IINES. E N". CMRISTELIJK- NIEUWSBLAD HISTORISCH VOOR Z E E L A «N D. NGEN 11 Juli ;h by Breda, i-Sigaren, EMANUEL, KOOMAU, RE ESSCHEN. 1889. No. 116. Donderdag 4 Juli. Derde Jaargang. VERSCHIJNT PRIJS I)ER ADVERTENTIES; G. M. Klemkerk, te Goes F. P. D'huy, te Middelburg. Christelijk Nationaal Onderwijs. Paul Rabaut 6'-t; IE P. nheid per spoor id) 5,40; Middel- Arendskerke 6,17, ige 6,40. Kruinin- dijke 7,4, Rilland ibosch. 2e kl. fl,50, ART EN zijn te tations van 1 tot én uur of zooveel lepaalde getal is lichtingen zie men a dat voor 4-5 ets. de corresponden- :biljetten vermeld. "VAN HOEVE, Secretaris. lEBIASD. lijk kapitaal inzend Gulden. d ter leen onder op gebouwde en on- n, tegen matige inte- ke a flossy, g g i n g uitgifte van n toonder of op naam, 00 en f 50 tegen eene iger voor Zeeland, TE G OES. .berij de Jonge, Goes. CLB.- ROTTERDAM. 1 i. dag, Zaterdag. Van Middelburg 9.15. ui Rotterdam 9 45 u. nsdag 9 van Vlissingen 15. Van Rotterd. 9.45 OTDIENST irg en Zierikzee. .zee Spoorweg Goes, li. Van Zierikzee Dinsd. 2'smidd. 1,— Woen. 3'smorg. 7,30 Dond. Vrijd. Zat. Zond. Maan. Dinsd. 4 5 6 7 8 9 2 ZEEUW, UITGAVE VAN ELKEN MAANDAG- WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND. van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. Prijs per drie maanden franco p. p. f 0,95 EN Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel. Enkele nommers - 0,02= meer 40 cent. Aan het verslag der jongste vergadering van bovengenoemde Vereeniging ontleenen wij het volgende Alsnu ontvangt de Secretaris, de heer B ij 1 e v e 1 d het woord, die verslag geeft van de werkzaamheden van het hoofdbestuur in het afgeloopen jaar. Spr. behandelt eerst hoofdzakelijk de kwestie van Scharnegoutum, waar de hoofdonderwijzer T.'de Jong naar I aanleiding van de kerkelijke kwestie, door zijn schoolbestuur ontslagen werd. Van dit vonnis verzocht de hoofdcommissie revisie, waarop het schoolbestuur voor de subsidie bedankte. Te Scharnegoutum werd toen een nieuwe school opgericht, met den heer De Jong aan het hoofd. Deze school vroeg subsidie, het oordeel van den districtsraad werd daarover gevraagd, die op onvoldoende gronden afwijzend adviseerde. Een nader advies werd verzocht, dat nog niet is inge komen, zoodat de zaak nog hangende is. Hierna behandelt spr. een kwestie omtrent de normaallessen te Utrecht, waar twee der onderwijzers, wegens sympathie voor de Reformatie, ontslagen werden door Regenten van de diaconiescholen, zooals men meende- zonder daartoe recht te hebben. De hoofd commissie steunde de normaallessen tegen' over de Regenten. Naar aanleiding van het door de hoofdcommissie ingenomen stand- punt, is gezegd dat zij fanatiek is, maar ze is zóó fanatiek, dat ze in Anjum een Herv. onderwyzer, en in Scharnegoutum den heer De Jong de hand boven het hoofd houdt; zóó fanatiek dat ze den spreker in den eenen districtsraad en Ds. Nierstrasz in een anderen herbenoemt. Dit verslag komt thans in behandeling. Ds. M ui der van Meppel wenscht de kosten der districtsraden verminderd te zien. De heer M. W i eg an d wraakt enkele uitdruk- kingen van het verslag, betreurt de tegen- De 6,— 7.30 7.30 7,30 7,— prediker der Woestijn, of getrouw, tot in den dood. XXII. EEN BANGE URE. Terwijl zoo Rochette en de gebroeders Grenier met Paul Rabaut en diens zoon spraken en elkander troostten, opperde Rochette de vraag of men hier niet eens samen kon zingen. «Deze gevangenis is immers een tempel des Heeren «Ja,» zeide Rabaut, na het gewelf onder Gods hemel is er geen schooner dan dat eener gevangenis, als men om des Evan gelies wil daarin vertoeft. Maar mogen we zingen Dat wordt zeker gehooi d «Men is het van ons gewoon!» «En laat men u dit toe?» «Zij moeten wel, willen ze ons geen slot op den mond leggen Rabaut hief nu zelve den sclioonen en heerlijken 116en psalm aan. Met diep geroerde harten zongen allen mede, het eene vers na het andere. Zij zongen met verheuging van het huis des Heeren, waarin zij zouden gaan, als van het Vaderhuis met zijn vele woningen, waar Dij hen was voorgegaan om wiens wille zij verwaardigd werden smaad en gevangenis te doorstaan. En omdat hunne banden geslaakt waren, konden zij zonder vrees en met verheuging de verbreking huns lichaams tegemoet zien. Was ook voor hén niet de prikkel des doods weggenomen? Intusschen begon de Januarizon zijne laatste bleeke stralen doer de ijzeren traliën woordige verdeeldheid, vraagt van de hoofd commissie een middel tot verzoening en wering van den schadelijken invloed, dien de verwerping van de motie-van Veen te Amersfoort voor de Vereen, had. De heeren Nfjland en Peringa van Utrecht bren gen de kwestie der nor maallessen te Utrecht ter sprake, en betreuren de houding van de hoofdcommissie in deze zaak. Na langdu rige discussie "werd een motie van den heer Van der Sluis te Delft aangenomen. Deze motie luidt: „De vergadering, van oordeel, dat zij niet in staat is, zonder nadere kennisneming haar oordeel uit te spreken over de gedrags lijn, door het hoofdbestuur gevolgd in zake de subsidie aan de Utrechtsche Normaalles sen; overtuigd dat het hoofdbestuur ook in deze zaak niet anders wenscht te handelen dan naar de regelen van billijkheid en rechtvaardigheid; noodigtvhet hoofdbestuur uit, bedoelde zaak te willen doen onderzoeken en definitievelyk te regelen door een speciale commissie, bestaande uit drie leden: één te benoemen door deze vergadering, één aan te wqzen door het hoofdbestuur en één aan te wijzen door de Utrechtsche onderwij zers, die aanspraak op subsidie meenen te te hebben; en gaat over tot de orde van den dag." Thans is men genaderd tot de behande ling van het ontwerp tot wijziging dei- schoolwet. De heer Mr. Th. Heemskerk leidt de bespreking in, en wijst er op, dat het nu voorgestelde zijn ideaal niet is, de openbare school blijft bestaan, alleen ligt aan het regeeringsontwerp een voor de vrije school mildere uitlegging van de grondwet tot grondslag. Spr. zou liever de geheele openbare school zien verdwijnen, het schijnt hem toe, dat het oude «Nut» zijn zorgen aan het onderwijs der liberalen moest wijden. van het vengter te werpen. De tijd was nu inderdaad verstreken. «Mijne vrienden zeide Rabaut wij moeten heen. Ik hoop u nog weder te zien men heeft mij beloofd, dat ik dit bezoek mag herhalen en tochZijn stem beefde, hij moest de tranen terugdringen Daar gaat intusschen de deur open en treedt een bewaarder binnen met de bood schap Mijnheeren I nog ten bezoekHet zal u wellicht minder aangenaam zijn maar «Ik vermoed, het is pater Bourgues zeide de jongste der broeders Grenier. «Neen, hij is het niet! Een ander komt in zijn plaats....» «Zooeen priester dus «Ja.» »VVel nu! hij kome. 't Zal er trouwens ook wat aan afhangen of wij het goed vinden merkte Jean er schertsend bij op. «Hij zal toch wel komen, of wij hem te woord willen staan of niet «De raven ruiken den doodzeide de oudste. «Zij konden ons toch v\el eens zeer levendig vinden. De eerste is geslagen, hij zendt zeker versche troepen «Daar is hij Stil De priester trad binnen. Hij was lang en mager, hoog van voorhoofd en met kleine oogen, het hoofd een weinig ter linkerzijde gebogen. En hoewel het scheen dat hij meer gewoon was te heerschen dan te gehoorzamenmeer te dreigen, dan hoffelijk te zijn deed hij nu zijn belt zoo zachtzinnig mogelijk, ja zelfs eenigszins onnoozel er uit te zien. Het le punt van gewicht in dit ontwerp is, dat de voorkeur, die de overheid voorheen aan de neutrale school gaf, is vervallen. Daarin ligt een vierkante ommekeer. Nu is het denkbeeld verdwenen, dat de open bare school den geest der natie vertolkt, zoodat die school het karakter van een behulpsel erlangt. In de wfjze van subsidiëeren gaat de overheid in 't vervolg op gelijken voet te werk, zoo voor de openbare als voor de bijzondere school. Spr. zet vervolgens de beginselen uiteen, waarnaar de rijkssubsidie zal worden verleend, en de voorwaarden, waarop de ondersteuning wordt verschaft. Die ondersteuning echter en dat mag niet over 't hoofd worden gezien maakt vol strekt de medewerking van degenen, die nu voor onze school arbeiden, niet overbodig. Integendeel, zonder dien steun ku inen moei lijk onze scholen blijven bestaan. In vele gevallen toch zullen nieuw aan te stellen hulponderwijzers de rijkssubsidie opeten. Bovendien moet onze schoolbevolking worden uitgebreidmen moet de kinderen van de openbare school zien te trekken: eerst dan zullen de Staatsscholen verminderen. Niet minder, maar meer toewijding zal worden gevraagd, onafgebroken moet de strijd voor deze onze school voortduren. Ds. H. P i e r s o n is niet overtuigd dat deze wet ons op den goeden weg brengt, en vraagt of b.v. voor een handvol geld de Vereen, vrede nemen mag met art. 33 der schoolwet, mogen de door Groen van Prin- sterer gebrandmerkte leugen «christelijke» deugden blijven bestaan. Spr. is bevreesd dat een mogelijke liberale Regeering ons Met een diepe en vriendelijke buiging naderde hij, met den hoed onder den arm, de gevangenen, die reeds zacht elkander hadden toegefluisterd: «een Jezuiet!» «Mijne lieeren sprak de priester »laat het u niet verwonderen. Rabaut sloeg de schrik om het hart bij het hooren van zijn stem. Want het was die van pater Charnay zijn grootsten vijand, den verleider van den ouden majoor Ambly, den man met de gloeiende tang bij Reboul. Zij hadden elkander nimmer gezien even min als de gevangenen wisten wie hun bezoeker was. «Laat het u niet verwonderen, dat ik de gelegenheid heb aangegrepen u Jeens te bezoeken. Mijn vriend, pater Bourgues, is de zorg voor uw zielen opgedragen en hoewel hij mijne hulp niet behoeft Hij loog. Juist had pater Bourgues hem gesmeekt, dat hij toch die ongeloovige en verstokte ketters eeis bezoeken zou. De Jezuit Charnay, vermoedde intusschen we! dat hen te bekeeren waarschijnlijk niet mogelijk zijn zou, en hij achtte het dus beter de ware toedracht der zaak te ver zwijgen. «Pater Bourgues heeft mij dikwjjls van u gesproken, en met innige deelneming. Gij moet een standvastigheid, een moed bezitten, een betere zaak waardig. Daarom lieve broeders ben ik voornamelijk gekomen, maar, zijt gij niet alleen?» Hij had onder het spreken pas Rabaut en zijn zoon bemerkt. Men weet hij kende Rabaut niet van aangezicht. «Het is een onzer vrienden met zij* zoon» antwoordde Rochette snel. weder onder Staatsvi ogdij zal brengen. Dr. W o 11 j e r is het met Ds. Pierson eens, dat er gevaar bestaat om ons met een kluitje in het riet te sturen. Spr. zou voor de bjjzondere scholen gaarne aparte exami natoren zien aangewezen, die, desnoods onder toezicht, de examens voor onze scholen nfnemen. De heer B fj 1 e v e 1 d wenscht, det deze Vereen, het Ministerie erkentelijkheid zal bewijzen voor rechtsgelijkheid, die het onze school toezegt. Van het vele, dat niet naar spr's wensch is, noemt hij alleen, dat op alle scholen dezelfde vakken moeten onder wezen worden. Jhr. Mr. A. F. de SavorninLohman vindt het een groot voorrecht, dat dit ont werp is ingediend. Was 40 jaren het geroep «geen cent dan voor de staatsschool», thans wil men ook anders, doch wij worden met geld niet gesusdwaar op deze wijze rechtsgelijkheid wordt verkregen, is 'tgeld geen doel, slechts middel. Staatsbeleid eischt, dat men niet torne aan art. 33. Spr. deelt niet met dec heer Pierson de vrees, omtrent de staats-peadagogie. Hij hoopt, dat men langs dezen weg meer en meer zal komen tot het Engelsche stelsel, waarbij een minimum eisch aan alle scholen zal gesteld worden. Onderscheidene sprekers voerden hierover verder nog het woord, totdat de volgende motie Pierson aangenomen werd «De vergadering, dankbaar voor het nieuwe ontwerp van schoolwetherziening, oordeelt, dat dit ontwerp mag worden aanvaard als een aanvankelijke tegemoetkoming aan de «Een uwer vrienden, waarschijnlijk een geloofsgenoot van u vraagde de Jezuiet. Ja mijnheerantwoordde Rabaut. Men stelle zich de pijnlijke verlegenheid voor, waarin allen verkeerden Wel scheen de Jezuiet verrast; maar dat bewees niet dat hij het was. Wie kon zeggen of zjjn onkunde niet voorgewend was, en of er reeds buiten de deur niet lieden gereed stonden om zich van den prediker meester te maken. Rabaut was, als altijd, liet rustigst. Als hij weet dat ik hier ben zoo dacht hij dan heeft hij zijn maatregelen wel zoo genomen dat elke poging om te ontkomen, vruchteloos zal zfjn. Als hij echter niets weet, kent hij mij ook niet. Het beste is geen vrees te toonen. Hij bood den Jezuiet een stoel aan wel ken deze met een diepe buiging aannam. «Mijne heeren I» zeide Charnay «mag ik zoo vrij zijn te vragen wie van u de heer Rochette is?» Rochette boog. Gij weet uw geloof zeer goed te verdedi gen, mijnheer ging de Jezuiet voort. «Daarvan heeft pater Bourgues u dus op de hoogte gesteld vraagde Jean, de jongste. «Hij heeft mij ook van u gesproken», antwoordde Charnay, zich tot den jongeling wendende. «Van m\j «Van u Ik heb u reeds herkend aan uw levendigheid, aan uwvernuft, uw verstand dat hij u toeschrijft «Ik ben inderdaad beschaamd.» «O mijn jonge vriend, laat het u geen lof zijn. Geest, vernuft, wijsheid, hebben meer menschen in het verderf gestort dan zalig gemaakt. Zalig de eenvoudigen «Zalig dan pater Bourgues 1» Wordt verv.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1889 | | pagina 1