CHRISTELIJK-
NIEUWSBLAD
HISTORISCH
VOORZEELAND.
1889. No. 103.
Zaterdag I Juni.
Derde Jaargang.
tijdingen.
s.
7
VERSCHIJNT
G. M. Klemkerk, te Goes
F. P. D'huy, te Middelburg.
RULES DER ADVERTENTIES
VOOR JONGELINGEN.
terdam, 28 Mei 1889.
•leeningen.
Vorige.
2% 79%
8 947/8
8% 102%
81/2 1021/2
81/2 1001/2
5
5
4
41/, 96
826/8
967/,
861/g
93^8
lüi
5 731/.
73%
4 931/4
84
3 666/„
663/4
8
4% 95%
8-'16
5 1031/8
108
4
6 651/2
66
5 102%
5 102
102
100
5
5
6 62%
-100
6 IOII/4
101%
5 101%
101$
500
41/3100
100
4 92%
92%
5 97%
97
loh.
4 721/4
72%
6 857/s
86
- I6I/3
16%
4% 102%
4 92%
6 1023/4
65
6 102S/8
102%
43/4 89%
4 66%
56%
'tedelijke Leeningen.
31/2 101 101
81/2 100% 101
nciëele Ondernemingen.
id IOI1/2 105
146
Mbr. 41/j 103
dito 4 1017/8
2 52 52
41/j 101
4 101
iand. 57% 58
41/2 103 -
31/0 991/4,
41/3 1021/a
63
41/3 102'3/i
5 953/i
41/2 931/5
•gleeningen.
land. 1571/2 1531/,
Oblig. 8 941/s 943/j;
'84 4
34
lOH/i
101
60
Ibr.
to
)bl.
»o»/2 94
10% -
5 104
5 85l/i
8 60%
- 144%
6
5
8
5
5
5
8
6
5
Land.
blig. 6
X 6
6
7
6
obl.
6
5
205
1003/i
'1,1
1027/g
1003/g
102
703/8
79%
27%
35%
1127/g
75
901/a
122
34
1171/1
1003/8
H%
891/i
54%
28%
631/
108:
101
114%
1141/8
60%
113%
991/2
106
85%
60%
144
206
1007/g
1221/i
623/g
993/1
102
79%
281/
34JJ
75%
90%
34%
117%
11%
89%
533/i
27%
108%
114
114%
60%
1131/2
aat schappijen.
4 102%
St.
71
4 91%
62
4% 101% -
Leeningen.
2 fr.
2
100
100
100
100
a. 100
250
500
100
100
5.R. 100
100
fr. 100
400
109% 1091/4
105% 1053/j
87%
87%
88%
199
115% 115
1213/4 121%
164
158%
172
1563/8 157
46% 46%
W!i
3LKEN MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
P. ij3 per drie maanden franco p. p. f0,95
Enkele nommers- 0,025
UITGAVE VAN
EN
van 1 5 regels 25 cent, iedere regei meer cent
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel,
meer 10 cent.
Twee belangrijke vergaderingen werden
gisteren gehouden. De eene, van het
Zeeuwsche Jongelingsbond, te Goesde
ander, van het Nederlandsch Jongelings
verbond, te Leiden.
Van het verhandelde op elk dezer beide
vergaderingen wenschen wij 't meest be
langrijke mee te deelen. Allereerst vragen
wij de aandacht voor den Zeeuwschen Bond.
De voorzitter dhr. W. A. de Rijcke opende
op de gewone wijze de door 40 personen be
zochte vergadering.
De secretaris las de notulen. De penning
meester deed verslag van den staat der
kas en de afgevaardigden der negen ver
tegenwoordigde vereenigingen keurden een
en ander goed. Vertegenwoordigd waren de 3
Goesehe vereenigingen «Ken den Heer», «Het
Mosterdzaad» en «üpenb. 3 117.» Middelburg
Rom 1 16a, Vlissingen «Het Mosterdzaad»,
Wemeldinge, Groede, Kloetinge en Zierikzee.
Punt 2. Wenschelijkheid van ontbinding
van het Bond wegens het bestaan en mo
gelijke oprichting van Ringen, ontlokte
een langdurige bespreking. Eenerzijds werd
gewezen op gebrek aan belangstelling, zoo
zelfs dat «Vlissingen» nooit eens een avond
vergadering bij «Middelburg» bijwoont doch
anderzijds op bet nut van vereenigingen
en bonden als deze, en het Nederl. en het
Internationaal Jongelingsverbond.
Indien 't waar was, dat Ringen een Bond
onnoodig maken, dan heft een plaatselijke
vereeoiging een Ring op. Er. deze logica
aanvaardt toch zeker zelfs de voorsteller van
punt 2 niet. Bovendien is de kennismaking
met jongelui ook van andere vereenigingen
nuttig tot vorming van 't karakter en tot
breideling van den waan als zoude bij den
jongeling of bij diens Vereeniging alleen de
waarheid zijn. Dit laatste kwam volgens
de voorstellers toch slechts enkelen ten
goede, daar de kennismaking niet door ge-
heele vereenigingen maar door enkele af
gevaardigden km geschieden, waartegen
terecht werd t angevoerd dat het de roeping
van den afgevaardigde is in zijn verslag zoo
veel van de opgedane kennis en geestdrift
ïn de vereeniging die hem uitzond, over te
storten, dat het nut van het Bond ook daar
worde gevoeld en erkend.
O >k was het niet in den geest van den
stichter wijlen den heer J. W. de Koster
den Bond op te ruimen, zoodra de Rin
gen optraden. Wel heeft ZEd. steeds ge
wild dat meerdere Ringen opgericht zouden
worden om te komen tot een Bond en wel
zoo, dat ook de taak van het Bond kon
worden verlicht.
Punt 2 werd verworpen.
Punt 3. Kunnen de jongedochtersver-
eenigingen niet wat meer voor jongelings-
vereenigingen doen behoorde zoo
werd terecht aangemerkt niet op de
agenda van dezen Bondwel van een
jongedochtersbond te staan. Immers wij
kunnen der jongedochtersvereenigingen niets
voorschrijven. Bovendien zij doen reeds veel.
Haar arbeid voor de zending, voor Neerbosch,
voor de kerstfeesten, voor den stoffelijken
steun der jongelingsvereenigingen is immers
genoegzaam bekend. Zoo deze slechts ook
aan de j. d. v. de eere geven die haar
toekomt. Zij bewijzen in t vervaardigen
van kleedingstukken voor de zending on
schatbare diensten.
Besloten werd aan de jongedochtersver-
eenigingen het verhandelde over punt 3
mede te deelen.
Punt 4 was belangrijk.
«Mogen leden van de ehr. jongeli igsver-
eeniging Heilssoldaat zijn
Enkelen meenden van ja, mits 't goede
leden zijn; dat wil zeggen die Gods W oord
eeren en de Godheid van Jezus Christus
belijden. Die dit niet kan mag, als rust
verstoorder, geen lid zijn van eenigejonge-
lingsvereeniging overigens hangt alles van
het standpunt en den grondslag der "Vereeni
ging af. Eene vereeniging zette hare grenzen
zoo wijd mogelijk uit doch hebbe niet te
doen met her. die zich geheel buiten de
chr. kerk plaatsen, of inzettingen verachten,
welke die kerk dierbaar zijn.
De afgevaardigde uit Vlissingen toonde
de onmogelijkheid aan dat een heils oldaat lid
onzer chr. j. v. kan zijn. Een soldaat toch
moet zijn meerdere gehoorzamen en dus
diens inzettingen bewaren en diens leer
verbreidenen nu is de leer van het heils
leger op vele punten tegen Gods Woord
ingaande en boven dat Woord staan volgens
den Heilssoldaat de inzettingen van 't leger.
Een lid der Vlissingsche Vereeniging
was er bewijs van. Hij geloofde in die
inzettingen meer dan in Gods* Woord
en 't eind was dat de J. V. hem na veel
vermanens en waarschuwens had moeten
schrappen. Uit wat spreker daarover voor
las bleek dat het Heilsleger leert, dat men
zonder zonde kan leven, wat strijdt met
Gods Woord en ervaring. «Indien iemand
zegt dat hij geen zonde doet, de waarheid
is niet in hem.» Leert dat eens bekeerden
kunnen afvallen, wat strijdt met «Niemand
zal ze uit Mijne hand rukken.»
Bestrijdt de uitverkiezingdie is er niet,
tenzij van bijzondere karakters. Verklaart
daarbij tevens dat het den Heer mislukt
is de wereld te redden.
Niet minder vleeschelijk is wat omtrent
het toekomende leven gezegd wordt. «Als
iemand dood is, komt zijn verheerlijkte
geest in den hemel en wordt, daar door
God en de engelen en verheerlijkte heils
soldaten verwelkomden daarna gebruikt
in het werk des evangelies, waartoe hem
hier op aarde de militaire africhting nood
zakelijk was.
Doop en avondmaal verwerpt mevrouw
Booth, als zijnde «koperwerk»wel als
weleer de koperen slang, voor een tijd ge
schikt geweest, doch als alle schaduwen ver
dwenen; wat in strijd is o.a. met des
Heilands vermaning Matth. 28 19 en «Tot
dat ik kom.»
Niet de Jongelingsvereeniging is er dan
ook voor aansprakelijk, als zij dezulken los
laat, zij doen 't zichzelven. Er is bovendien
een zekere soort misplaatste barmhartig
heid want door zulken in de vereenigingen
te dulden, stelt men anderen bloot aan
't gevaar van door hun dwaalleer te worden
besmet.
Overigens werd de arbeid van de vrou
welijke leden van 't Heilsleger zeer geroemd,
meer dan van de mannelijke. Het voorbeel
dige in den arbeid van deze laatsten moet
nog blijken; wat tot de slotsom bracht,
dat wij zonder lid van 't Heilsleger te wor
den, met vermijding hunner leer, de solda
ten hebben na te volgen, in belangeloozen
ijver en werkkracht, ja, hen te overtreffen.
Plaatsgebrek noopt ons alle andere punten
voorbij te gaan. Alleen geven wij nog een
kort verslag van het gesprokene naar aan
leiding van punt 6
«Wat kan de Chr. Jongelingsvereeniging
doen tot practische maatschappelijke vorming
barer leden.»
«Heel wat,» luidde het antwoord, vooral
der Goesehe vrienden. Bijbelbespreking en
voordrachten zijn niet voldoende. Al staan
de geestelijke belangen op den voorgrond,
men behoeft de maatschappelijke niet te
verzuimen. In Amerika doet men veel tot
practische vorming van leden, wat mede
zeer bevorderlijk is aan den bloei der Ver
eenigingen.
Daar is vakonderwijs. Er is gelegenheid
tot teekerien, timmeren, metselen enz Ook
moest er eene vreemde taal kunnen geleerd
worden. De Middelburgsche jongelingsver
eeniging had een tijdlang een cursus voor
't boekhoudende Goesehe doet veel aan
Gymnastiek. Maar dat is nog niets in ver
geiijking met wat zou kunnen gedaan
worden. Gaat een en ander de krach
ten van onze chr. Jongeiingsvereenigingeu
te boven, dan moeten zij samenwerking met
vereenigingen uit de buurt zoeken. Een
teekencursus zou, om te beginnen op die
wijze gemakkelijk in 't leven te roepen zijn.
Het ledental zal er door stijgen en de
belangstelling toenemen.
De moeielijkheid werd erkend doch de
mogelijkheid niet buitengesloten vooral wan
neer ons ministerie Mackay bij de invoering
eener nienwe schoolwet aan de groote fout
onzer tegenwoordige schoolinricht ng een eind
kon maken, dat namelijk het kind veel te
veel moet leeren lezen, schrijven en
stilzitten.
De school vraagt zeer veel onpractische
boekenkennis; dwingt den leerling tot aan
houdenden hersenvermoeieriden arbeid in
huis en school, en den leeraars tot enkel
doceeren, waarbij alle gelegenheid tot onder
zoek of liet gedoceerde verwerkt werd,
vervalt.
Zoo leerden onze leden op school slecht
lezen, schrijven en rekenen; terwijl zij bang
/.ijn voor stilzitten. Ook dit moet in 't oog
gehouden worden op onze vereenigingen.
Daar moet afwisseling zijn. Als in Zweden
en Denemarken moet er vakonderwijs op
onze scholen gegeven worden. Gymnastiek
en handenarbeid moeten daar beginnen. De
leerling moet worden opgeleid voor zijn vak.
En dan zal de jongelingsvereeniging op
dien grond kunnen voortbouwen.
Er zijn leden genoeg op een vereeniging
die tot de verwezenlijking van dit denkbeeld
kunnen medewerken.
Onderwijzers en predikanten kunnen ook
helpen, allen naar hun aard. De hulp der
predikanten (er waren dtie aanwezig Pikaar,
Huet en v. Griethuijsen) werd ingeroepen
en toegezegd.
Op voorstel van 't Bondsbestnur gaat
deze belangrijke vraag nog niet van de baan
Men besloot namelijk een prijsvraag uit te
schrijven over dit onderwerp.
De heer Buijze maakte de mededingers,
zoo die er zijn mogen, attent op het boekje
van «Travailleur.» «Een stuk mensclienle-
ven»; dat vol is van practische wenken
voor onze werklieden en ook dit vraagstuk
behandelt.
Het antwoord moet zes weken vóór Goe
den Vrijdag bezorgd zijn als commissie van
beoordeeling hopen dienst te doen de heeren
Wirtz, Buijze en M. de Jonge Jz.
De volgende Bondsvergadering zal D. V.
op Goeden Vrijdag te Vlissingen gehouden
worden.
Er was een telegram aan het Nederl.
Jongel. verbond gezonden, waarop in den
namiddag een antwoord, eveneens een tele
gram, ontvangen werd, behelzende tevens
de mededeeling dat de volgende vergadering
van het Nederl. Verbond D. V. op Hemel
vaartsdag 1890 te Goes zal gehouden worden.
De heer de Rijcke dankte de Goesehe
Vereeniging Openb. 3 11b voor de gast
vrije ontvangst en de lieer Wirtz dankte
den Heere voor deze goed geslaagde sa
menkomst.
Wordt vervolgd.)
31 Mei '89.
TENTOONSTELLING.
Onder begunstiging van prachtig weder
werd heden middag de Zeeuwsche Tentoon-
telling van Nijverheid en Kunst toegepast
op Nijverheid, waaraan tevens een wedstrijd
voor den handwerksman is verbonden, ge
opend.
Een groote menigte van genoodigden, waar
onder de leden van den Gemeenteraad enz.
waren met vele inzenders tegenwoordig in
den tuin van het Schuttershof
Toen het openingsuur was aangebroken,
werd door het Middelburgsche Harmonie-
gezelschap on Ier leiding van deu heer H. C.
de Waal ons Volkslied gepeeld, waarna de
heei Mr. G. N. de Stoppelaar, het woord nam.
Spreker herinnerde hoe reeds vroeger aan
die plaats een soortgelijke tentoonstelling
werd gehouden waaraan alleen door Wal
cheren was deelgenomen en dat toen reeds
de wensch werd uitgesproken dat de Zeeuw
sche Nijverheid neg eenmaal in de gelegen
heid mocht worden gesteld eene tentoon
stelling te houden waaraan niet alleen door
Walcheren maar ook door geheel Zeeland
zou worden deelgenomen. Deze wensch is
thans vei vu.d. Reeds met November was
het besluit genomen in den afgeloopen winter
den werkman in de gelegenheid te stellen
zijne vrije uren te gebruiken om voor deze
tentoonstelling te werken en daardoor zijne
krachten met die van anderen te meten.
Iedere poging die gedaan wordt om de
Nijverheid uit te breiden verdient waardee-
ring en steun. Men krijgt daardoor den
indruk dat men zelf kan scheppen wat in
andere plaatsen wordt voortgebracht. Men
leert daardoor de eischen en behoetten des
tijds kennen en ^krijgt steeds meer verede
ling van smaak, doet zich zeiven en anderen
voordeel - want men ziet wat men kan
voortbrengen.
Hulde aan U wakkere Zeeuwen werd door
speker gezegd, voor deze Tentoonstelling,
die gij gemaakt hebt tot een der gewich
tigste die op dit gebied gehouden is.
Dank aan de Jury voor de moeielijke taak
die zij op zich nam. Dank aan allen die
tot het zoo welslagan hebben bijgedragen.
«Uit het volkVoor het Volk» mocht den
steun der alhier gevestigde Njjverheids-
vereeniging ondervinden. Dank aan de
Hoofden der Provincie en Gemeente die door
het aanvaarden van het Eerelidmaatschap
en ook nog op andpre wijze deze zaak heb
ben willen steunen. Dank in het bijzon
der aan den heer van der Harst, secretaris
der Commissie voor alles wat hjj heeft ge
daan om deze tentoonstelling mogelijk te