CHRISTELIJK- NIEUWSBLAD HISTORISCH YOOR ZEELAND. if 1887. No. 98. Donderdag 21 Juli. Eerste Jaargang VERSCHIJNT G. M. Klemkerk, te Goes F. P. Dhuy, te Middelburg. PRIJS HER ADVERTENTIES Het werk der Zending de roeping der Kerk. Binnenland. DË E li W, el.ken MAANDAG- WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Trip per drie maanden franco p. p. f0,95 Enkele nommers-0,02ya UITGAVE VAN en van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Aan de noordoostkust van Klein Azië, in het zoo welbekende Troas, zag men ettelijke eeuwen geleden een man staan, onaanzien lijk van gestalte, middelbaar van jaren en een eenvoudigen reismantel over de sc hou ders. Hij is door een drietal vrienden ver gezeld, van Antiochië gekomen, om aan Jo den en Heidenen het Evangelie te verkon digen. Hij heeft Syrië en Cilicië doorreisd; hij heeft van stad tot stad gemeenten ge sticht, en ervaren dat de Heer der Gemeen te niet te vergeefs do»r hem het Evangelie heeft laten verkondigen. Maar nu In zijn hart heeft hij het plan opgevat om ook de andere deelen van Klein Azie te bear beiden. Doch de Geest laat het hem niet toe. Noch westwaarts, noch oostwaarts kan hij gaan. Hij heeft te wachten op een werk van zijnen grooten Zender. Als hij zich in de eenzaamheid heeft begeven, en des nachts zich ter ruste gelegd, dan ziet hij in een nachtgezicht een man, een heiden, aan wiens spraak men den Macedoniër herkent. Hulpbehoevend steekt die Mace doniër de handen naar hem uit, en spreekt als in hoorbare taal de behoefte zijns volks uit in de bede«Kom over en help ons.» Is die Macedonische man niet het beeld van het heidendom door alle eeuwen heen, hetwelk ook ons toeroept: Kom over en help ons En is Paulus, want die was het, niet de vertegenwoordiger der Gemeente Gods; welke aan de stem van den Macedo niër gehoor heeft te geven Paulus, door de Gemeente des Heeren uitgezonden, gaat heen. God heeft gesproken. Hij gaat heen naar die volken, die in duisternis zitten die verlangend angstig vragen Wachter, ziet gij nog geen lichtstraal [gloren Wat is, wachter 1 van den nacht Wat dunkt u, geeft die geschiedenis te Troas ons niet duidelijk te kunnen, dat waar er sprake is van zending, die zending de dure roeping is der Christelijke Kerk? Zij toch is de door Christus gestichte gemeen te op aarde, welke van Hem een lastbrief heeft ontvangen hebbende tot inhoud Gaat dan henen, onderwijst al de volken, dezelve doopende in den Naam des Vaders, en des Zoons, en des Heiligen Geeste»: leerende hen onderhouden, alles wat Ik U gebo den heb. Uit kracht van dit bevel door Christus haar Stichter gegeven, heeft zij als de vergadering der geloovigen, op welk deel der aarde God haar ook geplaatst heeft dat werk te aanvaarden met driesten moed, met stoute volhardingen niet eerder op te houden voor en aleer de volheid der Hei denen is ingegaan en gansch Israël is zalig geworden en waar zij dus als Christelijke Kerk aan hare roeping waartoe Christus haar geroepen heeft beantwoordt, altijd in beginsel, daar 1. wordt zij zelve zoowel uiterlijk als innerlijk sterke.r Maakt u tot discipelen 1 Zoo klonk het uit Jezus' mond. Het middel daartoe was het bekend maken van den eenigen naam onder den hemel gegeven, waardoor wjj kun nen zalig worden. Op dit bekend maken van dien eenigen Naam, altijd overeenkom stig Gods woord was een rijke zegen be loofd, omdat de H. Geest zich zou paren bij het woord, en de Voorwerker wilde zijn om het hart te openen en bekwaam te ma ken voor het zaad des woords. Op het Pinksterfeest wordt zulks reeds aanschouwd. Het klein getal discipelen en getrouwen ten getale van 120, groeit tot een getal van 3000. straks nog met 2000 vermeerderd. Mannen, vrouwen, grijsaards, kinderen zij allen door de verkondiging van het Evangelie met den Christus bekend ge maakt, buigen hunne knieën voor Hem. Hoe meer de Apostelen en hunne mede arbeiders arbeiden in dat werk, hoe grooter de Gemeente Gods wordt. Waar de muur des afscheilsels door Chris tus aangebrachte gerechtigheid was verbro ken, en de Jeruzalemsche gemeente voorge licht door den Heiligen Geest, haar roeping als zendingsgemeente begrijpt, daar breidt zish de kring der gelo vigeu, niet alleen on der de Joden, maar ook onder de Heidenen uit. Klein Azie, Europa, straks de volkeren der wereld, overal ziet men door den arbeid der Gemeente Gods het rijk des Satans ver minderen terwijl het rjjk van Christus er bij wint. Niet alleen uiterlijk maar ook innerlijk wordt ze sterker. Wat geeft meer sterkte voor het levend geloof dan de verhooring des gebeds? Te zien dat de dikwerf moei lijke arbeid des Evangelies gezegend wordt Elk zondaar door het Evangelie voor den Christus gewonnen is een krachtig bewijs dat Jezus Christus is en blijft de waarach tige Heiland, de eeuwig getrouwe, die in zijn belofte niet faalt. Dat doet den Chris ten juichend instemmen met het woord van den dichter De Heer der Kerk is met de Zijnen, Daar waar hun liefde in ijver blaakt Zijn licht zal op haar voetpad schijnen. Heft de oogen op 1 de wachter waakt. II. Onze tweede gedachte is, dat juist door den arbeid der zending de gemeente des Heeren overeenkomstig hare roeping, het verlangen naar Jezus wederkomst uitspreekt. Ik voor mij geloof dat naarmate het ge loof in de ziel helder en levend is, er ook een verlangen naar Jezus komst zich uit spreekt in hetKom Heere Jezus, ja kom haastelijk. En waar zij weet dat de komst van den verheerlijkten Heiland niet eerder zijn zal, dan na den ingang van het Heidendom en het zalig worden der Joden, daar arbeidt zij immers met des te meer lust aan de voltooiing van dat Godsgebouw opdat zij, wat ze zoo vurig verlangt, eens hare volmaking, hare schoonheid en heer lijkheid volmaakt mag bewonderen. Indien wij maar vragenGemeente des Heeren, verlangt gij uwe volmaking? Ziet gij uit naar de Koningskroon en het priesterkleed Is het uw zielsverlangen Jezus uw Ko ning te ontmoeten, om met Hem tot in alle eeuwigheid te heerschen Werkt dan het werk der zending met al de krachten en gaven, welke God u ge geven heeft. III. Het werk der zending, de dure roeping van Christus' kerk, want zij is het door Christus aangewezen orgaan om in den middellijken weg de zending ge zag, levensvatbaarheid en toekomst te ver zekeren. Beschouwen we een oogenblik den Zen deling in zijn zoo zwaren arbeid. Men vraagt hemvan waar komt gij Wat is uw volk Wie zendt U tot ons Zou het hem dar. niet veel gezag geven als hij met vrijmoedigheid kan zeggen de gemeente des Heeren, de groote schare uit zoovele volken en natiën, die hunne knieën voor Jezus buigen, zendt mij. Of wat dunkt u, ging Paulus met zijne me dehelpers niet met goeden moed op reis naar het land der Heidenen omdat hij wist dat de gemeente hem had uitgezonden. Maar dan geeft zij ook levensvatbaarheid aan de zending. Waar de Christelijke kerk met kracht hare roeping vervult naar Gods bevel, daar staat in geen enkele eeuw, die arbeid bij andere werkzaamheden ten achteren. Denkt eëhs aan de Christelijke kerk in de eerste eeuwen. Wat een volharding des gebeds, welk een openbaring van ge loofskracht en toewijding tot de heilige zaak 1 Geen bezwaren, geene offers te groot geene vermoeienis te zwaar, geen tegenstand te sterk, of de geloofshelden werken door, altijd maar door, en waar hun bloed als martelaarsbloed voor die heerlijke zaak moet vloeien, daar geven ze hun leven vrij willig aan Hem, wien ze geheel hun leven hebben toege wijd. Gedragen door eene biddende gemeente gerugsteund door de beloften Godsaange spoord door hen die het den broeders in het werk der Zending toeroepenGod wil het. Hij wil den Filistjjn, den Tyrier, den Moor binnen de Godstad brengen, gaat het werk der zending voort, steeds voort dan met wat meerder dan met wat minder kracht, dan met wat meerder dan met wat minder zegen, dan met wat meerder, dan met wat minder tegenwerking. Zoo arbeidende, heeft de zending uit gaande van de gemeente Gods een toekomst. H >e meer zij haar roeping verstaat, hoe meer elk lid van Christus' kerk zichzelven afvraagthoe kwam ik tot de kennis der zaligheid, ik, die het niet waardig was, hoe meer hij ook vraagt wat moet ik doen om ook anderen, die nog vervreemd zijn van liet leven Gods tot de kennis der za ligheid te brengen Dan immers zal de gemeente Gods het werk der zending blij ven werken en niet eerder ophouden voor d.t de ure daar is, dat Christus zijne ge trouwen oproept om hem, die bij de 10 ta lenten andere tien heeft gewonnen, te zet ten over tien steden. Maar dan wete men ook dat bjj het. verzaken dier roeping de Gemeente Gods niet leven kan, geen vrucht kan dragen, terwijl dan op haar van toepassing isOch, of gij koud waart of heet, maar omdat gij lauw zijt, zal ik u uit mijnen mond uit spuwen. Mag ik u, waarde feestgenooten, een en kele vraag doen Durft gij met de hand op het hart voor den Heere betuigen, dat gij uwe roeping als gemeente des Heeren in zake de zending getrouw behartigd hebt zoodat in dezen geen schuld op u rust Klimt uw gebed genoegzaam tot den troon des almachtigen voor het heil van den Jood en den Heiden? Offert gij genoeg uwe gaven op het al taar der liefde, niet alleen op dezen dag, maar geheel uw leven door? Zijt gij altijd bezig in uwe omgeving om den Christus te verkondigen tot heil uwer medemenschen Is uw bidden: «Uw Koninkrijk kome!» wel ernstig? wel genoegzaam vereenigd als ééne gemeente des Heeren, wel volhardend tot den einde toe Och, op het gebied der zending heeft de kerk des Heeren vijanden welke niet licht te achten zijn. Denkt aan het ongeloof, dat met de zending onder Jood en Heiden den spot drijft. Denkt aan het bijgeloof dat met alle kracht aan de zending arbeidt, welke ar beid zeer gevaarlijk is en op het verderf veler zielen uitloopt. Denkt aan de gierig heid als de wortel van alle kwaad. Denkt aan dien boozen vijand, die ons steeds in fluistert: gij hebt zelf zooveel noodig, gij zijt zei ven zoo zwak en uw arbeid zal toch niets beteekenen, enz. M. H. acht die vij anden niet gering. Staat niet toe dat ze met u beginnen te redenreren. Bindt tegen hen den strijd aan en overwint ze in Gods kracht. Onze verwachtingen op het gebied der zending zijn groot, en zijn vooaal ki de laatste jaren grooter geworden. Eenige jaren geleden, waren vele landen voor den arbeid der zending nog gesloten. Denkt aan China, Afrika, enz. Thans zijn de deuren open. In België, Frankrijk, Spanje, Italië staat de gelegenheid gunstig, gunstiger dan ooit. De landen en volken roepen ons toe, ge lijk de Macedoniër bet Paulus toeriepKomt over en helpt ons. Christus heett den rijken zegen beloofd. Hij zal naar Zijne belofte betoonen in de toekomende eeuwen, den uitnemenden rijkdom Zijner genade door de goedertierenheid over ons in Chr. Jezus. Daarom moedig den arbeid der zending voortgezet en steeds gelet op het einde. Want als straks zich rondom den troon van het geslachte Lam vergaderen, Jood en Heiden, Griek en Mahomedaan, om Hem toe te brengen lof, eere en aanbidding, dan zal het voor ieder Christen, ja voor geheel de Kerk des Heeren, van wie de arbeid der zending naar Gods woord uitging, een bljjde en onvergetelijke ure zjjn, vooral als dan de Heere der gemeente zijne kinderen daar op wijst en hun toeroept: U w l#on zal groot zijn in den hemel. Amen. Dordrecht. H. G. DE JONGE Goes. Een Goesenaar schrijft in de Zierik- zeesche Nieuwsbode. «Er is een tijd geweest, nog niet vele jaren geleden, dat de Goesche hoogere bur gerschool de eerste en beste was uit ge heel Zeelandniet alleen had zij meer leer lingen,, dan zelfs die te Middelburg, maar was ook het onderwijs zoo uitstekend, dat het eene aanbeveling was bij eenige examens, als de aspiranten van de Goesche school kwamen. En thans is onze H. B. S. in beide op zichten achteruitgegaan. Men schrijft dit voornamelijk daaraan toe, dat nog al eens leeraars benoemd worden die mogelijk heel knap zijnmaar die den takt missen om met de jongelui om te gaan. Want het zal toch niet altijd de schuld der jongens zijn, dat door dezelfde leeraren bjj herha ling leerlingen worden weggezonden, ter wijl dat bij andere leeraren nooit gebeurt? En wat het onderwijs in «ommige vakken betreft daar zullen wij het zwijgen maar toe doen» - Benoemd tot burgemeester van Eiker zee en Ellemeet de hr. M. Sehalkwjjk.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1887 | | pagina 1