CMRISTELIJK-
NIEUWSBLAD
HISTORISCH
VOOR ZEELAND.
B. M. DEN BOER
1889. No. 72.
Dinsdag 19 Maart
Derde Jaargang.
VERSCHIJNT
G. M. Klemkerk, te Goes
F. P. D'huy, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIES;
Onderwijs en de Arbeidswet.
Maart,
uur, Meubelen
door Not. de Ronde
en erf, St.Adriaan-
rosten.
rNot. do Wolff, Stee-
3 Maart.
v door Not. Wagtho
^gereedschap.
Sorge door Not. Tak
nhuis, schuur enz.
n tiend vrjj, 3H.86 A.
n in massa,
td kunnen in pacht
door v. Rijkeren 10
jB baatgevende melk-
jarige vaarzen, 2 lja-
arkens, 30 H.L. zet-
r. Pelle.
ir voor de Jonge aan
Not Mulock Houwer
3n, dorschvloerdelen,
boomgaardladders,
Is, beestenpeen, huis-
rkens.
loens door Not. v. d.
n, dorschvloerdelen,
opers, biggen, aard-
ladders, kruiwagens,
len, gemaakte klee-
11 Maart.
3 „Prins v. Oranje"
iov. en Dec. beleend.
Jij A. Yerburg door
en o. a. kasc, klok,
len, bureau, kabinet,
dewerken bij Daane
erst, klavers en tarwe
Judenpolder, en ver
and in Schoudeéhoek.
1 mei. v. Weele door
pouw-, zolder-, stal- en
p, aardappels, stroo,
Te bezichtigen bjj
F. St. Sebastiaan door
1st, een huis, erf en
226 groot 302 c.A.
r Maart.
de Vergenoeging door
offiehuis „Kanaal- en
net vergunningsrecht
annex dubbel woon-
Ünstraat P 28 groot
entaris. Hooi, stroo,
nz.
beer 1 17 door Not. de
(27 Maart.
bij Maljers 31 per-
nd door Not. Tak, en
Mellskerke en West-
26 A.
(>ften vaster zijn dan
n Toevlucht is in den
die op Hem ver-
de Rabaut van zijn
es, zijn gevangenne-
wat onze lezers
J, en daarna gingen
idat nog was besloten
gansche gebergte te
l dat Rabaut was
ran alle gewelddadige
op de tafel, waarop
zwaard hebben zien
ig avondeten gereed
n Rabaut, zijn gast-
er.den zich neerzetten,
n de vergadering ver
in en ander van de
Is Heeren in de jongste
erder vele dingen aan-
i besproken,
meenten was, ondanks
5, bewonderenswaard,
(zijn kerkeraad (presby-
delijk en onbuigzaam
tegelijk voor alle uiter-
;hoeften der gemeente
armenzorg als voor
nstige bijeenkomsten,
geen kerkeraad had,
ndere gemeenten als
mocht, volgens besluip
noch door predikanten
vergaderingen toe-
I, men nu in het oog
itschap der gemeenten
eelen, maar wel den
;havot kon opleveren,
ge bepalingen inderdaad
il karakter.
{Wordt vervolgd.)
elken MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p. f0,95
Enkele nommers. - 0,025
UITGAVE VAN
en
I.
van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cer5t
t, iedere regel meer
5 regels 50 cent, iedere regt,.
Familieberichten van 1
meer 10 cent.
Voor de verkiezing van een lid
voor de Provinciale Staten in het
district Goes op Woensdag 20 Maart
a.s. bevelen wij den kiezers met den
meesten aandrang aan den heer
die, naar wij vast vertrouwen, een
flink, degelijk en practisch lid der
Provinciale Staten zal zijn.
Zij, die zich met 1 APRIL
a. s. op dit blad wenschen
ie abunneeren, ontvangen de nog in
deze maand verschijnende nummers
GRATIS.
De staatsschool doet o, zoo veel kwaad.
Zoowel in lager- als in middelbaar- en
hooger onderwijs komt dit uit. De lagere
school, waar een christendom boven geloofs
verdeeldheid wordt ingedragen. De hoogere
burgei school en gymnasia, waar het geloof
meer rechtstreeks wordt ondermijnden
eindelijk de staats-hoogesehool, waar het
sloopingswerk zijne voltooiing vindt en de
student geheel verzeild raakt in liberale
wateren.
Natuurlijk zijn er uitzonderingendoch
die slechts den regel bevestigen. Een
krachtig uitblinkend geloof wordt op de
«openbare» scholen, zoo hoogere als lagere,
steeds ondanks deze inrichtingen openbaar.
Een christenouder, die dan ook in plaats
van naar christelijk onderwijs voor zijn
I zoon uit te zien, hem aan het openbaar
V «middelbaar» en hooger onderwijs toever
trouwt, kan er gerust op rekenen, dat zijn
zoon, op zijn best genomen, er niet zonder
kleerscheuren afkomt.
Dit nu ligt in de eerste plaats niet aan
de personen der onderwijzers, maar aan de
richting van 'tonderwijs; aan het liberale
beginsel, dat als een polyp om zich heen
greept, en naar zich toe haalt wat het maar
krijgen kan.
Voorbeelden uit onze omgeving aan te
halen, van de vrijheid- en beginseldoodende
kracht van zulk «liberaal» onderwijs is on-
noodig, wijl zij te zeer bekend zijn. Doch
zelden nog werden wij in onze overtuiging
zoo versterkt, dan toen wij kennis maakten
met de wet op den arbeid van den minister
van justitie.
Niemand zal ontkennen dat deze minister
een trouwe zoon der Kerk is; dat hij (denk
aan de grondwetsherziening) vreemd is aan
de behoudende beginselen; dat hij blind
is voor de gevaren van het liberalisme
dat hij het niet eens is met de beginselen
zijner partijen toch, wij mogen het
niet verhelen, kunnen wij onmogelijk
geheel gerust zijn op de verzekeringen die
deze minister doet in de Memorie van Be
antwoording. Daarin toch wordt niet genoeg
eerbied aan den dag gelegd voor het recht
der oudersja zelfs ingrijpen in de ouder
lijke macht in bescherming genomen of in
uitzicht gesteld.
Hoe zooiets mogelijk kan zijn in een
kundigen anti-liberaal als minister Ruys, laat
zich eenvoudig verklaren uit het door ons
rc-eds genoemde feit dat ook het staats-aca-
demisch onderwijs, zelfs bij den meest geloo-
vige, nog iets achterlaat van de aanraking
der liberalistische beginselen. Nu is er wej
in de arbeiderswet van dezen minister vee'
dat ons aantrekten bestaat er ook voor
aanranding der ouderlijke macht bij deze
wet nog geen dadelijk gevaar doch 't be
ginsel is toegegeven, en het principiis obsta
(weersta de beginselen) noodzaakt ons, daar
tegen op te komen.
Immers het huisgezin is het eenige punt
waar de liberale wetgever tot nogtoe de
handen heeft moeten uithouden. Alles, kerk
en school en staat en maatschappij heeft
hij ingepakt. Noem éen ding, op op 't ge
bied van handel, nijverheid, onderwijs, staats
inrichting of wetgeving dat niet is gelibera
liseerd. Alle kringen heeft hij aangerand.
De Staat commandeert ons in alles hoe
wij dit of dat doen moeten tot in de ge
ringste kleinighedenook zelfs dat en hoe
wij onze kinderen inenten moeten. Dft is
dan ook langs het kantje af. Toch bleef tot
nutoe de kring van het huisgezin vrjj. En
zo wenschten wij het te houden.
Zij er een fabriekswet, een verbodsbepaling
op te vroegen en te tangen arbeid, ook wat
betreft den leeftijd van den jeugdigen werk
manmaar clan straffe men bij overtre
ding niet den huisvader, die zijn kind naai
de fabriek zondmaar den fabrikant die
het kind in zijn dienst nam. Niet het
huisgezin, maar de industrie bepale't stand
punt waarop de wetgever bij de samen
stelling der arbeidswet zich heeft te
plaatsen.
Dit beginsel ligt dan ook ten grondslag
aan het amendement Lohman Heemskerk,
dat wij onder Binnenland opnamen. Moge
het dezen heeren gelukken, minister en
kamer voor dit beginsel te winnen, niet
alleen dewijl het anti-revolutionair is, maar
ook omdat] allerwegen in het Buitenland
dit standpunt wordt ingenomen, namelijk dat
de wetgever op de industrie toezicht heeft
den onbeschermden werknemer beschermt
en de overtreding in de fabrieken niet
op de huisvadei-s, maar op de werk
gevers verhaalt.
Hierover in een volgend nommer.
Hebt gij gediend
Neendan kent gij de bezwaren tegen
den persoonlijken dienstplicht slechts van
hooren zeggen, dan houdt alle redeneeren
met u op.
Ja; dan wensch Ik eerst te weten, in
welk jaar gij gediend hebt. Gij zijt toch
ook zoo heel jong niet meer.
Ik heb gediend bij de infanterie in 1869.
En ik in 1877.
Goed, en mijn zoon is van de lichting
1887. Ik kan dus van drie zijden hooien,
hoe het in de kazernes toegaat.
En dan zult gij mij toegeven, dat de
bezwaren die een milicien van '69 tegen
den dienst heeft, veel minder om het lijf
hebben dan die van den milicien van '77,
en dat deze weer minder beteekenen dan
de bezwaren van den milicien van '87.
De milicien van 1869 had het in dienst
kwader dan die van '77, en ook deze was
lang niet van zoo goede conditie als de
tegenwoordige militieplichtigen. Voedde no.
1 zich met zuur roggebroodno. 2 kreeg
goede tarwe tot zijn deel, terwijl aan no.
3 het middagmaal in plaats van in roestende
keteltjes, in aart en borden en schotels wordt
opgedisclit.
Ook in ligging en kleeding is onder.
f scheid waar te nemen. De stroozakken van
1869 waren harder dan die van latere ja
ren. Kon no. 1 des nachts kou lijden, bij
gebrek aan een schilderjasno. 2 begon
er reeds gebruik van te krijgen, no. 3 mag
in koude nachten zelfs niet meer zonder
dit verwarmend kleedingstuk op post.
En let nu eens op de goede bepalingen,
waarvan in de laatste jaren sommige goed
geoefende miliciens gebruik maakten, en
die ook voor miliciens van elke volgende
lichting in toenemende mate zullen kunnen
gelden.
Welke voorrechten zal, dank zij het ko
ninklijk besluit dat gij onlangs immers
gelezen hebt 1 de milicien van 1889 niet
kunnen genietenvoorrechten waarvan de
milicien van '69 noch die van '77 zelfs
inaar droomen kon.
Het is vervroeging van groot verlofhet
is een vierweekseh verlof reeds terstond na
zijne inlijving, het is de mogelijkheid om
buiten de kazerne te ete.i en te slapen,
zoodat de milicien bij ouders of familie kan
inwonen, en dus slechts in de kazerne be
hoeft te zgn, wanneer de dienst die ver-
eischt. Dit D voor een afgericht milicien
vooral in den winter een heele tijd. Im
mers hoe weinig slechts heeft de zoogenaam
de oude milicien, de milicien der vorige
lichting over dag na 12 uur in de kazerne
te doen
Let daarbij op de toezegging aan de
milicienskorporaalwanneer zij als zoodanig
zijn aangesteli drie maanden na hunne in-
dienststelling, dan mogen zjj, zoo zij twee
maanden dienst gedaan hebben als korpo
raal, met groot verlof vertrekken. Deze
jongelingen behooren slechts ten minste
vier maanden onder de wapenen geweest
te zijn.
Nog wordt aan de jongelui die aan een ge
makkelijk door den minister ingesteld examen
tje voldoen, gelegenheid gegeven zelf te zeggen
in welk garnizoen zij wenschen geplaatst te
worden en bij welk korps; mogen ook, zoo er
geen bezwaren van den dienst tegen zijn, met
elkander op één kamer slapen en van een
zelfde tafel eten.
Allen die binnen tien maanden bruikbare
korporaals zijn en goed hebben opgepast,
verkrijgen daarbij aanspraak op verlof met
behoud van soldij voor den tijd van twee
maanden.
't Is waar, vele dezer bepalingen gelden
slechts voor personen, die zich vooraf heb
ben geoefendmaar laten onze 17 jarige
jongens alvast beginnen met die oefeningen.
Maar -- denkt gij dan dat onze jongens
zooveel tijd hebben voor deze dingen?
Ik zal u eens wat anders zeggen. Onze
leeraren in de gymnastiek geven ook les
in sommige artikelen van de Recrutenschool
b.v. de passen en marschen, de zwenkingen
en opmarschen; en wat daarmede in be
trekking staat. Waar dit nog niet geschiedt,
zullen langzamerhand de scholen er op wor
den ingericht. Dit is uitstekend.
De inrichting der scholen deugt over
het algemeen niet. Althans «in mijn oog».
Er wordt veel te veel taalgeleerdheid en
redeneerkunde, daarentegen te weinig
practisch lezen, schrijven en rekenen geleerd.
Onze kinderen worden veel meer geleid in
een richting die den vreemdeling bij bet
zien zou doen denken, dat zij allen school
meesters of andere taalgeleerden moeten
wordendan wel in de richting van den
arbeid. Zjj leeren tot hun twaalfde ja:
stilzitten. De hersenen worden vermoe:
met veel en velerlei dat weinig of get
werkelijke waarde beziten aan verpoozii
in dien geducliten hersenarbeid wordt
weinig gedacht.
Zie, wanneer nu op de scholen, op al
hoogere burgerscholen en op de schole/
voor meer uitgebreid lager onderwjjs eer
als leervak wordt opgenomen de gymnastiel
ook in verband met de wapenoefening d
onzen knapen wacht, dan wordt het jonj
mensch spelende voorbereid voor den kazern§I
dienst. Zou u niet denken, dat de diens
plicht, de persoonlijke dienstplicht da
minder zou tegenvallen
Ik herinner mij nog zeer goed, hoe c
Jienst mij aanvankelijk tegenstond, dewi
ik nog nooit een geweer gezien, laat staa'
in handen gehad had. Met welk een spar'
ning ik in de gelederen stond of wandeldt
angstvallig mijn eigen bewegingen volgendf
Ik had immers nog nooit mijn pas veran
derd of «gemarkeerd.» Ik vermoeide m,
met den korporaal-instructeur de woorde
uit den mond te zien; en nog begreep i_
zoo weinig van wat hij zeide. En hoe eer"
voudig kwam alles mij voor, toen ik hs
eenmaal wist.
Zie, als ik maar een maand voorbereidinF
had gehad, ik zou met wat meer gemaf
kelijkheid mij onder de wapenen bewoge|
hebben.
Ik geloof ook zeer goed, dat dergeljjki
ontspanning vooral op onze middelbar
scholen een zeer gezonde afwisseling zatj
zijn in de gewone hersenvermoeiing. D<
school zal dan in staat zijn de bezwarer.
aan den militairen dienst verbonden,
herleiden tot een kleinigheid.
18 Maart '89.
In vele vergaderingen der Provinciale
Staten, die moesten oordeelen over de nieuwe'
in leeling der kiesdistricten, zijn de heerer
gaan praten over een mogelijke ontbinding
derProv. Staten, waardoor als we weten
alle leden zouden aftreden, en de kiezers
dan geheel nieuwe Staten-Provinciaal, en
deze nieuwe leden der Eerste kamer konden
kiezen. Over die ontbinding had ech
de Minister het oordeel niet gevraagd.
En na een bespreking daarvan in Frieslandsei:
Staten, heeft mr. U. H. Huber, die de voor
gestelde wijziging verdedigde, gelijk trou
wens alle anti liberalen in alle provinciën
verzekerd, volgens 't Handelsblad, dat de
Regeering er niet aan denkt de Provinciale
Staten jte ontbinden.
Tegen dit bericht komt mr. H. echter]
op Hij schrijft aan het Hbl. geen gedach-
tenlezer te zijn, en de bedoelingen der Re-?
geering niet te weten, maar alleen te hebbent1
verklaard «tegenover de angstige vrees der
Friesche liberalen» voor zulkeene ontbinding,
als zijn persoonlijken indruk, dat deze Regee-
ring wel niet zulk een maatregel aan de1'
Vertegenwo 'rdiging zal voorstellen. e
Arbeidswet. De bh. Fabius, Kolk
man en Veegens hebben voorgesteld aan
art. 3. (luidende: «het is verboden een kind j
beneden 12 jaren arbeid te doen verrichten»)
toe te voegen de volgende bepaling«Ten
aanzien van kinderen, die tusschen 1 Sept.
en 31 Maart daaraanvolgende den leeftijd'
van 12 jaren bereiken is tot het einde van
dtt tijdvak, dit verbod mede Tan toepassing.»