BROMMILJONAIR KROON:
„Ik ga nooit meer naar Egypte*
IN TURKIJE „DE MAN
VAN HET JAAR"
DE NATUUR
Uit de kerken
WOLLEN DEKENS
in en om uw huis
Vrijdag 25 mei 1962 ZEEUWSCH DAGBLAD Pag. 2
Vrouw tegen brommer
oUrtUuto£&^
Vi
««IK WEET
heslgoed
P«TIK ON".
^HANOlG
fjiea
h&euaar
dig van oe
FUTS,
SaMMR.,^
y Wl6 HEEFT UEDAT
WH3GEMAAKT0 Jt
benteenver—
rs^'owanoig en
dapper kind/ -
opera mundl KFS
FUTS
GORDON I
in het
HÉ
heelal
HÉ
door
üf
Dan Barry
11
dB HANTEERT Pet
SSINSIEUTEL
ALS'N MARCO--
N 1ST,TINA.
Hij heeft een mager en scherp gezichtde heer Kroon op Vlieland en hij is de
vriendelijkheid zelve. „Ik ben maar één keer naar de kapper geweest. Dat was in
Oostenrijk en het was een dameskapper." Hier staat hij voor de kaart die zijn route
aangeeft.
Ned. Herv. Kerk
Beroepen te Bergambacht: J. Jonger-
den te Bruchem en Kerkwijk; te Nieuw-
Leusen (vac. W. van Hoogevest: C.
Nauta te Ouwsterhaule.
Aangenomen naar Sommelsdijk: H.
C. Bultman te Papendrecht.
Christ. Geref. Kerken
Beroepen te Noordsc'he Schut: R.
Slofstra te Harderwijk.
Gereformeerde Kerken
Beroepen te Ureterp: H. Makkinga te
Wilsum Ov.; te Suawoude: C. v. d. Wou-
de, kand. te Kampen.
Geref. Kerk (vrijgem.)
Beroepen te IJsselmuiden ten Dron-
ten: H. Stolk te Blokzijl.
MIDDELBURG Op de Middelburg
se markt stak gistermiddag omstreeks
twee uur plotseling de 74-jarige vrouw
B. P. uit Middelburg de straat over. Zij
liep daarbij pardoes tegen een brom
fiets, bestuurd dor C. V. uit Oostkapelle.
op. De vrouw viel en bleef liggen. Zij
is vermoedelijk met een hersenschud
ding in het Gasthuis ter verpleging op
genomen.
leiden
55
Dat weet ik.
De laatste kennisgeving klinkt nog
al dom, doch Mathilde van Heivoort
vindt geen aanleiding om dit ge
sprek te vervolgen. Haar wil zet zij
door. Dan mogen de wanden van de
kazerne-manege een dag nog heviger
dan gemeenlijk daveren van het ge
bulder des majoors, de schalkse ogen
van Mathilde van Helvoort-von Lö-
wenstein zullen er de majoor dra in
doen berusten, dat zijn echtvriendin
zo nu. als altoos, ,,de broek aan
heeft"!
Tilly wil niet, dat de toon van de
verdere dag bedorven is. Zij zegt,
daarom enthousiast en hartelijk:
Een prachtig dier, wel bedankt
Rudolf.
De tent is 's avonds goed bezet.
Burgemeester Maesen heeft woord
gehouden. Hij is verschenen met zijn
vrouw en zijn beide dochters. Cle
mens II vertrok conform de be
doeling de dag te voren naar
Delft.
Leo Schoonheid en zijn vrouw zijn
er (vrijkaartjés). Dirigent Edmond
Beaufront en zijn jonge franse
echtgenote (dito met suppletie). Puck
Essere, voor overgenomen van
goudsmid Klater, die plotseling de
stad uit moest. Men ziet ook: Plak
ken en zijn wederhelft (vrijkaart
jés). Keesje en zijn patroon Halm-
gaard (perskaarten). Traiteur Borge-
naar en de juffrouw (reductie). Het
gezin Potjes, man, vrouw en een in
wonende schoonzuster (vrijkaartjés
met suppletie). Twee generaties Krol-
lemakers met de vrouwen (reductie).
En dan speciaal te vermelden een
hele club oud-schoolmakkers van
Ran en andere stadskornuiten, die,
met hunne dames, in de stalles, als
gesloten eenheid, tezamen zitten.
Juffrouw Ruwgenius en Carl Horn-
bach hebben mooie plaatsen op de
eerste rang. In een loge namen
plaats: oom Matthieu met tante
Wies, waarbij ok Ria gekomen is.
Verder dan nog, onder meer, Frans
Kussers, met zijn bevriende over
buurvrouw, het echtpaar Slockers,
nogmaals met een celibaterend fa
milielid en voorts niets zo wan
kel als principes mevrouw Eva
Maarschalk en haar man!
Al is de opkomst dus best en het
publiek ter wille van het af
scheid extra goed gezind en har
telijk, toch ligt er over de voorstel
ling een beetje een nonchalante
sfeer. Deze is tijdens de laatste
avond in een rondtrekkend circus
nu eenmaal altijd te voelen. Vooral
als het afbreken van het circus on
middellijk na de afwerking van het
programma gedeeltelijk zelfs nog
gedurende het spel binnen gebeurt.
Maar de club die samenhokt op
plaatsen in de stalles heeft van dit
verschijnsel blijkbaar niet de minste
hinder, want de hele avond zijn
hier demonstraties ener bijzondere
opgewektheid waarneembaar. zich
vertolkende in geschater en veelvul
dig applaus. Op deze plaatsen zit na
melijk de carnavalsclub van Evert
Luibregts bij elkaar. Evert is al
twee jaar achtereen prins Carnaval
geweest!
Zodra Ran gehoord had, dat de
Kaufmanntroep 's middags zou ver
trekken, was hij bij mijnheer Léon
met een tweede idee gekomen. Het
eerste idee 'had Ran hem al de vo
rige dag kunnen verkopen. Toen
werd verteld, dat hij van plan was
met Kerstmis te gaan trouwen en
daarom terugkwam op de toezegging
voor zijn vast engagement bij het
circus. Hij wil nu graag ook een
baantje aan Ria opgedragen zien,
zodra de winterpauze voorbij is. En
dit baantje zou de werkzaamheden
kunnen omvatten zoals het maan
dagavond aan Ria was verteld
garderobe en hulp bij de administra
tie.
Na overleg met de oude Carreau
had mijnheer Léon dit plan geac
cepteerd. Ran bedacht er toen nog
bii, dat het leuk zou zijn indien hij
zijn aanstaande vrouw tijdens de
slotvoorstelling in Klaarmond reeds
een soort circus-doop kon geven.
Tot besluit van iedere voorstel
ling gaat de pantomime genaamd:
Bruiloft op de Poesta. Het is niet
veel meer dan een optocht, dwars
door het circus, van de entree on
der de muziek-tribune naar de en
tree voor het publiek. Alles wat er
bij gebruikt kan worden, moet aan
deze optocht meedoen. Hoofdpersonen
van de optocht zijn de bruid en de
bruidegom, gaande onder een draag
bare ..Lauibe". Hiervoor pleegden
Frau Sonnenweber en Carl Horn-
bach te figureren, gestoken in kleu
rige Hongaarse klederdracht.
Carl Hornbach was reeds vervan
gen door een stalknecht. Het planne
tje voor donderdagavond, zoals Ran
dit aan mijnheer Léon voorgesteld
had, bestaat uit het volgende: Als
bruidspaar zullen ditmaal hij en Ria
meelopen. Carreau gaf zijn toestem
ming.
De fantasie van Ran blijkt derhal
ve reeds onbewust voorzien te heb
ben in de noodzakelijkheid die er bij
gekomen zou zijn ook Frau Sonnen
weber te vervangen. Maar de brui
loft is daarmee nog niet uit de
brand. De Kaufmanns zélf liepen
immers ook altijd in de bruilofts
stoet mee en waren er bij nodig!
Zij zorgden, v. Igens de woorden
van Ten Selldijck, ,,voor een aardi
ge vulling".
Wat kan voor de Madels van Frau
Sonnenweber in de plaats komen?
Ran weet iets te bedenken. Zijn
vriend Evert Luibregts heeft hem
verteld, dat de hele groep, waarmee
hij tijdens het laatste carnaval op
de grote praalwagen stond, nog de
band aanhoudt,
Luibregts club moet de erewacht
voor Ran en Ria worden. Ran stelt
zijn vondst aan mijnheer Léon
voor. Die vindt het opperbest, zodat
Ran meteen in de circusauto naar
zijn vriend rijdt, die onmiddellijk
meegaat om zijn clubje op te
trommelen met de boodschap, dat al
le liefhebbers vanavond bij de Hon
gaarse bruiloft het cortège zullen
vormen en voor een krats de gehe
le voorstelling kunnen bijwonen.
(Wordt vervolgd)
Hoogopgroeiende geraniums of Pelar
goniums, doen het des zomers veel be
ter als ze met pot en al in de tuin wor
den ingegraven. Ze kunnen ook zo wel
in de volle grond worden gepoot. Een
zonnig plekje heeft men er wel voor
nodig. Als ze in de volle grond worden
gezet zal men ze na half oktober ook
zo uit de grond kunnen opnemen; ze
kunnen dan in een pot worden gezet.
Ze verlangen nu wel een voedzame
grondsoort.
18. ,.Het lijkt wel of de grote mast
op meneers gedachtenkastje is geval
len, mompelde Kappie, terwijl Spren
kel dansend rond zijn teevee-apparaat
sprong.
„Hij zei dat hij Eureka had gevon
den." zei de maat, zoekend rondkij
kend. „Wat is dat? Ik heb het hier
nooit eerder zien liggen. Trouwens, ik
houd de kajuit altijd keurig opge
ruimd. Er blijft hier niets rondslinge
ren."
„Eureka betekent: Ik heb het gevon
den, brave man!" riep de uitvinder uit.
„Help eens een handje, dan zal ik la
ten zien wat ik heb uitgevonden!"
Samen met de meester droeg hij heï
teevee-apparaat aan dek, maar toen hij
het toestel vervolgens op de reling zet
te, hield de machinist hem tegen.
„Hij is dolgedraaid!" riep hij uit.
„De man is overspannen! Hij wil z'n
teevee in het water gooien!"
„Welnee, welnee.. Kalm toch, vriend,"
sprak de uitvinder sussend. „Kijk, ik
ik wil alleen maar dat dit snoer in het
water komt te hangen. Let op, nou zul
len jullie eens wat zien..!"
/""\UDESCHOOT Pieter Adrianus Kroon op Vlieland zei elf
weken geleden: „Na zo'n ritje op de bromfiets val ik meestal
een kilo of tien af". Zijn woorden zijn uitgekomen: na elf weken
brommen stond hij kerngezond en donkerbruin weer voor ons in
Oudesehoot en zijn 1.89 meter lange lichaam is twintig pond lich
ter geworden. Op zijn bromfiets heeft hij 15.875 kilometer afge
legd en zijn pech bestond uit twee lekke banden en een kapotte
fietsbel.
In G. en G. van 24 februari maakte
u kennis met de 62-jarige heer Kroon
en uit Tunis en Egypte heeft hij u via
G. en G. laten weten dat hij in uitste
kende bromconditie was. Welnu, dat is
hij gebleven tot in het Friese Oude
sehoot, zijn punt van vertrek en thuis
komst, en hij maakte meer de indruk
van iemand, die gedurende een weekje
vakantie in de zon had liggen bakken.
MOTORTJE
„Ach, meneer, ik heb dat tochtje
eigenlijk niet gemaakt, maar de brom
fiets", sprak de lange Vlielander op
gewekt. „Het is werkelijk een wonder,
wat je met zo'n 50 cc motortje allemaal
kunt doen. Alleen neem ik de volgende
keer geen 55 kilo bagage mee, .want dat
is te veel dood gewicht. Ja, het mo
tortje, daar gaat het allemaal om en
wapneer dat je in de steek laat ben je
nérgbhs meer"
We nemen het graag aan, maar dat
neemt toch niet weg dat het een pres
tatie blijft om met een bromfiets door
woestijnen te rijden. Waarom maakt
Pieter Adrianus Kroon dergelijke toch
ten?
„In de eerste plaats moet ik van tijd
tot tjjd gewoon van mijn eiland af,
want dan houd ik het niet langer uit
om thuis te zitten. Dan heb ik een hob-
bie: kleurenfilms maken. En als je wat
wilt zien en filmen, dan kun je het
beste de bromfiets pakken".
„Neen, met de beste wil van de we
reld kan ik mijn man niet thuishou
den", vulde mevrouw Kroon aan. „Hij
heeft er nu zijn vakantie opzitten en
ik ga in het najaar met een reisvereni-
ging ergens heen. Mijn man is dol op
de zon en ik mag niet in de zon komen
en daarom gaan we dus nooit samen op
vakantie."
GEEN VALHELM
Mevrouw Kroon was blij, dat ze haar
man weer in de armen kon sluiten en
vervolgde stralend: ..Of ik ongerust
ben als hij aan het brommen is? Nou.
dat valt wel mee, maar het ergste vind
\k, dat hij geen valhelm wil dragen"
„Geen sprake van: ik wil zo'n ding
niet op myn hoofd hebben", viel haar
man onmiddellijk in. „Neen, zelfs in
de woestijn draag ik niets, tenminste
dat wil zeggen, alleen een oude broek
en een hemd. Niets op mijn hoofd, boe
hard de zon ook brandt".
De sinds 1945 gepensioneerde ad
junct-commies bij de posterijen in Am
sterdam vertrok op 28 februari uit
Heerenveen en bromde via Duitsland,
Zwitserland en Italië naar Sicilië. Van
daar stak hij over naar Noord-Afrika.
„De laatste twee oversteken heb ik per
boot gemaakt en in Zwitserland heb
ik een paar keer de trein genomen, om
dat ik vanwege de sneeuw de passen
niet overkon", hoorden we van de heer
Kroon, die zijn dagelijkse boterham
besmeert dankzij de verhuur van zo
merhuisjes en het onderhoud van een
golfbaan op Vlieland.
„In Italië was het koud, dat weet ik
nog wel, en ik heb er gereden over de
weg van de duizend bochten, maar die
kende ik al van mijn vorige trips met
de bromfiets. Op 12 maart zat ik in
Sicilië in Palermo en toen had ik een
dikke twee en een half duizend kilo
meter achter de rug".
STENEN EN HONDEN
Dwars door Noord-Afrika en de
zandstormen in de Syrische woestijn
bromde de ex-wethouder uit Vlieland
(„Ik ben het vier jaar geweest, maar
het leverde bitter weinig op") Egypte
binnen.
„Nou, daar zien ze me nooit meer",
sprak hij uit de grond van zijn hart,
dat tijdens ons gesprek onder een dikke
groene trui klopte. „Het is een gevaar
lijk land. In verschillende dorpen werd
ik met stenen bekogeld en stuurden ze
honden op me af. Ik heb er ook nog
twee uur op een .politiebureau gezeten,
omdat ik had gefilmd. In Alexandrië
was dat."
'„Hebt u zich kunnen- redden href
behulp van Arabisch?"
„Arabisch, man, dat is Latijn voor
mij. Ik spreek een paar woorden En
gels en een paar Duits en voor de rest
heb ik mijn handen. Ik heb nu een
tocht per bromfiets van 12.000, één van
14.000 en deze van bijna 16.000 achter
de rug en de mensen hebben altijd pre
cies begrepen wat ik bedoelde. Trou
wens: wanneer ik ergens wil eten, dan
is het al heel gemakkelijk", en hij
maakte het bekende gebaar naar de
mond ter illustratie.
In de Soedan zat het tegen: het visum
bleek verlopen en dat betekende veer
tien dagen wachten op een nieuw voor
Pieter Adrianus Kroon, die ook nog
tien jaar in de Vlielandse gemeenteraad
heeft gezeten. Het was hem te lang en
daarom maakte hij rechtsomkeert naar
Egypte en bromde vandaar naar de
Libanon.
1 OP 52
„Hoe waren de wegen onderweg en
hoeveel kilometers bromt u nu per
dag?"
„Terug in Nederland besef je pas hoe
goed de wegen hier zijn, want ik heb
wegen gehad, die met een bromfiets
nauwelijks berijdbaar waren. Met een
auto zou je nergens meer zijn. Soms
zag ik alleen een grote stofwolk nade
ren en dan wist ik dat er iets aankwam
en ging ik ijlings langs de kant van de
weg staan. En ik heb van mijn leven
niet zoveel kuilen gezien".
„Ja, en wat de kilometers betreft: ik
rijd zo tussen de drie- en vierhonderd
kilometer per dag, maar ik heb ook
stukken van honderd kilometer gehad,
waar ik zes uur voor nodig had. Ben
zineverbruik: één liter op de 52 kilo
meter, maar ik heb veel wind meege-
had en bij het afdalen van bergen zette
ik het motortje af, dat wel."
In Turkije was Pieter Adrianus
Kroon met zijn bromfiets in zijn oude
broek „de man van het jaar": de dor
pen liepen leeg om naar hem te kij
ken, want nog nooit eerder had men
een bromfiets gezien. „Ankara en Istan-
boel vind ik prachtige steden", merkte
hij nog tussen neus en lippen door op.
DERTIEN FILMS
„Neen, de hele reis heeft me geen
cent gekost, want de brcmïietsenfa-
briek heeft alles voor me betaald en
Nadat een verheugde mevrouw Kroon
(met zonnebril) haar langebrommende
man begroet had hield zij zich verder
angstvallig op de achtergrond. Van links
naar rechts: de tevreden en trotse brom
fietsfabrikant de heer A. Gaastra, me
vrouw Gaastra, mevrouw Kroon en de
heer Kroon.
(Ingezonden mededeling)
De
opzienbarende
experimenten
van
student
Tijloos
't spijt ms 5 maar petra is
weg- ze 15 naar eên lezing
over 'zorg voor met gezin
ISM fpk1 ideaal huishouden»
j6 Gaat wel
naar bed
stout kind'
natuurlijk de bromfiets voor de derde
maal in bruikleen gegeven," vervolgde
de held van Oudesehoot en Vlieland,
die van de winter zijn dertien kleuren
films, die hij onderweg heeft gemaakt,
zal laten zien op personeelsavonden en
in wijkgebouwen. Het is een beschei
den man, die meneer Kroon, en hij is
er bepaald niet op uit om een beroemd
bromfietsman te worden. Met zachte
stem en zonder opsmuk vertelt hij over
zijn reiservaringen. Door de halve we
reld brommen is voor hem een bijna
dagelijkse bezigheid geworden in de
loop der jaren.
„Ze hebben overigens een goedkope
aan mij gehad, want Ik heb niet veel
meer dan duizend gulden uitgegeven".
Uit de zak van zijn geruite colbert
kwam een wat verfrommeld schrift-
blaadje en hij ging verder: „Kijk, hier
heb ik het allemaal op staan. Aan ho
tels, en daar is ook mijn eten bij inbe
grepen, tfieb ik 780 gulden uitgegeven en
aan de bromfiets heb ik voor nog geen
twintig gulden laten repareren. Met
Ergens tussen Luxor en Assoean
was een Egyptenaar zo vriendelijk om
deze prent van de bromridder te ma
ken. Overigensvoor hem een van
de weinig vriendelijke gebaren in
Egypte.
nog wat vlieg-en treinkosten kom ik
aan de twaalfhonderd gulden, 170 gul
den aan benzine inbegrepen".
BRRR
Een tent had meneer Kroon in een
plunjezak bij zich, voor die gevallen,
waarin hij geen kans zag in een hotel
de lange en benige ledematen uit te
strekken. In een bruin fiberkoffertje
had hij de gereedschapjes voor de
brommer gestopt en in een linnen tas
zaten wat nylonhemden en ondergoed.
„Al mijn spullen heb ik onderweg zelf
gewassen in een hotel".
Griekenland, Zuid-Slavië, Italië,
Duitsland en zo weer terug naar Oude
sehoot, even boven Heerenveen. Of
eigenlijk eerst naar Arnhem: „Daar
heb ik nog een paar daagjes gelogeerd
om de brommer schoon te maken".
Weer begon de heer Kroon over
Egypte: „Daar ga ik beslist nooit meer
naar toe, want ze vermoorden je ge
woon. En drinkwater is er niet te krij
gen. Brrr, wat een land!"
Zo, Pieter Adrianus Kroon heeft die
elf weken brommen er opzitten en van
daag is hij weer bezig om zijn huisjes
op Vlieland voor de zomer klaar te ma
ken. Samen met zijn vrouw zit hij weer
rustig aan de ronde tafel in de huis
kamer totdat
„Neen, thuishouden kan ik hem niet",
zuchtte mevrouw Kroon.
'i