)st-lndië,
VEL!!
•arasols, In-tas-'
7
ilden.
CHRIST ELIJK-
NIEUW SBLAD
HISTORISCH
VOOR ZEELAND.
Schelde.
L no 6 7. 1888. No. 106.
Zaterdag 9 Juni.
Tweede Jaargang.
en En-tous-cas,
lden.
OEN.
OEN.
it leggen van Biezen-
latten en
q-Vlechtmatten,
's Pillen en Zalf.
VERSCHIJNT
F. P. D'huy, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIES
De Zending en Indië.
Buitenland.
N (Prijscourant gratis.)
i van eene militaire
lof kunnen voor den
-1 n d i premie
3 van zijn korps,
meesters geven gratis
ikende maakt bij dezen zijn
■■tigers bekend, dat hij is
de Lange Vorststraat naar
oepoort, in het perceel be
door A. KWAAK, waar
van den verkoop van
j, alsmede het maken en
i spoedige en nette bedie-
bij dezen bekend dat bij is
en verkoop van
e voornaamste fabrieken van
den alle concurrentie,
een druk bezoek vereerd
blijf ik
inbeveling,
GOES.
erheid. Onzuiver bloed
werking van het eene of
veroorzaakt ziekte; zuiver
breng de laatste weder in
«vijdert zich de ziekte en
idheid terug. In het uil-
se heelkracht hebben Hol-
zich een wereldheroemden
en de juistheid van den
zij de ziekte verdrijven
herstellen, is door een
uitslag van ruim der-
Een paar pillen voor
D ingenomen, wanneer
zwaarmoedigheid ons over
lever tot krachtdadig0
en een vroolijk
Als Pil na het eten,
"tsenij zonder wederga. 4iJ
l al de lastige opgebkzen-
>n onplezierigheid na bet
meest vervelende teekenen
w
id
ze
i
ieid
>eden
:en.
door
gaat
de
ns[
Hen.
nspcren
lijsvertering zijn.
30
insdag,
/rijd.
'6'
3
i,30
6,50
0 4,30
0 4,50
u. m. u. m.
12,30 4,—
I,— 4,30
Woensd. en
7,30 2,20
7,50 2,40
10,30
II ,r-
6^— 12,30
6,20 12,50
u.m.
6,20
6.50
Zat-
6,30
6,50
4,30
4,50
DE ZEEUW,
elken MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p. f0,95
Enkele nommers- 0,025
UITGAVE VAN
G. M. Klemkerk, te Goes
en
van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Dezer dagen heeft minister Keuchenius
aan de verschillende zendingsvereenigingen,
aan de christelijke gereformeerde, zoowel
als aan het Nederlandsch genootschap van
1797 (een genootschap dat reeds verschei
dene moderne zendelingen uitzond,) een
schrijven gericht, met verzoek om het
werk der zending in de koloniën, waar het
Islamisme onder de Heidenen meer veld
wir.t, krachtig door te zetten.
Sommige menschen, die slecht gelezen
hadden, veroordeelden dit schrijven. Zij
vonden dat Keuchenius beter gedaan had
met te zwijgen over dit toenemend moha-
medanisme, want ook de mohamedanen
zijn onderdanen der Nederlandsche regee
ring en nu koos de Nederlandsche regeering
tegen hare eigene onderdanen partij.
Die zoo oordeelden hebben evenwel het
schrijven van den minister slechts gelezen.
Tot de uitgesproken vrees voor partijdig
heid bestaat geen grond.
De minister toonde zeer juist de grens
te weten, waar de ambtelijke bevoegdheid
eenei' Nederlandsche rogeering ophoudt.
De minister sprak duidelijk van «tegen-
gang van den toenemenden invloed van
den Islam oDder de heidenen van den
Indischen Archipel.»
Nu zijn er altijd menschen, die door
personenhaat, of eigenlijk door Christophobie
zoo verblind zijn dat zij zelfs het goede
in hunnen tegenstander niet willen erken
nen. Bij deze menschen heeft de tegen
stander altijd ongelijk. Hen rekenen wij
er nu eens buiten. Aangenamer is het
ons te kunnen wijzen op althans eén eer
lijken tegenstander, den liberaal mr. Bergs-
ma uit Apeldoorn, die het in dezen voor
den antirevolutionairen minister opnam.
Hij zegt o. a. in het Handelsblad:
„De minister heeft bepaaldelijk het oog
op die streken in de buitenbezittingen,
waar de Islam nog niet geheel heeft ge
zegevierd over het heidendom doch er
steeds meer vorderingen maakt, met name
de binnenlanden van Sumatra, Borneo en
Nieuw-Guinea.
„Met goeden uitslag werd althans in de
onderafdeelingen Silindong en Toba gear
beid door de Barmensche zendelingen; en
hunne bekeerlingen bleken bij den aanval
van Singer Mabaradjain 1883 goede
grenswachters tezijn van ons ge
bied, waarom dan ook die zendelingen
door ons daar gelaten en beschermd zijn.
Ware de Evangelisatie er op hetzelfde
tijdstip begonnen als in den Minahassa
(Noorden van Celebes), zeker zouden de
resultaten even beslist zijn geweest als ln
dat landschap, waar nagenoeg de heele be
volking tot het christendom is overgegaan,
en gelijk u- bekend, niet tot naam-christen-
dom alleen."
Daarop wijst de liberale schrijver op de
voordeelen van het christendom:
„Welk voordeel dit indirect voor ons ge
zag heeft gegeven, nu de Menadoneezen
officieel Amboneezen genoemd het beste
aandeel leveren van de lnlandsche soldaten
voor het Indische leger, behoef ik u niet
te vermelden. Ook in de gouvernements-
knngen wordt het nu zeer betreurd, dat
men indertijd aan het zendelinggenootschap
dat in de Minahassa arbeidt, de vergun
ning heeft geweigerd, eenige zéndelingen
te doen overgaan naar het aangrenzende
landschap Bolaang Mongondou. toen nog
heidensch, thans reeds geheel voor den
Islam gewonnen."
Na gewezen te hebben op de scholen
der zendelingen, die de beste inlandsche
scholen zijn, gaat Schr. voort
„De teleurstellingen by het inlandsch on
derwijs ondervonden daarmee vergeleken,
\geven recht tot de vraag, of het wel
m o g e 1 ij k zal zijn, de volkeren van den
archipel te brengen tot wezenlijke bescha
ving, als nieteerst door hunne
bekeering tot het Christendom
de grondslag daarvoor is gelegd."
Iets verder lezen wij
„De aanschrijving nu is geen uitdaging
geen der Mohamedaansche drijvers zal haar
daarvoor houden."
En ter overtuiging van hen, die de dwaas
heid nog niet inzien van een overbrenging
der Nederlandsche liberale Schoolwet-neu-
traliteit naar Indië, zegt hij nog 't volgende
„De Mahomedaan begrijpt niets van onze
neutraliteit, van een godsdienstloozen Staat.
Hy ziet in zijne overherschers de vertegen
woordigers eener natie die het christendom
als haren.godsdienst belijdt.
Als w(j hem dwongen christen te worden,
zou hy dat beter kunnen verklaren, dan
wanneer wij, zooals gewoonlijk, kleurloos en
onverschillig zijn op dat punt. Hij ziet
dat voor zwakheid aan. Wij toonen hooger
te staan dan hij, door hem geheele vrijheid
van godsdienst te verleenen, maar niet door
een angstvallige, en nog veel minder door
eene verzoenende politiek te drijven tegen
over den Islam (de predikers van Mahomed).
Heeft eens de wederoprichting van de mos
kee te Kotta Radja (hoofdstad van Atjin)
ons iets gebaat? De islamiet bukt, maar
hij buigt nooit.
Ten slotte biedt deze liberaal aan mi
mister Keuchenius bij den uitgesproken lof
ook zijn onverdeelden steun. Hij eindigt
„Daarom verheug ik my dat deze Minister
durft te spreken als vertegenwóordiger eener
christelijke natie, ook ten aanhoore van de
Mahomedanen, en ik schaar mij gerust aan
zijne zijde, echter or.der deze voorwaarde,
dat hy nimmer zoo ver ga om den over
gang van Inlanders tot het christendom
offiiciëel te begunstigen. Het moet geen
eer of voordeel aanbrengen den Christennaam
te belijden. Dat is een groot kwaad in het
Westen, b. v. in Nederland; maar nog groo-
ter in het Oosten, b. v. in Indie het zou
den arbeid van de zendelingen oogenschijnlijk
bevorderen; maar in den grond bederven."
Zoo is het.
Het Kunstje.
Wat wij eergisteren nog niet wisten, is
ons thans ter ooren gekomen. Door de
inrichting van het leerplan op de scholen
te Wymbritseradeel voor kinderen van 6
tot 12 jaar (niet-voldoende redenen uitge
zonderd) heeft de gemeenteraad aldaar
f5000 jaarlijks bespaard. Voorwaar een
kunstje, aller navolging waardig.
Naar de Daily News uit Konstantinopel
verneemt, slaat Rusland in zijne jongste
nota tegen de Porte eenen dreigenden toon
aan. In de nota wordt der Porte herinnerd,
dat zij nog 900,000 Turksche ponden aan
Rusland of aan Russische onderdanen schul
dig is, en dat de vroegere Russische nola's
onbeantwoord zijn gebleven. Mocht dit laatste
weder gebeuren, zegt de nota, dan zou de
Russische regeering uit zelfrechtvaardiging
zich genoopt kunnen zien, den volledigeu
tekst der nota openbaar te maken en te
vens ernstigere maatregelen te nemen, om
de betaling te verkrijgen van hetgeen Tur
kije van de oorlogschatting nog niet vol
daan heeft.
In Turksche kringen gelooft men, dat
Rusland Erzeroum wil bezetten, als onder
pand.
De hertog van Aoste, gewezen koning
van Spanje (van 1870 tot 1873), en weduw
naar sedert 1876, is, naar men zegt, ver
loofd met princes Marie, dochter van prins
Jeróme Napoleon en prinses Clotilde, zuster
van den hertog van Aoste. De prins telt
43 en de prinses 21 jaren.
BRUSSEL, 7 Juni. Heden namiddag te
2 uur heeft de officieele opening der ten
toonstelling door den Koning plaats gehad,
in tegenwoordigheid van de koninklijke
familie, het diplomatieke korps, de ministers,
senaatsleden, burgerlijke en militaire auto
riteiten, en ongeveer 3000 genoodigden.
De koninklijke familie werd bij hare aan
komst met geestdrift toegejuicht.
In de rede, die luide werd toegejuicht,
zeide koning Leopold o. a.
«Vele vreemde volkeren nemen aan de
tentoonstelling deel, en ik dank hen voor
die sympathie. België heeft zich op oecono-
misch terrein tot den rang verheven eener
groote mogendheid, maar aan de grenzen
verheffen zich weder overal de slaghoomen
der douane. Het oogenblik is aangebroken
voor onze kapitalen om plaatsing te zoeken
aan verre kusten; gaan wij niet steeds
vooruit, dan is dit ieitelijk achteruitgang.
Met vertrouwen wijs ik het Belgisehe volk
dien weg, welke zonder buitengewone in
spanning te eischen, het vaderland in de
20e eeuw zal bengen op een hoogte, welke
het werk van 1830 waardiglijk bekroont.»
8 Juni '88.
Men schrijft uit Ierseke aan N. R. C.
De oestercampagne kan thans beschouwd
worden als afgelcopen te zijn, slechts enkele
vaten worden nog naar Engeland verzonden,
maar dit is van geen beteekenis meer. De
werkzaamheden voor de volgende campagne
zijn in vollen gang, zooals het schoonmaken
der bezaaide gronden, hetgeen dit voorjaar
zeer tijdroovend is. want de banken zijn
bijzonder vuil geworden en de groei der
oesters is aangevangen, dit jaar wat vroeger
dan andere jaren, en zulks niettegenstaande
het gure en ongunstige voorjaarsweder; dus
de gronden moeten zoo spoedig mogelijk
zuiver gelegd worden. Met het afsteken
der broedoesters van de pannen is men
nagenoeg gereed, terwijl het kalken der
pannen ook goed vooruitgaat.
Over het algemeen zal het nu afgeloopen
seizoen bij de oesterkweekers slechts zeer
matige voldoening ach te; laten; het product
was niet zeer best, de oesters over het
algemeen slecht gevischt en niet zwaar
van stuk, de prijzen laag deels tengevolge
van de minder goede qualiteit der oesters
en deels tengevolge van de onbesuisde en
door niets gerechtvaardigde concurrentie.
Het had er veel van of de oesterkweekers
het er op toegelegd hadden om in de kaart
te spelen van de oesterkooperszonder vol
doende gronden bood men tot steeds dalende
prijzen aan, en het grootste kwaad was,
dat men kle:ne oestersoorten, nog geheel
onvolwassen, bij millioenen aan de markt
bracht. Door dit laatste wordt onbereken
baar kwaad gesticht; de oesterkweekers
verdedigen het, door geldnood aan te voeren,
maar toch is het eene wijze van geld
maken, die noodlottig moet worden voor
hen die het in practijk brengen. Men be
rekent dat minstens 15 millioen kleine oesters
verzonden zijn, en dat niet alleen 2e maar
ook 3e soorten, natuurlijk tegen bespottelijk
lage prijzen; de eenige goede zijde hiervan
is, dat al wat weg is het volgende seizoen
buiten de concurrentie is gesteld en de
beschikbare hoeveelheid oesters tot een
veel kleiner cijfer zal terugbrengen.
Ook op sommige plaatsen van de Ierseker
oesterbank en voornamelijk op het noordelijk
en noordoostelijk gedeelte heeft de vorst
nogal veel kwaad gedaanhet zuidelijk en
zuidwestelijk deel der banken kwam daar
vrij goed af.
Met hoeveel vreemde en onverklaarbare
verschijnselen men bij de oesterkweekerij
te doen heeft, kan blijken uit het feit, dat
niettegenstaande de winter vrij streng was,
de vorst tot zeer laat aanhield, het voorjaar
bijzonder guur was met scherpe winden,
zoodat algemeen een zeer lafe groei verwacht
werd, in de laatste jaren deze groei op dit
tijdstip nog nooit zóó sterk was doorgezet
als thanshet zeewater is vrjj hoog van
temperatuur pn men kan dan ook een
vroegen broedval verwachten.
Als de nAtuur nu dit jaar wat wil me
dewerken, dan is het te hopen dat de
kweekers al het mogelijke zullen doen, om
de oesters zoo goed als maar kan te laten
doorgroeien; niets mag verzuimd worden
om weer dezelfde qualiteit van oesters te
verkrijgen als voorheen.
De Minister van binnenlandsche zaken
heeft goedgevonden met wijziging der be
schikking van zijnen ambtsvoorganger van
41 Februari jl. no. 740, afdeeling binnen-
landsch bestuur, voor zoover daarbij de
gemeente Kruiningen is aangewezen als
onderkiesdistrict van het hoofdkiesdistrict
Hontenisse, voor de verkiezing van leden
der Tweede Kamer van de Staten-Generaal,
die gemeente te splitsen in de volgende
onderkiesdistricten van dat hoofdkiesdistrict
4 ste onderkiesdistrict Kruiningen. Het
dorp Kruiningen met zijne omgeving (wij
ken A en B)2de onderkiesdistrict Krui
ningen. Het onderdeel Hansweert met zijne
omgeving (wijk C).
Men schrijft ons uit Kolijnsplaat
De heer C. J. Huvers is tot lid van den
Raad gekozen. Na fel bestreden te zijn is
de overwinning nu te schooner. De strijd
droeg echter een onverkwikkelijk karakter
en niet het minst werd daaraan door on
derwijzers en andere gemeenteambtenaren
deel genomen. Eén onderwijzer was boven
mate ijverig in het aanprijzen van den
liberalen candidaat. Men verwacht dat de
heer Huvers in den raad zijn invloed wel
zal aanwenden om te bewerken dat deze
onderwijzer voortaan tevens wat minder
verkiezingsagent zal zijn!
Een vorige maal hadden de hh. Huvers
en Haringman ieder 61 stemmen. Thans
stond het Huvers 69 en Haringman 67.
In de vergadering van den gemeente
raad te Goes op heden Vrijdag, waren de
hh. Joncquière en De Jonge met kennis
geving afwezig.