CMRISTELIJK-
HISTORISCH
,t Middelburg,
MODES.
:n,
Goes,
IRDEN-vlake.
1887. No. 50.
Dinsdag 22 Maart.
Eerste Jaargang
Li
rerbintenis f300.
10.
Eren, enz., enz.
Ie Kazerne.
akkersknecht
lesche Boot
;he Stoomtjalk
rbootdienst
Igelijks
NIEUWSBLAD
Y00R ZEELAND.
VERSCHIJNT
elken MAANDAG- EN VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p. f0,65
Enkele nommers-0,021/,
G. M. Klemkerk, te Goes
EN
F. P. D'huy. te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIES
BERICHT.
Buitenland.
pier van af 125, prachtig Goud
en. Voorts eene groote partij
ite Dweilen 10 a 15 Ct. fijne
nieuw dik Spek, 55 blanke
puike Java Koffie, 55 witte
Rozijnen zonder Pitten, 15,
14, lekkere Boter 30 en 40,
ioda 3, Stijfsel 9, groote Vijgen
blikken doozen Schoensmeer
halve portie, Lampolie 25 Ct.
11e soorten, witte en brnine
Ct. de kop, Aardappelmeel
geurige Stofthee 6, puike
franco.
een der Plaatselijke of Gar-
berfdépot.
esters en, ongefrankeerd, aan
igeven.
3EN, SATINETS, DRILLS:
IT. Eene aanzienlijke partij
k, HALFLINNEN, NETEL-
JE KATOENEN, ENZ.
E NETTE
FRONTS, MANCHETTEN,
LN.
[ijst 7, Witte Kaas 30 en
pit 15, Zeep 14, Soda 3,
en 40, Zoutevisch 14 en
ct. buitengewoon blank en
Iper kilo, Koudwaterzeep 30
J75, Lampolie 25 ct. de kan.
|25 ct. per pak. 12 houten
]J4 doozen, 34 ct. Voorts
men, Glas-, Aarde-, Blik-
|van af 11 ct., Straatbezems
alle soorten Lampkatoen
I. s. een
DRONKERS, Ierseke.
50ES naar ROTTERDAM
kart 'smorg. 9.uur.
ROTTERDAM naar GOES
aart 'smorg. 4,uur.
DES naar ROTTERDAM,
Maart 's morg. 3,u.
n ROTTERDAM
|aart 's middags 12,u.
te Rotterdam bij den
|)E LANGE, op 't Ha-
bij BOUWMAN en
J. BOS,
Directie.
Rotterdam Nieuwe
'akkenbrug.
7lake vm. 6 en 9, nam. 3 u.
|vm. 7.40, nam. 12 en 4.36.
tendient.
bden: vm. 7,15en nm. 1.15.
onmiddellijk na aankomst
1,u. en 5,36 u. nam.
van en naar het Spoor-
bt rijden.
lis: Z E E l ff,
UITGAVE VAN
van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Zij die zich tegen 1 April
a. s. op ons blad abonneeren,
ontvangen de tot dien datum verschij
nende nommers gratis.
DE UITGEVERS.
Te beginnen met 1 April, a s. zal
«de Zeeuw,» in plaats van 2 maal in
de week, DRIE maal in de week ver
schijnen, en wel des MAANDAGS,- des
WOENSDAGS- en des VRIJDAGS AVONDS.
De zeer groote uitbreiding van het
aantal onzer abonné 'sende vele aan
vragen van hier en elders maken
dit noodzakelijk Het Woensdagnummer
voorziet ongetwijfeld in een behoefte.
Het Goesche marktbericht en andere
berichten die onze lezers pas uit het
Vrijdagnummer konden vernemen,
zullen zij dus voortaan in het Woens
dagnummer kunnen vinden.
Wij zullen trachten eenmaal per
week een FEUILLETON in ons blad op
te nemen.
De abonnementsprijs wordt van
at 1 April met 30 CENT verhoogd,
zoodat die prijs voortaan 95 cents
bedraagt. De vele lezers, die op de
uitgave ook van een Woendagsnum-
mer steeds hebben aangedrongen,
zullen zich deze meerdere uitgave
van dertig cents in de 3 maanden
zeker gaarne willen getroosten; ter
wijl voor hen, die liever «de Zeeuw»
op den ouden voet, dus TWEEMAAL
per week, des Maandags en des Vrij
dags wenschen te ontvangen, de lees-
prijs op 65 CENTS bepaald blijft.
Men kan dus, naar verkiezing, ons
blad tweemaal of driemaal per week
ontvangen.
TWEEMAAL voor den ouden prijs
van 65 cents per 3 maanden. DRIE
MAAL voor den prijs van 95 cents
per drie maanden.
Het Vrijdagnummerondergaat door
het nieuwe nummer van Woensdag
geen verandering. De marktberich
ten uit het Woensdagnummer zullen
ook in het Vrijdagnummer geplaatst
worden ten gerieve van de lezers,
die het blad slechts 2 malen 's weeks
wenschen te ontvangen.
Die ons blad tweemaal wenscht te
blijven ontvangen, wordt verzocht
dit te melden aan de Uitgevers D'huij
te Middelburg ot Klemkerk te Goes.
Wanneer vóór 1 April GEEN bericht
aan de uitgevers gezonden wordt,
zullen wij zoo vrij zijn, het er voor
te houden, dat men het blad 3 malen
per week, tegen den leesprijs van
95 cents per drie maanden verlangt.
Gevaarlijke liberale tactiek.
De heer Schimmelpenninck v. d. Oye uit
Goes heeft de liberalen op het groote ge
vaar gewezen, dat zij als mannen van de
meerderheid, alleen hun zin willen door
drijven. Hij zei:
«In het algemeen gesproken zou ik
dit willen vooropstellen dat een partij
die de meerderheid heeft in het Parle
ment en uitsluitend Iet op hare partij
belangen, door geen rekening te houden
met de rechten en belangen der over
zijde, zichzelven voor de toekomst een
groot nadeel toebrengt. Mocht dit hier
het geval zijn, duidelijk zou daardoor
uitkomen dat men in deze gewichtige
kwestie van kiesbevoegdheid alleen op
den voorgrond stelt het tijdelijk eigen
belang en zoo de grondwetsherziening
in gevaar brengt.»
Niet gerust over de voornemens der libera
len; wijl deze heeren immers telkens maar
geheime vergaderingen houden en nooit
eens laten uitlekken, wat zij toch eigenlijk
wel van plan zijn, trok de heer Schimmel
penninck handig den minister Heemskerk
in de kwestie, ten einde te mogen weten
wat deze wel zeggen zou als de liberalen
eens Art. 80 het kiesrechtartikel met onze
hulp aannamen en zij gingen dan het
voorloopig kiesreglement verwerpen.
«Aanneming van art. 80 met ver
werping der Bijbehoorende artikelen,»
geen Nederlandsch gouvernement, het
noeme zich liberaal of conservatief, zou
kunnen dulden dat door zulk een manoeu
vre in dezen stand der zaak de grond
wetsherziening geheel en al de speelbal
werd van een partij, zoodat de meerder
heid in de Kamer tot het volk zou zeggen:
Ziezoo, hier hebt gq nu artikel 80, juist
wat gij verlangdet, maar voor de
«Bijgevoegde artikelen», dus eigenlijk
de, toepassing van art. 80, willen wij
vrij blijven of wij die zullen aannemen
al dan niet. Ik ben overtuigd dat de
minister Heemskerk onmiddellijk zou
moeten verklaren dat zoodanige hou
ding voor hem onaannemelijk was.»
Woordenspel.
De liberalen zijn onuitputtelijk in het
zoeken van groote woorden teneinde hun te
kort aan beginselen te dekken. Vooral in wat
dhr. Goeman Borgesius zegt, is veel hols en
onbegrijpelijks. De heer Schimmelpenninck
wees ook daarop toen hij terecht zei:
«De heer Borgesius heeft groote voor
liefde én voor het kiesrecht-artikel en
voor de bijbehoorende Artikelen met
kiesreglement enz. Maar hij gaf toch
te kennen dat het wel mogelijk ware
en voor dhr. B. niet ondenkbaar,
wijl hij 't goede wil, dat men bij grond
wetsherziening het meer naderen tot
algemeen stemrecht niet wenscht in
te voeren, maar eenvoudig de belem
meringen daartegen wegnemen wilde.
Die fijne onderscheiding vat ik niet van
den afgevaardigde. In de Bijgevoegde
Artikelen ligt de practische verbetering
der kiesbevoegdheid van het onmiddel
lijk algemeen belang. Het vervelende
vau alleen de belemmeringen daartegen
weg te nemen maar toch vooral te
zorgen dat het slot daarbij goedgeslo
ten blijftzoodat de natie er niets aan
heeft, springt in het oog.»
De liberalen hebben er belang bij, zich
in nevelen te hullen, de redevoeringen zoo
geleerd mogelijk te maken, den schijn te
geven van de wenschen der natie te voor
komen, en op slot van rekening niets anders
te geven dan een grondwet met eenige
taalkundige veranderingetjes van een woord
of een zinsnee, en voorts de groote artikelen,
waar het op aan komt, zoo in te kleeden,
dat iedereen er alles in lezen kan en dus
niemand er iets aan heeft. De heer
Schimmelpenninck heeft het niet genoeg ge
acht van zijn eigen standpunt het beden
kelijke van der liberalen houding in zake het
groote volksbelang, door het kiesrechtsartikel
geregeld, aan te toonen, maar heeft nog
daarbij de volgende woorden aangehaald
van dr. Frowein, die overigens met Borgesius
dweept: «Wordt bij de a. s. grondwets
herziening niet het algemeen stemrecht
ingevoerd, maar eenvoudig de belemmering
er tegen weggenomen, dan zal er, afgezien
van het onbeholpene van zulk een Grondwet,
een langdurige en treurige agitatie (twist)
uij volgen.»
Kalot, bef en borrel.
Dat wij clericaal zijn willen wij niet we
ten, maar tegen een samenkoppeling als
bovenstaande moeten wij opkomen. De li
berale pers heeft nog niet afgekeurd het
neggen van den grootea liberaal in de Kamer,
dhr. Rutgers, dat het kiesrechtartikel de
natie zou brengen onder het juk van de
kalot, de bef en den borrel.
De kalot is het hoofddeksel van den
roomschen geestelijke. De bet is het eigen
dom van predikanten. De borrel is het
lokaas en het pleizier van den dronkaard.
Deze uitdrukking verraadt de vijandschap
die er in het hart van sommige liberale
heeren tegen God en daardoor tegen zijne
knechten, de geestelijken, leeft.
Met den heer Lohman antwoorden wij
den heer Rutgers:
»Men moet al diepe minachting voor
zijn volk hebben als men daarover al
dus durft spreken; over het volk dat
hier niet vertegenwoordigd is. Men be
hoorde te gevoelen dat het niet past,
zoo te spreken, en men verwondere
zich niet, wanneer het volk, 6ij het
aanhooren van zulke woorden, in woede
ontsteekt."
ln den appel gebeten.
Sinds de onvoorzichtige uitlating van den
heer Borgesius, die daardoor uit de school
klapte, ondanks der heeren wensch,
hebben de heeren Schaepman en Schimmel
penninck, in hoffelijke termen, doch beslist,
hunne vrees uitgesproken dat de liberalen
ons bij eerste lezing konden beet nemen
door het kiesrechtartikel nu aan te nemen
en dan aan het eind over eenige maanden
de achterste bijgevoegde artikelen, waartoe
het kiesreglement behoort, en dus het hart
der zaak zouden afstemmen. Nu hebben
deze beide «clericalen» in den appel gebeten.
«Foei, om de liberalen zoo te verdenken,»
beet Borgesius Schimmelpenninck v. d. Oye
toe. En de heer De Beaufort, in gewaande
verontwaardiging sprak het uit, dat de libe
ralen nu ook niet voor het amendement
Godin de Beaufort kunnen of mogen «tem
men. Wat zullen de heeren onder elkaar
over dezen goocheltoer van hun woordvoer
der gelachen hebben
Hun geestverwant v. Houten had het al
gezegd! Gij weet niets tegen dat voorstel
Godin de Beaufort in te brengen. Zij zaten
er meê in het nauw. Maar nu hebben ze
een mildel om het voorstel af te stemmen.
Zij kunnen nu immers niet anders! Zij
zouden zichzelven een slag in 't aangezicht
geven
Wij dachten dit lezende aan zeker uit de
verlegenheid reddend antwoord, waarop zeker
onoprecht Voorzitter yan zeker Sanhedrin
zijn kleed scheurde en uitriep: «Wij heb
ben geen getuigen meer noodig.»
Doch de heer Lohman heeft deze schijn-
betooging van de liberalen behoorlijk weer
legd. Hij zei
«Wat de heer De Beaufort opgege
ven heeft als reden waarom men dat
amendement r.iet kon aannemen, dat
is te gek om over te praten. Want zou
zulk een allergewichtigste politieke han
deling, waarvan de geheele grondwets
herziening kon afhangendaarop af
stuiten dat de heer Schimmelpenninck
een weinig vrijmoedig in zijn welspre
kende rede gezegd heeft: lk vertrouw
u niet licht 1 Nu zegt de heer de B.
wel dat de liberalen niet meer voor
het voorstel kunnen zijn, want dat zjj
dan zichzelven een slag in het aange
zicht zouden geven. Maar dat meent
hij niet, dat kan hij niet meenen.»
En dan komt de heer Lohman met een
zeer verstaanbaar voorbeeld, waarover wjj
ons verblijden, want de liberale Kamerleden
zijn tegenwoordig zoo onbegrijpelijk, dat
men wel eens een weinig tot hen mag afdalen.
Maar hooren wij den heer Loiiman
«Wanneer ik met den heer De B.
een contract wilde aangaan, b. v. we
gens den koop van een huis, en ik,
nadat wij over alles overeengekomen
waren, zeide: nu, beste vriend I zijn
wij klaar, en zou ik gaarne hebben dat
wij de overeenkomst op het papier
brachten en teekenden, zou dan de
heer de Beaufort antwoorden: Neen
nu gij mij niet op mijn woord gelooft,
nu is de koop verbroken
Dan zou men toch zeggengij hebt
van de geheele zaak niets gemeend;
want als gij er wel iets van gemeend
hadt, zoudt ge er niets tegen hebben
gehad uwe handteekening te geven.
Men sluit geen koop alleen voor het
plezier om elkander een blijk van
vertrouwen te geven.»
Zeer ter snede merkte de heer L. daar
bij op:
«Indien een gewichtige staatkundige
handeling in deze Kamer op zoo iets
moet afspringen (als bijv. boos worden
over een uilgesproken blijk van wan
trouwen) dan is deze Kamer dieper
gezonken dan nog iemand in Nederland
vermoedt. Maar ik geloof dan ook dat
de heer De Beaufort alleen maar zoo
heeft gesproken om den heer Schim
melpenninck v. Nijenbeek eens te doen
gevoelenzie eens hoe gemakkelijk het
is om ons boos te maken.»
Dit laatste vooral is niet onverdiend. Zelfs
in een dorps-zanggezelschapje zou de man
die boos wordt en daarom een voorstel af
stemt, als een flauwerd geteekend en ge
meden worden.
Omtrent den verijdelden moordaanslag op
den Russischen keizer kan nog gemeld wor
den, dat reeds sedert maanden te Genève
twee verdachte kerels door Deensche geheime
politie-dienaren waren nagegaan. Wie zij
waren wist men niet, maar men kon ver-