sche Boot
CHRISTELIJK-
NIEUWSBLAD
HISTORISCH
VOOR ZEELAND.
SCHAPEN,
1KNECHT
ERMEID.
THEEEN,
1887. No. 48.
Dinsdag 15 Maart.
Eerste Jaargang.
ARNHOND.
kilo best Wei-
partij Mangels
lige Poten,
Van der Hooft,
ELZAAD,
ode Reuzen,
SNIJBOOHEÏf.
.KERSKNECHT
TJALK
ERDAM
Stoomtjalk
VERSCHIJNT
G. M. Klemkerk, te Goes
F. P. D'huy, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIES;
„Zij zal nog eens een gevoe
lig lesje moeten hebben
Buitenland.
Binnenland.
28, 32 en 40 Ct. per Ons.
J. M. HEIJLIGER,
;raat, F 193, Middelburg
ööae
tACHTIGE JONGE
TEE, te 's Heerenhoek.
UIT TWEE)
1, Oost-Souburg.
's-Gravenpolder.
en best gewonnen
ulobenevens 20 Kilo
bij D. PIETERSE, te
ande een
n paard kan beslaan en
I. VAN ELSaCKER, smid
;e.
P. G. bij C. PAAUWE.
e.
f MEI wordt gevraagd
es Bureau «Zeeuw» Goes
nde geeft bij deze kennis
ïbliek dat de dienst op
1DAM met de
gestaakt en met dezelve
geopend op
i 16 MAART des mid-
o e s en eiken ZATER-
r d a m volgens afvaart-
rAN RENTERGHEM.
SS naar ROTTERDAM
t 'smorg. 3.uur.
TTERDAM naar GOES
k 'smorg. 9,uur.
S naar ROTTERDAM,
aart 's midd, 4,— u.
ROTTERDAM
rt 's morgens 6,u.
Rotterdam bij den
LANGE, op 't Ha-
j BOUWMAN en
BOS,
directie.
Rotterdam Nieuwe
kkenbrug.
ZEEUW,
elken MAANDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p. f0,65
Enkele nommers-0,02'/,
UITGAVE VAN
en
van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere rege
meer 10 cent.
Bij dit Nummer behoort een Bijvoegsel.
Zij die zich tegen 1 April
a. s. op ons blad abonneeren,
ontvangen de tot dien datum verschij
nende nommers gratis.
DE UITGEVERS.
Klaas. Goeien avond, WillemIk heb
daar een Dinsdag een stuk in de Goesche
krant gelezen. Ik heb er niet veel van be
grepen. Het was over de politiek en de
tweede kamer geloof ik. En je weet, daar
heb ik niet veel mee op.
Willem. Zoo vriend 1 dat je daar niet
veel mee op hebt, kan ik wel een beetje
begrijpen. Tegenwoordig behandelen zjj
daar in die tweede kamer toch znlke ge
leerde dingen, dat je er in verdoold raakt.
Een gewoon mensch kan er niet wijs uit.
Maar, wees gerust de heeren begrijpen het
zelf soms, ook niet
Klaas. O jongen 1
W. 'tls waar wat ik je zeg. Er was
verleden week een liberaal in de kamer,
de heer Borgesius die zei het zelf.j Zij had
den daags te voren gestemd over een voor
stel van Lohman, en zij wisten in het ge
heel niet waar het over was.
K. Nou, dat is raak. Dan is het toch
niet kwalijk te nemen, als wij er niet veel
van begrijpen.
W. Ik zal je eens gauw wat vertellen,
Klaas! Ze hebben het tegenwoordig druk
met de grondwetsherziening.
K. Grondwetherziening 1 Wat is dat
W. Ik zal het u zeggen. De grondwet
is een wet, waar alles in staat wat betrek
king heeft op de regeering, op den koning,
op 't onderwijs, op 't kiesrecht enz. Nu wil-
rien zij in die grondwet verandering bren
gen. Veertig jaren geleden, in 1848 heb
ben zij dat ook eens gedaan, maar met de
veranderingen die de liberalen er toen in
brachten, zijn de antirevolutionairen nooit
ingenomen geweest. De groote Groen v.
Prinsterer, de vader van de antirevolutio
naire partij, zei in 1850 al dat die Grond
wet achteruitgegaan was, en dat ze weer
veranderd moest worden.
K. Waarom al zoo gauw?
W. Wel ze hadden in die grondwet
artikelen opgenomen die de macht van den
Koning te na kwamen en
K. Is de Koning dan geen baas?
IV. Baas en baas is twee. Gij moet er
de Zeeuw van Vrijdag maar eens over le
zen. Daar staat duidelijk in, dat de koning
eigenlijk regeert naar den zin van de libe
rale partij. En nu is de koning wel baas,
maar de heeren zeggen toch, hoe zij 't
hebben willen en dat ligt aan die grond
wet van 1848. Maar ik ga verder. In die
grondwet staat ook een artikel dat alleen
het openbaar onderwijs door de regeering
verzorgd wordt. Daaruit volgt, dat de voor
standers van christelijk onderwijs overal
aan die openbare school moeten meebetalen,
maar voor de christelijke school moeten zij
zelf zorgen. Gezwegen nog van het on
gelukkige artikel, waardoor alleen geldman
nen kiezer kunnen zijn.
K. Dat is niet recht En zullen zij dat
artikel nu veranderen?
W. Och man, dat hebben de mannen
van de rechterzijde al beproefd, maar dat
wilden de liberalen niet. En nu hebben
de liberalen ook wel een verandering voor
gesteld, maar die wilden wij ook niet, want
die gaf ons niets. En toen is de Kamer
ontbonden en is er een andere Kamer ge
kozen, en nu hebben de antirevolutionairen
en roomschen die noemen zij samen de
rechterzijde - nog al wat verloren. En
daar zegt nu de G. C. van: «Zij hebben
nog geen les genoeg gehad. Zij moeten
er nog een hebben.» Se je, onze vrienden
hebben verleden jaar gezeid, en nu zeggen
zij het weer: Als die grondwet niet goed
veranderd wordt, dan is het beter er maar
niets aan te doen. Bovendien zijn erin de
Kamer 10 leden te weinig.
K. Maar de verandering is toch door
gegaan
W. Zeker, want de liberalen zijn baas.
En nu hebben zij wel kleine vei anderinge
tjes gemaakt, maar die beteekenen niets.
Die veranderingetjes bedoelde de Goesche
krant nu. Met een geleerd woord noéhK
zij dat redactiewijziging, maar dat betee-
kent niets. En daar stoft zij op, alsof de
liberalen ons al heel wat gegeven hebben.
Het is eigenlijk bespottelijk.
Stel b. v. eens, ik heb grooten honger
en ik weet, Klaas, dat gij mij kunt helpen.
Maar nu, in plaats van mij een fermen
boterham te geven, geeft gij mij niets en
gij belooft mij een pepermuntje. Zeg zelf,
moet ik daarmee dan tevreden zijn?
K. Zeker niet. Ik zou denkeu dat ik
niet wijs was.
W. Maar als je nu zelf eens aan de
menschen ging vertellen«Wat is die Willem
toch een stijfkop, want nu beloof ik hem
nog al een pepermuntje om zijn honger te
stillen en nu haspelt hij nog tegen.» Je
lacht. Maar ik zeg je: zoo is het hier nu
ook mee manDe liberalen zijn de mannen
van het pepermuntje en ons nemen zij
kwalijk dat wij j brood verlangea En nu
zouden de liberalen wel willen dat onze
vrienden de grondwetsherziening tegenwerk
ten, dan konden zij later tegen ons zeggen
«Zie je wel, wij zijn de echte volksvrienden.
Wij wilden je een overheerlijke grondwet
geven, maar die rechterzijde wou niet. Zij
moeten nog eens een lesje hebben.» Maar
zij zullen bjj mjj met die leugen niet aan
komen. Je moet maar eens lezen hoe onze
vrienden over de grondwetsherziening mee
praten. Zij hebben ook al een hoofdstuk
mee helpen aannemen.
K. Maar wat praatte de Goesche Cou
rant dan dat de antirevolutionairen de her
ziening tegenwerken?
W. Dat is laster, man. Zij weten wel
beter. Die liberalen zijn in de laatste dagen
knapjes bezig het volk beet te nemen.
K. Goed, maar daarover later, asjeblieft.
Een oud-Goesenaar, eerlijk liberaal.
De heer Frowein, vroeger leeraar aan de
troesche H. B. School voor meisjes heeft
m een vergadering te Amsterdam weer ge
toond een man van rechtschapen karakter
te zijn. Dat zijne beginselen wat be
treft het geloof aan God, aan de inspi
ratie der Heilige Schrift, aan de onsterfelijk
heid; de eedskwestie, enz. door ons worden
■weerstaan^ behoeven wij wel niet te zeggen.
Maar zijne eerlijkheid, zijn verdraagzaam
oordeel, zijn rechtsgevoel zjj* boven onzen
lof. In hem eeren wij den Almachtige, die
ook ongeloovigen soms met een rechtsgevoel,
een levensernst en een liefde voor het zede
lijke begiftigt, die wij in eigen hart en
kring zoo gaarne zagen uitblinken.
Frowein is, hoe ook door liberale partij-
genooten gesmaad en weggekeken, gebleven
wie hij was. Een ongeloovige, doch onaf
hankelijk. In een vergadering van Volksonder
wijs te Amsterdam nam de eerlijke liberaal
weder zijn benijdenswaardig standpunt in.
De heer Vitus Bruinsma van Leeuwarden
had gesproken. Hij, de anti-clericale voor
vechter van algemeen stemrecht had ge
zegd dat de onderwijskwestie, door liberale
partijgenooten gaande gehouden, een ramp
voor Nederland is. Dat de liberalen in de
Kamer zei ven ongezind zullen zijn die kwes
tie op te lossen, uit vrees voor de clericalen.
Dat het onbillijk is de openbare school, door
kinderen van modernen en liberalen bevolkt,
uit de staatskas, dus door allen te onder
houden en daarna de bijzondere school te
uoen onderhouden alleen door de oprichters,
die eerst hunne belastingpenningen voor
het openbaar onderwijs moeten betalen.
Dat de Staat maar moest ophouden met
scholen te bouwen, en dit aan particulieren
overlaten, evenals het bakken van brood.
Enz. De aanwezige openbare onderwijzers,
die helaas deze demoraliseerende wijze van
bevordering van neutraal onderwijs niet
it.zagen, protesteerden, maar dr. Fro
wein was het met dr. Bruinsma eens.
Hij zei: «Het beginsel van het liberalisme
brengt mee om een andere regeling van
het onderwijs in het leven te roepen en
art. 194 te wijzigen. Het neutraal karakter
der openbare school, dat hij overigens voor
staat, is een noodzakelijk kwaad. Flink bij
zonder onderwijs zal meer bijdragen tot
vorming van het karakter. De liberale partü
heeft niet uit te maken wat goed is voor
de kinderen. Geen partij mag dit doen.
De Staat moet zorgen dat er goed onderwijs
is, maar de lichting moet aangegeven
worden.
Zoo sprak de heer dr. Frowein. Voorze
ker zulke besliste van rechtsgevoel en ver
draagzaamheid getuigende woorden doen
weldadiger aan dan het schelden van zeker
blad op de doleerendeni
Bij de gratie Gods.
De antirevolutionaire club, bij monde van
den heer De Geer, heeft voorgesteld dat ach
ter de woorden Wij Willem III niet het
woord enz. maar de woorden: Koning bij
de gratie Godszouden gevoegd worden.
Het koninklijk gezag toch is geworteld in
de gratie, de gunstige beschikking van den
Heere en niet, zooals de liberalen beweerden,
in de grondwet.
Zoo ooit dan kwam bij de behandeling van De
Geers voorstel uit welk een onoverko
melijke klove daar gaapt tusschen het libe
rale en het christelijk historische begrip van
gezag des Konings. De liberale meerder
heid stemde dit voorstel af, gesteund als
zij werd door een man als minister Heems
kerk, die als eerste man in Nederland ge
roepen om den troon des Koning te stutten,
door steun te bieden aan de theorieën van
volkssouvereiniteit den grondslag van dien
troon in gevaar brengt.
„Die wind zaait, zal storm oogsten." Dit
spreekwoord mag Rusland op zich zelf toe
passen, nu het in Bulgarije, dank zij Rus-
lands stijfkoppige aanhitsing in de voor
naamste garnizoensplaatsen tot een openbaren
opstand kwam. Met „de kous op den kop"
treedt Rusland nu uit dit geding uit. De
jeugdige staat in het oosten trad zoo kloek
op, dat de opstand thans onderdrukt mag
heeten. De leiders werden ter dood en de
anderen tot gevangenisstraf veroordeeld.
De geruchten over vredebreuk in Europa
zjjn weer verminderd. De 11 Maart was
da verjaardag van keizer Alexander. Den
22 Maart hoopt keizer Wilhelm 90 jaar te
worden. Deze beide dagen schijnen van
invloed te zijn op de vriendschappelijke ge
zindheid dezer vorsten. Aan bewijzen van
hartelijkheid was Vrijdag jl. geen gebrek.
Ook Dinsdag a. s. zal het aan vriendschaps
betuigingen niet ontbreken.
In [Italië heeft het ministerie Depretis
besloten aan te blijven, niettegenstaande de
haar vertrouwende meerderheid in de kamer
al kleiner wordt.
Aanleiding tot dit wantrouwen was de
buitenlandsche politiek en de aanvankelijke
nederlagen in Abessynië.
Eindelijk gaan de liberalen, die zich ten
vorigen jare van hunne partij, die van Glad
stone, afscheidden, inzien hoe dom zij deden
met de conservatieven te steunen. Deze
laatsten willen strenge maatregelen in Ier
land, terwijl Gladstone pleitte voor een
zelfregeering door de Ieren. Bijna alle
liberalen denken nu over dit punt eenstem
mig. Jammer dat deze eenstemmigheid te
laat komt. Verleden jaar was er een libe
rale meerderheid. Toch zou deze eenstem
migheid den Ieren ten goede zijn gekomen.
Nu helpt zij echter niet meer, daar de
liberalen bij de jongste verkiezingen jam
merlijk geslagen en in de minderheid ge
raakt zjjn. De oude Gladstone hebbe dan
dezen troost nog, dat nu de meerderheid
der natie inziet dat zijne staatkunde voor
de arme Ieren een rechtvaardige staat
kunde was.
De liberalen in Nederland kunnen van
dezen Engelschen partijverwant (geen geest
verwant) nog heel wat leeren.
De Duitsche legerwet is, dank zij de door
de regeering behaalde meerderheid na de
jongste ontbinding, aangenomen, zoodat
met 1 April a. s. 40.000 militie-plichtigen
voor de wapenoefeningen zullen worden op
geroepen.
Wij herinneren er aan dat te Middel
burg de kiezerslijsten op het raadhuis ter
inzage liggen gedurende 14 dagen en dat
ieder die meent dat hij of een ander er niet
of niet goed in vermeldt wordt, binnen 14
dagen daartegen bij den gemeenteraad mag
opkomen
Bij K. B. is het aantal kwartier
meesters bij het loodswezen met standplaats
Vlissingen, vastgesteld op drie.
Door een groot aantal mannen van
naam in den lande, zoowel militairen als
burgers, is een adres aan Z. M. den Koning
gericht, waarin de toestand van het koloniale
leger in Atjeh als hoogst treurig en onhoud
baar wordt geschetst.