ANDEN, ia CHRISTELIJK- NIEUW SBLAÜ HISTORISCH VOOR ZEELAND. T. E N, GOES. 1388. No. 120. Donderdag 12 Juli. Tweede Jaargang, en kleuren. SETTEN, it, a n j e s no 6 7. VICAT. •SCHE n-op-Zoom. PATIST, Iscourant gratis.) er does Lz., tekende fcili) IE VALK en JlEUTELS, |onde Valk", SLEUTELS", lordrecht. eu Zalf. verschijnt G. xYL Klemkerk, te Goes F. P. D'huy. te Middelburg. prijs her advertenties BIJVOEGSEL. H T H EI D staat (npoeder de hand- middel om het jiverenhet ver- het niet voldoet Iven. GOES. [E, Middelburg, ïissenkerke luis. eerde drank voor l i z o e n. (RIJ jïOEP. N HOLLANDER. DE HAAN. I TELLE. I Onzuiver bloed (n het eene of ziekte; zuiver patste weder in de ziekte en In het uil- It hebben Hol- Jvereldberoemden islheid van den (ziekte verdrijven pn, is door een van ruim der- kar pillen voor Dmen, wanneer bheid ons over- It krachtdadige een vroolijk (1 na het eten, wederga. Zij lige opgeblazen- igheid na het llende teekenen fijn, elken MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p. f0,95 Enkele nommers-0,025 UITGAVrE VAN en van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. Familieberichten van i 5 regels 50 cent, iedere regel meer It) cent. Vervolg van de rede van Ds. C. Hattink. Zoudt gij dat niet, discipelen des Heeren die u dat geloove zaagt geschonken O, waar de Heer u, naar zijn groote genade, deed uitroepen: niettegenstaande mijn verdoemelijkheid voor God, ik gered; niettegenstaande mijn verdon enlteil, ik begenadigdniettegenstaande mijn schuld, ik gerechtvaardigd, o, daar weet gij het, bij ondervinding hoe gij op elk gebied uw «nochthans» moogt naast het «al hoeweb des hangen twijfels. In dat nochthans worde geleefd, worde gearbeid, op dat nochthans worde g -pleit, met dat nochthans treedt gij blijmoedig voorwaarts; eenmaal de eeuwigheid in. dat geve God, uit wien door wien en tot wien alle dingen zijn, wieu zij de heer lijkheid. Amen. De laatste spreker was ds. P. Groote van Utrecht, die te halt zes ure, voor een reeds zeer gedunde schare, een hartelijk afscheids woord sprak. En nu nog zoo zeide ongeveer de rede naar de laatste rede. en het Zuider-Zen- dingsleest van dit jaar behoort tot het ver leden. Daar zijn van die dagen, waarin het -wo ird van Petrus op den berg der verheer lijking gesproken, ook het onze wordt. Maar het klokje van scheiden wordt werhaast gehoord en wij gaan uit elkander, gij naar uwe, ik naar mijne plaats. En zoo moet het. Evenmin als men te Babel bijeen mocht blijven, evenmin mag dit op Goeree. Ons huis roept en nondigt ons weer. y Nu is het maar de vraag: hoe gaan we van hier Welke is onze stemming aan het einde van dit feest? Zijn we allen in opgewekte stemming, allen dankbaar Ik vermoed, sommigen zullen teleurgesteld zijnde sprekers hebben niet voldaan het gesprokene kon evenmin behagen en genade vinden, als de geest die heenchte. En wat al meer Zij zullen zich over moeite en vermoeidheid beklagen.en misschien komen ze nooit hier terug. Dit zou jammer zijn. vooral voor hen zebeo. Doch troost ons met de gedachte, hetzelfde kan niet allen gelijkelijk voldoen. De vraag isniet alleen hoe gaan, maar hoe bchooren wij van hier te gaan. I's ga met grooten dank. Immers nu kan men rekenen dat dit jaar 30.000 menschen het zendingsfeest hebben bezocht Welk een zegen kan daarvan uilgaan En al zullen bij valen geen vruchten gezien worden, wij mogen toch ook vertrouwen dat veler liefde aangewakkerd, veler ijver aangevuurd wordt. Maar wij moeten het gehoorde laten uitwerken. Meti kan zich tegen het gehoorde verzetten of het aannemen. Laat ons deze ïnger. niet verzuimen ook zelfs al hebben wij een hart dat voor de dingen van Gods koningkrijk in ijver brandt, onze liefde kan altijd ijveriger, altijd ook reiner worden. n n t gevoel van grooten dank zullen we van hier gaan, maar lettende op onze voorrechten, vinde het medelijden met hen dle vooralsnog derven, wat wij bezitten, eene ruime plaats. De Kaïnsvraag moet verstommen. De belijdenis dat wij roemen in onverdiende gunst alleen stemme ons tot ootmoed en nedrigheid. Ook zelfs, waar wij zien, hoe grooter en grooter het aantal wordt dergenen, die hun leven en krachten willen wijden aan het, werk der zending. Dit is wel de glorie van onzen tijdmaar die glorie komt Gode alleen toe. Versterkt in het geloof keeren we terug. Jezus is Koning en Overwinnaar en Hein behoort het rijk. En daarom hebban wij goeden moed.; deze overwinning is de Zijne Zijne overwinning is de onze, want Hij wil werken, door ons. En zoo zij het ons tot een ei retaak met Jezus te arbeiden, totdat het rijk Gods aar. alle volken ge bracht is. Dank aan het bestuur van het Zuider- Zenilingsfeestvoor de vele moeite die het deed. Mannen broeders, wij allen bren- ge u onzen dank en hulde, aanvaardt die met de bede bereidt ons met Gods zegen nog vele zulke dagen. Dank aan den WelE I.Geb. heer H. Suielt te Amsterdam, eigenaar van dit landgoed. Dank ook aan den WelEl. Gestr. heer L de Ram voor den afstand er van, en ook van het voetpad. Hoe heerlijk zoo duizenden te kunnen ver blijden. God zegene hem en de zijnen Maar bovenal dank aan God den Heer, die ons te zimen liet komen. Vergeten we njet een van Zijn weldadigheden. Ten laatste één wen«ch en bededeze Jezus Christus, zoekend het verloorme, sta ons al tij 1 meer en ineer voor den geest en wij zullen ons laten vinden door Hem en dan gaarne mede werken dat ook anderen gevonden worden. Hierna ging de spreker over tot het uit spreken van esn dankgebed, waai na men scheidde met het zingen van «Hallelujah eeuwig dank en eere.» Eenige dames- en heeren officieren van het Heilsleger waren tegenwoordig, die door de te koop aanbieding van boek jes, hunne zaak meer bekend trachtten te maken. Een later bericht meldt ons, dat circa 3000 bezoekers op het terrein aanwo/ig waren. Den ganscben dag bleef het weder buiig-, bij bet vertrek der Zeeuwen ging de regen in plasregen over. (We laten bieronder nu de redevoe ringen van de heeren Schoch, Van Limburg- Stirum en Ds. Voorhoeve volgen.) Ie half 12 trad de heer Schoch op, om mededeelingen te doen omtrent het leger des heils. Wij waren niet in de gelegen1" eid veei van zijne rede op te teekenen. Hij zei o. aGeloofd zij de God Israels, die een hoorn der zaligheid heelt opgericht, opdat wij in gerechtigheid en heiligheid leven zouden al de dagen onzes levens. Een eu dertig jaren geleden was spr. als jong officier in dienst te Bergen op Zoom en thans is hij in dienst van den hemelschen koning. Hij kende reeds voor 23 jaren het reddingsleger, Het wachtwoord vaa het leger des heils is: «Zijt gij gered»? Dit is de eerste vraag, die de rnensch zich stellen moet. Voor vij f jaar was spreker in Londen, en maakte daar kennis met vele bekeerlingen. Daar was o. a. een jongen die twee jaren geleden gestolen had, en zich nu aan kwam geven dit was de vrucht zijner bekeering door het reddingsleger. Toen ging spr. 's avonds naar een lokaal waar 3000 vroegere dronkaards vergaderd waren. Dien avond werd er 1 '120,000 gecollecteerd. Er waren verscheidene groote giften bij. Den volgenden dag ging bij naar een ander lokaal, en bleef daar den ganscben nacht. Twee dames begonnen liet werk te Parijs in de achterbuurten, doch zij moe-Hen einde lijk weer daarvan weg, want er ontstond ruzie. Toen naar Zwitserland (Neufchatel), daar zochten zij dronkaards enz. op, doch ook van daar werden zij verjaagdbespotting en verguizing waren hun deel. Enkelen zelfs kregen 10 dagen gevangenis. En thans in Frankrijk en Zwitserland hebben zij 90 corpsen. In Zweden [Stokholm] 38 corpsen en 117 officieren. In Amerika werken zij in de achterbuurten en ber bergen. Zij bobben daar 12 corpsen. Reeds mochten zij 1500 bekeerlingen maken. Thans hebben zij daar 365 corpsen, 550 officieren. In Canada 170 corpsen en 550 officieren. In Australië werken 250 corpsen en 648 officieren met zegen. De regeering heeft bun toegestaan de gevangenissen te bezoeken ln Nieuw Zeeland hebben zij 100 corpsen ön iCO officieren. In Italië werd een rechter bekeerd, die twintig knechts had. In Engeland 2413 corpsen, 6391 officie ren. Dat werk is begonnen door William Booth op 15 jarigen leeftijd begon (hij te spreken in de achterbuurten. Nog drie jaren was hij predikant; doch keerde spoedig tot zijn oude wenschen terug. Ilij werd in 1871 krank. Hij kwam toen tot de over tuiging, dat de kerk hare leden niet wilde en hij buiten de kerk een leger moest oprichten. Het Re Idingsleger heeft 20 bladen in '15 tulen waarvan 600,000 wekelijks, voor 5 cent verkocht worden. Met ongehoorde zelfopoffering hebben de heilssold iten zich ook onder de Brakmannen in Voor Indië begevenen ook daar weer hun arbeid gezegend. Ook aan de Kaap de Goede lloop en op St. Helena. Daar werd een jonge man i" zijn brooddronken heid in het hart gegrepen en tot staan gebracht op den weg der zonde. Spr. eindigde zijn belangrijke rede met de hoorders uit te noodigen, zich, hoe dan ook, aan den dienst van Jezus te wijden. Ds. Voorhoeve sprak over liet gebed voor de zending, wijzende op den nood der heiden - wereld, en hoe God getoond heeft daf hij op het gebe 1 een rijken zegen geeft en dit bewees hoe zendelingen die in nood verkeer den, door God wonderlijk geholpen werden, hoe voorts de groote Livingstone dagelijks bad om afschaffing der slavernij in Afrika, en hoe God reeds aanvankelijk di^ gebed verhoord had. Spreker toonde ook aan, toen in het begin dezer eeuw het gebed vermenig vuldigde, ook voor de zending meer zendingsijver ontwaakte, toen waren er slechts 30 zendingsposten, nu 200, terwijl het bedrag der giften tot 12 millioen steeg, echter moet het gebed der ge meente vermenigvuldigen, nu de Heere de sluizen des hemels geopend heeft, en ons de stoom en telegraaf gaf om bet zendingswerk nog beter te doen slagen. Spreker besloot zijn rede met opwek king tot het gebed, opdat de zendelingen weten dat zij op de vleugelen des gebeds gedragen worden. De hr. mr. Graaf van Limburg Stirum zei ongeveer: Ik heb vier jaar in Ne der]. Indie doorgebracht, gedurende welke ik verscheidene deelen heb doorkruist van den Archipel dien wij aan ons gezag onder- woipen wanen. De uitbreiding en bevesti ging van ons gezag in de koloniën is zeer afhankelijk van de verbreiding van het Evangelie. De hr. Neurdenberg zegt terecht dat de regeering geen krachtiger bondgenoot kan vinden tot handhaving van orde en rust, en tot onderlinge verbinding van volksstammen zoo Europeesche) als Inlandsche, die daar in Indie nog vreemd zoo niet vijandig tegenover elkander staan. Velen in Noderl. en Indie deelen die opvatting niet. Yele onverschil ligen gezwegen nog van de heftige tegenstanders noemen de zending een ziekelijke liefhebberij der vromen. Vele spottende verhalen zijn over zen ding en zendelingen in omloop. De pu blieke opinie, is der zendelingen niet genegen. Velen zien in her. verstoorders der openbare rust. Dit. ligt aan onbekendheid. Ik zelf heb in den eersten tijd dien ik in Indië doorbracht, on verschillig tegenover de zending gestaan. Maar na eenige zendingsposten in O. Java bezocht te hebben, gingen mij de oogen open en was ik voor de zaak van het evangelie gewonnen. En nu in Nederland teruggekeerd, ben ik dankbaar zoo ik iets in 't belang der zending doen kan. Sprekers ziel leelt bij de herinnering aan Modo-warno. Hoe was de toestand jvroeger. Een dubbele rij van onaanzienlijke hutten vormde vroeger Modjowarno. Als er kerk zal gehouden worden dan wordt op een tong -tong (houten sein blokt geslagen en gaat de nog niet zeer talrijke gemeente op naar een eenvoudig bamboezen gebouwtje, meer schuur dan bedehuis. Ds. Brumund die deze plaats beschrijft, wjjst er op dat alles daar nog in de beginselen is. [1845] Doch hij profeteert dat onder den in vloed van het christendom de ondoor dringbare woestijn en de bosschen van Modjowarno, niet meer gelijk thans, al ler handen en tijd zullen eisehen Door het christendom. "Want wel heb ben ook Mahomedanen op Java veel woesten grond ontgonnen, doch aan dezen grond zouden zij niet hebben durven be ginnen. Geen inlander zou het gewaagd hebben die bosschen binnen te gaan. Im mers men wist te verbalen [Poensen) van menschen die plotseling opgenomen en voor altijd verdwenen waren, enz. Deze bijgeloovigheden werden getrotseerd door 3 Javaansche huisgezinnen die zich in 1845 in die bosschen vestigden. In 1851 waren er 200 zielen, thans zijn er op de verschillende dorpen 2700 Chris ten Javanen. En nu? Het nauwe bosebpad van toen is nu een breede lommerijke rij-

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1888 | | pagina 5