Vragen over machtsinstanties
in de Rooms - Katholieke kerk
Verspilling van tijd en energie bij
publiciteit in Gereformeerde kerken
Evangelisch Herstel en
Opbouw bestaat 10 jaar
Vijf kerken uit USSR
willen in Wereldraad
TWEEDE VATICAANS CONCILIE IN OKTOBER
Eerste concilie vergrootte
kloof Rome-Reformatie
Zaterdag 23 juni 1962
ZEEUW SCH DAGBLAD
Pag. 6
Om de plaats van
de bisschoppen
Opening
„Dei Filius"
Onfeilbaarheid
Na het eerste concilie
DOOR
J. R. van Oordt
Jeugddienst in Goes
Eerste reacties op
Heh het hart eens
Geref. Jeugdzorgwerk kost meer dan zending
Dankdag in Utrecht
op 30 juni
Oecumene in Rwanda...
en opleiding
H'
NUTTIG
OVERBODIG
HET PEIL
ZEELAND
Geref. studenten op
bezoek bij witheren
Bevelandse onderwijzers
vergaderden in Goes
J. Boer overleden
Pe afdeling N.C.V.B van Poort
vliet is bijeen geweest in het gemeen
tehuis. De heer Suurmond sprak over
„De gevangenen en hun gezinnen."
Als pan
Vatic
gevol
Is paus Johannes XXIII op 11 oktober a.s. in de St. Pietersbasiliek te Rome het tweede
Vaticaans Concilie opent, zijn ruim 92 jaar voorbijgegaan sinds het vorige concilie ten
gevolge van de Frans-Duitse oorlog medio juli 1870 voortijdig iverd afgebroken. Op
8 december 1869 drie eeuwen nadat kardinaal Morone het Concilie van Trente (15451563),
het antwoord van de r.k.-kerk op de reformatie, sloot opende paus Pius IX het eerste Vaticaans
Concilie. Deze kerkvergadering heeft in antwoord op de eeuwenoude gezagsvraag inzonderheid
van zich doen spreken door de proclamatie van het primaat en (Fe onfeilbaarheid van de paus. Het
antwoord, dat dit bewogen concilie heeft gegeven, is evenwel niet afdoende gebleken. Met verschil
lende aspecten van de gezagsmaterie sullen ook de prelaten van het komende concilie straks ge
confronteerd worden.
In december 1864 stelde paus Pius
IX (18461876) zijn kardinalen van zijn
voornemen een concilie te beleggen in
kennis. Spoedig daarna deed de paus
reeds stappen om zijn voornemen tot
uitvoering te brengen. Een college, be
staande uit 60 Italiaanse en 34 buiten
landse leden, werd belast met de voor
bereiding van het concilie. Eerst op 26
juni 1867 maakte Pius IX aan 500 bis
schoppen en duizenden pelgrims zijn
plan officieel bekend. Naar aanleiding
van deze bekendmaking schreef het r.k.
dagblad „De Tijd" (29 juni 1867): „Ge
lijk het Concilie van Trente de voort
gang van het Protestantisme gestuit
heeft, zo hebben wij de overtuiging dat
het nieuwe concilie, dat Pius IX gaat
beleggen, het afgeleefd Protestantisme
met de daaruit voortgevloeide revolutie
begraven zal". Gelet op het beeld, dat
de historie met betrekking tot de ont
wikkeling van de Reformatie in de
eeuwen, volgende op het Trentse Con
cilie, vertoont, heeft „De Tijd" in ge
noemde publikatie de contra-reformato
rische invloed van het Tridentijns Con
cilie belangrijk overschat. Hetgei i ,,De
Tijd" schreef gaf tevens uiting aan de
hooggestemde verwachtingen die van
het eerste Vaticaans Concilie gekoes
terd werden. In de meeste Europese
landen varieerden de verwachtingen ten
deze. Eveneens op 29 juni 1867 ver
scheen de afkondigingsbul. (Paus Johan
nes XXIII gaf in 1959 ook op 29 juni
zijn eerste encycliek „Ad Petri Ca-
thedram" over het komende concilie
uit).
Precies een jaar later op 29 juni
1868 werden de deelnemers van het
concilie door de pauselijke oproepbul
„Aeterni Patris" opgeroepen om op 8
december 1869 in Rome aanwezig te
zijn. Uit alle vijf werelddelen zouden
deelnemers verschijnen. De Russische
regering echter verbood de bisschoppen
naar Rome te reizen.
Intussen was het voorbereidend colle
ge met de opgedragen voorbereidings
werkzaamheden gereed gekomen. Het
resultaat was, dat voor de opening van
het concilie drie uitgewerkte voorstel
len ter bespreking gereed lagen, nl.
een schema over de r.k. leer tegenover
het rationalisme, een schema over de
kerk en tenslotte een schema over het
huwelijk. Laatstgenoemd schema is ech
ter nooit aan de orde gekomen.
Op 8 december 1869 beierden de
zware klokken van de St. Pieter over
Rome. Op het Pietersplein met de
grootse colonnaden van Bernini verza
melden zich de uit alle windstreken af
komstige 774 concilie-deelnemers. Uit
Nederland waren er de aartsbisschop en
de bisschoppen van 's-Hertogenbosch
en Haarlem. Als secretaris van de bis
schop van Haarlem woonde dr. Schaep-
man, die in 1869 te Rome in de theo
logie promoveerde, het concilie bij.
Vanuit Rome schreef hij als redacteur
brieven in „De Tijd". In het rechter-
dwarsschip van de St. Pieter opende
paus Pius IX het concilie met een
grootse plechtigheid, die niet minder
dan zeven uur duurde. De volgende dag
begonnen de werkzaamheden voor de
prelaten, die zich steeds in het latijn
onderhielden.
In eerste instantie kwam het ontwerp-
schema over de kerk in haar houding
ten opzichte van het rationalisme aan
de orde. Tijdens de beraadslagingen
hierover ontstond enige deining door de
felle kritiek van Mgr. Joseph Georg
Strossmayer van Karinthië, die het be
treurde, dat er in het onderhavige sche
ma zo weinig irenisch werd gesproken
over de protestanten. Zijn woorden ont
lokten scherpe aanvallen van diverse
andere prelaten, die in Strossmayer een
nieuwe Luther begonnen te zien.
Op 24 april 1870 verscheen de consti
tutie „Dei Filius". Het omvatte een
uiteenzetting van de r.k. leer van God,
de openbaring en het geloof. Voortbor
durend op het stramien van het Trent
se Concilie sprak het Vaticaans Conci
lie met betrekking tot het kerkelijk leer
gezag uit: „Door het goddelijk en ka
tholiek geloof moet alles worden ge
loofd, wat in het geschreven Woord
Gods staat (de H. Schrift) of in het on
geschreven Woord Gods (traditie) en
door de (r.k.) kerk, hetzij door een
plechtig oordeel, hetzij door het gewone
en algemene leerambt, als van God ge
openbaarde stukken des geloofs voorge
steld wordt". Deze uitspraak lag dus
geheel in de lijn van het contra-refor
matorisch Concilie van Trente, dat
Schrift en traditie op één lijn stelde.
Schrift en traditie zijn de bronnen,
waaruit de r.k. kerk put.
Toen het voorbereidend college
voor de opening van het concilie een
voorstel publiceerde inzake een defini
tie van het primaat en de onfeilbaar
heid van de paus, ontstond reeds vrij
wel direct verzet. Vooral in Frankrijk
en Duitsland kwamen verschillende pen
nen van opposanten in beweging. In
Frankrijk had het coneiliarisme de
theorie, dat het concilie boven de paus
staat reeds lang ingang gevonden.
Het streven van het zg. Gallicanisme in
Frankrijk was er op gericht, dat de
macht van de bisschoppen en het con
cilie boven de paus zou zijn gesteld. In
1682 reeds waren onder leiding van Bos-
suet een viertal artikelen aanvaard, die
een belangrijke machtsbeperking van
de paus inhielden. De pauselijke macht
werd aan concilie-besluiten onderwor
pen verklaard. Eén van de opposanten
was dan ook Mgr. Dupanloup. de bis
schop van Orleans, die in een schrijven
aan de geestelijken van zijn diocees
waarschuwde tegen de definitie van de
onfeilbaarheid van de paus. In Duits
land was het vooral de kerkhistoricus
von Döllinger die ageerde tegen het
voorstel van het voorbereidend college.
Von Döllinger acihtte een dergelijke dog
ma in strijd te zijn met de H. Schrift,
de traditie, de veelgeprezen kerkvaders
en de historie.
Tijdens het concilie werden dan ook
langdurige debatten inzake deze mate
rie gehouden, waarbij het kwik geleide
lijk steeg. Vele sprekers voerden het
woord (pro en contra het dogma),
vele amendementen kwamen ter tafel.
Fel was het verzet van de kerkhistori
cus Karl von Hefele, bisschop van Rot
tenburg, die o.a. sprak: „Dertig jaar
heb ik naar de onfeilbaarheid gezocht,
maar heb ze nergens gevonden". Dat
de onfeilbaarheid van de paus in strijd
is met de historie toonde von Hefele
aan met het voorbeeld van paus Hono-
rius 625638), over wie door paus Leo
II de banvloek werd uitgesproken op
grond van het feit, dat deze Honorius
had gefaald inzake het Monotheletisme
(het erkennen van één god-menselijke
wil in Christus).
De kritieke dag van het concilie was
18 juli. Reeds de vorige dag hadden de
tegenstanders met goedkeuring
Rome verlaten!
Het resultaat van de eindstemming
was dan ook, dat het dogma der pause
lijke onfeilbaarheid met 533 tegen 2
stemmen door het concilie werd aan
vaard conform de door kardinaal Paul
Cullen, aartsbisschop van Dublin, gefor
muleerde definitie.
Achttien juli 1870 „Credo Roma-
num Pontificem esse infallibilem"
„Ik geloof, dat de paus van Rome on
feilbaar is".
Het concilie had uitgesproken, dat de
paus onfeilbaar is in alle uitspraken,
die hij betreffende geloof of zeden op
officiële wijze ergo „ex cathedra" doet.
Tevens werd erkend, dat de paus het
volstrekte gezag in de r.k. kerk be
lichaamt.
Op de dag na deze zitting brak de
Frans-Duitse oorlog uit. De strijd van
generaal Giuseppe Garibaldi heeft er
toe geleid, dat de stad Rome op 20
september 1870 werd ingenomen. Een
decreet van de Italiaanse vorst Victor
Emanuel II maakte op 9 oktober door
inlijving bij Italië een einde aan de
Kerkelijke Staat „Citta del Vaticano".
Paus Pius IX, de bezielende en leiden
de figuur van het Vaticaans Concilie
trok zich als „de gevangene van het
Vaticaan" terug in het paleis van Late-
ranen.
Deze politieke gebeurtenissen waren
er de oorzaak van, dat het eerste Vati
caans Concilie zonder officiële sluiting
voortijdig moest worden afgebroken.
Het dogma der pauselijke onfeilbaar
heid werd vastgelegd in de constitutie
„Pastor Aeternus" van 18 juli 1870.
Met de afkondiging van het voor de
Reformatie onaanvaardbare dogma der
pauselijke onfeilbaarheid en het pause
lijk primaat heeft het eerste Vaticaans
Concilie de kloof ReformatieRome
sterk vergroot. De Reformatie aan
vaardt alleen de onfeilbaarheid der
Schrift en verwerpt de onfeilbaarheid
als ambtelijke vooropstelling in men
sen totaal. De proclamatie van bedoeld
dogma betekende een belangrijke stap
verder op de contra-reformatorische
weg, die de r.k. kerk te Trente is inge
slagen. In geloofszaken ergo ook bij
dogmata spreekt niet de Schrift het
laatste woord bij Rome, maar spreekt
het Woord Gods volgens Rome
in de paus. Het leerstuk betreffende de
lichamelijke ten hemelopneming van
Maria (1 nov. 1950) heeft dit o.a. bewe
zen.
Intussen zijn er juist binnen de
r.k. kerk zelf sinds het eerste Vati
caanse Concilie verschillende vragen ten
aanzien van gezagsbevoegdheden bin
nen de r.k. kerk overgebleven. De
vraag is herhaaldelijk gesteld: Heeft
het in 1870 tot stand gekomen dogma
het concilie niet overbodig gemaakt?
Binnen de r.k. kerk leeft ook de vraag:
Zijn er twee machtsinstanties t.w. de
paus en het concilie enerzijds en de
paus en de bisschoppen anderzijds?
Het thans geldend r.k. kerkelijk recht
(kerkelijk wetboek Codex Iuris Cano-
nici, 1917) geeft mede tot dergelijke
vragèn aanleiding. Canon 218 bepaalt
„De paus van Rome heeft de hoogste
en volledige rechtsmacht over heel de
Kerk". In canon 228 echter wordt ge
steld: „Het oecumenisch (deze term is
bedoeld in analogie der vorige concilies
en dus niet in het kader der zg, oecu
menische beweging) concilie heeft de
hoogste macht over heel de Kerk".
Hoewel van r.k. zijde al allerlei po
gingen zijn ondernomen om deze incon
sequentie aannemelijk te maken, ver
wacht men toch, dat het komende con
cilie een afdoend antwoord op de ge-
zagsvragen zal geven. Op het onlangs
te Nijmegen gehouden congres verklaar
de kardinaal Alfrink, dat het noodza
kelijk is. dat het aanstaande concilie
zonder het primaat aan te tasten en
met handhaving van de onfeilbaarheid
het ambt van de bisschoppen meer
zal dienen te accentueren. De dogmati
cus prof. Dr. Groot voegde hieraan toe
„De kerk moet zowel persoonlijk als
ook collegiaal worden geleid. Enerzijds
de paus in zijn primaat, anderzijds de
bisschoppen met de paus in hun colle
gialiteit".
GOES. In. de Grote Kerk te Goes
wordt op zondag 24 juni om 9 uur een
jeugddienst gehouden, waarin ds. W.
Janssen zal spreken over het onderwerp
„God, mijn naaste en mijn tong".
AMERSFOORT. De actie
Heb Fiet liaort eens, waitJrmee de
Gereformeerde jeugdbond het ju
bileumjaar Is Ni ge gaan tn tdie
tot doel tieeft \de Bllopti© van het
te beginnen endings jeugdwerk in
het Mijdidenalfrikéia nsJe Ru a lid a
heeft goede weerklank bij dffe
jeugd gevonden.
Zoals t?ericht kregen op He
melvaartsdag* alle bondsdagbe
zoekers jeen (gulden in «en zakje,
met de bedoeling dat ®e daarmee
zouden gteam woekeren. Ook die le
den der verenigingen hebben
een gulden ontvangen.
De eerste reactie kwam vlak
na de radïrouiitzending van de
bondsdag. 'De presidente van de
gerefoirmeerdte vrouwenbond
die zojuist ren ia*ïtie voor ie«n zie
kenhuis in het Parubagebied Pa-
kistten had afgesloten aond on
middellijk namens haan* kinderen
een bedrag.
Verder meldden zich verschil
lende jongerengroepen elite niet
zijn aangesloten bij de bond.
Twee dagen na de bonidsdag
schreef een jongen dat hij zijn
gulden al had verdertigvoudigd.
De stadsbeiaardier van Veere zal
op het carillon van de raadhuistoren
a.s. zaterdagavond van 89 uur het 3e
zomeravond-beiaardconcert geven van
dit seizoen. Ter ere van een gezelschap
Engelsen, dat die avond in Veere te
gast is zal een belangrijk deel van het
programma zijn gewijd aan Engelse
volksmelodieën.
BAARN. Op zaterdag 30 juni
wordt in de gereformeerde Wes-
terkerk te Utrecht een dank- en
herdenkingsdienst gehouden, om
dat de stichting Evangelisch Her
stel en Opbouw tien jaar bestaat
als landelijke overkoepelende or
ganisatie van het gereformeerde
jeugdzorgwerk. Voorganger in
die dienst is prof. dr. J. H. Ba-
vinck. E.H. O. nam tien jaar
geleden het werk over van de
stichting De Jeugdhaven te Rot
terdam, die als eerste instantie
die zich met jeugdzorgwerk bezig
hield in de eerste jaren na de
oorlog, ook als landelijk orgaan
functioneerde.
Het jeugdzorgwerk, door E. H. en O.
overkoepeld, behoort mee tot de be
langrijkste facetten van het optreden
GENÊVe (EPS) Op de agenda van West-Europa, Noord-Amerika, Mexico en
het centraal comité van de Wereldraad
va* kerken, dat van 7 tot 17 augustus te
Parijs bijeenkomt, staan vyf aanvragen
van het lidmaatschap van de wereld
raad, alle afkomstig van kerken uit de
SowjetuniéT
De Letlandse lutherse kerk heeft 500.000
leden, 115 predikanten, 15 vicarissen en
twintig theologische studenten in Riga.
De Armeense apostolische kerk is ont
staan in 301, telt vijf bisdommen in de
Sowjetunie, verder de Armeense patri
archaten van Contantinopel'en Jeruzalem
en bisdommen in Perzië, India, Irak,
Egypte, Griekenland, Bulgarije, Roemenië,
Zuid-Amerika. Deze kerk geeft een leden
tal van 4% miljoen op; daarvan wonen
bijna anderhalf miljoen leden buiten de
Sowjetunie.
De Estlandse lutherse kerk deelt in de
door aartsbisschop J. Kiivit (bekend uit
Europese kerkelijke besprekingen) onder
tekende aanvraag mee, 350.000 leden te
hebben, 148 gemeenten, 114 predikanten
en 27 vicarissen en'evangelisten.
De Georgische orthodoxe kerk is vol
gens de patriarch gesticht in de vierde
eeuw, telt zeven bisschoppen, 105 pries
ters, 80 parochies en vier kloosters-
De Unie van evangelische christelijke
baptisten in de Sowjetunie is ontstaan in
1867, heeft 545.000 leden, 5545 gemeenten
met evenzoveel voorgangers en 32.270
evangelisten.
De Synodale Raad van de
Evangelisch Presbyteriaanse
Kerk in de Afrikaanse staat
Rwanda heeft het initiatief ge
nomen tot het leggen van nau
were contacten met enkele an
dere protestantse kerken. De
Raad heeft voorgesteld, dat An
glicaans, Baptisten-, Methodis
ten- en Presbyteriaanse kerken
eikaars attestaties erkennen en
wederkerig opgave doen van
leden, die verhuizen naar het
gebied van een andere kerk.
Om te voorzien in het ernstig
tekort aan geschoolde evange
listen heeft de Synodale Raad
ook besloten in september een
eigen cursus te beginnen voor
evangelisten. Een ontwerp voor
deze eigen opleidingsschool is
aan de Raad voorgelegd door
de geref. zendingspredikant ds.
C. M. Overdulve.
De presbyteriaanse predikan
ten worden sinds enige jaren
opgeleid in de buurstaat Came-
roen. In juli worden de eerste
afgestudeerde theologen in dat
land terugverwacht.
ET nieuwe jaarboek van de Gere
formeerde Kerken in Nederland
biedt weer tal van (interessante bij
zonderheden over deze kerkformatie.
Het boek, uitstekend verzorgd door .druk
kerij Oosterbaan en Le Cointre in Goes,
geeft ook een lijst van in Nederland ver
schijnende Gereformeerde kerkelijke bla
den en kerkbodes. Het is leerzaam deze
opsomming te lezen.
Om maar direct niet commentaar te be
ginnen: Na liet lezen van de talrijke na
men van kerkbodes en kerkblaadjes en
het zicli proberen in te denken hoeveel
werk wekelijks moet worden verzet voor
het vullen van deze verschijnselen vraagt
men zicli met een tikkeltje toorn af hoe
het te verantwoorden is dat niet alleen
veel geld wordt besteed aan het vol
sehryven en zetten en drukken van deze
kerkblaadjes, maar dat bovendien men
sen, die zich van Godswege geroepen
achten tot de verkondiging van het heil
des Heren, hun kostbare tijd onnodig be
steden aan het sclirjjven van kerkbode-
verhalen. Onder de talryke scribenten
zün er, die met grote moeite elke week
of elke veertien dagen bet kerkblaadje,
waarvan zij eindredacteur of iets soort
gelijks zijn, vullen,
Men versta ons goed. Kerkbladen,
kerkbodes en kerkelijke mededelingen
bladen zijn nuttig en nodig. Wil een
kerkeraad de leden van de gemeente
doen medeleven, dan dienen de leden
op de hoogte te worden gehouden met
de gang van zaken op bet zogenaamd
kerkelijk erf. Om dat doel te bereiken
heeft men kerkbodes en kerkbladen in
bet leven geroepen. Op deze wijze wordt
o.a. voorkomen dat de zondagse kerk
diensten beginnen met een uitzending
van de plaatselijke kerkelijke nieuws
dienst (kanselafkondigingen). Er is dus
niets in te brengen tegen liet verschij
nen van kerkbladen en -blaadjes. Al
leen: Men moet matiging nastreven en
dat gebeurt niet. Het schijnt van lie
verlede mode te worden dar elke plaat
selijke kerk en wellicht niet alleen
bij de Gereformeerden, maar van die
groep hebben wij nu bet lijstje bet
nodig acht een eigen kerkelijk mede
delingenblad uit te geven. De ene kerk
laat liet door een bevriende drukker
vervaardigen, de andere kerk heeft een
stencilinrichting in de arm genomen. In
de regel zijn het leden van de kerk, die
onder de prijs moeten werken om een
kerkblad te kunnen uitgeven. Op deze
wijze betalen die broeders-drukkers en
broeders-stencilafdraaiers een flink be
drag extra aan „vrijwillige" bijdragen.
Maar dat is nog het ergste niet. Erger
is, dat een groot gedeelte van die kerk
blaadjes beslist overbodig is. Men geeft
provinciale kerkbodes uit, daarnaast ex
ploiteert men meermalen classicale kerk
bodes en om Re overdaad nog duidelijker
knippen. Men kan dat laken, maar als
dat knippen uit andere bladen ten goede
komt aan de tijd, die aan huis- en zieken
bezoek kan worden besteed, dan kunnen
we er vrede mee hebben.
Er wordt veel geklaagd over het peil
van de kerkbodes. De verslagen van
kerkelijke vergaderingen beantwoorden
niet aan elementaire eisen eii verwekken
dikwijls meer ergernis dan dat zij mede
leven stimuleren. Tal van predikanten
zijn volkomen ongeschikt voor het schrij
ven van verslagen in kerkbodes. Dat mag
men deze mensen niet kwalijk nemen.
Hun kracht moet liggen in het preken,
in het liuis- en ziekenbezoek doen, in
het evangeliseren en in het catechiseren.
Waarom deze mannen dan belast met het
te demonstreren worden er dan ook nog
plaatselijke kerkblaadjes verspreid. Wat
een geknoei met tijd en met energie! Er
zijn plaatselijke kerkblaadjes, die elke
week of elke veertien dagen een medi
tatie van een predikant bevatten. We
twijfelen er wel eens aan of die meditaties
worden gelezen, maar we zullen er nu
niet over twisten. Er zijn mensen, die
menen dat een kerkbode niet zonder
meditatie kan. Behalve het plaatselijke
kerkblaadje bevat echter ook de provin
ciale en de classicale kerkbode een medi
tatie en ten slotte kan men dergelijke
pennevruchten dan nog aantreffen in de
„grote" kerkelijke pers, die, naar men
zegt, in elk kerkelijk meelevend gezin
moet worden gelezen. De predikanten,
want het zijn in de regel de dominees
die de kerkbodes moeten vullen, moeten
naast hun pastorale werk tijd besteden
aan het schrijven van verhaaltjes voor
het kerkblad. Er zijn er ook, die veel
brouwen van verhaaltjes voor kerkbladen?
Op elke twintig predikanten is er mis
schien een, die er ietwat kaas van heeft
gegeten. De anderen missen journalis
tieke gaven en dat is helemaal niet erg,
want op elke twintig journalisten zal
men er misschien niet eens een vinden,
die het talent bezit om op boeiende wijze
catechisatie te geven.
Het is de taak van een dominee om
bet heil des Heren te verkondigen. Dat
is de primaire taak van deze ambts
drager. Daar hebben zij willen zij
het goed doen hun handen meer dan
vol aan. Er is' nog veel te evangeliseren
in ons goede vaderland, enorm veel. De
onkerkelijkheid neemt onrustbarend toe.
Nu moet men niet proberen een vrome
draai aan de ongewenste situatie te geven
door te beweren, dat het schrijven in
plaatselijke kerkblaadjes ook een buiten
gewoon belangrijke pastorale taak is.
Akkoord, mededelingen over bet plaat
selijk kerkelijk leven moeten worden
gedaan en een rubriek „pastoralia" of
hoe men een dergelijk artikeltje ook wil
noemen, mag niet Achterwege blijven.
Wekelijks tachtig tot honderd regels
schrijven kan wel, maar daar moet het
ook bij blijven.
Een paar concrete voorbeelden van wat
naar onze mening tijdverknoeierij is. In
Friesland verschijnt een Friese kerkbode
in zes edities. Daarnaast komen echter in
deze provincie nog veertien plaatselijke
kerkblaadjes uit. Drente en Overijssel
hebben samen een kerkblad, maar men
heeft het gepresteerd daarenboven nog
21 plaatselijke en regionale kerkblaadjes
te fokken.
In Utrecht heeft men een provinciale
kerkbode. Bovendien verslingeren ruim
twaalf weleerwaarde heren hun kostbare
tijd aan het verzorgen van een plaatse
lijk of streekkerkblad.
In Zeeland hebben de Gereformeerde
Kerken een provinciale kerkbode. In tal
van plaatsen echter komen aparte kerk
blaadjes uit. In het jaarboekje worden
er twaalf genoemd.
In veel plaatselijke kerkblaadjes komen
artikelen voor, die naar geest en inhoud
duplikaten zijn van de beschouwingen,
die in de grotere bladen staan.
De vraag moet gesteld worden: Kan
liet anders en beter?
Dat kan zeker. Men moet dan eens
ophouden met het uitgeven van plaatse
lijke kerkblaadjes en per provincie, even
tueel per classis (in grote provincies bij
voorbeeld) een goed kerkblad gaan uit
geven. In een dergelijk blad kan een
pagina of meer worden bestemd voor het
plaatselijke nieuws der kerken. Eventueel
kan men enkele edities van liet betrok
ken blad drukken. Dit hoeft nog niet te
betekenen, dat men een overeenkomst
aangaat met een landelijk kerkelijk blad;
er zijn ook nog andere mogelijkheden,
namelijk die van classicale en provin
ciale kerkbladen. Deze bladen kunnen
elke week verschijnen en de daarin op
genomen gemeenteberichten kunnen een
wezenlijke Jiekorting van de zondagse
nieuwsdienst betekenen. De classicale en
provinciale kerkbladen kunnen ook
in een algemeen gedeelte ruimschoots
aandacht besteden aan provinciale en
regionale problemen.
In het Jaarboek van de Geref. Kerken
staat voor alle kerken in de classis Zut-
phen slechts één kerkbode vernield,
namelijk een classicale kerkbode. In dit
kerkblad, dat wij onder ogen hebben
gehad, staan wekelijks berichten uit alle
gemeenten in de classis, waardoor het
medeleven belangrijk wordt gestimuleerd.
Aan de verzorging van het plaatselijk
kerknieuws wordt in dat blad goede zorg
besteed en men komt er de laatste tijd
steeds minder irriterende kerkeraadsver-
slagen e.d. in tegen. Ter verduidelijking:
In een irriterend kerkeraadsverslag staat
bijvoorbeeld, dat drie broeders der ge
meente ter vergadering kwamen om
enkele klachten toe te lichten, zonder dat
die klachten worden vermeld, voorts dat
over de jeugdverenigingen werd gespro
ken, zonder dat nadere bijzonderheden
worden gegeven en bijv. dat een broeder
der gemeente toestemming krijgt op het
orgel te oefenen, zonder de naam van
deze man te vermelden. Ook liet domweg
noemen van dep. art. zoveel is onzin. Wie
gelooft, dat elk kerklid een gedrukt
exemplaar van de kerkorde thuis heeft?
Het is ruimteverspilling om in een kerke
raadsverslag te vermelden, dat notulen
zijn gelezen en goedgekeurd, dat de ver
gadering werd geopend en gesloten, dat
steunaanvragen werden behandeld, dat
het persverslag werd gelezen en dat „nog
enkele zaken" aan de orde kwamen.
Dergelijke bewijzen van onbekwaam
heid in liet pogen medeleven te wekken
bij de gemeente moet men niet in «en
kerkblad op schrift stellen.
Er is in Nederland persvrijheid. Elke
dominee en elke kerkeraad mag zijn
eigen blaadje tot eer van God en mis
schien een heel tikkeltje tot eigen glorie
uitgeven, maar men mag de tijd niet
verspillen, de energie niet onnodig ver
snipperen en bovendien moet men zijn
werk zo goed mogelijk doen.
Op het gebied van kerkelijke voorlich
ting en publiciteit is er met name in
de Gereformeerde kerken nog wel het
een en ander te verbeteren.
van de Gereformeerde kerken naar bul
ten. Door middel van zeer intensief
jeugd- en volwassenenwerk neemt de
kerk deel aan het leven van de ander.
Vooral in de oude volkswijken van onze
grote steden, in de industrie-centra en
ook hier en daar op het platteland.
E. H. O. heeft een zeer krachtige
ontwikkeling doorgemaakt. Ruim veer
tig plaatselijke stichtingen zijn bij E. H.
O. aangesloten. Meer dan zestig ge
reformeerde clubhuizen worden door de
kerken geëxploiteerd,- waaraan een goe
de honderdvijftig vaste krachten: predi
kanten, jeugdleidsters en jeugdleiders,
maatschappelijk werksters en vormings-
leidsters verbonden zijn.
Tot de taak van de landelijke stichting
behoort o.a. het verstrekken van advie
zen aan kerkelijke vergaderingen en.
stichtingsbesturen bij de opzet en uit
bouw van evangeliserend jeugdzorg-
werk; het leiding geven bij bezinning,
studie, opleiding, trainen en instructie
van vaste krachten en vrijwilligers;
het adviseren bij bouw en inrichten van
clubhuizen; het helpen bij de ontwik
keling van methodieken, die in het
jeugdzorgwerk dienen te worden toege
past; het verzorgen van subsidie-aan
vragen bij overheidsinstanties enz. Ei
genlijk te veel om op te noemen.
De generale synode heeft enkele de-
putaten benoemd, die als bestuursleden
deelnemen aan het werk van de stich
ting en heeft tevens een landelijke dia-
konale kollekte uitgeschreven om dat
deel van de kosten te bestrijden, dat
niet door subsidie van de Rijksoverheid
wordt gedekt.
In zeer nauwe samenwerking met de-
putaten voor de evangelisatie van de ge
nerale synode groeit mede door het
werk van E. H. O. een coördinatie
en integratie van het geheel van het op
treden der Gereformeerde kerken naar
buiten.
S.S.K.-ACTIE
Hoewel een belangrijk deel van de
kosten van het jeugdzorgwerk door de
overheid gedragen wordt het werk
is van grote maatschappelijke beteke
nis is grote krachtsinspanning ter
plaatse waar het werk verricht wordt,
vereist om de gelden van jaar tot jaar
bijeen te brengen.
Het totale uitgavencijfer van de lan
delijke en de plaatselijke stichtingen
tezamen ligt hoger dan het totale uit
gavencijfer voor het zendingswerk van
onze kerken.
De laatst gehouden generale synode
heeft, vooral ten behoeve van het jeugd
zorgwerk, aan de stichting Steun Kerk
bouw verzocht ook de gebouwen in de
evangelisatie-sector te betrekken in de
steunverlening.
Het is niet onmogelijk dat een extra-
beroep op onze kerken gedaan zal moe
ten worden om aan dit verzoek van de
generale synode te voldoen.
Het spreekt vanzelf dat er bij het 10-
jarig bestaan van E. H O. reden is
om in dankdienst samen te komen. De
besturen, de leidsters en leiders vas
te krachten en vrijwilligers zij weten
zich allen één in het streven het Evan
gelie van Jezus' Koninkrijk door woord
en daad te doen zien en beleven onder
dat deel van ons volk dat aan het Evan
gelie is vreemd geworden.
In de middag van de lustrum-dag zul
len, eveneens in Utrecht in het N.V.-
huis Oude Gracht, alle besturen en wer
kers samenkomen om in ernst en luim
hun dankbaarheid voor Gods zegen ge
durende zovele jaren te mogen beleven.
Oud-jeugdzorgmedewerkers, die geen
uitnodiging ontvangen hebben en toch
gaarne de lustrumviering willen bijwo
nen, kunnen zich wenden tot het bureau
van E. H. O., Rutgers van Rozen-
burglaan 4, Baarn.
EINDHOVEN Een groep studenten
van de technische hogeschool te Eind
hoven, leden van de reformatorische stu
dentenvereniging SSR, is te gast geweest
in de praemonstratenzer abdij van Werne
te Heeswijk-
Zondagmorgen woonden zij in de kapel
van deze „witheren" ook wel Norber
tijnen genoemd de mis bij. 's Middags
was er in die kapel een gereformeerde
kerkdienst, die door verscheidene paters
werd bijgewoond. Na afloop van deze
dienst was er een geanimeerde discussie.
De excursie stond onder leiding van de
gereformeerde studentenpredikant ds. A.
T. Besselaar.
GOES. De Vereniging van Onderwij
zers in Zuid- en Noord-Beveland heeft
vrijdag in het Schuttershof de 124e al
gemene vergadering gehouden. In het
bestuur werden herkozen de heren J.
Glerum en F. J. A. L. Visser. In de
vacature in het bestuur van de heer Van
Elsacker werd gekozen de heer F. J.
Harinck uit Wilhelminadorp. De heer
H. Arend.se uit Hoedekenskerke ver
toonde vervolgens dia's van het leven
in de Verenigde Staten. Na een ge
meenschappelijke koffiemaaltijd hield
de heer Jac. Lootsma, voorzitter van
de Nederlandse Onderwijzers Vereniging,
een lezing getiteld „Nieuwe beheers
vorm bij het Openbaar Onderwijs".
GOES. Op 73-jarige leeftijd is in
Goes overleden de heer J. Boer. De
heer Boer is tal van jaren ouderling
van de Gereformeerde kerk in zijn
woonplaats geweest en verrichtte zijn
werk met grote ijver en plichtsbetrach
ting. Tijdens .een predikantsvacature
was hij bovendien voorzitter van de
kerkeraad. De laatste tijd verbleef hij
in het bejaardentehuis van de Geref.
kerk. Hij was in de kring der bejaar
den een zeer geziene persoonlijkheid en
het bleek dat de heer Boer hoewel
geen ambtsdrager meer zich bijzon
der interesseerde voor het geestelijk le
ven van zijn medebewoners.
Be leden van het Hervormd Kerk
koor uit Drcisclior hebben dezer dagen
een bezoek gebracht aan de Koninklij
ke Nederlandse Glasfabrieken Kristal
te Leerdam. Na de rondleiding door
het glasbedrijf werd nog een bezoek
gebracht aan het glasmuseum in de
zelfde plaats. Daarna werd weer in de
bus gestapt en naar Voorburg gereden
en een bezoek gebracht aan de on
langs uit Dreischor vertrokken predi
kant, ds. G. H. Duyvendak.
De heer W Kootstra is tot ouder
ling benoemd in de Nederlandse Her
vormde kerik te Waarde
De afdeling Veere van de NCVB
hield een maandelijkse vergadering on
der leiding van presidente mevr. Van
Wallenburg-de Jager. De heer Van El
ven te Wissenkerke sprak over „De va
der in 't gezin".