VOOR ZEELAND. d Sterling, CHRISTELI JK- NIEUWSBLAD HISTORISCH Iden. helde. >ITAAL H0,000Aandeelen voet, te Goes. 1889. No. 45. oor Suikerpeeën Dinsdag 15 Januari. Derde Jaargang. Paul Rabaut ;erdam. Londen mited,) Londen. m zijn van goede en goedkoop. -70), PERSICO ONS (85—100— BESSENWIJN enz. VERSCHIJNT G. M. Klémkcrk, te Goes F. P. D'huy. Ie Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIES BELEEFD VERZOEK. (1 Pond Sterling.) jnwezen in Nederlandsch- chappij, te Amsterdam, ïeraal, te 's-Haye. van de Provinciale Staten Zoon, Amsterdam. jn te Zutfen. ort Pagnell, Bucks- en ncior te Londen. Central Diamond-Mining M. P. G. KAPF'EYNE Ingeschreven) 10 uur vm. tot 5 uur nm. VAN DER WEYDEN baar bij den heer ODE WINKEL, Goes. u. m. u. m. nm 12,30 3,45 1,4,15 Woensd. en Zat 7.30 2,20 7,50 10,30 11,- 6,— door 2,40 12,30 12,50 eekende bestaat gelegen- n van i f12,00 per 1000 Kilo's kerfabriek Sas van Gent. Jb. ROTTIER ZEEUW, elken MAANDAG- WOENSDAG- en "VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p. f0,95 Enkele nommers-0,025 UITGAVE VAN 7 en van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1 meer cent. 5 regel* 50 cent, iedere regel Onzen abonnés op Zuid- en Noord- Beveland, Staatsvlaanderen en el ders, behalve dien op Walcheren, wordt beleefd verzocht het verschuldigde abonne mentsgeld over het Se halfjaar, of geheel het jaar, te voldoen. Voor wie per jaar betalen, is het bedrag f3.80 of f2.60; voor wie met Juli betaalden f 1.90 of f 1.30. Den 16en Januari zal bij hen, die een half jaar of meer schuldig zjjn, over het bedrag worden beschikt. Dit alles geldt evenwel niet den abonnés in Walcheren, dezen gelieven alle opgaven en betalingen te doen aan den Uitgever F. P. DHUY te Middelburg, doch alle andere abonr-ës aan den Uitgever Goes, 4 Jan. '89. G. M. KLEMKERK Contant en Crediet. Men schrijft aan Patrimonium, het chr. weekblad voor onze werklieden Ik heb - wat iedereen heeft een buurman. Maar deze buurman is winke lier dat niet van eiken buurman gezegd kan worden, èn wat 'hier jjde deur dicht doet, het is een goede Buurman ook. En dat bezit is een voorrecht 1 Deze huurman nu is deze eerste dagen in het nieuwe jaar «wonder» druk. Waar mee Met rekeningen schrijven 't Is een stapel 1 En vele dagen zijn noodig eer De prediker der Woestijn, of Getrouw tot in den dood. V. Onwillekeurig vaart ons een huivering door de leden als wij brdenken dat het een lid was der gemeente die de treurige taak op zich nam, Rabaut in handen te spelen van naar zijn bloed dorstende belagers. Het verraad was zeldzaam in dekringen der Protestanten. Het was bjjna zonder voorbeeld dat een weer tot Rome terug gekeerde zjjn vroegere broeders overleverde. Het was dus Bruijn voltoekt geen bezwaar, dag en plaats te weten van elke Gods dienstoefening die door Rabaut zou worden geleid. Maar hooren wij de toedracht der zaak uit deri mond van niemand anders dan Bruijn zeiven. Wjj zoeken hem daartoe op in een gevangenis, waarin hij geworpen was als beschuldigd van moordaanslag op een overste, een gansch onverdiende beschuldiging. In die gevangenis bezocht hem een roomsch missionaris, de abt Bri- daine een der edelste zonen der Roomsche kerk, zooals er slechts weinigen onder hare priesters werden gevonden. Deze Bridaine, om zijn onberispelijken wandel, zijn ernst en waarheidszin meer gevreesd dan bemind, was nochtans om zijn welsprekendheid als redenaar zeer gevierd in de hoogste kringen des lands. Beroemde redevoeringen zijn van hem bewaard gebleven. En ontzag lijk was de erns), waarmee hij zijn hoorders, die van alle zijden waren toegestroomd, stil deed staan bij de eeuwigheid, die zee zonder oevers, die woestijn zonder grenzen, die afgrond zonder bodem.» En deze groote vrome prediker voelde zich tot niemand meer aangetrokken dan tot gevangenen. allen zijn uitgeschreven, opgeteld en netjes ingepakt. Jongen zei ik tot hem dat bedrag r.u over een paar maanden ontvangen 1 Als dat waar was -- zoo zei hij [dan zou me dat nog wat waard zijn, als gift aan onze armen. Dit antwoord bracht mij tot nadenken. Ik vroeg mij af, waartoe dat crediet in den kleinhandel? Het baart den verkooper groote schade aan rente voor zijn bedrijfs kapitaal en het komt mij vuor, dat dit crediet menigen burger verleidt meer te koopen dan zijn zak toelaat. Koopen op crediet is zoo gemakkelijk en moet er toe leiden, dat men koc.pt boven zijn kracht. Maar meer nog. Ik acht het èn onzedelijk èn onchristelijk dat iemand, die een reke ning ontvangt, deze maar al te lang liggen laat zonder betaling. Mij komt "het voor, dat hij die zijne rekeningen onbetaald weg sluit, diefstal pleegt aan zijn leverancier lijj geniet rente van een kapitaal, dat den winkelier toekomt. Dunkt u dat ook niet? Wat zou men het zaken doen voor menig neringdoende vergemakkelijken door contante betaling of is dit een ;onbereikbaar ideaal, dan althans door een prompte, dadel jjke betaling van zijn ontvangen nota. Een winkelier kan soms zoo zuchten om betaling van zijn eigen geld. Denkt er eens om, Van daar dat hij ook Brujjn aantrof, en reeds spoedig bekend was met diens ge schiedenis, welke hem zeer in het harte greep. Hjj toch achtte Rabaut hoog en kwain eens met hem in aanraking. Van daar de diepe smart daarover dat zijne geloofsgenooten dezen jongen man hadden veiled tot zulk een afschuwelijke daad; en zjjn ernstig voornemen tevens om zijn bijzondere zielszorgen aan hem te wjjden ten einde, ware het mogelijk, goed te maken wat door zijne mededienaren der kerk was bedorven. En door zjjn diep medegevoel, door zij n deelneming en roerende vermaningen was het hem inderdaad gelukt het tot steen bevroren hart van Bruijn te ontgloeien, en hem Petrustranen te doen storten over zijne zonde voor God en menschen. Hem, Bridaine ontlastte'nu Bruijn zijn gansche hart, en wij wenschen de bijzonderheden, die hij zich zoo haarfijn herinnerde, uit zijnen mond te vernemen. De Godsdienstoefening zoo verhaalde Bruijn die wij bepaald hadden om Rabaut te vatten, zou iu een der wijde vlakten van het gebergte gehouden worden die het meest den naam van Woestijn verdiende. Ik kende de plaats zeer goed zij werd gewoonlijk «den tempel» genoemd. Vijf of zes openingen gaven toegang tot eene geheel door rotsen omgeven vlakte. Van de hoogte dezer rotsen konden onze schildwachten een mijl in den omtrek zien. De uitgangen waren talrijk. Er zouden 10000 man noodig geweest zijn, om ons met eenige hoop op goed gevolg te omsin gelen. Daarom kon er niet aan gedacht worden den prediker op de plaats zelve te vatten. Maar ik kende de rotstrap waarlangs hij gewoonlijk kwam ik had hem meermalen zelve begeleid. Dit als tusschen de rotsen verscholen opwaarts kronkelende voetpad scheen het meest geschikt voor eeneover- gjj allen, die koopt in Parjjs, waarom ge daar wel dadelijk betaalt, maar uwe leveran- cier-landgenoot maanden lang laat wachten. Dit advies vóór onze winkeliers. Maar nu ook een beschuldiging tegen hen. Hoe komt het toch dat onze winkelier eenerlei prijs berekent voor zijn klanten, die contant betalen en voor hen, die laten ccopschrijveri». Dat is niet billijk. Denk maar eens na. De inkoopsprijs wordt door hem verhoogda. met zooveel percent winst en b. zóóveel percent exploitatie. Bij dit laatste behoort dan o. a. de kosten der boekhouding, het renteverlies voor het wachten op betaling, de on Kosten aan knechts, noodig om bij de klanten [te gaan vragen en het benoodigde te gaan bezorgen en daarin heeft onze winkelier gelijk. Maar als ik nu contant persoonlijk kom koopen tegen den zelfden prijs, betaal ik dan niet mede aan die voor mij die contant betaal te hooge exploitatie kosten De winkeliers ijveren tegen «Eigen Hulp» en terecht, maar zou het niet goe t zijn, dat zij in deze eerst de rechtvaardigheid betrachien aan hen, die koopen contant. Jantje Contant. Een sommatie. Wjj schreven ook op Oudejaar: rom peling. Het kwam er dus alles op aan de soldaten daar te versteken. Dit was alles behalve gemakkelijk, want zoodra men, zelfs van uit de verte, één der bekende uniformen had bemerkt, zm ons plan verijdeld zijn geweest. Ik wist echter, 10 nachten achter een telkens twee als boeren verkleede sol daten er heen te brengen. Zoodat er zich twee dagen voor de Godsdienstoefening twin tig man bevonden in eene ruime spelonk, die, weinige schreden van het voetpad verwijderd, een opening had. De overste van de kleine bende was de voornaamste verleider van Bruijn. Hij wilde niemand het genoegen en den roem overlaten, die hjj zich van deze onderneming beloofde. Toen alles zoover gekomen was, meende ik genoeg gedaan te hebben, en wilde mjj verwijderen. Maar men hield mij terug. De soldaten kenden geen van allen Rabaut, ik moest hem dus aanwijzen. Tevergeefs smeekte ik dat men mjj hiervan toch zou verschoonen. Ik beproefde te vluchten, maar men paste er voor en bewaakte mij zorg vuldig. Twee dagen nog verliepen er voor den dag der vergadering. Wat duurden zij lang I Van tijd tot tijd gelukte het mij mij te bedwelmen, maar om met des te meer angst weer tot bezinning te komen. Als ik er aan Legon te denken dat ik, eens de hoop en de trots mijner arme broederen, nu hier was om hun boven alles beminden prediker op het schavot te bren gen, was het mij of ik droomde, en als in een droom stiet ik de vloekwaardige ge dachte van mjj. Maar hoe bleek het mjj geen droom te zijn I Nooit hebben de eerste schoone zonnestralen iemand zoo'n doodelijken schrik aangejaagd, als die van den dag, waarop ik mjjne misdaad zou moeten volvoeren. Alles was goed overlegd. Eenige soldaten die twintig voet verderop in de spelonk ver- «De mee t goddelooze leerstellingen werden in de tweede kamer door deltig liberaal en wild socialist gepredikt, en nog is het einde der dingen niet.» Het Weekblad sommeerde on«, dit te bewijzen, er. zjj heeft na hare ongeveinsde partijbetrekking voor de socialisten, daar alle recht toe. Maar heeft het Weekblad dan niet gedacht aan de uitlatingen van hare vrienden Heldt en Rutgers; aan de beschouwingen van] laatstgenoemde naar aanleiding van" mr. Keuchenius' oproeping tot gebed voor den gouverneur-generaal en tot steun voor de zending. Wat toch zegt het blad van deze stelling Het is beter een liberalen gouverneur voorwien de clericalen bidden, dan een clericalen gouverneur dien wjj liberalen moeten verwenschen Een uitdrukking gebezigd door den man van de paradjjs- beloften, de bet, de kalot en den borrel.» Kent zjj Heldts en v. Houtens verdedi ging van het tweekinderstelsel niet meer, en v. Houtens beschouwing over de Kroon? Ten opzichte van één punt verklaren wjj ons te hebben vergist. Ons waren de ontzettendste adviezen van een liberaal kamerlid inzake strafrecht ter oore gekomen adviezen waarin hij de beteekenis der misdaad geheet had uitgewischt, en waarvan hij scholen waren, zouden op een afgesproken teeken den weg versperren. Op hetzelfde oogenbiik zouden de anderen uit de spelonk te voorschijn treden, en de zoo van voren en achteren overvallen prediker zou onver biddelijk gevangen zijn. Mij was, op mijn aanhoudend smeken, toegestaan, mjj schuil te houden. Als de soldaten eenmaal buiten waren, kon ik een goed heenkomen zoeken. Spoedig begon mijn straf. Met het oog door een spleet in de rotsen naar buiten gericht, zag ik tien schreden voor mjj uit zoovelen voorbijgaan, met wie ik eens den zelfden weg had afgelegd. Mannen, vrou wen, kinderen, grijsaards, volgden elkander in groepjes over de steenen treden der rotsen. Weinigen spraken. De meesten waren ernstig en ingetogen. Op hunne door de warme stralen der zuidelijke zon gebruinde voorhoofden, die met glinsterde vrede, die met mijn namelooze onrust in bittere tegenstelling was. Een grijsaard, dien ik daar andere perso nen voor hem heen gingen, nog niet gezien had, stond stil om adem te scheppen. Het was mjjn vader. Hjj nam den hoed af, en wischte zich het zweet van het voorhoofd. Hoe was hjj verouderd 1 Ik las mjjn geschie denis en zijne diepe smart daarover in de diepe voren van zijn gelaat. Ik kon mjjne oogen niet afwenden van de witte haren, die ik op het punt stond met smaad te bedekken. Reeds lang was hjj uit mjjn oog verdwenen, als ik hem nog altijd na staarde. Een hevige ruk aan mjjn arm maakte een einde aan mijn gepeins. «Is het deze? Is het die fluisterden haastig eenige sol daten. Ik zag den anderen kant uit. «Neen» was mjjn antwoord. Maar het «-as inder daad een onzer predikers, Paul Vincent. De soldaten trappelden van ongeduld en hun aanvoerder moest zich bljjkbaar geweld aandoen, om zich 2ulk een buit te zien ontsnappen. Wordt vervolgd^

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1889 | | pagina 1