w
M
Jhr. Mr. A. F. de
Savornin Lohman
Afgeluisterd.
1
i)s Gispen over liet
iiaamd „Monslerverbond"
1848—1888.
Dat hoeft de heer Borgesius
Donderdagavond zelf erkend,
toen hij er op wees, dat een
jongen van 12 jaar, als hij van
de school komt, nog maar 0
zoo'n klein beetje weet.
V Onzedelijk.
I;
i I
:1
i
11
Dirk. Goeden avond Gerrit. Ik h( or
het gaat naar de verkiezing, 't Is al gauw,
he 6 Maart. Vandaag over acht dagen
zitten we al midden in de verkiezingen.
Wat een drukte zal dat geven.
Gernt. Ben je kiezer
Dirk. Of ik. Dat zal waar zijn. Ik
heb den naam van den man, dien ik stem
men zal, al op een papiertje staan. Het is
de naam van Jhr. Mr. A. F. de Savornin
Lohman.
Gerrit. Hij is ook mijn manMaar, zeg
mij eens, zou je niet liever op Six stemmen.
Dat is nog een oude Zeeuw.
Dirk. Ik dank u voor jhr. Six. Die man
praat mij te veel inet twee monden Toen
hij te Middelburg woonde, ging hij ter
kerk bij orthodoxe domine'sen toen hij
in den Haag minister werd, liet hij zich
slippendrager maken van de liberalen en
dreef hij de schoolwet van Kappeijne door,
die ongelukswet. Neen geen knechten van
liberalen moet ik hebben. Lk wil een mai.
uit éen stuk. Een man wiens beginselen
op Gods Woord gegrond zijn. En dat is de
heer Lohman. Hij alleen is mijn man.
Gerrit. Hebt gij geboord wat de heer
Borgesius van hem gezegd heeft in «de
Prins van Oranje?» Hij wil een godsdienst
oorlog.
Dirk. Een godsdienstoorlog
Gerrit. Een godsdienstoorlog.
Dirk. Zijn wij in de dagen van Thomas
Munzer, van de wederdoopers, van
Gerrit. Ocli neen! mijn vriend. Laat
ik u spoedig uit den droom helpen. Dezelfde
heer Borgesius. dien gij nu in «de Prinse»
gehoord hebt, heeft verleden jaar eens in
de Standaard gelezen en daar vond hij
in een uitdrukking van den heer Lolunan
■«De schoolstrijd zal voortgezet worden t was
toen de liberalen voor de zooveelste maal
een voorstel tot oplossing van den school
strijd hadden afgestemd) zal voortgezet
worden, nu de liberalen niet willen toe
geven en de antirevolutionairen ook niet
anders kunnen al moest het vaderland
daardoor ten verderve gaan.
Die laatste uitdrukking las de heer Bor
gesius ook, en toen dacht hij Ha, ik heb
het gevonden. Lohman heelt gezegd dat
het vaderland ten verderve moetEn
toen heeft hij, en toen hebben zijne vriendjes
'.'ie. «^.drukking, uit haar verband gerukt,
f door jiet gansche vaderland rondgedragen,
met de boodschap er bij Dat is nu Lobman.
Dirk. Wel, dat vind ik brutaal.
1 Gerrit. Het heeft echter niet geholpen.
Maar nu is die uitdrukking veel te afgezaagd
om er nog eens mede op de proppen te
komen. Nu heeft Borgesius er nog eens
wat op gevonden. Lohman heeft eigens
van den strijd die tusschen liberalen en ons
gevoerd wordt gezegd, dat het is een «gods
dienstoorlog.
Ha zoo, dachten nu de liberalen. Lohman
wil een godsdienstoorlog! En nu loopt
men weder het heele land door met dien
'|j «godsdienstoorlog.»
'I Dirk. Hoe vinden zij liet zoo, z u je
zoo zeggen. En willen die menschen nu op
zoo n manier de meerderheid halen
Gerrit. O, ja 1 want beginselen kennen
zij niet meer. De liberalist houdt er ver
schillende kledingstukken op na. In Fries
land draagt hij een rooden rok, want daar
komen de mannen van het tweekinderstel-
1 stelsel van daan. In NoordHoll.nd is de
van den godsdienstoorlog, dien de liberalen
ons voor de voeten werpen.
In welken zin kunnen wij spreken van
een «godsdienst»-oorlog?
Dirk. Dat heeft de hr. Heemskerk blijkens
het verslag in de Zeeuw reeds ui:gelegd.
Hij zegt: de strijd gaat eigenlijk over den
dienst Gods. Zullen wij, zal Nederland
geregeerd worden door een Koning bij de
gratie Gods, of door een vorst, bij de gratie
der menschen? Zal het schoolonderwijs
worden gegeven tiaar den eiscli van Gods
Woord, ot in den geest van liet liberalisme,
zoo neutraal als t kan, en als liet niet kan, I
is 't ook goed.
Zal in de erk het hoogste wetgevend en re-
geerend gezag over de conscientiën der
menschen hij Koning lezus berusten, of zal
eene corpoiatie van wat naam ook zich
dit gezag mogen toeëigenen Enz.
Dirk. Ge wilt hiermede zeggenhet
gaat om den dienst des Heeren.
Gerrit. Om den godsdienst dus. Een
godsdienstoorlog.
Dirk. Niet een ooriog zooals zich de li
beralist dien droomt, waarbij moorden wor
den gepleegd, of waarbij alle dtrpen, die
tot het kiesdistrict Goes behooren, zouden
verbrand worden. Maar een oorlog, een
strijd gelijk de eh isten dien kent, voorzoo-
ver bij liet ontzaglijk Godsgericht doorzijn
consciëntie heeft voelen heengaan
«Ik zal vijandschap zetten.» Die tegen
zonde en eigen ik leerde strijden, moet ook
deti godsdienststrijd strijden in de wereld
en tegen de wereld en niet rusten voor
hij ook in de staatkunde, in de regeering
die beginselen heeft zien ingang vinden
de beginselen van den redelijken godsdienst.
Gerrit. Ik denk er ook zoo over. En ik
heb ook nog geen plan, op iemand anders
te stemmen, dan op
Dirk. Goed zoo. En tracht dan ook
uwe vrienden, die niet zoo goed op de hoogte
zijn als gij, eens wat beter in te lichten.
ZOO£e-
echter geen
Over het z.g. «Monsterverbond», waarover
sommigen het soms bijzonder druk hebben^
schrijft Ds. Gispen, predikant bij de Chr.
geref. kerk te Amsterdam in de Bazuin
aan zijn bekenden Vriend te Jeruzalem liet
volgende
»Wie niet in ons midden leeft, kan zich
moeilijk een voorstelling van den hedeti-
daagschen toestand vormen. Daar hebt ge,
b. v. het z. g. bondgenootschap met Rome.
«Wie heeft aan dit bondgenootschap
aanzijn geschonken? Niemand anders dan
joden en liberalen, die jaren lang, een
oppermachtig bestuur in ons land oefenen.
In de werkelijkheid heeft er nooit zulk
een bondgenootschap bestaan en zal het
nooit bestaan. Maar de joodsch libera
listische pers heeft het den menschen op
de mouw gespeld, en nu zijn velen bang
geworden en vreezen dat er weldra weer
brandstapels zullen worden opgericht om
ons arme geuskens, te verbranden
«Voor die vrees bestaat
grond.
«üoc'n de eenvoudige werkelijkheid is
dat de Roomschen, zoo min als iemand de
revolutie overwinnen kunnen.
«Hierop schijnen velen niet te letten.
De liberalen, die een kwaad geweten hebben,
stoken liet vuurtje tegen de Roomschen
geweldig aan, en vele goed Christenen gaan
dan moord roepen. Zij zien een pater, en
achter hem een inquisiteur en een brand
stapel, en dat is het juist wat de liberalen
noodig hebben om hun rijk te volmaken,
en hun staatskerk, hun staatsgodsdienst,
hun staatsschool, hun geheele wereldbe-
beschouwing aan de natie op te dringen.
Mannen, die voor eenige jaren riepen lie
ver paapsch dan modern, gaan nu met de
modernen samen naar de stembus om de
papen en de kuyperianen uit het parlement
te weeren.
«Het doel is eigenlijk de kuyperianen te
nekken.
«Zoolang toch de Roomsehen mot de li
beralen meê gingen waren bet lieve, ver
draagzame menschen, die bisschoppen en
alles moesten hebben. Nu de geniaalste
Roomschen echter tot het inzicht gekomen
zijn, dat het liberalisme niet slechts het
Calvinisme, maar alle christelijk geloof,
allen godsdienst die op openbaring rust ver
werpt en de kerk, onder eiken vorm,
knechten wil, nu zij gekomen zijn tot
wair leering van die staatkunde, die anti
revolutionair is; na wordt de ou le historie
opgerakeld en het onverdraagzaam karak
ter van Rome op allerlei wijze in herinne
ring gebracht.
«De Roomschen kunnen niet zijn wat zij
willen zijn. Want de tijden zijn veranderd.
En de grootste strijd in de wereld loopt
nu niet over p^eek ol mis e, maar over
het al ot niet erkennen van God en Zijnen
Christus.
«Ik voor mij ben, op 't oogenblik, veel
banger voor de Joden en de liberalen dan
voor de Roomschen. De groote coalitie over
de geheide wereld is zoowel tegen de room
schen als tegen de CaLmisten. Het is de
vereeniging vart alle partijen van alle machten
en vormen des ongeloofs tegen den Heere
en Zijnen Gezalfde.»
■TAItl.Vinm rr^in
De liberale partij heelt bij monde
van hare verkiezingsapostelen, zoo
o. a. te Goes den heer Goeman Bor
gesius een lijst barer goede werken
doen aflezen. Eerst een lijst van liet
goeds, dat zij in die veertig jaren
verricht heelt, de invo»riug van de
reehtstreeksche verkiezingende
hevordei ing van het zelfbestuur van
provinciën en gemeenten, afschaffing
van drukkende belastingen, verbete
ring van het onderwijs, de volksge-
het
ijst
zondheid en
dan nog een
zal. Een lijst;
doet denken aan
en weinig geven.»
armbestuur. En
van wat kzij doen
dat zij ons
zoo lang
«het veel beloven
Nu moet teistond toegestemd dat
de liberalen sedert '48 verbeteringen
hebben aangebracht in het bestuur
van provinciën, gemeenten en water
schappen, maar die verbetei ingen
zouden meerdere geweest zijn, zoo
trien de z e 11 stan dig beid der ge
meentebesturen meer had geëerbie
digd.
Het liberalisme streeft in alles naar
eenvormigheid. Die eenvormig
heid is onnatuurlijk. Immers er zijn
zelfs geen twee grassprietjes op aarde
precies eender.
Nog in. eilijker zal men twee
menschen vinden die precies eender
zijn in denken, doen en laten, üp
veelvormigheid heeft 'e Heere, de
Schepper liet menschdom aangelegd
zij is een wet. En zie de liberaal
brengt overal eenvormigheid
in, eu dat is de vloek der moderne
maatschappij.
Waarom moet een eenvoudige
plattelandsgemeente naar hetzelfde
model zijn ingericht, en naar dezelfde
vcorschriiten bestuurd worden als
de groote steden?
Zoo b. v het onderwijs. Kortom,
zoo is het overal mee. De antire
volutionairen hebben altijd op de
zelfwetgeving der gemeente aange
drongen, doch Ie vergeefs.
De door iie liberalen bedachte census
bij de toekenning van het kiesrecht
was waarlijk geen meesterstuk van
politieke wijsheid engetuigtmeer van
sluw oveileg om de macht in handen
te houden dan van de zucht om het
volk gelegenheid te geven zich uit
te spreken. Over de afschaffing van
drukkende belastingen valt ook niet
veel te roemen. Het gemaal en een
gedeelte van het geslacht mogen vrij
geworden zijn, men vergete niet, dat
de successie in de rechte lijn en de
zegel helasti i ig door henzijn ingevoerd
of uitgebreid.
Over de verbetering van
het onderwijs zullen we thans niet
opzettelijk spreken. Onze grieven
daartegen zijn bekend. Afgedacht
van de richting en den geest van het
Staatsonderwijs, kan het niet ontkend
worden, dat de vruchten, die het
voor het maatsc appelijk leven af
werpt, niet in verhouding staan tot
de millioenen, die daaraan ten offer
zijn gebracht.
En wat de liberalen voor de
volksgezondheid deden, wie zal het
n°eiru'-1? '-)en'{taa11 den vaccinedwang.
Le liberalen hebben gezegd' Lait
uw kind inenten, en loo niet, dan
mag uw kind ook niets leeren, dan
moet het dom blijven.
Tot zoo ver over der liberalen
tleug.ien, waarop zij zoo stoffen.
Zij hebben zichzelven een gouden
medaille op de borst gehangen, met
de mooie zijde naar voren. Mo<mn
wij die medaille nu ook eens aan
den anderen kant bekijken?
En dan wijzen wij op het volgende:
Um zich van hare voortdurende
heerschappij te verzekeren heeft de
hoe rale partij alle openbare betrek
kingen, ambten en posten bijna
uitsluitend door geestverwanten doen
bezetten. Is dat te verdedigen
De Rijksuniversiteiten heeft men
tot kwee plaatseri van ongeloof en
modernisme gemaakt, door bijna uit-
s uitend ongeloovige mannen tot
11 oogleeraars te benoemen, zoodat liet
geloovig deel onzes volks zijne zonen
daaraan niet durft toevertrouwen of
ze door den nood gedreven met hui
vering derwaarts zendt.
Hij het Middelbaar onder .vijs is
het al even zoo. Hoe menig Chris
tenvader vervloekt in zijne smart den
ag, dat hij zijn zoon derwaarts ge
zonden heeft omdat hij ontwaart,
dat alle godsdienstig gevoel, laat
staan geloof uit het hart van zijn
kind stelselmatig uitg roeid is. En
toch werd aan dat Onderwijs van
Staatswege reeds meer dan 30 mil
icien te koste gelegd, ook uit de
elastingen van het geloovig deel
onzes volks Is dat billijk en recht
vaardig
En dan het lager onderwijs?
baat het daarmee zooals het behoort.
Lees het bovenstaande stukje eens
waarboven staat «Recht?»
Onder gedurig protest van de
Anti-revolutionairen heeft de Liberale
partij op roekelooze wijze aan Atieh
den oorlog verklaard en dien tot
heden voortgezet, waaraan behalve
duizenden menschenlevens in 15
aren tij(ls 300 millioen guldens ten
u ei. g^hiacht zijn, zonder eenig
uitzicht op beëindiging van den
S'nj, ^!e zaI dit spelen met het
goed en bloed van het Nedeilandsche
volk rechtvaardigen?
Rn waaruit zijn al die uitgaven
eden Behalve de vermeerdering
onzer schulden en de verzwaring
onzer lasten, heeft Indië ons gedurem
de al die jaren een batig saldo ge-
lev id van acht honderd twee
eirinVoeH rtig miI,lioen gulden.
Hoe durft men dan nog gewaden
van den zegen ,l,e„ het libfraUsmë
ons gebracht heeft? Wie zoo in het
openbaar durven liegen maken zich
schuldig aan volksmisieiden en dat
tegen beter weten in.
Onze kiezers zullen zich echter
i?n - gesnoci niet laten ver
schalken zij weten zeer goed waar
het om te dotm is en zullen als een
eenig man opkomen om zich te ont
doen van het ijzeren juk ons door
liet vleiend liberalisme opgt legd.
Kiezer, mijn Vriend.' kuntgijvan
een liberaal, al is hij nog zoo gods
dienstig op zijn manier, uw stem
geven voor de tweede kamer
Kunt gij, nu gij dit weet met zulk
een tvvijfelachtigen zegen van het
liberalisme in 't verschiet, den heer
Lohmanonzen wakkeren strijder
voor waai beid en recht loslaten, en
hem ruilen voor een liberaal?
Gij weet beter.
Doch hierover later.
Het is niet mogelijk in een betoog van
enkele minuten een reeks van onjuistheden
at
te weerleggen. In de verg
berale kiesvereeniging wei-
opmerking gemaakt. Op
men echter de aandacht m
De heer Borgesius zeide
Prins van Oranje» onder
De heeren Lohman c. s.
lossing van den schoolstrijd,
voor hen het beste midde
en om de kiezers te bewer
dhr. Lohman zelf gezegd.
Wat heeft de tieer Lohr,
«Dat juist de schoolquaes
stekend middel tot agitatie
oplossing hem niet gewenscl
Indien er ook maar iets
werd in deze beschuldiging
Jantirevolutionaire staatkunde
lukkig behoeven wij allen
Lohman te vededigen, war
tuigen het tegendeel. En
voorstel van art. 194 door
de Tweede Kamer gedaan
ontwerp Schaepmai., door d
aangenomen maar door d
verworpen in 1887. Ja
van den heer Lohman zelvt
der schoolwet, zij zijn afdoe
van deze valsehe besehuldi;
«Geef mij drie regels sc
ik zal bewijzen dat gij eer
In deze ofschoon niet pa
drukking placht het Nederl
afkeer uit te spreken tegei
door een volzin uit zijn ver
u het tegenovergestelde te
wat gij meendet.
Even onzedelijk als de
zoude, indien zij zo - ware u
onzedelijk keuren wij de
gesitts. om het volk te dc
de hr. Lohman het zoo in
heeft Een minder geluk!
zin deed in 1886 denzelfden
redevoeringen en in publiek
dat de hter Lobman het v
derve zou voeren.
En nu moet weer een
drukking uit haar verbanc
doen, om den heer Lohr
maken als agitator voor d
Gelukkig dat Borgesius
den gemoedelijken staatsm
o, zoo boos was dat men
ter van de enquète-commi
gelooft men niet zoo gem:
b. v. zijn vriend De Bea
tweede kamer getuigde ds
onderwijzers met den gee
doordrongen zijn.
Het is niet onze schulc
zonderd zijn ijver voor de
optreden van den heer C
zoo weinig aantreffen, da
staatsmankunst van Thor
en de sympathie ook van
afdwingt.
Niet door onwaarheden
den, zooals wij er Donderda
hoorden, wordt de liberale
maar door erkenning en
alle onrecht, dat op gebie
school eri kiesrecht, ons
hen is aangedaan.
Een onjuistheid u
De Nieuwe Rotterdami
revolutionaire partij besch
sociaal-democraten had at
candidaten te stem r:en i
stem op twee antirevolut
Daarop bouwde dit voc
liberale partij een redent
haar uitgangspunt geheel
heid was.
De Standaard weerles
finer.
Het RotteriDmsche bh
En de heer Borgesius,
«de Prins van Oranje»
Rotterdammer navertelde
Een der aanwezigen
Werd echter de leugi
Och dat deed het II
eigenlijk ook niet. Het
nog eene verdachtmakin
Het blad zei't Is w;
dat bet gruwelijke voor
niet uitging. De room:
soortgelijk voorstel a:
gedaan.
En in hoogheid des I
bij Zijn de roomschen
gaan dan de afspraak w;
dit met hen uitmaken.
Ik, groote Rotterdan
nietvan doen.
el wat al te gemal
waar, om zich van de
Is het wonder, dat d