Algerijnse leiders
begraven strijdbijl
lachend politicus
en fel doorbijter
Het fantastische
avontuur met de
„oUniNliiU
ZWITSAL
Chef huisvesting nam
steekpenningen aan
350 FERME KNAPEN MAAKTEN ZEEREIS NAAR SCANDINAVIË
l_) I 1 DTVTÏ7
MOEDER WORDEN...
WAPENSTILSTAND TOT
VERKIEZINGEN
BABYSET DE LUXE
Eis anderhalf jaar tegen Zaandammer
„Er zit iets scheef
met onze bloem'"
DAN HIJ
REIZIGER
GEWOON
MET DE HAKKEN
VOOR HEM
Vrjjdag 3 augustus 1962 ZEEUWSCH DAGBLAD
Afgestemd op het
hedendaagse verkeer
I
Van een onzer verslaggevers
HOEK VAN HOLLAND. Een merkwaardige stille avond was het. Al
leen het ruisen aan de boeg die langzaam vooruit door het spiegel
gladde water van de Sognefjord gleed, was hoorbaar; en af en toe een
stem die kwam van de brug, als van heel ver4 Van het groepje mensen, dat
een dek lager aan de reling stond, had niemand veel behoefte om wat te
zeggen, geïmponeerd als iedereen was door de ruige schoonheid van de
hoge, groene wanden van de fjord. Een half uur hebben we zo gestaan
of was het een uur in de rust van de avond op een onbekende manier
intens genietend. Toen zei ineens iemand: „Toch hadden ze wel wat meer
afwisseling in dat decor mogen aanbrengen". Het lachen kaatste terug van
de hergen, de ban was verbroken.
De loopplank werd opgehaald, de reis was begonnen. Ruim, driehonderd
avontuurlijke knapen vertrokken met de Borneo voor een zeereis
naar Scandinavië.
Belegerd door een troep nieuwsgierige knapen, wijst eerste stuurman
reisleider Wulp op een zeekaart aan waar de Borneo zich bevindt.
Midden in de nacht kwamen de jongens plotseling uit bed om te
genieten van de middernachtzon.
Van onze correspondent
PARIJS De Algerijnse leiders
crisis is geëindigd maar nog niet op
gelost! Khider, de afgezant van Ben
Bella, is er gisteren in geslaagd om
met de drie Kabylische leiders, Bou-
diaf, Belkacem Krim en kolonel Ouid
el Hadj, tot een overeenkomst te ko
men op drie punten.
Het politieke bureau zal worden ge
handhaafd in zijn huidige samenstelling.
Dit bestaat uit Ben Bella (voorzitter),
Boudiaf, Bitat, Khider, Mohammedi
Said, Benallah en Ait Ahmed, welke
laatste echter enige dagen geleden al
alle openbare functies in het Algerijnse
politieke leven had neergelegd en zich
nu in Parijs bevindt. Voorts zullen er
verkiezingen worden gehouden voor het
samenstellen van 'h nationale constitue
rende vergadering. Oorspronkelijk zou
dit op 12 augustus geschieden, maar
voorlopig zijn de verkiezingen verscho
ven naar 27 augustus. Tenslotte zal het
parlement van de revolutie (C.N.R.A.)
als hoogste partijorgaan in de F.L.N.
in gewone zitting bijeenkomen om zijn
mening te geven over het politieke bu
reau van Ben Bella. Deze bijeenkomst
zal een week na de verkiezingen wor
den gehouden.
Ben Bella zal in Algiers arriveren om
daar het bureau te installeren. Boudiaf
zal naar Parijs vliegen om Ait Ahmed
van diens ontslagneming te doen terug
komen.
BEETJE ORDE
Bij een aandachtige lezing van deze
overeenkomst zal men tot de conclusie
komen, dat het enige, waarover alle
partijen het eens zijn geworden, de af
kondiging is van een onderlinge wapen
stilstand tot aan de verkiezingen, maar
dat alle meningsverschillen zijn blijven
bestaan.
In feite komt de overeenkomst erop
neer, dat de Kabylische leiders di over
ruim een miljoen volgelingen beschik
ken. het politieke bureau voor de tijds
duur van één maand geaccepteerd heb
ben. Volgens hen bezit echter alleen de
C.N.R.A. de bevoegdheid om dit bureau
samen te stellen. De crisis blijft, daar
mee onopgelost, maar de Algerijnse lei
ders hebben voorlopig de strijdbijl be
graven om een beetje orde in hun land
te scheppen.
De tocht door de Sognefjord was
het hoogtepunt van de reis met de
Borneo. Zaterdags was het schip
vertrokken van de Javakade in
Amsterdam, met 350 jongens tussen
de twaalf en zeventien jaar aan
boord. Met drie reizen voor jongens
en één voor meisjes heeft de N.V.
Stoomvaart Maatschappij Neder
land dit jaar de traditie hersteld
van de voorloorlogse jeugdreizen
naar het hoge noorden met de Ta-
rakan. Dat vertrek was zo echt ge
weest als het maar had kunnen
zijn, met serpentines en met verle
gen draaiende knapen, die op het
laatste moment hun moeder niet
durfden zoenen. „Nou, ga nou maar
weg..."
SLOEPENROL
Het vrachtschip Borneo, voor deze
reizen ingrijpend verbouwd en met
extra reddingboten uitgerust, heeft de
jongens veilig en wel naar het noor
den gebracht en hun een onvergete
lijke tocht laten maken. De officiële
sloepenrol, gehouden nog voor het
schip de sluizen van IJmuiden was
gepasseerd, leek een mooie gelegen
heid om er meteen al een jolige boel
van te maken lachend en stoeiend
met de gele zwemvesten kwamen de
jongens aan dek.
Maar het feest ging niet door. Bij
de sloepen stonden zeelui, officieren,
met precies dezelfde vesten heel se
rieus omgeknoopt en met keiharde
gezichten. Het was met één klap dui
delijk, dat hier niets te spotten viel.
Van dat moment af hebben de jon
gens de bemanning verafgood. Aan
het einde van de week schreef een
joch van twaalf jaar een brief aan de
redactie van de boordkrant, het „Bor-
neo-Binkie", waarvan de laatste zin
luidde: „En later wil ik kapitein
worden".
Op de rustige deining van de Noord
zee is de Borneo eerst naar Zweden
gevaren en daarna naar Noorwegen.
In de ruimen en op de dekken van
het schip ging het gedurende de reis
meestal woeliger toe dan op zee. De
Borneo was van de jongens, van voor
tot achter en van onder tot de eer
ste dag boven. Toen werd het ge
krioel op de brug zelfs kapitein P.
A. Jamin te gortig. Hij moest tenslot
te nog navigeren ook. De brug was
voor de rest van de week verboden
terrein en wie van de jonge passa
giers het waagde er toch zijn neus te
laten zien kreeg in duidelijke zeemans
taal te verstaan, dat hij beter zo gauw
mogelijk kon verdwijnen.
SIGARETTEN
Het boordleven wende gauw. Een
van de grootste attracties was de
winkel. Voor ongekend lage prijzen
was er veel te koop: limonade', kauw
gum, en rollen drop, maar ook min
der „kinderachtige" zaken als siga
retten. Jochies die thuis waarschijn
lijk nog een draai om de oren krijgen
als zij met een sigaret in de mond wor
den.betrapt, liepen onmiddellijk nadat
de pantry voor de eerste keer was
geopend met hele sloffen Amerikanen
te slepen.
Het personeel in de winkel heeft
trouwens die eerste keer grote ogen
opgezet: er dreigde op een gegeven
ogenblik even een tekort aan wissel
geld te ontstaan omdat tegen alle
verwachtingen in de meeste jongens
en niet alleen rijkelui's zoontjes
met „groot" geld voor de dag kwa
men, briefjes van vijf en twintig voor
al, maar af en toe ook een lap van
honderd gulden.
In de Zweedse stad Göteborg zijn
de mannen want zo voelden ze
zich, na een zeereis van anderhalve
dag voor het eerst de wal opge
gaan. Per bus werd een uitgebreide
excursie in de omgeving gemaakt on
der leiding van vrouwelijke gidsen die
niet zo heel veel ouder waren dan de
oudste onder de jongens van de Bor
neo.
Toen de volgende dag in Oslo het
zelfde stond te gebeuren en op de ka
de bleek, dat de Noorse gidsen heel
wat meer jaren telden dan haar
Zweedse collegaatjes van de vorige
dag maakte een Amsterdammer van
een jaar of veertien, vijftien, duide
lijk hoorbaar uit: „Man, zijn die ef-
fe belegen".
De dag was er niet minder om,
ook al niet omdat de jongens na be
zoeken aan verscheidene bezienswaar
digheden „werden losgelaten", zoals
een van hen het later noemde, om op
eigen gelegenheid de stad te door
kruisen. Dit varen op eigen kompas in
een wildvreemde stad hebben de
meesten fijner gevonden dan welk on
derdeel van de excursie ook.
Moe en stoffig, maar uiterst vol
daan kwam de troep tegen drie uur
's middags weer aan boord. Enkele
knapen hebben een aantal inwoners
van het prachtige Oslo toen nog op een
kostelijk schouwspel getracteerd. Een
paar van de flinksten zouden de stof
figheid nog even afspoelen door een
duik te- nemen in de haven. Het kost
te weinig moeite om in het water te
recht te komen, maar het bleek on
mogelijk om langs de gladdescheeps-
1 wand weer aan boord te klimmen.
Pas zo'n kilometer van het schip
vandaan konden zij via een trapje aan
land klauteren maar toen stonden
zij ook zo goed als midden in de stad.
De lieden die in alle rust op een ter
ras van een glas bier zaten te genie
ten, vielen van de pret van hun stoel
toen zij het rijtje bijna naakte en
druipende jongenslijven haastig en be
schaamd voorbij zagen sluipen. Ja,
Oslo heeft wel geweten dat het fer-
In Fjaerland, Noorwegen, in een zijarm van de Sognefjord, gingen
de jongens in sloepen naar het dorp.
me jongens, stoere knapen op be
zoek had.
De volgende dag zou de kapelaan
aan boord ervaren wat het zeggen
wil, met honderden jongens op een
schip te zitten. Er zijn in die week
tal van spelletjes gedaan, de een nog
enthousiaster door de sportleider ge
bracht dan de ander. Die dag na Oslo
was het hele schip in rep en roer om
dat de jongens bezig waren aan een
soort rally.
Een van de opdrachten was om een
gebruikte postzegel te bemachtigen.
Hoe het valse gerucht aan boord is
gekomen wist achteraf niemand meer,
maar al heel gauw werd rond verteld
dat alleen de kapelaan in zijn hut ge
bruikte postzegels had, dozen vol, een
hele hutkoffer vol. De man heeft geen
ogenblikje rust meer gekend die dag
en wilde 's avonds geen postzegel
meer zien. Maar hij kon er goed te
gen, die boordaalmoezenier.
EMMER VOL POST
Iedereen trouwens moest er op be
dacht zijn tot slachtoffer te worden
gebombardeerd. Toen de Borneo
Bergen naderde, waar niet zou wor
den aangelegd m^ar alleen een nieu
we loods aan boord zou' worden geno
men, ging plotseling de verheugende
mare over het schip dat er post kon
worden verstuurd.
Jan en alleman toog aan het schrij
ven. De brieven zouden met een boot
je van de wal worden afgehaald,
maar dan moest er iemand met een
emmer vol post en een grote vlag aan
de railing gaan staan zwaaien om het
postbootje te waarschuwen. Een half
uur lang heeft een ongelukkige staan
wapperen met de vlag, maar de enige
reactie van de wal was een vriende
lijk terugwuiven door gemoedelijke
Noren.
Toen kwam de Sognefjord en daar
van zijn zelfs de wildste knapen aan
boord wel stil geworden. Een weerga
loze belevenis was het, dat voortglij
den tussen de stijle, ruige bergwan
den die zich steeds meer vernauwden.
Het schip leek kleiner te worden, de
wanden van de fjord werden steeds
hoger.
Een eerder die week nog niet be
speurde rust kwam over de Borneo;
over het schip, dat in deze sleuf maar
langzaam kon varen, over de betnan-
ning van wie de meesten dit ook nog
nooit hadden gezien en over de jon
gens. Met open monden hebben zij
urenlang aan de reling gestaan, ge
ïmponeerd door de macht die de na
tuur hier demonstreerde.
Toch zou de Borneo de avond van
diezelfde dag nog de opstand van een
van de slaapruimen beleven. De jon
gens daar waren rustig naar bed ge
gaan, zoals iedere avond het
was geweest. Niets wees erop
iets gaande was, tot een van de
groepsleiders bij eerste stuurman G.
Wulp kwam, de man die als hoofdlei
der aan boord voor de jongens een
soort afgod was geworden, ,,Ze willen
eruit, stuurman", fluisterde de leider
voorzichtig.
WONDERLIJKE NACHT
De Borneo was enkele uren tevoren
een zijarm van de Sognefjord binnen
gelopen en naderde het eindpunt van
de reis, het dorpje Fjaerland. Alle
volwassenen aan boord waren op ge
bleven; niemand wilde het sprookje
van deze aankomst missen. Het was
twee uur 's nachts, maar het sche
merde pas en in dat dunne licht leek
Fjaerland heerlijk geheimzinnig en
mysterieus. Het was het mooiste mo
ment van de reis. De jongens in het
slaapruim moeten dit hebben gevoeld.
Op het moment, dat het ratelen van
de ankerketting de stilte op verschrik
kelijke manier aan stukken scheurde,
puilden de jongens uit het ruim te
voorschijn. Zij waren niet meer te
houden. Juichend stonden ze aan de
reling, elkaar duwend en stompend
om een goede plaats te veroveren.
Toen wat later het zoeklicht plotse
ling een slanke kano ving, waarin een
jongen en een meisje rustig peddelend
het schip naderden, kende het en
thousiasme nauwelijks grenzen. Hel
was een wonderlijke nacht.
Na een bezoek aan de Boja-glet-
sier, de volgende dag waarvoor
de jongens zelf in de sloepen naar en
van de wal moesten roeien wend
de de Borneo de steven en werd koers
gezet naar het zuiden. Zonder om
wegen ging het op huis aan. Een
grandioze feestavond, voor het groot
ste deel door de jongens zelf verzorgd,
was het laatste programmapunt van
een fantastische reis.
Bij aankomst in Hoek van Holland
hing er een dikke mist.
(Ingezonden mededeling
Dit is de titel van het nieuwe boek van
Dr.W. de Kok, Alles over zwangerschap,
geboorte, babyverzorging en kleuter-,
opvoeding. Dit waardevolle boek (184
pag. in fraaie omslag) krijgt U ten ge
schenke bij aanschaffing van een
HASSELT. De vijftienjarige G,
van Leusen uit Hasselt is gisteren in
Zwartewater verdronken. De jongen
was voor een scheepsreparatiebedrijf
op een schip aan het werk. Toen hij
iets van het dek moest halen, gleed hij
uit en viel hij overboord.
aan Duura vuur ue juxigens een ud- en vici mj - wei vwm.u.
K AT»T tnivir xiov, nllro v.oriiïio in kicirln-e uou ria eM-iOöViCipnrf Ti1 fl
HAARLEM „Van elke pagina in
het dossier grijnst de corruptie", zei de
officier van justitie toen gisteren de
voormalige chef van het huisvestingsbu
reau in Zaandam, de 46-jarige C. Z„
voor de Haarlemse rechtbank stond.
De man zou van 1957 tot en met 1960
ongeveer elfhonderd gulden aan steek
penningen hebben aangenomen van een
directeur van een Zaanse scheepswerf,
die vier personeelsleden had geholpen
bij het zoeken van een huis.
De officier eiste tegen Z. een gevan
genisstraf van anderhalf jaar met aftrek.
De directeur van de scheepswerf, de 46-
jarige J. P., die voor het aanbieden
van steekpenningen terecht stond, wil
de hij tot zes weken gevangenisstraf ver
oordeeld zien.
Kroongetuige was de vroegere boek-
AMSTERDAM De Vereniging van
meelimporteurs wil eens gaan praten
met mr. V. G. M. Marijnen, de mi
nister van landbouw en visserij. De
importeurs van meel menen dat de mi
nister maatregelen moet nemen nu door
de graanverordening van de Europese
economische gemeenschap de concurren
tieverhouding tussen het ingevoerde en
het Nederlandse bloem wordt scheef ge
trokken. In een 'elegram heeft de ver
eniging om een audiëntie gevraagd.
Aan de minister van economische za
ken, drs. J. W. de Pous, vragen de im
porteurs of hij er bij mr. Marijnen op
wil aandringen, dat er maatregelen ge
nomen worden. Zij motiveren het ver.
zoek met de verwijzing naar belangrij
ke prijsverhogingen bij produkten. die
worden gemaakt van ingevoerde meel.
houder van de scheepswerf, F. G. Hij
had de zaak aan het rollen gebracht uit
rancune tegenover P. Deze had hem ont
slagen nadat hij geld had verduisterd.
In de tijd dat hij bij het Zaanse bedrijf
werkte, woonde de boekhouder in Am
sterdam. Omdat hij graag in Zaandam
wilde gaan wonen,, ging hij naar zijn
directeur. Die zou hem hebben gezegd
dat er in Zaandam wel aan een huis te
komen was, maar dat het hem een paar
honderd gulden zou kosten.
Volgens de boekhouder was er Jaar
na op het kantoor van de werf een be
spreking geweest waarbij P. aan de
ambtenaar geld zou hebben gegeven.
Binnen korte tijd had G. een huis.
De directeur had de moeite er wel
voor over gehad om voor zijn boekhou
der bij Z. voor een woning te pleiten.
Door toedoen van de boekhouder had
P. een niet onaanzienlijk bedrag van de
omzetbelasting teruggekregen. Dat hij
gisteren moest verklaren dat hij dat
geld aan de belastingen moet terugbeta
len verhoogd met een boete van
55.000 gulden was natuurlijk bijzon
der pijnlijk.
Z. stond niet onafhankelijk van de di
recteur. Hij had eens tweeduizend gul
den van hem geleend om een auto te
kopen. Een deel van deze schuld had P.
de ambtenaar kwijtgescholden.
Als verzachtende omstandigheid voer
de Z. aan dat hij elf jaar lang de ver
leiding had weten te weerstaan. „Het
gebeurde wel dat de mensen me op
straat geld aanboden, als ik ze maar
aan een huis wilde helpen."
De verdediger van de ambtenaar voer
de aan dat Z. alleen maar het aannemen
van giften kon worden verweten. Op dat
misdrijf, gepleegd door ambtenaren in
functie, staat een straf van ten hoogste
drie maanden. De verdediger van de di
recteur, die omkoping evenmin bewezen
achtte, vroeg vrijspraak.
HEATH
Van onze correspondent
LONDEN Niet lang geleden
zag ik in een sneltrein die van
het zuiden van Kent naar Londen
reed, in een gereserveerd comparti
ment eerste klas een heer zitten met
een innemend gezicht. Het haar voor
al opzij al flink grijzend. Naast hem
een geopend koffertje vol officiële do
cumenten, op de bank tegenover en
naast hem lagen overal paperassen
Toen ik langs zijn compartiment liep,
keek hij even op en een vriendelijke
glimlach verscheen op zijn gelaat.
Meteen keek hij weer in zijn werk.
Edward Richard George Heath, Lord
privy seal, was weer op weg naar
een van zijn eindeloze conferenties
over de Europese economische ge
meenschap (E.E.G.).
De 46-jarige minister Heath heeft
in het Britse kabinet geen portefeuil
le, dat heeft de grootzegelbewaarder
nooit. Hem worden speciale taken op
gedragen.
Het begon in juli 1960. Toen be
noemde Harold Macmillan hem tot
Lord privy seal en stelde hem aan
als woordvoerder voor buitenlandse
zaken in het Lagerhuis, in het bijzon
der belast met Europese kwesties. De
minister van buitenlandse zaken, lord
Home, kan als lid van het Hoger
huis niet in de Tweede Kamer spre
ken.
Toen de Britse regering vorig jaar
zomer het besluit nam onderhande
lingen met de E.E.G. te beginnen,
werd Heath opgedragen die te voe
ren. Een ontzagwekkend moeilijke
taak. Maar als iemand .in Engeland
daar geschikt voor is, dan is* dat
wel Edward Heath, redeneerden ve
len al dadelijk.
Edward Heath lacht graag en veel.
Hij bezit een zeer gezond gevoel
voor humor. Zijn lach, die zich zon
der enige terughouding op zijn gezicht
aftekent de mond gaat er breed
voor open is al spreekwoordelijk
voor deze raspoliticus. Die lach is te
gelijkertijd misleidend. Een argeloze
zou er de indruk door krijgen dat
hij te doen heeft met een goedmoe
dig man die men wel even kan ver
tellen hoe laat het is.
De onderhandelaars van de Zes in
Brussel hebben wel ondervonden dat
dit beslist niet waar is. Heath is vast
houdend, hij is een meester bij on
derhandelingen, hij volhardt en bijt
door en beheerst volkomen het on
derwerp waar hij mee bezig is. In
tussen voelt hij zich steeds volkomen
op zijn gemak. Niemand weet in En
geland zoveel over het vaak ondoor-
zichtelijke oerwoud van hét verdrag
van Rome als hij.
Ondanks de keiharde onderlaag
van Heath, blijft hij als mens uiterst
beminnelijk. Deze man heeft bijna
geen vijanden. We mogen hem alle
maal heel graag, zeggen niet alleen
zijn politieke vrienden, maar ook zijn
opponenten van de Labourpartij.
Zo spreekwoordelijk als de lach
van Edward Heath zijn de reizen die
hij de afgelopen maanden ondernam
ten behoeve van zijn moeilijke
werk. Hij vloog letterlijk heen en
weer tussen Londen en Brussel, soms
meermalen per week. Hij spoedde
zich van het ene land naar het an
dere. Vorige maand berekende men
dat hij sinds augustus 1961 liefst 61
nachten van huis was. Hij bereisde
in die tijd alleen al per vliegtuig een
dikke 50.000 kilometer en bezocht
twaalf hoofdsteden in Europa en het
Gemenebest. Men zou hem reiziger
in Europese zaken kunnen noemen.
Hoe Heath dat allemaal volhoudt is
een raadsel. Hij blijft altijd even
goed gemutst, hoe druk hij het ook
heeft, zijn kwinkslagen lijden er nooit
onder.
Vooral sinds zijn „Europese" tijd
steeg de politieke ster van Edward
Heath snel. Velen beschouwen hem
al als een toekomstige premier van
Engeland, na R. A. Butler, Macmil-
lans troonopvolger. Heath heeft dat
niet aan een bevoorrechte positie op
grond van zijn afkomst te danken, zo
als bij zovelen van de conservatieve
groten het geval is. Hij is van een
voudige afkomst. Zijn vader, een ech
te middenstander, verdiende zijn
brood als patroon in* het bouwvak.
Alleen door hard werken en een bril
jant stel hersens bereikte zijn zoon
wat hij nu is.
Het is een verademing hem te ont
moeten en te horen: geen koude
drukte, gewoon, een man met een
sterk karakter, een sterke persoon
lijkheid, Het luisteren naar minister
Heath is in meer dan één opzicht
een genoegen. Hij heeft een wellui
dende stem. Heath'is zeer muzikaal.
Hij speelt goed orgel en als hij maar
even kan dirigeert hij met Kerstmis
het kerkkoor in Broadstairs, zijn ge
boorteplaats.
Dikwijls gaat Heath naar zijn ou
ders in Broadstairs. Hij is vrijgezel:
deze man is met zijn werk getrouwd.
Hij rookt niet en drinkt heel weinig.
Een werkdag van achttien uur is
voor hem beslist niet ongewoon.
Heath werkt tot hij wat hij onder
handen heeft volledig beheerst, ook
de ingewikkeldste zaken.
Dank zij zijn grote liefde, de mu
ziek, kreeg Edward Heath nadat hij
een gewone middelbare school had
doorlopen, een beurs voor Oxford.
Hij ging er evenwel politiek, econo-
Grootzegelbewaarder
Edward Heath
mie en filosofie studeren. Maar ook
tijdens zijn studentenjaren zat hij ve
le uren aan piano en orgel. Op zijn
kamer werden dikwijls recitals gege
ven.
Zijn vooropleiding tot politicus
kreeg Heath in de debattêerclubs
van Oxford, waarvan hij al spoedig
voorzitter werd. Maar daar, zo herin
neren zijn vrienden zich, was hij ook
al een uitstekend luisteraar. In het
Lagerhuis bewees hij dat later ook
meer dan eens.
Tijdens de tweede wereldoorlog
diende Heath bij de artillerie. Als
luitenant-kolonel maakte hij de be
vrijding van West-Europa mee. Ook
kwam hij toen in ons land.
Na de oorlog was Edward Heath
korte tijd ambtenaar, waarna hij bij
een bank in de city werkte. Intussen
was zijn politieke belangsteHing zo
groot geworden dat hij zich voor de
conservatieve partij kandidaat liet
stellen voor een Lagerhuiszetel die
vrij kwam. In 1950 werd hij voor het
eerst gekozen door 't district Bexley.
Hij kwam met de hakken over de
sloot in het parlement.
Heath's eerste rede in het Lager
huis was een warm pleidooi voor het
Europese plan van Schuman, een
vingerwijzing voor wat komen zou.
In 1951 werd hij benoemd tot een
der assistenten van de conservatieve
whips, de functionarissen in de frac
tie die er op toe zien dat de partij
discipline wordt' gehandhaafd, voor
al bij stemmingen. Het jaar erop
was Heath zelf al een whip (letter
lijk: zweep) en nog geen twee jaar
later werd deze doortastende politi
cus door Macmillan benoemd tot
chief whip, een hoogst belangrijke
regeringsfunctie. Tegelijk werd hij in
de kroonraad opgenomen, de privy
council. Voor hij grootzegelbewaar
der werd was Heath nog een klein
jaar minister van arbeid.
Vooral als chief whip, een figuur
die naast de premier op de regerings-
bank in het Lagerhuis zit, en maar
zelden in het openbaar spreekt, leer
den de conservatieven Edward Heath
kennen en waarderen. Ted, zoals hij
wordt genoemd, werd hun grote
vriend.
Hij had het niet gemakkelijk tij
dens zijn whipschap. Het was zijn
taak de diepe kloof in de fractie als
gevolg van de Suez-crisis te overbrug
gen. De conservatieven waren destijds
verdeeld als nimmer tevoren. Het is
de grote verdienste van Edward
Heath dat fractie en partij toen niet
blijvend uiteenseheurden. Harold
Macmillan is hem er nog altijd zeer
dankbaar voor. De persoonlijke
vriendschap tussen beide mannen
werd er nog inniger door.
Alles kreeg Heath als chief whip
van zijn fractie gedaan, hoe bitter
ook de gevoelens van velen ten op
zichte van de regering waren. Velen
van' hen geven grif toe waarom hij
zijn zin kreeg: Omdat we Ted zo
graag mogen, we deden het voor
hem, we vertrouwden hem. Van
hun kant konden de Tories in het
Huis er ook van op aan dat Edward
Heath hun grieven eerlijk doorgaf
aan de regering. Ted Heath leerde
in die tijd het Lagerhuis beheersen.
Hij had daar later als minister al
leen maar voordeel van.
Edward Heath is wel het beste
voorbeeld dat men kan geven van
het nieuwe type politicus dat in de
conservatieve partij naar boven
komt: Geen mensen die alleen maar
in de leidersgroep terecht komen om
dat ze tot de bevoorrechte elite beho
ren, maar hard werkende, dikwijls
self made men. meer managers dan
politici, zoals de conservatieve partij
tot nu toe aan leiders had.
Als er één man is die Engeland
de Euromarkt kan binnenleiden, dan
is het wel de briljante politicus Ed
ward Heath.
(Ingezonden mededeling)