En uw IJzeren Voorraad?
ZIJ is scheepsjongen
I KAPPIE EN DE TI-PISCHE BOOT I
TOELICHTING OP DE TOELICHTING
Na een wilde
achtervolging
in koud had
gestopt
Donderdag 22 februari 1962
ZEEUWSCH DAGBLAD
P. W. RUSSEL'S
AGNETA IS NU
ACHTTIEN
VEELZIJDIG ARTIEST IN
STRIJD MET DE WET
Kraaykamp in gips
op het toneel
Duitse pokkenpatiënte
overleden
Aanbestedingen bij
Rij kswaterstaat
Bag. 2
TJOE IS HET met de groene erwten in< uw sloopje? En met het blik koekjes, het noodprivaat
Al en Mensch Erger Je Niet? En ververst u nog elke twee dagen het voorraadje drinkwater?
Oh neen? Nou, da's dan fout.
Het kwam allemaal door die reis
rond de wereld, drie keer bedoel ik,
van overste Glenn. Ik vind het prach
tig hoor, ik vind het geweldig. Niet
dat het voor my hoeft, maar iedereen
zegt, dat ik er niets van begryp en
dat ze dan zeker dik vüftig jaar gele
den tegen de gebroeders Wright die
toen ais eersten gingen vliegen ook
hadden moeten zeggen: Niet doen.
ZE ZIJN ER
Dat acht ik niet hetzelfde, maar goed.
Het piepje in mijn auto krijgt niemand
eruit, maar men kan wel in een ruimte
capsule de aarde rond.
ledereen was er gisteren van onder
steboven en dat vind ik fijn. Ik vond
de zon gisteren ook fijn. Om te weten
dat ie er was hoefde je niet eens naar
boven te kijken. Gewoon recht vooruit
was al voldoende, want de Nederlandse
vrouwen zijn als de zon even schijnt
net crocussen. Ze bloeien op, ze zijn
er weer en ze laten dat merken. Ze
lachen op straat en als ze met z'n
tweeën zijn kun je op een afstand van
zeven huizen al horen, dat de zon schijnt.
WELNIEN
Maar we verliezen iets uit het oog,
mensen, iets uit oktober 1961. Want
die avond toen Peter en Ann ineens
bleven eten heeft u dat blik bruine-
bonensoep opengemaakt en dat mocht
eigenlijk niet. „Vul ik morgen wel aan",
zei iemand met een blik naar de
IJzeren Voorraad, die hoort by „Wen
ken voor de bescherming van uw
gezin en uzelf'. Deed u dat? Weineen.
En die zondagmiddag toen er ineens
een vrachtwagen vol visite kwam en
de kinderen de koekjes op zaterdag
hadden weggewerkt, is dat blik bis
cuits eraan gegaan. Heeft u er een
nieuw voor in de plaats gezet? Wei
neen.
Over de macaroni wil ik het niet
eens hebben, want de laatste keer dat
u macaroni at bleek u net één pak
te weinig te hebben en de IJzeren
Voorraad was er goed voor.
Praat eens met kruideniers. „Extra
verkoop vanwege die voorraad of
aanvulling? Niets van te merken",
zeggen ze dan.
NAAR DE KUIPER
Maar uw Toelichting op de Wenken,
dames. Ik heb die Toelichting gisteren
nog eens tevoorschijn gehaald. Als ik
er ergens iets over zeg begint ieder
een te lachen. „Die IJzeren Voorraad,
ha, ha", zeggen ze dan. Twee mannen
met wie ik gisteren sprak wisten zelfs
niet eens wat met „IJzeren Voorraad"
bedoeld werd.
Het duurde even voor ik de Toe
lichting had, maar zij was er. In de
enveloppe met dat gaatje. Onder de
„zaken die u bepaald nodig hebt"
vond ik ook: „(bereid) voedsel voor
twee dagen". Heeft er ooit iemand
bereid voedsel voor twee dagen klaar
gehad? Ik zou bijna een prijs uitloven
als er iemand zijn vinger durft op
te steken.
Ja, en een noodprivaat, een van
die dingen die men moest aanschaffen.
Geen enkele kuiper heeft extra be
stellingen gehad en de voorraad plas
tic emmers is niet geslonken.
Mensch Erger Je Niet? Want spel
letjes moeten er ook zijn. Zwarte Piet
ook geweldig.
HELEBOEL ZAKKEN
Is uw fles sla-olie verdwenen in
de friturepan? De kaarsen, als de
elektriciteit uitvalt, ja, ja, de kaarsen
DE scheepsjongen van de „Thebe-
land" is gisteren achttien jaar
geworden. Zij droeg een vaal-blauwe
spijkerbroek met daarboven een wat
slobberige trui van dezelfde kleur
en zjj heet Agneta Hansson. Het eer
ste meisje, dat aan boord van een
Zweeds schip werkt als „scheeps
jongen" en zij is nu al bijna zes we
ken van huis.
Om twaalf uur gistermiddag was haar
dienst afgelopen en we vonden mejuf
frouw Hansson in een van de hutten
van de „Thebeland", waar „Matros"
boven staat. Zij had een paar geiten
wollen sokken aan en zat op een bankje
met een grote kartonnen doos met fles
jes bier naast haar. Links van haar was
een tafeltje aan de muur gemonteerd
en daar stonden een stuk of vijf lege
flesjes.
Kantoormeisje
Op het puntje van haar kooi was
nog net een plaatsje voor ons. naast
drie scheepsmannen in kleurige hem
den. „Klopt ja. dat is mijn eerste reis",
zei Agneta Hansson, die werd geboren
in het Zuidzweedse Kristianstad. „Ik
werk samen met veertig mannen en het
bevalt me best. Wat voor werk? De
hutten schoonmaken, schilderen en nog
een heleboel klusjes. Ik loop ook ge
woon de diensten mee; vannacht ben
ik om vier uur begonnen tot zes uur,
toen twee uur rust en weer verder tot
twaalf uur."
Wanneer Agneta Hansson een jurk
in plaats van een spijkerbroek had
gedragen, dan was ze een kantoormeisje
geweest. We bedoelen, ondanks haar
wat uitzonderlijke beroep is er niets
bijzonders aan haar te zien. Net als
duizenden andere meisjes besloot zij
een klein jaar geleden om wat van de
wereld te gaan zien. En een schip leek
haar de aangewezen weg.
Nog vier
„Ik heb vjjf maanden op de zee
vaartschool gezeten", vertelde Agneta
Hansson in vlot Engel», Intussen flesjes
bier uitdelend aan iedere binnenkomer.
„Nou, toen ben ik gewoon gaan mon
steren by de Zweedse Oriënt Lijn en
-#■ Agneta Hansson, de nieuwe
scheepsjongen van het Zweedse
motorschip ThebelandEen leuk
donkerblond meisje en gisteren
vierde zij haar achttiende verjaardag.
ik werd aangenomen, of de kapitein
van de „Thebeland" bezwaar had weet
ik eigenlijk niet, maar hy moest me
wel nemen, want zo hadden zijn bazen
het beslist."
Een kleine zes weken is mejuffrouw
Hansson nu dus aan het varen en zij
heeft een reis langs de havens van de
Middellandse Zee achter de rug. Gis
teren nog even een dagje Rotterdam,
dan Bremen en Hamburg om in Göte-
borg weer aan wal te stappen.
„Voorlopig ben ik nog het eerste
Zweedse meisje, dat als matroos vaart",
vervolgde mejuffrouw Hansson, een
sigaret-met-filter tussen de vingers,
„maar op het ogenblik zitten er nog
vier meisjes op de zeevaartschool in
Zweden. Ja. ik ben afgelopen weken
een paar maal naar de kapper geweest,
want ten slotte ga ik op mijn vrije
avonden uit. Alleen? Neen, met de
mannen van ons schip. Om precies te
zijn: met één man."
Onzin
Ove Svensson <26) heet die uitver
koren man aan boord van de witte,
spiksplinternieuwe „Thebeland" en
toen we zijn mening vroegen over de
„scheepsjongen" draaide hij ons ijlings
zijn geelgehemde rug toe. We hebben
hem niet meer terug gezien.
Een gebaarde jongeman, deze
keer in een rood hemd, haalde op
dezelfde vraag zyn schouders op en
sprak: „Kan me niks schelen". De
tweede stuurman (kakibroek en blauw
wit gestreept truitje) had weer een
ander commentaar: „Dat een vrouw
aan boord van een schip ongeluk
brengt is onzin".
Inmiddels bleef de-hut een trefpunt
van jonge mannen, die bier kwamen
drinken om zich vervolgens weer snel
uit de voeten te maken. En al die tijd
zat mejuffrouw Hansson maar op dat
bankje met de wollen sokken aan,
„Van tijd tot tijd drink ik ook wel
eens een glaasje bier, maar dat kost
geld en zo gek veel verdien ik niet.
Per maand 317 kronen (ongeveer 220
gulden), het gewone salaris van een
scheepsjongen."
die liggen er nog wel. Twee zijn er
tijdens de kerstdagen opgegaan, maar
de rest is er. En die schop en dat
emmertje zand, dat wil ook wel
blijven.
Maar de rest? Ergens in een Fries
dorp is een burgemeester die zegt,
dat we zandzakken voor het huis
moeten leggen; flink opstapelen. Het
is geen gezicht, maar het geeft zo'n
veilig gevoel, schijnt het.
Slimme mensen hebben uitge
rekend dat, wanneer de mensen naar
het voorbeeld van die burgemeester
zouden luisteren, er veel te weinig
zand en zakken te krijgen zijn. Het
kunnen ook papieren zakken zijn,
binnen in huis, zei de burgemeester
toen.
Ja, in Amerika doen ze dat ook,
schuilplaatsen maken en ze zijn er
al druk over bezig geweest of je, als
er gevaar dreigt, je buurman mag
doodschieten, als hij ook in je kelder
wil. Bijzonder fris allemaal, maar dat
piepje zit nog in mijn auto en de
bruinebonensoep is op. Gisteren kreeg
ik van P. C. R. uit Rotterdam zomaar
honderd gulden, in een brief, bij de
portier afgegeven, en tien gulden van
„de Barneveldse huisvrouw". Dat ge
beurde toen overste Glenn door de
ruimte ging.
DIE BAS
Het is soms wat moeilijk te vér-
werken, nietwaar? Het is allemaal zo
betrekkelijk, dat blik soep en de roem
en de confetti die ze nu vast en zeker
naar die Amerikaanse overste gaan
gooien. „Glenn is binnen", hoor je nu
Van onze Amsterdamse redactie
AMSTERDAM. In de zaal van
de Amsterdamse politierechter
had de radio- en televisie-artiest en
cabaretier R. de G. gistermorgen
ongevraagd een „vol huis". De pu
blieke tribune zat flink bezet en op
de banken voor speciale belang
stellenden zaten toevallig tientallen
politiemannen in opleiding, die een
dagje rechtspraak enkelvoudige ka
mer op hun rooster hadden.
Minder toevallig was het dat de po
litie het onderwerp van de zitting uit
maakte, want de verdachte moest te
recht staan omdat hij twee agenten
had beledigd en zich krachtdadig had
verzet toen het tweetal hem in de
kraag wilde nemen.
Hoe was het allemaal gegaan? De
politierechter liet het' heel nuchter de
revue passeren. Vorig jaar december
had de artiest aan de vooravond van
een première zijn spanning in de
glimlachende nevel van een stevig glas
proberen te ontladen. Het zou nog goed
zijn gegaan ware het niet, dat hij zich
plotseling op zijn omzwervingen rond
om het Leidseplein bijzonder had op
gewonden toen twee politiemannen
een bon op de ruit van een verkeerd
geparkeerde auto bevestigden. Die au
to behoorde aan een vriend van de ca
baretier.
De artiest maakte geen geheim van
zijn gevoelens. Aanvankelijk trachtten
de agenten zich nog aan zijn woor
denstroom te onttrekken, maar zij wer
den letterlijk achtervolgd door een se
rie persoonsbepalingen, die beslist in
strijd met de wet waren. Dus werd
De G. aangehouden, maar pas na een
wilde achtervolging, die een hoogtepunt
kreeg op de trap van de artiesten
sociëteit De Kring.
De nian van de lichte kunst had
zich toen reeds helemaal ingeleefd in
een soort judokarol en de gevolgen
daarvan waren niet mis. Van de ene
agent werd het horloge verbrijzeld en
de ander liep een gescheurd oor op.
De artiest zelf werd met een gummi
stok boven het oog geraakt en de
wond was zo ernstig dat hij in het zie
kenhuis moest worden verbonden.
Daar speelde zich het tweede be
drijf van het drama af. Tegelijk met
de artiest werd er een geestesgestoor-
de patiënt binnengebracht. In de ver
warring van het nachtelijke uur wer
den deze mannen verwisseld. Een
dienstdoende arts merkte de vergis
sing pas toen de cabaretier al in een
koud bad was gestopt. Er werden ex
cuses gemaakt, maar hij moest toch
de rest van de nacht in de cel door
brengen.
De officier van justitie wilde het ge
doe in het ziekenhuis wel degelijk in
zijn eis verwerken .Hij vroeg 75 gul
den boete. Daar kon de politierechter
het mee eens zijn.
LEIDEN. Als Johnny Kraaykamp
hedenavond voor het eerst sinds
zijn ziekte in Leiden weer op het to
neel staat, dan zal hij zich nog niet zo
vlot als vroeger kunnen bewegen. Zijn
gebroken been zit nog in het gips.
Kraaykamp heeft desondanks niet wil-
len wachten met optreden. Sedert 1 ok-1
tober van het vorige jaar heeft hij geen
publiek meer gezien en dat vond hij nu
welletjes.
AKEN (DPA). In het ziekenhuis
van Simmerath in het district Mon-
schau is gisteren een 31-jarige vrouw
aan pokken overleden. Dit-is het eer
ste sterfgeval door pokken in dit ge
bied.
Voor de acht andere patiënten die
met pokken in hetzelfde ziekenhuis
zijn opgenomen, bestaat geen onmid
dellijk levensgevaar.
al, want wij denken graag meteen aan
de centjes en zien overste Glenn in
de toekomst op een zacht bed liggen,
baden in champagne nemen en maar
salarissen opstrijken.
Ik weet het niet, misschien is het
zo. Ik heb gisteren een paar kilo
terrier-cake voor Bas gekocht, maar
onze IJzeren Voorraad is niet meer
de moeite van het bekijken waard.
Zo is de mens: wel voor de hond
inslaan, voor de komende weken,
maar die sla-olie en dat blik koekjes
voor in de kelder Och, de kelder
is ook zo vochtig, vindt u niet?
Maar Bas groeit, glanst en is erg
lief. En dat vind ik dan op dit moment
heel belangrijk.
(P.S. Neem me niet kwalijk als
ik erg kortzichtig ben.)
124
Het kleine garnizoen was blijkbaar
niet van plan enige risico te nemen
aangaande degenen die zich op de
weg bevonden.
Toen hoorde hij de zilveren belle
tjes aan het tuig van de leikameel
van een karavaan. De stoet moest
wel uit honderden dieren bestaan,
want de schabrak van de leikameel
stond altijd in rechtstreekse verhou
ding tot de omvang en de rijkdom
van de gehele karavaan. Aangezien
hij zoveel belletjes had gehoord,
was hij voorbereid op de lange trein
statige, beladen dieren, die met hun
uit haar gevlochten touwen kop aan
staart gebonden waren en stil en
majesteitelijk voorttrokken in de
richting van Trebizonde.
De onbeladen ezel, wiens taak het
was, in een gai te vallen, als er een
gat in de weg was, liep als gewoon
lijk voor de karavaan uit. Krijgs
knechten reden op muildieren naast
de kamelen, of gingen te voet. Hier
en daar was een lantaren zichtbaar,
of werden toortsen voor belangrijke
personen uitgedragen, maar gezien
de maan bestond er weinig behoefte
aan kunstmatige verlichting,
Pierre dacht dat de hele karavaan
voorbij was. Maar toen verscheen
een afzonderlijke groep van wel
licht twintig kamelen. Deze stille,
zwijgende achterhoede van de trein
voerde geen enkel licht mee. Hij ver
liet de hoofdweg en sloeg het paad
je in, dat, op enkele passen afstand
vanwaar Pierre zat, naar de cara
vanserai van Baltha Ogli leidde.
Het was onwaarschijnlijk dat de
oosterse kooplieden van Ogli iets zou
den weten omtrent de generaal-comp-
tabele uit Frankrijk. Maar Pierre
achtte het desondanks verstandiger
hen te vermijden. De aanwezigheid
van een Frank, zo dicht bij de khan,
zou de leden van de karavaan, die,
naar uit het ontbreken van alle licht
viel af te leiden, zo min mogelijk
wensten op te vallen, ongetwijfeld
verdacht voorkomen.
Zogauw hij hen de hoofdweg zag
verlaten, had hij zich aan de rand
van het woud in de struiken verbor
gen. Zij passeerden hem op geen
drie meter afstand. Hij was blij dat
ze geen lichten droegen. Twee man
nen te paard leidden de kleine kara
vaan, een tiental anderen, eveneens
bereden en gewapend, volgden.
De twee bereden leiders waren
Turkse gidsen, zoals verwacht mocht
worden. De krijgsknechten waren,
verwonderlijk genoeg, Griekse solda
ten en van hun gesprekken verstond
Pierre natuurlijk geen woord. Maar
zijn oren tuitten van de verbazing
wekkende conversatie der Turkse
gidsen.
„Ogli Pasha behoorde ons te be
vorderen", zei de een. „We hebben
onderweg geen man verloren en
geen asper aan belastingen betaald."
„En we zullen ook verder geen as-
per betalen. Wat zouden de belas
tinggaarders van Trebizonde van
avond graag hier willen zijn. Maar
ik vind wel dat de prins ons hier in
zijn smerige khan een paar behoor
lijke bedden mocht kopen van al dat
geld wat we voor hem verdienen."
De corruptie is uitstekend georga
niseerd, dacht Pierre. Het was hem
volkomen duidelijk dat Ogli, die ju
welen en opium in Frankrijk had
binnengesmokkeld, tevens een khan
had gebouwd op het land dat hij ge
stolen had door een man te doen
martelen, teneinde zijn belastingvrije
koopwaar op te slaan, tot hij hem
weer op de een of andere manier
uit het keizerrijk kon smokkelen.
Pierre was niet verbaasd dat Ogli
iets dergelijks deed, maar het ver
wonderde hem dat hij het durfde.
Alleen een enorm machtig heer. met
vrienden in de omringende heidense
landen en een geweldige invloed in
het keizerrijk, kon een dergelijk pro
ject ontwerpen en uitvoeren. Pierre
vroeg zich af wie het meest verloor
door Oglis gewaagde verduisterin
gen: Karei van Frankrijk of de
machtige Comneni van Trebizonde.
Gezien de grootte van de khan wa
ren het ongetwijfeld de machtige
Comneni.
Hij liep langzaam terug naar het
kasteel en keek omhoog naar de val
brug. Van de karavaan vreesde hij
thans geen gevaar meer. Maar hij
kon nergens anders heen en was
derhalve bereid om terug te keren
naar het kasteel. Het feit dat zijn
gevangenbewaarders hem buiten ge
sloten hadden, deed hem glimlachen.
Hij wist dat hij niet behoefde te roe
pen, want hij was er zeker van dat
ze hem in het licht van de volle
maan aan de kant van de gracht
zagen staan. Misschien zouden de be
vreesde wachters hem binnenlaten,
zodra ze er van overtuigd waren,
dat de karavaan zich veilig in de
khan bevond. Toen hoorde hij paar
den op de weg. heel in de verte nog,
maar in volle ren. De wachten hoor
den ze klaarblijkelijk ook. De brug
begon langzaam te zakken, maar
bleef in een overmaat van voorzich
tigheid te halverwege hangen.
Enkele minuten later galoppeerde
een groepje mannen, wier wapenrus
ting schitterde in het maanlicht, op
afgereden paarden voorbij de khan
en tot voor de poort van het kasteel.
Theodoras hield zijn met schuim be
dekte ros in en sprong op de grond.
Pierre stond op. Zonder enig geluid
daalde de brug tot hij op zijn plaats
lag.
..Wal doet gij hier?" vroeg Theodo
ras argwanend. Pierre antwoordde
onbeschaamd: ..Ik had zin om te
gaan zwemmen."
„Aan het snuffelen geweest bij de
khan?" „Ik heb inderdaad opgemerkt
dat ge bezoek hebt. De khan zit vol
Grieken, heer Theodoras. Grieken
en kamelen."
„Hoe weet ge dat het Grieken
zijn?" „Ik heb ze horen praten. Ik
vroeg me af hoe ik het kasteel bin
nen kon komen. Mijn bewakers zijn
hun gevangene blijkbaar vergeten."
„Uw bewakers vertrouwen op uw
woord. Peter. Ik ben blij dat ge zo
verstandig zijt geweest om de kara
vaan te vermijden, zowel om uwent
wille als die van de familie. We be
moeien ons nooit met de handelsaan
gelegenheden van onze landheer. Het
is Oglis khan. Peter. Ik heb in de
stad gehoord dat hij u zoekt."
„Dat verbaast mij niets."
„En de politie zoekt u ook. Ik ver
onderstel althans dat gij degene zijt
die ze zoeken. Er kunnen onmoge
lijk veel grote, blonde, Turksspre-
kende Franken zijn, die Peter heten.
(Wordt vervolgd.)
DE
TINTELS
DE. TUIN FLEURTAL EEN
BEETJE OP, PAUL- WAT
DENK GE VAM EEN LEUK
TUINFEESTJE?
ERGENS IN DE ZOMER BlJ-
VOORBEELD, ALST LEKKER
WARM IS.' DAN MAAK. IK.
BROODJES KLAAR EN AL-,
LEMAAL LEKKERE DINGEN!,
IK HEB ER ECHT ZIN IN,
SCHAT, WE ZOUDEN IN DE UIT
VERKOOP WAT BLIKJES
v vjwai Duiwo r unc.
ZALM EN ZO KUNNEN KO- zoB
PEN EN EEN KISTJE BIER -
nou, het kan toch
nietgeudk met het
concours Hippique?!
N—y
^iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiuiiiiHiiiiiiiuiiiniittiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiitiiKiKiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiKiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiii^
16. Zuchtend en borrelend strekte de
maat zijn handen uit naar de oever om
zich op te trekken aan het dichte struik
gewas dat daar groeide. Plotseling ech
ter werd hem uit het struweel een ste
vige tak toegestoken, maar toen de
stuurman dankbaar wilde toegrijpen,
werd hij ferm op de vingers getikt.
Met een kreet liet hij los en gleed te
rug, het water in. Op dat ogenblik we
ken de bladeren uiteen en daar stond
generaal Hak-Hau.
„Terug, jij, barbaar!" baste de offi
cier. „Wou jij deserteren, hè? De Legen
darische Ti-Pische boot aan zijn lot over
laten? Maar goed dat ik hier toevallig
juist in de buurt was op inspectiereis!
Denk er om, ik hou jullie in de gaten..!"
„Ik-ik g-ga al..." kreunde de maat ont
daan. „Z-zeg alstublieft n-niets tegen de
r-rerp-schechter, eh, de s-scherprechter!
Ik z-zal het nooit weer doen!"
„Mooi zo!" grinnikte Hak-Hau, terwij]
hij de maat moeilijk zag terugwaden.
..Dat was juist op tijd! Slechts met die
dikkerd in de buurt loopt de Ti-Pische
boot genoeg gevaar. Ik kan de hulp van
die brokkenmaker niet missen!"
MIDDELBURG. Bij Rijkswater
staat werden gistermorgen enige aan-
stedingen gehouden. De laagste in
schrijver bij het verbreden van de
mond van de tramweghaven te Zijpe,
het maken van een houten loopsteiger
en het uitvoeren van bijkomende wer
ken in Bruinisse was de Combina
tie Water werken", Sliedrecht met
263.800. De hoogste was de Fa. P.
Bons, Sliedrecht met 409.820. Voorts
werd aanbesteed het onderhouden van
rijksweg 58, een gedeelte van Br#s-
kens-Sluis met de op en nabij de Veer
haven in Breskens aanwezige verhar
dingen, de rijksweg door Breskens,
rijksweg 58c Draaibrug-Aardenburg-
grens en het Nederlandse gedeelte van
het Kanaal Sluis-Brugge gedurende 1962.
De laagste inschrijvers waren H. H.
Verwey, A. A, en P. W. A. Harerens,
Oostburg met 78.000 en de hoogste
was J. de Oude's Aannemingsbedrijf
N.V.. Biervliet met 112.500.