Goes,
CHRISTELIJK-
NIEUWSBLAD
HISTORISCH
VOOR ZEELAND.
F Zn.,
WIJZER,
helde.
1888. No. 102.
Donderdag 31 Mei,
Tweede Jaargang.
75
B.
li LAGE prijzen
en stad- en land-
bij Mej. Wed. G.
ijscourant bij hem
WEEDEN.
i H. DE WILDE.
kens en Tijken,
wen twee Kussens,
ertregt Co.,
6'^
VERSCHIJNT
G. M. Klemkerk, te Goes
F. P. D'huy, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIES:
Onze wenschen.
Onschuld en Misdaad.
ÜB
30
Woen. 30
Dond. 31
Vrijd.
Zaterd.
Zond.
Maan.
Dinsd.
Dinsd.
DE
ndergeteekenden voor zeer
de prijzen verkocht
rima soort Kapok van
en hooger.
wij onze geachte be-
"kzaam, dat wij tot de
n Bedden, geen andere
iverdeVeeren gebruiken,
per van een Veeren Bed
teekend schriftelijk be-
ellen, met de verklaring,
ugdzaamheid der Veeren
nde twee jaren borg
tstraat, C. 218, GOES.
nbare School te Grijps-
raagd een
rwedde van f400.
1 Juni 1888, franco
n den Burgemeester
RKE.
BOOTDIEN ST
Iburg en Zierikzee.
rikzee Spoorweg Goes,
iJuni.
Van Zierikzee
Dinsd. 29'smorg. 7.30
7,30
6,-
6.30
7.—
7,30
7,-
5 'smidd. 3,30
elken MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p. f0,95
Enkele nommers- 0,02=
UITGAVE VAN
en
van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
u. m. u. m. u. m.
nm 12,30 4,— 6,20
1,— 4,30 6,50
Woensd. en Zat.
30 7,30 2,20 6,30
,50 7,50 2,40 6,50
- 10,30
- H,,-r
,30 6,— 12,30 4,30
,50 6,20 12,50 4,50
Onder het vele goede, dat ons in de
troonrede beloofd is, neemt ongetwijfeld
de toegezegde schoolwet eene eerste plaats
in. Dit staat dan ook vast: aan de grie
ven van duizenden tegen de bestaande
schoolwet moet worden tegemoet gekomen.
Er moet in Nederland eene regeling van
het schoolwezen komen, zoo, dat niemand
geldige redenen tot klagen heeft. Hoe kan
dat? zal misschien menigeen vragen. Naar
onze overtuiging kan dat alleen door de
«Vrije school». En in die overtuiging
staan we niet alleen. Al wie met ernst
en met aandacht gelezen heeft het werk,
dat onze Lohman reeds vóór jaren over de
Vrije school geschreven heelt, zal tot de
slotsom komen, dat de Vrije school voor
Nederland ons ideaal moet zijn. Maar
die Vrije school mag het volk niet worden
opgedrongen, op dezelfde, wijze zooals een
maal het Nederlandsche volk vastgehecht
is aan de neutrale school. Volstrekt niet,
geen dwang in een land, dat zooveel heeft
moeten lgden voor het beginsel der vrijheid
de vervolgden van thans mogen niet op
hunne beurt als vervolgers optreden. Daar
om moet de regeering zich voor het
oogenblik tevreden stellen met uit de
schoolwet alle bepalingen weg té nemen,
die de ontwikkeling der Vrije school
tegenhouden.
FEUILLETON.
(10. 73 ot^jjeCrx. ok_ Zt-We-Z2-
«Lieve», zei mevrouw RichardsonVot Alei-
da, toen zij weer tot bewustzijn gekomen
was, «gij moet trachten wat kalmer te
zijn. Kunt gij uw hart niet voor Goduit-
storten en Hem smeeken om onderwerping
in uw lot, vertrouwende dat Hij uwe on
schuld aan het licht zal brengen
«Ik heb altijd gebeden» zeide Aleida met
zwakke stem, «van den tijd af dat ik aan
moeders schoot knielde, maar gisteren avond
en nog dezen ochtend was ik doordrongen
van de gedachte, dat het onrechtvaardig
was, dat ik verdacht moest worden, terwijl
ik mijn geheele leven voor anderen heb
gewerktterwijl ik slechts zelden aan mijn
eigen gemak heb gedacht terwijl ik steeds
de grillen, de eigenbaat, ja zelfs de belee-
digingen verdragen heb van hen die mij
hulp verleenden. De gedachte kwam in mij
op dat God dit onheil van mjj had kunnen
afwenden.»
«En dat had Hjj ook kunnen doen als
het Zijn wil geweest was, en Hij zal 't nog.
doen, als gij vertrouwen in Hem stelt. Lief
kind, zijt gij waarlijk Christen en verzet
gij u zoo tegen Gods Voorzienigheid
«Als Christen te zijn een geheele onder
werping van gemoed insluit durf ik nog zoo
stout niet spreken. Dikwijls heb ik ge-
lacht hoe liet ik God had, als ik in mij-
elve liep te zingen, en gelukkig was in
mijn lot; maar nu kan ik mijne zinnen
nauwelijks bjj elkander houdensrrak zij
-^droevig, 1
«Wjj zullen daarover niet verder spreken»,
eernam mevrouw Richardson, wier zeldzame
menschenkennis haar wel deed inzien dat
Aleida s hart door leedgevoel overweldigd
op het oogenblik voor geen reden vatbaar
Nog op andere zaken moet hierbij gelet
worden. Als wij vragen tegemoetkoming
aan onze grieven, mag dat niet ten koste
van het onderwijs. Het volksonderwijs
moet door den nieuwen toestand wel
beter maar niet minder worden. Met het
oog hierop zou ongetwijfeld het zoogenaamd
restitutiestelsel alle aanbeveling verdienen,
omdat dit geheel op den bestaanden toe
stand past.
Alleen is hiertegen dit bezwaar, dat
daardoor de uitgaven, die het rijk en de
gemeenten zich voor hef lager onderwijs
moeten getroosten, nog hooger zouden
worden. Verkeerde nu de schatkist nog
in de vette jaren, dan zou hier niets tegen
zijn, maar daar de magere jaren reeds
lang verslonden hebben, wat van de vette
jaren over was, zoo mogen we niet helpen
om onze schatkist nog lichter te maken.
Er moet dus iets anders op gevonden wor
den en dat is naar onze meeningschool
geldheffing van allen, die het betalen kun
nen. Wanneer men op alle scholen, zoo
openbare als bijzondere, door de gegoede
ouders laat betalen, wat het onderwijs
hunner kinderen kost, dan zullen daardoor
de inkomsten der gemeenten zeer stijgen
en er behoeft toch niets aan de school
veranderd te worden. Alle gegoede libe
ralen kunnen dan bij voortduring hunne
kinderen naar de openbare school zenden
was. «Hebt gij er iets op tegen mij de
namen uwer betrekkingen te noemen
Aleida zweeg een korte poosdaarop ant
woordde zij met gedempte stem Wat zou
ik er op tegen hebben mijn tante heet
Westerly. Zij woont in het Amalia Park.»
«Westerly», riep mevr. Richardson verwon
derd uit, wel, die ken ik heel goed, ofschoon ik
haar sedert den dood van haar man slechts
zelden gezien heb. Maar nu herinner ik mij u
ook weer uw gelaat kwam mij zeer bekend
voor. Twee jaar geleden bezocht ik uwe
tante. Zij zat in een rood gemeubileerde
kamer; zij was niet wel, en een bleek
meisje met blonde krullen zat naast
haar ijverig te naaien. Ook herinner ik
mij nog dat, toen ik haar iets u aangaande
vroeg, haar ongunstige opmerking mij al
zeer weinig kiesch en vriendelijk klonk.»
«O, hoe griefden mij hare woorden,»
zeide Aleida, «ik gevoel nu weder, wat ik
toen gevoeldedezellde koude rilling, maar
ik dorst van mijn naaiwerk niet opzien,
daar mij de tranen in de oogen stonden.
Ja, dat was ik, arme weeze, die tenminste
daar geen vrienden had, en dikwijls met
hardheid bejegend werd. Maar toen mijn
oom nog leefde, had hij mg lief; hij hield
zooveel van mijn moeder, die een halve zuster
van hem wasen hij geloofde nimmer wat
zij van mij zeiden, vooral niet van Bella.
Ogij kunt u niet voorste len, wat ik van
haar heb moeten verdragen.»
«Arm kind, ja ik begrijp het. Vroeger
was ik goed met uwe tante bekend, en na
alles wat ik van Bella gezien heb, moet ik
zeggen dat ik nog nimmer zulk een geslepen
en bedriegelijk kind gezien heb en ik ge-
lool wel dat zij als vrouw zoo diep gezon
ken en verdorven zal zijn, als zich toen
reeds liet voorzien. De lietdelooze opvoeding,
die zij genoot, is er schuld van; maar de
ring en de ketting waren dus van
haar
mits zij zeiven de kosten betalen. Dat dit
kan, heeft de geschiedenis der laatste dertig
jaren bewezen. Duizenden christenouders
hebben al jaren lang het schoolgeld voor
hunne eigen kinderen betaald én daaren
boven ook nog helpen betalen het schoolgeld
van hunne rijke en arme buren, wier
kinderen op de openbare school gingen.
Op deze wijze zou ééne onrecht
vaardigheid zijn weggenomen; niet langer
zouden we gekweld worden door de grievende
gedachte: «wij moeten, omdat we den
Bijbel liefhebben, het schoolgeld helpen
betalen voor de kinderen van vaak schat
rijke ouders, die zoo weinig behoeven te
betalen, alleen omdat ze liberaal heeten.»
Nu nog de tweede onbillijkheid: Ouders,
die het schoolgeld voor hunne kinderen
niet of niet geheel kunnen betalen, worden
hiervan vrij gesteld mits zij hunne
kinderen zenden naar de school zonder
Bijbel. Die laatste voorwaarde moet
vervallen.
Hoe dit kan Zeer eenvoudig. Laten we
het met een voorbeeld ophelderen. In de
gemeente Goes bestaan vier openbare scholen,
eene school met den Bijbel en eene katho
lieke school, waarop echter alleen meisjes
gaan. (Wij spreken hier uitsluitend van
scholen voor lager onderwijs.) Werd nu
de wet gewijzigd, zooals we dit wenschen
dan zouden de ouders, die het konden doen
«Ja», hernam Aleida «den ring kreeg
zij van haar vader, terwijl hij ziek was
voor eenige teleurstelling, die zij daardoor
ondervond; alleen dit reeds maakte hem
heilig in mijne oogen, daar haar vader op
zijn sterfbed voor mij sprak.»
«En het geld
«Dat was van mijne tantezij zeide dat
zij net voor alle zekerheid in den zak van
haar nachtrok had geborgen en nu werd
het in mijn koffer gevonden, behendig tus-
schen de voering verstopt. O voor geen
geld zou ik het voorgevallene nog eens
beleven. De gedachte alleen maakt mij
half krankzinnig.»
«Denk aan Jezus, mijn kind; Hij leed
onschuldig tot in den dood, terwijl in Zijn hart
nimmer de minste zondige gedachte was op
gekomen. Hij kent uw verdriet. Hij heeft
te meer medelijden met u, daar gij even
als Hij door schuldige han ion verraden
zijt. Hij zal terugzien op zijn éigen lijdens-
smart en verlangt u alle tranen van uwe
oogen af te wisschen.»
«O, welk een zoeten troost hebt gij mij
gegeven,» zeide Aleida, en de tranen die
de angst weerhouden had, begonnen te
vloeien. Zij weende in stilt e. Het deed haar
goed. Het verkoelde haar het verhitte brein,
en verlichtte haar beklemd harten toen
zij in ruimer mate begonnen te vloeien,
sprak mevrouw Richardson niet meer doch
liet haar vrij uitweenen.
En lang nog, nadat het hevige snikken
bedaard was, lag zij geleund tegen me
vrouw Richardson, als om bij haar be
scherming te zoeken, Deze sloeg haar arm
om het bedroefde meisje en sprak haar
fluisterend woorden van rnoed toe. Aleida,
gesteund doorliet zoete bewustzijn vaneen
deelnemend hart gevonden te hebben,
voelde zich niet meer zoo verlaten. Zij
droogde hare tranen en beloofde haar best
te zullen doen, om in hare diepe droefenis
zelf het volle schoolgeld betalen, onverschil
lig waar zij hunne kinderen zenden, dit
schoolgeld zou fl,50 a f2 per maand be
dragen. Dus voor school A, de open
bare school, waar alleen kinderen
van gegoeden gaan, behoeft dan geen
belasting meer betaald te worden. Op school
B. zouden kernen de kinderen, wier ouders
slechts het halve schoolgeld konden betalen
op school C. zij, voor wie slechts een vierde
van het schoolgeld kon betaald worden en
op school D, zij, die niets kunnen betalen,
al het overige, al wat dus op dit schoolgeld
te kort komt, betaalt de burgerlijke gemeente.
Wanneer nu echter de ouders te kennen
geven, dat zij onvermogend of minvermo
gend zijn, maar toch gaarne hunne kinderen
op de School met den Bijbel of op de
Katholieke school willen hebben, welnu ook
dan betaalt de burgerlijke gemeente het
tekortkomende schoolgeld. Het spreekt
van zelf, dat dit naar een vasten maatstaf
zou moeten geschieden, zoowel de Clasificatie
der leerlingen, als de vaststelling van het
bedrag der uitkeering, maar deze maatstaf
is nog al gemakkelijk te vinden. Althans
in Goes bestaat reeds zulk een Commissie
van Classificatie die nu alleen voor de open
bare scholen optreedt, maar dan ook zou
moeten bepalen in welke klasse de kinderen
der overige scholen zouden komen, wier ou
ders het volle schoolgeld niet kunnen betalen.
op haar Heiland te zien en Hem om hulp
te vragen.
«Ik zal u wat naaiwerk zenden, als de
cipier het toelaat, en kunt gij teekenen
«Ja», zeide Aleida, terwijl iets van hare
vroegere opgewektheid haar gelaat scheen
te verhelderen.
«Dan zal ik potlood, papier, pen en inkt
zenden. Wees niet neerslachtig. Ik zal u
eiken dag komen bezoeken, en ik zal mor
gen naar uwe tante gaan, om uit te vis-
schen wat de redenen kunnen zijn van
haar schandelijk drijven. Ik zal u ook
frissche bloemen zenden. Hebt gij geld bij u
Aleida had vijl dollars bij zich.
«Dan zal ik met de cipier een schikking
maken voor uw eten. Gij zult geen ge
vangeniskost krijgen. De cipier zal u ook
niet afzetten. Houd moed; denk er aan, dat ik
voor u bid; vergeet niet ook voor uzelve
te bidden
Een schaduw, neen, een diepe duisternis
scheen in het vertrek te vallen, toen me
vrouw Richardson dit verlaten had
de oude, sombere duisternis van den vo-
rigen dag en den doorgebrachten nacht.
Wederom dezelfde knellende visioenen de
koele landelijke wegen, waarin zij omgedoold
zou hebbben, bloemen zou hebben verzameld,
en zij met hare nichtjes hare vreugdekreten
zou hebben doen weerklinken, indien haar
dit verschrikkelijk ongeluk niet overkomen
was. Opnieuw overviel haar een beangsti
gend voorgevoel bij de gedachte aan iemand,
die nu misschien de haven naderde. In
hare gedachte verheugde hij zich reeds bij
voorbaat over de vreugdevolle ontmoeting
zijnef welbeminde. Maar geen de minste
gedachte, dat het deugdzame en begaafde
meisje, dat hij zijne liefde geschonken had,
zich ophield in de vertrekken eener gevan
genis.
Wordt vervolgd.