NIEUWSBL AD
VOOR ZEELAND.
A
CMRISTELIJK-
HISTORISCH
1888. No. 48.
Zaterdag 21 Januari.
Tweede Jaargang.
de Berichten.
ïelde.
VERSCHIJNT
G. M. Klemkerk, te Goes
F. P. D'huy, te Middelburg.
Het Grondwettig Koningschap.
PRIJS DER AHVERTENTIEN:
gehad kunstboter, door
papier, valschelijk voorzien
;nde merk, namelijk een
ond schild, waarop zich in
ossenkop en aan de drie
adjes bevinden, welk schild
|ter rechterzijde door een
ter linkerzijde door een
iouw voorstellende, terwijl
|t gedragen door twee ge
en, nagebootst met eene
ig naar hetzelfde merk,
ide door de firma Hageman
>n natuurboterfabriekanten
i op welk merk deze firma
boter aldus verpakt heelt
;eleverd als: a aan James
itol op 17 Augustus 1886
udenJe 12 stukken elk van
l en 2 kistjes inhoudende
van een half Engelsch pond,
f1886 tien kistjes, inhoudende
1 en 25 kistjes, inhoudende
van een half Engelsch pond;
1886 20 kistjes, inhoudende
:n van een Engelsch pond,
fer 1886 10 kistjes, ieder
stukken van één Engelsch
lm Kemble te Reading op
f886 twee kistjes, elk in-
ukken van één Engelsch
tjn acht getuigen gedagvaard.
<r
en
iet
waagden een paar kin-
zwakke ijs óp de Vest
ongelukkig gevolg dat een
fitje van W. Z, er door zakte,
slaagde men er in hem te
:t kind was meer dood dan
duurde het ner het zijn
igkreeg.
:n werd, zoo meldt de 7!is-
,nt, te Ylissingen het lijk
dagen plotseling overleden
ïzande, van het 4e bataillon
r, met militaire eerbewijzen,
fid, na eerst in het R. K.
zijn gebracht, waar een
gehouden.
het militaire escorte, dat
van den lijkstoet, schreden
iide diepbedroefde ouders van
ongeling, die voor de treurige
hun dorp naar hier waren
De sergeant-majoor B., onder
oun uu j.»
ngenMiddelburg.
kuren
rn. 5, Zeilm. 6.30, 8,
3,30, 5. 6.30 8.10.15.
$0, 7,15, 8,45, 10,16
,15,5,45, 7,15 8,45,11
u. m. u. m.
12,30 3,45
1,— 4,15
Woensd. en Zat
7.30 2,20
7,50 2,40
10,30
1f>'— 12^30
door 12,50
elren MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p.
Enkele nommers
f0,95
- 0,02 s
UITGAVE VAN
en
t 5,21
5,52
2,3
2,14
6,2
2,21
6,9
2,34
6,22
2,43
6,31
2,51
6,39
2,58
6,46
33
6,51
3,13
7,1
3,19
7,8
3,32
7,21
3,42
7,81
3,54
7,48
4.3
6,30
7,52
4,50
-
8,7
5,38
9,14
6,3
7,48
9,41
6,13
9,51
ht daartoe de
i te Vlisaingen
Bij de onbekendheid welke bij
velen bestaat aangaande den aard
en het wezen van ons koningschap,
hetgeen vauk tot verkeerde beoor
deelingen aanleiding geeft, kan het
misschien niet geheel onnut zijn,
I met korte trekken de wording van
-- ons koningschap te doen kennen.
Toen ten jare 1813 Neêrlands
volk het juk der Fransche over-
heersching had afgeworpen, begaven
zich eenige aanzienlijken in den lande
welke zich tijdelijk met het bestuur
hadden belast, naar Engeland, tenein
de den zoon van onzen laatsten stad
houder, welke zich daar bevond, te
bewegen naar het moederland over
te komen, en zich te willen belasten
met het bestuur dezer landen, ten
welken einde hem werd opgedragen
de volle souvereiniteit over
ons volk.
De Vorst, gehoor gevende aan deze
roepstem, begaf zich naar Nederland,
werd met gejuich door de bevolking
ontvangen, en aanvaardde het hem
opgedragen bestuur, doch verklaarde
later, bij proclamatie aan de bevol
king, namens welke hem de Souve
reiniteit was aangeboden, dat hij
dezelve alleen wilde aannemen, onder
waarborg eener wijze constitutie,
welke, zooals de Vorst sprak, uwe
vrijheid tegen alle mogelijke mis
bruiken kan verzekeren.
Ons koningschap verrees dus als
een historiscti gedenkteeken van den
weg, welke het staatsleven in Neder
land had afgelegd, en de Koninklijke
troon verrees in plaats van de ne
derige zetel der Stadhouders.
Het monarchale gezag was dus de
'grondslag, waarop in 1815 de Grond-
J wet voor onzen staat werd opgetrok
ken, als eene concessie, door den
•'Souvereinen Vorst aan Neêrlands
volk gedaan.
Die Grondwet heeft, wat den aard
jvanons koningschap betreft, bij latere
iiWijzigingen, geen verandering onder
gaan, en het was als zoodanig dan
hpok, toen tijdens de wijziging, ten
hare 1848, bij vele leden zorg ont
daan was, betrekkelijk de uitgebreide
macht des Konings, dat de minister
hierop antwoordende sprak, dat men
niet mocht meenen, dat er sprake
was van eene nieuwe Grondwet,
tïmaar dat de bestaande slechts werd
gewijzigd, naar de thans bestaande
behoefte, dat dus ook na die wijziging
ide Gemeentewet van 1815 in 1848
'bleet bestaan in zoo verre dezelve
"geene veranderingen had ondergaan
^pn dat dus ook, iu de toen behan
deld wor lende Grondwet moesten
worden opgenomen de grondslagen
-.waarop ons koningschap gevestigd
van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
is, teneinde, wanneer in later tijd,
naar aanleiding van niet te voorziene
gebeurtenissen het noodig mocht zijn,
op die rechten en verplichtingen te
rug te komen, het van belang moest
worden geacht, dat dezelve, zooals
de minister sprak in onze Grondwet
bewaard blijven, en dat aldaar blijve
opgeteekend, dat niet de Regeering
van Willem II dezelve heeft zien
geboren worden, maar dat dezelve
reeds van vroegere dagteekening
zijn, en haren grond vinden in de
troonsbestijging van Willem
I en ten jare 1815 door de Staats
regeling destijds geregeld en gewaar
borgd. Het grondwetlig koningschap
in Nederland is dus niet gedistilleerd,
als wel eens beweerd werd, uit het
Engelsche staatsrecht, maar uit de
wording en den inhoud van ons
staatsrecht.
Hoezeer dus volgens onze, ook
thans gewijzigde GrondwTet, de uit
voerende macht, bij den Koning be
rust, is daarmede de Koning geene
bloot uitvoerende macht, die slechts
uitvoert 't geen elders wordt daar-
gesteld, maar Hij is in eene regee
ring die Grondwettig monarchaal
is, als de onze, de handhaver der
constitutioneele monarchie, en moet
als zoodanig het evenwicht houden
en bewaren tusschen de onderschei
dene Grondwettige machten.
Ziedaar in korte trekken den aard
en de wording van ons koningschap
omschrevenwaaraan ook hij de
jongste wijziging geen verandering
heeft plaats gevonden en hetwelk
dus van kracht en beteekenis is ge
bleven, als bij de Grondwet van
1806 omschreven, met die wijziging
alleen dat in '1848 nog aan hetzelve
is toegevoegd gewoi den het zóó
belangrijk recht, tot kamerontbinding
waarop de Minister destijds zoo na
drukkelijk heeft gewezen,
V Geweigerd.
Wij deelden reeds vroeger mede dat de
heer v. Kerkwijk door zijne vrienden te
Ziei'ikzee uitgenoodigd, aldaar eens te komen
spreken v ior de oude en nieuwe kiezers,
geweigerd heeft te komen.
Had nu de heer v. Kerkwijk, die naar de
zestig gaat, deze weigering gegrond op de
koude van het jaargetijde, op het gevaar
van invriezen of op de onzekere afvaart
der Zierikzeesche boot, wij zouden ze ons
kunnen verklaren.
Maar daarin zat het 'em niet. De heer
v. Kerkwijk deed in zijn tot hiertoe wel
besteed leven wel gevaarlijker tochten dan
die naar het eiland Schouwen.
Neen, eigenlijk zat het 'em daarin, dat
hij niet van de «heeren» kiezers gecomman
deerd wilde zijn. Vroeger, ja toen ging
het nog wel; in de gulden dagen van libe
rale alleen-regeering. Toen alles wat in
Nederland een hoogen hoed droeg, voor
«liberaal» doorging; en het kiezerscorps
zich nog beperkte tot de defstigste luiden
van het district.
Thans echter is dit anders.
De keurbende van voorheen begint, door
opneming van zoovele nieuwelingen, haar
roem te verliezen; en menig zoon van de
deftige mannen van '48 ging tot de tegen
standers der «liberale» politiek over.
Kennis mogen maken met, inlichtingen
in te winnen bij kiezers als Jhr. A. of mr.
B., zie, dit had er nog wel door gekunnen.
Maar zoo zachtjes aan kreeg de mindere
man stem in het kapittel der kiesvereeni-
gingen waarvan heeft deze man dan ook
eigenlijk verstand, om voor zijn pleizier te
komen optreden 1
De heer v. Kerkwijk is altijd een oolijk,
beminnelijk, nederig vriend der Scliouwschen
en Duivelanders geweest. Zou hij nu zijn
aard gaan verloochenen Reeds hebben
de groote liberale en antirevolutionaire bla
den hun leedwezen uitgesproken over zulk
èene uiting van politiek slakken leveri.
De conservatieve politiek voor en na
'48 was daarom juist zoo onuitstaanbaar,
dat hare verdedigers in hunne heeren
hoogheid zich van elke aanraking met hunne
kiezers onthielden; en deze menschen alleen
goed achtten om eens in de vier jaar voor
hen naar de stembus te loopen. De heeren
zaten hx>g en droog op het door hen in
genomen standpunt te 's Gravenhage. De
kiezers mochten slechts toezien
En zie, nu wij vertrouwen mochten dat
deze tijd reeds lang voorbij is, nu komt de
heer. v. Kerkwijk met zijn ik doe het niet
ons al de clericaliteit en onhollandschheid
van dit tijdperk weer voor den geest brengen.
De man van de jachtwet en het burge-
meestersvoorstel, de «Koo» der Zierik-
zeeënaars teruggesukkeld naar het
uilgestorven geslacht der conservatieven
't Is te bejammeren.
Grom v. Prinsterer oordeelde steeds dat
er een zedelijke band moest zijn tusschen
gekozenen en kiezers.
De liberale pers vraagt zich angstvallig
af, of van Kerkwijk's weigering hem geen
schade zal doen bij de verkiezingen?
Wij kunnen de heeren geruststellen. Men
klaagt onze kiezers wel eens ten onrechte
aan dat zij blindelings hunne leiders volgen.
Tot op zekere hoogte kan dat van de
Schouwsche «liberalen» wel gezegd worden.
Zij gaan door dik en dun met hunnen van
Kerkwijk. De aanvraag om te komen
spreken, was dan ook niet zoo kwaad be
doeld, als sommigen wel meenen.
Een inzender in de Nieuwsbode
spreekt op familiaren toon van „hun" (dat is, der
liberalen) „Koo". Wij kennen maar één afgevaardig
de, die zoo populair is, dat men zelfs dweept met
zijn familienaam. Wij keuren niettemin dit soort
dweeperij ten sterkste af.
20 Jan. '88.
Kloetinge. De uitslag der gister gehouden
herstemming voor een lid van den gemeen
teraad is dat de heer C. Beenhakker Az.
is gekozen met 32 stemmen, tegen 26 op
den heer Caboort. Een stem was blanco.
Rilland-Batli. Het aantal kiezersin deze
gemeente bedraagt thans 116. Vroeger
waren er 57 voor den gemeenteraad en 36
voor de Tweede Kamer.
Zaainslag, 19 Jan. Volgens de thans
opgemaakte kiezerslijsten, beloopt het j aan
tal kiezers voor de Tweede Kamer, prov.
Staten en Gemeenteraad 259. Vroeger 80
voor de Tweede Kamer en '140 voor den
gemeenteraad.
Men schrijft uit Kortgene aan de M. C.
Door de heeren mr. L. A. Bybau te
Colijnsplaat, J. van Damme te Cortgene,
W. Duclaux te Wissenkerke, A. L. Ha
ringman te Colijnsplaat, M. Hooze te Wis-
sekerke, dr. Q. J. M. Janssen te Wisseker-
ke, P. de Keijzer te Cortgene, Abr. Mar-
kusse Az. te Cats, J. L. Markusse te Cam-
perland, Jb. van Nieuwenhuizen te Cam-
perland, M. R ittier van den Brink te Cats,
J. Sturm te Cats. P. Tazelaar te Kolijns-
plaat, P. Verburg Jr. en P. Voogd te
Camperland, waren tegen heden morgen
'11 uren, ten huize van L. D. van di Linde,
hunne geestverwanten in het eiland tloord
Beveland bijeengeroepen ten einde it over
weging te nemen het denkbee'd oin yvw
dat eiland een liberale kiesvereeniging 0p
te richten.
Dat denkbeeld bleek bij de opgekomen^
in goede aarde te vallen, want niet alleet,
dat de oprichting een feit werd, maar reeds
dadelijk traden 48 leden toe, terwijl te Cats
Colijnsplaat, Wissekerke Camperland en
Cortgene afdeelingen werden opgericht.
Naar we vernemen zijn door het,
bestuur der Zeeuwsche Propagandaclub voor
algemeen kies- en stemrecht, voor deze pro
vincie voorloopig candidaat gesteld voor het
lidmaatschap der Tweede Kamer: de Heeren
Mr. M. J. de Witt Hamer Advocaat en
Procureur te Middelburg. C. E. Massee te
Goes, Dr. J. M. Smit te Amsterdam en
Dr. P. C. F. Frowein te Sneek.
Per Tel. 's Gravenhage. Alhier is over
leden Dr. Gratama, die bij de hospitaalzaak
zoo druk is besproken. ZEd. was op pen
sioen gesteld nadat hij het lijk van dr. Ha
maker, dat reeds gekist was, had laten ont
doen van kleederen, aan hel hospitaal
behoorende. De minister van oorlog had
ook nog eenige ongenoemde beschuldigingen
tegen ZEd. ingebracht; die hij weigerde te
bewijzen. Jammer voor den minister en
voor den goeden naam van dr. G., dat
tijdens diens leven deze zaak niet in het
reine kon gebracht worden.
Christelijk-Nationaal. Wij vernemen
uit goede bron, dat Mevrou w de Baronesse
Van Wassenaer van Catwijck namens haar
overleden echtgenoot tienduizend gulden
schenken zal aan de Vereeniging voor Chris
telijk Nationaal Schoolonderwijs, waarvan
de heer O. Baron Van Wassenaer van
Catwijck hoofdbestuurder was tot aan
zijn dood.
Deze gift komt niet alleen uitnemend te
pas, maar heeft ook bijzondere beteekenis,
nu o. a. van de zijde van den Wageninger
reeds gejubeld werd over de inkrimping
van Christelijk Nationaal en men het ken
nelijk toelegt op haar ondergang.
De heer Van Wassenaer getuigt alzoo
nog na zijn dood voor de Christelijk-Nati-
onale School, gelijk hij kort vóór zijn dood
dat in de Tweede Kamer deed vóór de
anti-revolutionaire beginselenook daarin
bestreden door den Wageninger, die er zich
op beroemt te hebben medegewerkt om den