CM RIST ELI JK-
NIEUWSBLAD
HISTORISCH
VOOR ZEELAND.
BIJVOEGSEL.
1888. No. 34.
Dinsdag 18 December.
Derde Jaargang.
VERSCHIJNT
G. M. Klemkerk, te Goes
F. P. B'huy, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIES
i'i ■■miin iliilih»
BLKEN MAANDAG- WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p. f 0,95
Enkele nommers-0,02s
UITGAVE VAN
EN
van 1 5 regels '25 cent, iedere regel fteër S cent.
"Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
GEMEENTERAAD VAN GOES.
In de vergadering van gieter (Vrijdag)
waren de heeren dr. Callenfels, en Dr. Isebree
Moens met kennisgeving afwezig. Na lezing
en goedkeuring der notulen deelt de
•voorzitter o. a. mede dat de be
grooting van '89 van Ged. Staten is
teruggekomen met verzoek de kweekelingen
daaruit te schrappendat de heer Schou
wenburg zyn benoeming tot onderwijzer
aan school C heeft aangenomen; dat op 12
Dec. ZExc. de Comm. des Konings de ge
meente bezocht heeft, en alles in volmaakte
orde heeft bevonden dat ingekomen is een
verzoek van den comm. van politie tot ver
hooging zijner jaarwedde. (Gesteld in
handen van B. en W. om advies).
Nu stelt de voorzitter in behandeling
het voorstel van het raadslid M. de Jonge
Jz. nopens de jaarwedden van het onder-
wijzend personeel aan scho. 1E. Eerst werden
daaromtrent de rapporten gelezen van den
Arr. schoolopziener de pl. commissie van
toezicht en van B. en W. waaruit wij het
volgende aanstippen.
Het voorstel van dhr. De Jonge luidt;
een nader besluit te nemen
in zake het salaris van het onderwijzend
personeel op school E en wel om in C 2o
van het Raadsbesluit van 17 April '85 te
lezen
«zes honderd gulden, in plaats van dui
zend guldenen vijftig gulden in plaats
van honderd guldenmet de bijvoeging
dat ook deze verandering van geen invloed
zal zijn op de tractemeriten, die thans ge
noten worden, maar alleen zal toegepast
worden bij vacatures
In de toelichting wijst de voorsteller op
het feit dat school E een lagere school heet
en dus gelet moet worden op de terug
brenging tot f 500 van de tractementen
op andere lagere scholen. Hij wenscht f 100
salaris er aan toe te voegen voor iedere
byacte. Dit voorstel beoogt bezuiniging.
De plaatselijke schoolcommissie vereenigde
zich met de conclusie van den arr. school
opziener die in zijn advies tot verwerping
o. a. zegt dat naar art. 16 der wet op het
L. O. school E een school is voor voortgezet
lager onderwijs.
Voorts dat de raad in 1885 zeker heeft
gemeend daartoe onderwijzeressen te be
noemen met acte middelb. onderwijs. Mis
kent men nu den oorsprong der school en
verlaagt men de jaarwedden, dan sluit men
waarschijnlijk de meer beschaafden feitelijk
uit, of men maakt dat de onderwijzeressen
kort in de gemeente blijven, wat nadeelig
is voor het onderwijs. Niet de actes, maar
de soort van onderwijs bepaalt deszelfs
beteekenis. De leerlingen aan school Ezyn
meisjes van 12 tot 17 jaren.
B en W. verklaren in hun rapport dat
zij den tijd tot verandering der jaarwedden
niet rijp achten, te minder daar zelfs een
voorstel van dhr. De Jonge om het tracte-
ment op f800 te brengen, in 1885 werd
verworpen.
De wijziging is mede onraadzaam bij een
eerste vacature. Gelijkstelling der onderwij
zeressen met die aan de gewone lagere
scholen is bovendien onbillijk, daar deze
dames aan kinderen les geven die 10 jaren
met die der L. S. in leeftijd verschillen.
De voorzitter brengt nu na voorlezing
daarvan het voorstel in bespreking en meent
de leden van den raad te moeten opmerken dat
ook bij B. en W. wel een open oog is voortrac-
tementsverandering maar dat daar tot heden
nog geen grond voor was. De vrees is dat geen
waarborg bestaat dat bij lager tractement ook
niet het voortreffelijke der onderwijskrachten
zal verminderen. Iets anders toch is het
kinderen van 6 -8 jaar te onderwijzen in
de gewone vakken L. O., dan onderwijs in
levende talen en letterkunde te geven aan
leerlingen van 1417 jaar. Slechts weinigen
zullen deze gaven gelijkelijk bezitten. Hij
meent dus de aanneming van het voorstel
te moeten ontraden.
Allereerst vraagt nu de heer de Jonge het
woord. Hjj heeft met belangstelling kennis
van de rapporten genomen, doch niet zonder
teleurstelling. Hij toch acht zijn voorstel
zeer onschuldig. De heer schoolopziener zegt
wel dat school E is een school van uitgebreid
lager onderwijs, maar 't is dan toch lager
Z. i. stellen zich B. en W. te veel op het stand
punt van wat school E geweest is. Zij was een
middelbare school, maar is teruggezet tot esne
voor uitgebreid ot voortgezet lager onderwijs.
Daar is gesprokenook door den Voor
zitter, dat op school E onderwijs wordt
gegeven in de kennis van vreemde talen
en in derzelver letterkunde, maar art. 16
L. O. spreekt ook van meer uitgebreid lager
onderwijs, wel onder de vakken l.-t. van
de beginselen der letterkunde,, maar niet
van deze zelf en van die der vreemde talen.
Het is een lagere school en zij moet dit
blijven. Spreker komt tot de verzekering
dat hjj zich vóór drie jaar niet heeft vergist
toen hy meende dat de verandering van
de Meisjesschool slechts eene verandering
m naam was.
Hij kan niet anders er in zien dan dat er
wetsontduiking heeft plaats gehad, en waar
de Reg. het subsidie opzeide voor middelbare
scholen, wijl zij deze die voor Goes onnoodig
keurde, heeft men, door ze in wezen te laten
wat ze i>, maar door ze in naam te maken
tot een lagere, zich toch van de 30 pCt.
weten meester te maken. De voorzitter
wyst ook op den oorsprong der school. Maar
deze is niet meet wat ze was. Ook komt
het spreker voor dat B. en W. wel een
weinig de opvoedkundige bekwaamheden van
de gewone onderwijzers onderschatten.
Of zijn het niet de degelykste onderwijzers
die het kind van zyn eerste schooljaren
af hebben opgevoed en onderwezen? En
zouden er geen sollicitanten zijn? Dat
worde toch eerst afgewacht. Eer dit bewe
zen is, kan het niet als motief tegen het
voorstel gelden. Maar verbaasd is spreker
over de voordracht voor een leerares. No. 1
van de voordracht is iemand die
geen acte middelbaar heeft. Hoe komt dit
Spreker is er voor dat voor iedere meerdere
acte een verhooging wordt toegestaan. Hij
raadt den leden ernstig aan om ditmaal eens
te beproeven, nu we een vacature hebben,
om ook het financieel resultaat niet over
hel hoofd te zien, wat in het advies van
B. en W. niet is behandeld.
Wat het recht betreft om te beslissen of
wij een middelbare school hebben mogen,
dat berust niet bij de regeering zoo ant
woordt de Voorzitter maar by de ge
meente en by haar alleen. Onze meisjes
school is een kostschool geweest en is door
de toenemende ontwikkeling die meerdere
ontwikkelingsperiode doorgegaan. En dat
als no. 1 op de voordracht voorkomt een
dame zonder acte voor M. O. bewjjst niet,
dat wij -niet logisch te werk gaan. Die dame
zal 't volgend jaar die acte halen.
Het is onze bedoeling wel degelijk als
altijd om goede onderwijskrachten aan onze
school te verbinden tegen goede tractemen
ten. En waar op een tractement van f 1000
zich 6 sollicitanten slechts aanmeldden, waar
van 1 zich terugtrok, 1 elders benoemd
werd, wat is dan te wachten als we vragen
op jaarwedde van f600. Zullen we dan goede
onderwijzers krygen
De heer Ochtman kan het kwalijk ver
zetten dat de heer de Jonge sprak van
wetsontduiking. Hij acht dit niet vleiend,
en niet in overeenstemming met den eerbied
die de andere raadsleden betoonen voor de
overtuiging des voorstellers, en die deze ook
verplicht is jegens anderen te betoonen. De
heer de Jonge antwoordde op deze philip
pics, de eenige, waardoor deze uitvoerige
debatten werden ontsierd, dat hy den heer
Ochtman niet heeft beleedigd of heeft willen
beleedigen. Alleen hij, spreker, zou on
mogelijk aan deze verandering hebben deel
genomen, zonder zich dit verwjjt te doen.
Maar hy beschuldigde den heer Ochtman
niet van opzettelijke wetsontduiking.
Het gaat niet aan, zoo zegt de heer
Hildernisse, om enkel het onderwijs in de be-
ginselen aan school E te eischen. Niet
deze alleen, ook de voortzetting der studie
van de moderne talen. En trouwens, waar
ligt de grens? Weet de heer de Jonge dit?
Ook hebben toch de ouders recht voor hun
hoog schoolgeld om ander dan gewoon
onderwijs te eischen. De proef van den
heer de Jonge is hem te gewaagd.
Uit art. 2 der wet L. O. bewjjst de heer
de Jonge j den vorigen spreker, dat diens
eischen in strjjd jzjjn met de wet, want
deze eischt slechts onderwijs in de beginselen
niet in de voortzetting der genoemde kun
digheden.
Men mag immers aan een lagere school
niet de eischea van middelbaar onderwijs
stellen
Ook de heer Lambrechtsen motiveert zijn
stem tegen het voorstel. Niet zoozeer om
de acten, maar wjjl hy onderwijzeressen
wil uit den beschaafden stand, en die dames
kunnen van minder dan f 1000 niet leven.
Die kan men, antwoordde de heer de
Jonge, ook wel onder onderwijzeressen met
acte lager onderwijs vinden. De een ver
scheelt veel van den ander.
De heer Vervenne vindt den greep te
sterk. Van de leeraressen mag niet geeischt
worden dat zij goed ontwikkelend onderwijs
geven, als zij met de zorgen des levens te
kampen hebben. Hij zou f800 beter achten.
Goed, zeh'le dhr. de Jonge dat de heer
Vervenne mijn voorstel in dien zin amendeere.
Onder de sollicitanten van nu zijn er van
f 800, als die gemeenten ze hebben, zouden
wjj ze dan niet kunnen krygen
De heer Vervenne amendeert nu het voor
stel, en deze wijziging wordt nu door den
heer de Jonge overgenomen. Doch de heer
Ramondt, die aanvankelijk voor het voorstel
was, is door den loop der gedachtenwisseling
van meening veranderd. In Middelburg,
waar ook eene lagere school is, betaalt meiï
veel hoogere traktementen. Ook 4iy aoht
het een te gewaagd spel.
De heer de Jonge antwoordt hier nog
op, en de Voorz. merkt op dat in de oproeping
van hoeveelheid der acten niet wordt ge-i
sproken en toch 6 sollicitanten slechts op
kwamen. ïntusschen acht de Voorz. nu het
voorstel voldoende toegelicht en 'brengt het
in stemming. Van de 11 leden verklaren
4 er zich voor, de heeren Den Boer, Ver
venne, Quist en de voorsteller.töet voorstel
was dus verworpen. ,i
Nu werd uit de voordracht tot ver?
vulling van eene vacature aan school E.
bestaande uit de dames A. J. van Logheme
A. de Vlaming, en J. M. {Meyer, gekozen
met 7 stemmen: Mej. A. J. van LaQhem
van Amersfoort.
Nadat na een kleine wijziging van Ge-,
deputeerde Staten ih de verordening op het
Onderw. personeel zonder hoofd, stemming
was goedgekeurd, kwam het tweede voorstel
van dhr. de Jonge in behandeling tot ver
hooging van het schoolgeld op school A van
f0,60 tot 1.20. Ook daaromtrent wat
advies ingewonnen van de plaatselijke school*
commissie, van de financieele commissie,
meerderheid en minderheid, en van B. en W.
Het voorstel van den heer de Jonge luidde
als volgt
«In de verordening tot heffing van school'1
gelden, vastgesteld door den Raad in zijnt
vergadering van 20 Aug. 1885 worde it
artikel 1 letter a onder 1° gelezen
«Gedurende de dagschool (voor- er
namiddag) een 'gulden twintig cent.»
In zijne toelichting wjjst de voorstellei
op zyne reeds vroeger in den Baad geop
perde bezwaren tegen het j(tegenwoordig*
stelsel van) ''schoolgeldheffing. Het onder
wijs zoo zegt hij moet zyn de taak
der ouders, zoodat de gemeente alleën kar
tegemoet komen, ^wanneer de ouders niet
of niet geheel het schoolgeld hunner kin
deren kunnen betalen. Nu is school A
bestemd voor kinderen der gegoeden, éi
kan dus een toelage uit de gemeenlekat
nog hooger dan het tegenwoordige schoolgelc
niet worden gerechtvaardigd. Ook zal nei
onderwijs beter gewaardeerd worden afc
het duurder wordt; het gehalte zal ei
misschien op winnen, scherper control*
door de ouders by concurrentie mét d<
bijzondere school zal er het gevolg van zyh
Ook is de verhooging volgens den voor
steller niet tegen de wet van ?8 op hel
lager onderwijs, dewyl art. 46 dier wel
slechts van een bijdrage spreekt, zohdel
te bepalen hoe groot zjj moet zjju. Ook
wordt de gemeente er door gebaat. D<
voorsteller wyst op de uitgaven die weldrt
voor de herstelling van het Sas noodigzyn
en op de onmogelijkheid in dezen tyd der
hoofdelij ken omslag der ingezetenen t<
verhoogen.
Burgemeester en Wethouders deden aai
hun advies tót verwerping vaft dit voorste
een beschouwing Voorafgegaan, in hoofdzaak
lullende
De voorsteller gaat uit van de subjectiêV*
stelling dat het onderwijs de taak der ouden
is. De wet zegt 't anders: «Overal worde ge
zorgd voof de gelegenheid tot voldoend open-
baai lager onderwijs. In de kosten daarvan
kan een tegemoetkoming worden gevorderd.2