Boot
CHRISTELIJK-
NIEUWSBLAD
HISTORISCH
VOOR ZEELAND.
1888. No. 22.
Dinsdag 20 November.
Derde Jaargang.
mtjalk
emonloir.
11
VERSCHIJNT
G. M. Klemkerk, te Goes
F. P. D'huy, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIES
Volksopleiding ten platten lande.
-//
Jl Zdfv) Mi-
urns, Sigaren-
aren, Kammen,
voor
rortr.
jende
lotere
emde
aken,
i
voor
w
i-3
O
0
f
ui
1
O
a
rechte zijn en deel ze
alve stemmen die begin-
ivertuiging overeen,
tkundig gesproken, een
igd tot een partij te
:d.
s ge een beginsel hebt,
raktijk dient te belij ien,
renteloos kapitaal wordt,
emen velen dit tegen-
n m innen onwaardig
j zijn opgegroeid in de
;nbelijdenis wel als een
eschouwen.
lenis dit dan niet?
o belij lenis heeft, zoo-
uft, verbindende kracht,
men zich dan niet te
e its te oi 1 irschrijven
j om te weigeren. Dan
dere belijdenis en vonnt
parij-man
zijne partij beschouwt
:ht van bestaan heeft,
lere wil doèn heerscheu.
partij niet voldoende?
>el staatkundige richtin-
Dit is de nat,uurlij ke orde.
partijdig man
e als hij oordeelen moet,
partij kiest en daarnaar
eel schooner tot geen
i eenvoulig zijn steun te
die wat goe Is doet
s gedwongen eene partij
)ij eene partij aan te slui-
gemeenschippelijk han-
n een afspraak, w varaan
j van, en zor loende e ene
u van de bewering van
tot geaa partij willen
lie zoo spreken, in hun
ebben gekozen.
N. Pr. Gr. C.
1
OTTERDAM
•g. 10.30 u.
naar GOES
irg. 6.u.
3TTERDAM
11,— u.
M
4,u.
tui bij den
i,op 'tHa-
MAN.
i Nieuwe
ZEEUW,
elken MAANDAG- WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p. f0,95
Enkele -0,026
UITGAVE VAN
EN
van i 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regeli 50 cent, iedere regel,
meer 10 cent.
De Delvenaar acht niet alleen in de steden,
maar ook in de dorpen zijn onderwijsplan
voor werklieden practisch uitvoerbaar.
Wij willen hem zeiven het woord geven
»Op de dorpen zoo zegt hij zullen,
met eenige at wij king, naast historie enz.
de volgende vakken worden behandeld, al
lereerst de zaken die voor landbouw, han
del en ambachten noodig zijn. Voor den
landbouw en den handel zal de kennis van
meststoffen, van verbeterde landbouwwerk
tuigen en van den uitslag van verschillende
cultures over het geheele land, een plaats
innemenverder zullen aan de orde komen
wetten, bepalingen en reglementen die op
het polder- en waterschapbeheer betrekking
hebben, een critische bespreking in verband
met onze beginselen van onderwijs-, ge
meente-, provinciale wetten, enz. zullen
alsmede stof genoeg leveren tot nuttig en
opbouwend onderhoud. Ons doel is de
plattelandbewoners dat inzicht in gemeente-,
provinciale- en staatshuishouding te helpen
verkrijgen dat zjj ook in maatschappelijken
zin niet worden omgevoerd met allerlei
wind van leeringe» en de beginselen in
Art. 1 der statuten van Patrimonium»
neergelegd in toepassing weten te bren
gen op de huishouding van staat, ge
meente en provincie, wij zullen op deze
wjjze een kern vormen van mannen die
de moderne opvattingen ook op grond van
redenen kunnen weerstaan en onze plat
telandbewoners kunnen voorlichten bij ver
kiezingen van bestuurslichamen.
Voor de ambachten is de kennis van
hand- en rechtlijnigteekenen een eerste
vereischte; zou dat nu voor iemand van
goeden wil, die bijv. in Middelburg woont,
zoo'n verbazende opoffering zijn één avond
per week beschikbaar te stellen om bijv.
de leden te Serooskerke wat met water
bouwkunde, burgerlijke bouwkunde en aan
verwante vakken vooruit te helpen, zoodat
zij hun ambacht grondig leeren verstaan
Zou dat voor een dominee, voor een on
derwijzer, voor een advocaat zoo'n verba
zende opoffering zijn om een paar uren per
week aan de vorming hunner geestverwanten
ook in socialen zin te wijden? Zou het
van eene stad uit zoo'n opoffering zijn om
in een naburig groot dorp een cursus te
organiseeren, in den geest zooals door ons
is geschetst? Ook op de dorpen zelf zullen
wij werkkrachten vinden om mede te werken
aan het streven naar het doel, dat wij naar
onze innige overtuiging moeten trachten te
bereiken, n. 1. het vormen van een christen
volk dat op elk gebied zijn moderne tegen
standers, in de kracht Gods, weet te weer
staan; men vergete toch niet dat de nieuwe
Grondwet ook aan ons nieuwe verplichtingen
oplegt tegenover »de kleyne luyden.»
Als men altijd in de stad heeft gewoond
en gewerkt, weet men het niet hoe moei
lijk het tegenwoordig b. v. op het platteland
in Zeeland gaat om eenige theoretische
vorming voor een vak op te doenals wij
daar direct of indirect het onze toe bijdragen
handelen wij naar plicht en geweten, omdat
wjj daardoor vooral aan den nij veren ar
beidersstand een grooten dienst bewij en.
In Zeeuwsch-Vlaanderen zijn er verscheidene
jongelieden uit den ambachtsstand, die
's Zondags naar de Belgische steden, zooals
Gent en a. trekken, om eenig theoretisch
onderwijs in hun vak te kunnen verkrijgen;
er zijn ambachtslieden, die hun jongens
's winters naar plaatsen zenden, waar bur
geravondscholen bestaan; men moest toch
begrijpen dat de tegenwoordige toestand op
den duur tot den ondergang van deze klasse
van menschen moet uitloopen, en wel omdat
voorwerpen, die bij gelijke kennis van het
vak op de dorpen beter en goedkooper kun
nen worden gemaakt, thans vrjj algemeen
uit de steden worden aangevoerd, (en voor
Zeeuwseh-Vlaanderen nog wel uit de Bel
gische steden, waardoor in den winter gebrek
aan werk bij de ambachtslieden ontstaat
en dus achteruitgang in energie en welstand
wordt veroorzaakt. Een 25 a 30 jaren ge
leden werden des winters door timmerlieden
op de dorpen degelijke meubels, zooals
kasten, tafels, zitbanken enz. gemaaktook
werden werktuigen en toestellen, die bij
het landbouwbedrijf voorkomen, door tim
merlieden, smeden, wagenmakers enz. in
voorraad gemaakt om de drukte 's zomers,
als alles in gang was, het hoofd te kunnen
bieden; tegenwoordig koopt men in de
steden wat men daar koopen kan, terwjjl
de ambachtslieden op de dorpen, die toch
ook hun lasten moeten opbrengen, zeer
worden benadeeld. Het doet ons pijn als
wij sommigen op de dorpen, die n.eenen
genoeg gedaan te hebben met aan de ge
meente een openbare school te helpen be
zorgen volgens de wet van 1878, die een
groot gedeelte van het gemeente-budget
verslindt, op de jrrstomme» boeren hooren
smalen en [die in stede van krachtig mede
te werken om op 'het dorp handel en nij
verheid te bevorderen, niets gewichtigers
kennen dan de wijze waarop zij zich amu
seeren zullen.
Het spreekt wel van zelf'dat de sckrjjver
in dezer, niets verwacht van boekengeleer
den; maar van mannen die practisch en
theoretisch gevormd zjjn.
Moeilijk is deze methode zeker, maar
vrucht dragen zal zij voor velen. Er zijn
mannen genoeg in verschillende betrekkingen
werkzaam, die door dergeljjke leerwjjze
gevormd zijn. Er schuilt veel te veel ge-
zor.d verstand in vele arbeiders om aan de
mogelijkheid maar te kunnen twijfelen.
Men hoort vaak zoogenaamde «geleerden»,
doctoren in allerlei wetenschap met min
achting spreken over «die menschen».
«die» technische arbeiders. En wie zjjn
die spotters in den regel Mannen, die
tets van talen kennen, iets aan de wiskunde
deden, of wel eens iets gehoord hebben
van schei- of natuurkunde.
Waarlijk het heeft vrjj wat meer om
het lijf, de kennis te bezitten om een werk
goed te leiden en uit te voeren, dan uit
een of anderen schrijver wat aan te halen,
vrij wat meer om een goede zeewering
te bouwen, of een goede sluis, een goed
werktuig, een goed schip of een goed ge
bouw van eenigen omvang, dan boeken
kennis aan den man te brengen.
De schrjjver zegt:
«Voor het eerste is een veelomvattende
kennis en ervaring noodighet worstelen
met de elementen die bij zoo'n sloedam
of dergelijk werk den arbeid van velen
soms in een oogenblik kunnen vernielen is
geen spelen, daarbij komt nog, dat van
het welslagen van het werk soms zeer
groote sommen afhangen; voor het laatste
kan men met een beetje routine en ge
heugen volstaan. Een goed practisch ge
vormd ingenieur, een degeljjk fabrikant,
een degelijk aannemer van groote werken,
weten het wel dat die stoere figuren, die
zich meestal weinig om hun uiterlijk be
kommeren, voor ons onmisbaar zijn. Zulke
mannen moeten wij in eere houden en
vormen en dan zullen wij den examenslender,
die tegenwoordig alles beheerscht, en waar
bij de middelmatigheden de uitverkorenen
zijn, wel overwinnende soort van men
schen voor wie arbeid leveren bet ver
vullen van een plicht geldt hun door God
opgedragen, en die de krachten van hun
geest en van hun lichaam beschikbaar
stellen voor de maatschappelijke welvaart,
hebben vaak bescherming en hulp noodig,
zij toch zijn de producenten op wie bij
slot van rekening alles neêrkomt. Daarom
moet de methode van onderwijs voor den
volwassen arbeider een andere zjjn dan
voor kinderen, een arbeider denkt niet als
een kind, hjj kent een ambacht of een
bedrijf, hjj kent de materialen die hjj ver
werkt en in den regel goed ook, wees
daar zeker van, hjj heeft wat gelezen, wat
gezien en soms veel ondervonden, want de
worstelstrijd om het bestaan is vaak harder
dan uiterlijk blijkt, hjj heeft over veel
dingen zijn eigen denkbeelden, die soms
zeer juist zijn; tracht maar eens het ver
trouwen van arbeiders te winnen, gij zult
het dan even goed ordervinden als ik en
velen met mij.»
V Een beschamend voorbeeld.
De liberale pers, die zooveel zegt op te
hebben met den godsdienst, heeft zich zelf
geheel vergeten, toen mr. Keuchenius aan
kwam met de oproeping in de Staatscourant,
om van den Heere een gelukkige reis af te
smeeken voor den nieuwen gouv.-generaal.
Met die ministrieele aanmaning is wat de
draak gestokenAnderen hebben er zich
aan geërgerd. Allen hebben haar afgekeurd.
Dat bidden, vond men kwam niet te
pas in Nederland. Let wel, in datzelfde
Nederland, waar een ineer consciëntieus
voorgeslacht door de regenten meermalen
openbaar tot bidden en vasten aangemaand
was.
Maar die tijd is voorbjj, is lang voorbij I
Trouwens welke verlichte natie zou nog
zoo ouwerwetsch willen zjjn om er een
bededag op na te houden
Dat men dit echter zoo hard niet zegge.
Immers in de republiek der vereenigde
staten van Noord-Amerika viert men jaarlijks
een nationalen gedenkdag. Deze is thans
ook weer bepaald op den 29en aanstaande.
De president Cleveland heeft daartoe de
volgende proclamatie uitgevaardigd:
Aanhoudende dankbetuigingen is het
Amerikaansche volk verschuldigd aan den
almachtigen God voor de goedheid en barm
hartigheid, welke Hjj het altijd heeft betoond,
sinds den dag, waarop Hjj er een natie van
heeft gemaakt en het een vrjj gouvernement
gegeven heeft. Hjj heeft ons met liefde en
goedertierenheid geleid op den weg van
voorspoed en grootheid. Hij heeft ons niet
met strenge straffen getroffen voor onze
feilen. Hjj heeft ons geleerd, dat de voort
during van Zjjn kostbare weldaden de be
looning moet zjjn voor onze gehoorzaamheid
aan Zjjn heilige wet.
Uit dankbaarheid voor hetgeen God voor
ons heeft gedaan als natie en opdat op een
bepaalden dag de vereenigde gebeden en lof
zangen van een dankbaar volk tot den troon
der genade kunnen opstijgen, stel ik, Gro
ver Cleveland, bjj deze den 29 der
loopende maand vast als dag van dankbe
tuiging en gebed in alle streken van het land.
Laat op dezen dag ons volk zjjn gewone
bezigheden schorsen en het zich vereenigen
in zjjn gewone plaatsen voor godsdienstoefe
ningen, ten einde God te danken door ge
beden en lofzangen voor al Zjjne goedheid,
voor de overvloedige oogsten, die den arbeid
van den landbouwer gedurende het afgeloopen
jaar hebben beloond en de rjjke vruchten voor
al de inspanning onzer medeburgers in hun
werkplaatsen of handelshuizen. Laten wjj
ook onzen dank betuigen voor den vrede, de
sociale orde en de tevredenheid, die binnen
onze grenzen hebben geheerscht en voor de
vorderingen die wjj hebben gemaakt in alles,
wat de nationale grootheid verhoogt.
En laten wjj ons bjj de herinnering aan de
rampen, die een deel van ons land hebben
getroffen, vernederen voor de macht van God;
laten wjj Hem danken voor Zjjn barmhartig
heid, dat Hjj paal en perk heelt gesteld aan
de noodlottige vorderingen der epidemie en
laten wij onze harten zuiveren door onze sym
pathie voor diegenen van onze landgenooten,
welke hebben geleden en die in rouw zjjn
gedompeld.-
Laten wjj ten slotte, bjj al onzen dank voor
de weldaden die wjj van onzen hemelschen
Vader hebben ontvangen, niet vergeten, dat
Hjj ons de liefdadigheid ten plicht heeft ge
steld en laten wij edelmoedig op dezen dag
denken aan armen en zorgljjdenden, opdat
onze gebeden en lofprijzingen aangenaam
zjjn voor het aangezicht des Heeren.
Gedaan te Washington enz.
Grover Cleveland.
Wjj behoeven er niets bjj te zeggen.
De tegenstelling is te groot.
Gelukkig Amerika, waar de overheid nog
zulke voorbeelden geeft.
Niet netjes.
Zendeling Haan heeft indertjjd gewezen
op het ergerljjke feit, dat in de Indische
kazernes aan de militairen vergund wordt,
in zondige gemeenschap te leven met veile
vrouwen.
Minister Keuchenius heeft thans aan het
legerbestuur aldaar verzocht maatregelen
te beramen dat aan deze zedeloosheid perk
gesteld worde. Genoemd legerbestuur is
echter met die ingrijping in een sinds jaren
gevestigd recht van den Nederlandschen
soldaat verre van ingenomen, en toonde
dat in den aanhef van een brief aan de
verschillende garnizoenscommandanten.
In dien brief zegt hij onder anderen
«dat hier te lande door sommige lui, voor-
nameljjk in provinciale blaadjes, alles wordt
gedaan om het zedeljjk gehalte van het
Indische leger in verdenking te brengen en
dat dit bij de plattelandsbevolking maar al
te wel gelukt is. Tot zijne groote verbazing
heeft een van 's Konings Ministers zich nu
tot tolk dezer lui gemaakt en daarom is
het noodig de waarheid aan het licht te
brengen.»
Op een aantal vragen hebben nu degarni-
zoenskommandanten te antwoorden. Deze
vragen zijn evenwel zoo ingericht dat de
antwoorden reeds vooraf kunnen worden
geraden.
Dit bedrijf heeft terecht de verontwaar
diging van menig rechtgeaard officier gaande
gemaakt en de Tijd geeft daarom als heofd-