dat hunne vriendjes in de nieuwsbladen vooral schreeu wen dit «fijne» ministerie doet niets. Maar in de Kamer verloochenen zij die vriendjes weer en vragen heel naïef aan de regeering, waarom zij zoo'n haast maakt. Maar de heer Lohman rukte de liberale partij dit masker van het gelaat door te doen uit komen, dat de behandeling der wet zoo lang niet kan duren. Zooveel studie vereischt zij niet, zei spreker. De inhoud van het verslag is voldoende bekend door de be handeling in de sectiën. Zooveel geleerdheid zit in dit erslag niet, om er lang over te peinzen. Het is hier de vraag, of men de zaak wil of niet. Waarom haar dan op te houden 1 Zelfs is het een voorrecht dat verslag, en antwoord der regeering gelijk tijdig verschijnendit is ook in 't belang van een onpartijdig oordeel. Zich daarop tol de regeering wendende, vroeg de heer Lohman of zij dit jaar de onderwijswet nog wenschte te behandelenof zij nog laDgen tijd noodig heeft voor haar antwoord. Aan de rechterzijde der Kamer wenscht men spoedige Behandeling. Het is dan trouwens ook geen quaestie van van daag of gister. Zij houdt «Ie natie reeds jaren bezig. Wij zijn het met het Goesche Kamerlid eens. Waarom nu getalmd Ondubbelzinnig luidde minister Mackay's antwoord: Na ontvangen op 28 Juni van het verslagheb ik terstond het ant woord voorbereid doch ik heb verschillende staten noodig, die eerst de volgende week gereed zullen zijn. Zeer zeker zal een spoedige behandeling de regeering aangenaam zijn. De heer Roëll had ook gezegdAls de wet dit jaar deorgaat, hoe zal dan de Staatsbegrooting er op ingericht kunnen worden als de wet pas 1 Januari kan worden uitgevoerd? Wel doodeenvoudig, antwoordde de minister, dan trekken wij memorie- posten uit. Ja maar hernam de heer Roëll vele gemeenten zullen geldelijk benadeeld worden. Natuurlijk zei hg er niet bij, dat onder de tegenwoordige wet, de ge meenten veel te rijkelijk bedeeld waren geworden, en zg wel wat al te kwistig met de Staatsbijdrage hadden geleefdzoo dat de tijdelijke geldelijke moeilijkheid dier gemeente aan haarzelven te wijten was. De minister vond het dan ook beter, dat geschreeuw over benadeeling dier gemeenten eerst eens wat over te laten gaan. Ja maar zei de heer Roëll nog hoe zullen dan die gemeenten het behoorlijk getal onderwijzers kunnen aanstellen als de gemeentebegrootingen reeds zijn vastgesteld? Maar mijnheer Roëll 1 was het antwoord, trekken zij dan geen post voor memorie uit, om een onderwijzer aan te stellen Het volgens de wet vereischte aantal moet er immers toch zijn Als er onwillige gemeenteraden zijn, dan zijn immers Ge deputeerde Staten er ook nog om hen tot hun plicht te brengen De slotsom is deze Aan welke zijde zijn de bezwaren Wie wil de wet uitstellen De regeering of de «liberale» partij Zouden de heeren de wet willen verwerpen, en, wetende dat zij dan het ministerie wegjagen, er tegen op zien, terstond de teugels van het bewind in handen te nemen Zien de heeren soms in dat, als zij nog dit jaar tot regeeren geroepen werden, zg niet klaar zouden zijn en hunne nog niet half herwonnen reputatie bij het vlottende kiezers personeel andermaal zouden verspelen Blijke al meer, dat minister Mackay niet met zich laat sollen. De antirevolutionaire kiesvereeniging te Biezelinge stelde gisteren tot eandidaten voor den gemeenteraad, S. Wisse (a) aftre dend lid, en tegenover A. Nijssen (1) aftredend Jacob. Zegers

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1889 | | pagina 1