CMRISTELIJK- NIEUWSBLAD HISTORISCH VOOR ZEELAND. 1889. No. 91. Zaterdag 4 Mei. Derde Jaargang. VERSCHIJNT F. P. D'huy, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIES: „Hoe men de Kiezers voorlicht." De Psalmen. ZEEUW, 3lken MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p, f0,95 Enkele nommers-0,02 s UITGAVE VAN G. M. Klemkerk, te Goes en van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel, meer 10 cent. Bij dit nummer behoort een Bijvoegsel. Plaatsgebrek noopte ons een stuk van den heer H. I. G. Hartman te Middelburg tot heden te laten liggen. Nu ZEd. echter reeds langs anderen weg zijn doel bereikte, is de opname niet meer zoo noodzakelijk. Wij bepalen ons tot het volgend resumé. De hr. H. zegt. dat wij klaren wijn moeten schenken en de kiezers naar waarheid voor lichten, wat wij verzuimden te doen in ons artikel «Voor of tegen Daarin toch schreven wij „Reeds vroeger vernamen w(j dat de meerderheid van Zeelands Prov. staten niet wenschte mêe te gaan met minister Mackay, in zake verbetering der kiestabel en ver gunning aan de '250 duizend nieuwe kiezers in Nederland om de Provinciale staten en dus indirect ook de Eerste kamer te helpen kiezen- Dit ware recht geweest. En toch waren de meeste heeren, die thans zullen aftreden, daartegen'-. Iets verder worden de namen genoemd van eenige Statenleden, die zich volgens u verklaarden „tegen het prov. belang, dat in de eerste plaats uit oefening eischt van grondwettig verkregen rechten", terwijl van een paar andere heeren wordt gezegd „dat zij van de uit oefening van het recht der nieuwe kiezers niet gediend zijn". Ten slotte worden wij uitgenoodigd om, als proeve van «duidelijk en onbewimpeld de waarheid te spreken,» met den heer Hartman te constateeren le. dat niemand, ook niet een van de liberale leden der Staten, aan de nieuwe kiezers kon of kan beletten om deel te nemen aan „de a. s. verkiezing,' voor de Staten, omdat hun het recht om te stem men bij de additioneele artikelen der grond wet is verzekerd; 2e. dat nooit is gebleken, dat een van de liberale leden der Staten er tegen was, dat het kiesrecht zou worden verleend aan de nieuwe kiezers, aan wie het .in 1887 werd toegekend; 3e. dat het juist de liberale partij was, die] bij de grondwetsherziening de grenzen voor de kiesbevoegdheid wijder heeft ge maakt, en dat dus aan haar de nieuwe kiezers in de eerste plaats hun kiesrecht te danken hebben." Punt 1 beamen wijdoch het was niet in 't geschil. Het komt ook niet aan op het recht om te stemmen, maar op de gele genheid om van dat recht gebruik te maken. Zeker hebben de nieuwe kiezers recht om mede voor de Staten te stemmen, doch een volledig gebruik te maken van dit recht, wordt hun in de eerste jaren niet verleend, dank zij der liberalen onwil om naar het voorstel Mackay, (Kamerlid) met de 2e kamer ook de staten, dat kiescollegie voor de le kamer, te ontbinden, Nu hebben wij een tweede kamer door de nieuwe kiezers mede in het leven ge roepen, en niet-liberaaldoch een eerste kamer die de nieuwe kiezers direct noch indirect hebben helpen kiezen. Het voorstel van minister Mackay in zake de kiestabel voor de Prov. Staten, zou daarin verandering ge bracht hebben. De Staten-leden v. d. Bilt, Wagtho en anderen hebben de kie tabel verworpen en dus de gelegenheid om van hun kiesrecht (volledig) gebruik te maken, aan de nieuwe kiezers onthouden. In hoever hier vrees in 'tspel was, staat niet aan ons te beslissen. Ook tegen punt 2 zooals 'tdaar staat, hebben wij geen bedenkingwat daar staat zal ook door niet een gezond mensch ont kend wordenmaar een andere vraag is, op grond van het bovenstaande, of wij dit punt zouden toegeven zoo voor kiesrecht, kiesgelegenheid stond. Punt 3 beaamt de heer Hartman zelf niet. Zie eens aan De nieuwe kiezers in de eerste plaats hun kiesrecht aan de libe ralen te danken En de liberalen hebben dat besluit altijd tegengehouden Het meest ongerechtige censusstelsel handhaafden zij jaren lang en hielden de deur zorgvuldig op grendel en nachtslot om de nieuwe kie zers er buiten te houden. Wie hadden sinds 1848 de meerderheid in 'slands regeering? De liberalen. En wanneer verleenden zij den nieuwen kiezers hun kiesrecht? In 1887. Waarom niet vroeger De vraag waarom niet later is gemakkelijker te beantwoorden. Omdat de antirevolutionairen er telken jare op aandrongen, en niet het minst om het straatkabaai der socialisten te keeren. Waarlqk, zij konden het niet langer uit stellen, of liever tegenhouden. Laat de heer H. de parlementaire rede voeringen van Groen v. Prinsterer eens naleze i, of de voorstellen van v. d. Berch v. Heemstede bjj de behandeling der wet- Geertsemaof de voorstellen van minister Heemskerk op dat punt; en van dhr. de Savornin Lohman op 22 Mei 1885 tot uit breiding der kiesbevoegdheid, en van v. d. Hoop en Keuchenius. Al deze voorstellen of moties werden verworpen. Gezwegen nog van der liberalen geknoei met de groote steden. Neen dat| 3e punt is van des heeren Hartmans partij de Achillushiel. De nieuwe kiezers zullen 't nooit verge ten, dat de liberalen hun het kiesrecht hebben geschonken, ja, doch lo. pas in 1887. 2o. afgedwongen, met tegenzin. 3o. na herhaalde verwerping door haar van voorstellen uit andere partijen. 4o. met behoud der groote steden als meervoudige kiesdistricten. 5o. met vasthouding aan allerlei beper kende bepalingen, en invoering van het kies recht der lodgers, enz. en eindelijk 6o. met bepaling dat de provinciale sta ten niet zouden behoeven af te treden, zoodat de meerderheid die vóór Mackay koos bij de verkiezingen voor de 2e Kamer verhinderd werd voor hem te kiezen bij de verkiezingen voor de eerste. Wij geven den heer Hartman den raad over deze dingen nog eens te raadplegen met het Middelburgsche raadslid den heer mr. Van Hoek. V V. d. Bilt niet meer. De liberalen op Zuid-Beveland trachten onze dorpskiezers te overtuigen, dat zij op mr. v. d. Bilt moeten stemmen; want dat hij zoo'n beste man is en al zoolang in de Staten zit en onmisbaar is als Gedeputeerde. Laten onze kiezers zich toch niet laten inpakken. De heer v. d. Bilt is niet een der onzen. Ofschoon als godsdienstig, kerk gaand man door de onzen in vroegere meer onkundige periodes gestemd, heeft hij zich steeds bij de liberalen aangesloten. De antirevolutionaire kiesvereeniging te Goes heeft hem dezer dagen nog eens gepolst, doch en dit eert den waardigen man hij heeft beslist geweigerd tot de onzen gerekend te worden. En daarom ondanks de achting die wij voor den medeburger v, d. Bilt koesteren, voor de Staten, mag niemand, der onzen ZEd. meer stemmen. Zijn de liberalen dan zoo van zijne onmisbaarheid overtuigd, dan moeten zij hem candidaat stellen in een district waar zij heer en meester zijnniet in een district als Goes, waar de meerderheid beslist tegen het liberalisme kiest. Wij zeggen dit met te meer klem, dewijl wij in Axel's burgervader, Jhr. Mr. J. H. J. QUARLES VAN ÜFFORD een jong maar bekwaam rechtsgeleerde gevonden hebben, die den aftredende waardig kan vervangen, en daarbij van harte onzen beginselen is toegedaan. 3 Mei -1889. In de vereenigde zitting der beide Kemers verklaarde de commissie van Rap porteurs v. Zuijlen, Lohman, Schimmel- penninck v. d. Oye, Mees, Pijnappel, Gleichman en van Swinderen, dat ter stond in behandeling kan genomen worden bet besluit, dat hei in artikel 38 der Grond wet omschreven geval (ongeschiktheid des Konings voor de regeeringstaak) heeft opge houden te bestaan. Met algemeene stemmen werd hierop het besluit aangenomen. Na de stemming verklaarde de voorzitter dat het besluit, dat bij het Nederlandsche volk met de meest vreugdevolle ingenomen heid zal worden begroet, op giondwettige wijze zal worden afgekondigd. Luide riep hjj driemaal «Leve de Koningen telkens werden uit de vergadering die woorden met kracht herhaald. Op voorstel des voorzitters werd besloten hem te machtigen een telegram van ge- lukwenschen te zenden van de St. Gen. ■an Z. M. met het herstel van het kon, gezag en de herneming van de waarneming der regeering door Z. M. (Bravo's.) De minister van Binnenl. Zaken verklaarde, dat na 't genomen besluit de Raad van State, waarnemende het Koninklijk gezag, de Regeering had gemachtigd verder geen gevolg te geven aan de opdracht tot in diening van een wetsontwerp op 't Regent schap. In de 2e kamer deed minister Hart- sen de teleurstellende mededeeling dat, nadat in Engeland besloten was met 1 Juni ons vee zonder slachting of quarantaine daar te lande toe te laten, onze gezant te Londen hem gisteravond getelegrafeerd had, dat die maatregel eerst met 1 Sept. in werking zal treden. Zeer emstige pogingen zullen nu aangewend worden om Engeland hier van terug te brengen, temeer omdat sedert hier de ernstigste maatregelen waren genomen, de gezondheidstoestand van onzen veestapel zeer gunstig was. Waar wij voortdurend voor de gezondheid van ons vee zullen waken, hoopt de Minister ten slotte de zaak tot een goed einde te brengen, opdat eindelijk de waarheid zegeviere. Oostburg. De antirev. kiesver. Luctor et Rmergo heeft tot candidaten voor de a. s. verkiezing der Prov. Staten gesteld de heeren J. F. Hennequin. ingenieur te Sluis en J. H. Hendrikse deurwaarder te Yzendijke. terwijl ze als derde candidaat dhr. J. G. Gerritsen, burgemeester van Groede, Nieuw- vliet en Breskens aanbeveelt. Van het Hiilslkgïb zegt ds. Gispen in de Bazuin Ons Vaderland heeft weder de eer genoten een bezoek te ontvangen van Generaal Booth, den bevelhebber van het Leger desHeilsin de gansche wereld. Evenals do heer van Houten metzjjne Cacao, zoo is ook de heer Booth eenig in ons land in het maken van reclame op uit gebreide schaal, om zijne waar aan den man te brengen. Generaal Booth's godsdienst is de beste in gebruik, naar men zegt. In ieder geval verwekt de Generaal eene beweging, die onze aandacht op vele dingen vestigt. Het treft mij menigmaal, dat Christenen die eigenlijk met hunne beschouwingen op de lijn van het Heilsleger staan, zoo fel er zich tegen kunnen uitlaten. Dit treft mij meer dan de critiek die, in verschillende bla den, op de rariteiten van het Leger gemaakt wordt. Van al die rariteiten, waarmede deze menschen zich versieren en op de zinnen werken, zegt de Schrift: „tot verzadiging des vleesches en niet van eenige waarde." Met een viool, een fluit, een piston en een Hindoe kan men heel wat volk bijeenkrijgen. Maar éen ding is er, dat mij het meest treft. Deze menschen van het Heilsleger ma ken den indruk dat zij gelooven hetgeen z\j zeggen. Z(j zijn ernstig. Er is geen reden om te twij felen aan de oprechtheid hunner bedoeling tot redding van zondaren voor de eeuwigheid en daardoor ook voor dit leven. De volkskerken zijn onmachtig gebleken zelfs om het volk van openbare zonden en verdierlijking te behoeden. En dus geloof ik, dat ook van het Leger des Heils geldt: zoo iemand in den naam van Christus predikt, die zal niet haastelijk van Hem kunnen kwalijk spreken Het was een gelukkige gedachte van de Chr. Jong. Ver. «Koop de waarheid en verkoop ze niet» te Middelburg Dr. Bavinck van Kampen uit te noodigen voor haar een lezing te houden. Op het aangekondigde uur trad de ge achte spreker voor een aanzienlijk getal be langstellenden op in de Chr. Gerefl Kerk (afd. L. D.) z(jn lezing openende met het zingen van Ps. 47 vs 1 en gebed. De psalmen, zoo begon spreker, zijn on getwijfeld een stuk der beschreven openba ring Gods. Het is door den Geest des Heeren dat er in het hart van Israel zan gen opgerezen en van hun lippen gevloeid z(jn. Om ze te verstaan dient men het ka rakter van het Israelietische volk te kennen, waarvan zij den stempel dragen. In welgekozen woorden en op boeiende wijze wees ZHG. op den oorsprong, den inhoud en het gebruik der psalmen, schilderde het karakter der zonen van Noach Sem, Cham en Japhet en hunne nakomelingen waaronder juist die van Sem, hoewel afgezonderd van de andere volken en bloot staande aan allerlei invloe den, toch staande zijn gebleven en de moe der belofte hebben bewaard. Getuigt Israels geschiedenis van ontrouw, afval en eedbreuk, hebben zij Gods wet vertreden,den Messias gekruisigd, en zij getuigt tevens van het feit dat God dat volk ver koren had tot zijn volk. Zij waren geroepen niet tot voortbrengen, maar tot aannemen en bewaren van wat God gaf. Begon de muziek en de poëzie reeds in het huis van Lamech, in den tijd der rich- teren verstomde zjj voor een wijlealleen bij Debora hoort men er weer iets van, doch zjj herleeft bij Samuel in de profeten-

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1889 | | pagina 1