BURGEMEESTER KON HET ZELF GOEDKOPER Drie Franse vliegtuigen neergestort KAPPIE EN DE WATERZUIL Asiel aangeboden aan spion Soblen Dinsdag 31 juli 1962 ZEEUWSCH DAGBLAD Pag. 2 TIEN DODEN DRIE MAANDEN VOOR HOOFDAGENTEN Stevig en zelf Een degelijke brug Ook de honden Niet technisch 's Nachts „Dominicus-brug" Amnestie uit nood in Oost-Duitsland Zweefvliegen boven de Westhoek aisïr.ïïrê'r S3," iteX'StK BORSSELE Ja, burgemeester zijn van een niet al te grote gemeente, dat is het. Iedereen bij naam kennen en precies weten hoeveel inwoners de tachtig jaar gepasseerd zijn en als het nodig is zelf een brug ontwerpen en in elkaar zetten. De burgemeester van Borssele, de heer P. J. Domi- nicus, is zo iemand, die dat allemaal weet en kan. In Borssele hebben ive hem gisteren gesproken: de man van de brug, burge meester P. J. DominicusEvenals de foto van de brug werd ook deze foto gemaakt door de gemeentesecretaris van Borssele de heer M. F. Boogert. Behalve, dat hij dit jaar 25 jaar gemeentesecretaris is in Borssele, is hij ook een verwoed fotograaf. V mag van Borssele zeggen wat u wilt maar ze kunnen er bruggen bouwen en fotograferen in het gemeentehuis. Van onze correspondent PARIJS In de afgelopen 24 uur zijn drie vliegtuigen in Frank rijk neergestort, waardoor tien mensen om het leven kwamen en drie ernstig werden gewond. Het eerste toestel was een oplei- dir.gsvliegtuig voor parachutisten, een tweemotorige De Havilland, dat in de buurt van Gaillac (Tarn) veronge lukte. Het ongeluk gebeurde kort na dat de eerste leerling-paraehutist in de buurt van het vliegveld van Gail lac was afgesprongen. Ooggetuigen zagen hoe het vliegtuig plotseling in een vrille raakte en neerstortte. Vier leerling-parachutisten onder wie een twintigjarig meisje, de instructeur van de burgerlijke parachutistenschool van Gaillac en de piloot kwamen om het leven. De oorzaak van het ongeluk is onbekend. Vrachtwagen Het tweede toestel was een Dakota van de opleidingsschool voor burger vliegers van Le Bourget (Parijs), dat in de buurt van Coulommiers, dicht bij Parijs van geringe hoogte omlaag- stortte. Het toestel probeerde een lan ding uit te voeren op het vliegveld van Coulommiers. Hierbij raakte het met een vleugel een vrachtwagen, die naast de startbaan geparkeerd stond. Vier van de zeven inzittenden waren op slag dood; de drie anderen werden ernstig gewond. Voorts stortte op de Mer de Glacé, de grote gletscher in de buurt van Chamonix een helikopter neer, die een gewonde alpinist had geborgen. Hoewel het toestel zwaar werd be schadigd. brachten de inzittenden er het leven af. De piloot en de gewon de werden door een reddingsploeg van de alpinistenschool naar het zieken huis van Chamonix overgebracht. Van onze correspondent LONDEN. Een niet nader aange duid land heeft aangeboden dr. Robert Soblen politiek asiel te geven, aldus werd gisteren in Londen meegedeeld door enkele Lagerhuisleden. Soblen is de Russische spion die in nerika tot levenslang werd veroordeeld. Hij wacht thans in Engeland op een beslissing van de regering, na zijn ver zoek hier asiel verleend te krijgen. Soblen verblijft intussen in de gevange nis van Brixton in Londen. Drie leden van het Lagerhuis pleitten gisteren voor de zieke spion bij de mi nister van binnenlandse zaken. Zij dron gen er bij hem op aan Soblen toe te staan in Engeland te blijven. AMSTERDAM. De als Ot en Sien bekend staande hoofdagenten van de Amsterdamse politie A. C. en J. B. zijn gisteren door de rechtbank in Am sterdam veroordeeld tot drie maanden gevangenisstraf met aftrek. Hun colle ga J. N. van 't H. kreeg twee maan den met aftrek opgelegd. De drie politiemannen, die in cafe's moesten controleren of de Drankwet niet werd overtreden, was het aanne men van steekpenningen ten laste ge legd. Gisteren is de burgemeester 66 jaar geworden. Hij droeg een diep-donker- blauw kostuum en dwars over zijn vest hing een gouden horlogeketting. Hij zat in zijn kamer achter een stalen bureau en keek uit op de berg van Troje. Het is een groot man, die burgemeester, die zijn ambtsketen in een vitrinetje boven de schoorsteen heeft hangen. i iik Om u aardrijkskundig even op "weg te helpen: Borssele ligt op Zuid-Beve land, zo'n twintig kilometer ten Zuid westen van Goes. Het is een vierkante gemeente, waarin vijftienhonderd men sen grotendeels van de landbouw leven. De zware kleigrond is bijzonder vrucht baar en noodt tot oud worden: twee procent van de bevolking is boven de tachtig. De heer P. J. Dominicus kan u ook precies zeggen wie dat zijn, want hij heeft de namen keurig genoteerd in zijn zakagenda; Borssele mag dan afwisselend geschre ven worden met een of twee essen, met en zonder "n", de burgemeester houdt er van om de zaken stevig en waar nodig zelf aan te pakken. Kijk, ik weet, dat burgemeesters veel kunnen, maar een brug zelf slaan in een dag, neen dat dat óók kon wist ik niet. Nu ik gisteren in Borssele geweest ben weet ik dat ook dat mogelijk is en de heer Dominicus heeft mij persoon lijk uit de doeken gedaan hoe hij het allemaal voor elkaar heeft gekregen. „Tien minuten hier vandaan hebben we langs de Westerschelde een strand", zo hoorde ik in de burgemeesterskamer, waarin die ochtend, naar de lucht te oordelen, al vele sigaren tot as waren geworden. „Maar wilde men bij dat strand komen dan moest men of door een geul waden of een half uur omlo pen. Het eerste was bij hoog water niet mogelijk en de tweede manier was niet aanlokkelijk voor de strandbezoekers". De Kaloot heet dat stuk strandgebied en er werd al vele jaren over gepraat, dat het toch dringend nodig was om eens een brug te slaan over die onge veer twintig meter brede geul. „Tijdens de watersnoodramp in 1953 spoelde er een brug aan in Borssele", vertelde de heer Dominicus verder. „Waar die brug vandaan is gekomen weet niemand, maar een aantal burgers heeft hem over de geul gelegd. Een tijd je later was de brug totaal weggezakt in de geul. Er werd een tweede bruggetje geslagen, maar ook dat heeft het niet lang uitgehouden". Borssele's burgervader vond, dat er eindelijk eens iets definitiefs moest ge beuren: hij gaf gemeentearchitect De Hartog opdracht om een degelijke brug te ontwerpen. Zo op het eerste gezicht een dood gewoon bruggetje en u zoudt er in Bors sele misschien schouderophalend aan voor bij gaan. Wilt u er dan wel even rekening mee houdendat deze brug het werk is van een burgemeester, die tot voor kort mis schien nauivelijks een brug kon natekenen laat staan ontwerpen. „Mijn brug werd tenslotte vier meter korter dan die van de architect en van ijzer in plaats van hout. En wat heel belangrijk was: ik kwam zes en een half honderd gulden lager uit. Ik heb mijn plan vervolgens voorgelegd aan B. en W. en men ging akkoord. Ten overvloede heb ik nog voorgesteld om alles wat het meer dan zesentwintig honderd gulden zou kosten uit eigen zak bij te passen." „"We houden u aan uw woord", zei B. en W„ maar voorlopig zit de burge meester-ontwerper nog beneden die prijs. Voorovergebogen zat DeWitt te luis teren. Zijn ogen waren gesloten en zijn vingers bewogen zich krampach tig op het ritme van die vreemde woorden, alsof hij poogde de onbe grijpelijke klanken een betekenis te ontrukken. Fairlie begreep volko men hoe het DeWitt te moede was. Waarover sprak die man, die tien tallen eeuwen geleden had ge leefd en was gestorven? Was dit het klankbeeld van een of andere onvoor stelbare krachtproef in de even on voorstelbare strijd, die eens tussen de zonnen had gewoed? Sprak hij van overwinningen of van nederlagen? Fairlie had al herhaaldelijk naar die stem geluisterd, maar het was hem tot nog toe onmogelijk dit ge heel onbevangen en nuchter te doen. Zijn hart klopte sneller, zijn hoofd huid tintelde en trok, zijn handpal men waren klammig. Hier sprak een man tot andere mannen op het mo ment van een overweldigende crisis, en ieder woord was geladen en in dringend. Dit was te merkwaardiger omdat die woorden van dertigdui zend jaar geleden weinig invloed zouden kunnen hebben op iemand van deze tijd maar toch was het zo. Al lang was in Fairlie de onplezieri ge en uit wetenschappelijk oogpunt laakbare overtuiging gegroeid dat de boodschap, waarnaar hij luisterde, voor hem even belangrijk was als voor de mensen voor wie zij oorspron. kelijk was bedoeld, en dat hij die moest begrijpen voor het te laat zou zijn. Hij móést die woorden begrijpen. En de stem sprak voort, de vormen van de woorden en uitdrukkingen wer den bijna herkenbaar. In de duisternis even over de drempel lag het be grip, dat wachtte, wachtte op dat éne machtswoord dat klaarheid zou bren gen. Een illusie de stem zweeg en er was niets meer. DeWitt stond op en schakelde de bandrecorder uit. Hij boog zich over het vierkante doosje van plastic, waarmee de luidspreker verbonden lyas. In het doosje stond een zilveren balletje op een pen van plastic. Het had heel langzaam staan draaien. De bewegingen werden steeds trager en eindelijk stond het balletje met een nauw hoorbaar klikje stil. DeWitt zuchtte. Zo voorzichtig als een moe der haar eerstgeborene opneemt nam hij de metalen kogel van de pen. Fairlie zei: „Ik begrijp nog steeds maar niet hoe ze het hebben klaar gespeeld zoveel woorden op die bal te krijgen." „Wij ook niet", zei DeWitt verbit terd. Hij zette de bal in een rek waar er nog meer in stonden. „We kunnen het geluid horen, maar dat is alles. In theorie is het zo, dat niet de kleine ijzerdeeltjes van de band die klanken vormen, maar dat er bij het overbrengen groepen van atomen, misschien zelfs van electro- nen werden gevormd. Een onzicht bare straal tast ze af om de geluids golven te reproduceren, maar het is ons zelfs niet eens gelukt er precies achter te komen wat voor straal dat is." Hij keek naar het rek en de rijen glanzende geheimzinnige kogels. „En dan te denken dat we alle kennis in onze handen hebben" zei hij. „Hun eigen stemmen, hun ei gen woorden, alles en het is Hij maakte een wanhopig gebaar eri draaide zich om. „Hoe staat het met u, professor Fairlie heeft u al iets bereikt?" ..Mijnheer DeWitt," zei Fairlie, „met alle beleefdheid die me nog ten dienste staat heb ik u al herhaalde lijk gevraagd niet de spot met me te drijven." Hij ging naar de recorder en drukte de knop in waardoor de band zacht suizend terugliep. Mistroostig staarde hij ernaar. „Hebt u er ook maar enig benul van hoe lang het duurt een vergeten taal om te zetten, zelfs als je over tweetalige inscripties beschikt zo als de steen van Rosetta? Tientallen jaren. Hele generaties. En in dit ge val Fairlie drukte weer een knop in en nu stond de band stil, even onbewogen en onmededeelzaam als de glanzende ballen in het rek. „Vandaag of morgen wordt de ont dekking van Gassendi publiek", zei DeWitt. „Dat kan niet anders. De Verenigde Naties zullen een onder zoek forceren. En daarna is het om zo te zeggen gemeengoed geworden. Als wij onze tijd niet gebruiken voor dat dat gebeurt, zijn we even dood of verloren ais de oermensen. We moeten die wetenschap veroveren en we moeten de eersten zijn." „Als u me nu eens alleen liet, dan zou ik aan 't werk kunnen gaan", zei Fairlie geïrriteerd. Hij aarzelde tussen bewondering voor DeWitts ca paciteiten en een intens verzet tegen zijn jachtig ongeduld als het de pro blemen van anderen betrof. Hij scheen te denken dat dit werk even eenvoudig was als mandenvlechten en onkruid wieden; om gauwer klaar te zijn moest je eenvoudig harder werken. Zonder op DeWitt's. antwoord te wachten schakelde hij de recorder weer in. Weer klonk die diepe krach tige stem over de kloof van dertig duizend jaren, en weer kreeg hij een onplezierig gevoel in zijn maag streek. Hij wilde hier niet aan toe geven sentimentele onzin en concentreerde zich op de sonograaf, waar een fosfornaald op het gevoe lige papier een grafiek registreerde, die was gebaseerd op de analyse van de klanken die op de band waren opgenomen. DeWitt was niet weggegaan. Weer luisterde hij, terwijl hij onbeweeg lijk, als een roofdier dat zijn prooi beloert, naar de naald staarde. „Hoe komt het dat sommige stuk ken van die grafiek zoveel donker der zijn dan de andere?" (Wordt vervolgd) De architect zette een en ander op tekening en er kwam een brug, die tweeëndertighonderdvijftig gulden zou moeten kosten. Nu moet u weten, dat de heer Domi nicus er een afschuwelijke hekel aan heeft om te veel voor iets te betalen. Als het om bedragen gaat slaat hij on middellijk aan het rekenen en kan iets goedkoper dan zal hij niet nalaten om zulks luide te verkondigen. Zo was het ook met die brug van de gemeente- architect: die brug kon er aanzienlijk goedkoper komen en op dat moment ging burgemeester Dominicus van start: hij pakte een balpen en een stuk papier en begon een brug te ontwerpen. „Neen, dat is nou juist het leuke: ik ben helemaal geen technisch wonder en u zult mjj thuis nooit zien timmeren of zo. Trouwens, bruggen heb ik nooit eerder ontworpen, maar ja, het was nu een kwestie van geld". Onze gastheer van gistermorgen was een gezellige prater en zijn hand ging voordurend in zijn linkerbinnenzak. Er kwam dan een bruinlederen porte feuille uit en die zat vol met krante knipsels. De burgemeester toonde ze om de juistheid van bepaalde woorden te bewijzen. Een handig, maar voor de binnenzak zwaar systeem. „Hier, dit was mijn eerste ontwerp en u ziet wel, dat dat er bepaald niet technisch uitziet". Uit zijn bureaulade had de heer Dominicus inmiddels een map met tekeningen en papieren ge haald. „Het tweede tekeningetje, dit, ziet er al wat beter uit, maar ik heb die brug tenslotte tien keer op papier moe ten zetten, alvorens er een goede tech nische lijn inzat". Nu is de burgemeester ook een slim man: hij vertelde niets tegen de ge meentearchitect over zijn plannen. Op het gemeentehuis kreeg men het con signe te zwijgen als het graf en in de Misschien dat Borssele voor vele snelle automobilisten wat uit de route ligt, maar als ik u een tip mag geven: ga er eens kijken. Is het niet vanwege die brug, dan in ieder geval omdat het er rustig is langs het strand aan de oever van de Westerschelde, althans gisteren tot twee uur in de middag. Die tekening van de brug was dus voor elkaar, maar nu het ijzer en de rest. Dit vertelde burgemeester Domi nicus er van: „Ik ben een aantal sloperijen afge gaan en in Vlissingen kon ik een stel letje oude tramrails op de kop tikken. „Hout om over de brug te lopen en 34 millimeter buis om als leuning te dienen heb ik ook gevonden. Oor spronkelijk wilde ik als leuningen een paar scheepsrailingen nemen, maar de smid kon die buis goedkoper leve ren. Hier ter plaatse hebben we de hele zaak geconstrueerd en het enige, dat er dus nog overbleef was de brug over de geul leggen." Nu is het zo, dat burgemeester Do minicus, die eigenlijk waarnemend burgemeester is, omdat hij zonder dat „waarnemend" al gepensioneerd had moeten zijn, niet alleen een oogje op de brug heeft gehouden. Neen, ook de burgervaderlijke handen werden uit de mouwen gestoken en men keek er in Borssele niet meer vreemd van op, wanneer de burgemeester in de smidse stond te hameren. „U ziet het, hier zit nog een schram", aldus de amateurbruggema- ker, die het over het nieuw te bou wen gemeentehuis met de architect nog lang niet eens is. Ook dat kan goedkoper. „De brandweer heeft gaten gg gespoten in de geul om de betonnen I gg voeten van de brug in te plaatsen en in een dag was het zaakje bekeken. „Ik heb er aan gewerkt met drie gepensioneerden en dan natuurlijk de smid. Daar heb ik overigens ook het laatste woord nog niet mee gesproken, want ik vind zijn rekening te hoog. Hij moet maar eens een avondje bij mij komen en dan mag hij eens pre cies vertellen hoe het zit met de ge tallen op zijn rekening. Als een brood je bij de bakker een kwartje kost, ga ik beslist geen dertig cent betalen." Ik ben er gisteren twee maal over- avonduren zat de burgemeester intus- f heen gewandeld, over die brug van sen tot 's nachts vier uur gebogen over zijn tekeningen. BERLIJN (UPI). Zonder dat er enige ruchtbaarheid aan is gegeven hebben de Oostduitse machthebbers se dert half juni al honderden gevange nen vrijgelaten uit de overvolle ge vangenissen in Oost-Berlijn. Deze nood gedwongen amnestie, verleend alleen aan mensen die tot korte vrijheids straffen waren veroordeeld, is blijk baar afgekondigd om het nijpend te kort aan arbeiders in de industrie aan te vullen en tegelijk meer ruimte te krijgen voor politieke gevangenen. Vaak zijn er nu in Oostberlijnse ge vangeniscellen twaalf mensen opgeslo ten, terwijl die oorspronkelijk bedoeld waren voor hooguit vier gevangenen. Men schat dat er in gevangenissen in de Oostzone vijftienduizend politie ke gevangenen zuchten, van welk aan- ial de helft pas na de oprichting van de Berlijnse muur, nu een jaar gele den, was gearresteerd. de burgemeester. Als ik mij niet ver gis, zal men over vele eeuwen nog met de vinger naar deze brug wijzen en zeggen „Dat heeft die burgemees ter Dominicus toch maar voor elkaar gekregen voor een redelijk prijsje". De brug moet ook een naam heb ben en de burgemeester van 's Heer Arendskerke, die de helft van de kosten heeft betaald, heeft voorge steld om het geheel „Dominicus-brug" te dopen. .Daar wil ik niets van weten", was gisteren het besliste commentaar van de bouwer. „Ik zie het allemaal ge woon als een plicht en wat mij be treft mag men die brug de „Uit komst" noemen. Ik zou zeggen, laten die twee bur gemeesters het maar onder elkaar „uitvechten", maar mocht een van beide heren mijn mening vragen, dan zeg ik direct: „Dominicus-brug". Want burgemeesters, die zelf een brug bouwen en ontwerpen zijn met een lantaarntje te zoeken. Of zijn er soms nog meer in Nederland? |IIIIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII|||||||I|I||||I||||II||||||||||||||||HII|[|III|I||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||I1IIIIIIIIIIIIIII[||||||||[||||||||||||||||IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII 73. In het kamp van de H20-televisie ontstond koortsachtige opwinding toen er aan de einder een grote stofwolk op doemde. .Daarin bevindt zich iets, dat met grote snelheid naderbij komt!" riep Sprenkel uit. „Dat kan niemand anders zijn dan de Verschrikkelijke Zand man!" we d-doen we als het monster b-bijt? „Of hier de hele boel tot puinpoeder slaat?" vulde Okki aan. „Tja... ik heb het er ja ook niet erg op begrepen..." erkende Kappie, wat zenuwachtig aan zijn snor .plukkend. „Houd het hoofd koel!" raadde Spren kel aan. „De kijkers van het T.V.sta- tion H20 rekenen op u, mannen. Ais de R-hemeltje.. daar hebben we het!waterdetector nu maar opschiet, zodat N-nou begint de ellende en n-narigheid we op tijd een fontein hebben!" ,c pas goed!" kermde de maat. „Watl Maar de waterdetector kreeg niet dedrup waren gekomen, kans zijn werk af te maken. Hij werd op heterdaad betrapt door de militai ren, die daarop het kampement om singelden. „Gelukkig... het zijn mensen!" zei de maat opgelucht. Toen de aanvoerder hen echter met schorre stem toeschreeuwde dat zij de handen omhoog moesten steken, begre pen allen, dat zij van de regen in de HAAMSTEDE. Ene blik in w Westhoekse luchtruim in de afgelopen dagen, geeft een toenemende activiteit het afgelopen gekomen voor een 14-daaes »de de Schouwse verMigSg de®Tl Ar" z^m^ lingen. De K Haamstede nieuwe- wiil de 7 s, e?n 'weezitter, ter met de bijna voltooid*06^61 is' £amen van de V z A r Jl? meuwe hangar het vliegveld een T" d,e- vele tenten op belangstelling is daTn aanzien' Da «te bestaat weer de mn£T,i -°age- een vluchtie j mogelijkheid om ken, wat een nnóii?e Westhoek te ma- is. ongekende stille sensatie

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1962 | | pagina 2