WAT? - IS RIDI TERUG? Jamaar dan als mevrVan Zandt NIET BIJ HET ZWAARD lAUOËËN Tekort aan mensen bracht bedrijven tot sanering KAPPIE EN DE TI-PISCHE BOOT I P. W. RUSSEL'S NAAR AMERIKA Sparen voor bustocht Geen stroom En maar dansen Ook noq dra. „HET WILDE IS ER EEN BEETJE AF" Bij de berqen 1 illillillUlllilllllllllUWIIIIIIIIIIIIIUU m ■iiiwiniittiiiiwiiiiiiiiii Groot zangconcours in Middelburg Vrijdag 9 februari 1962 ZEEUWSCH DAGBLAD Pag. 2 TVRIEBERGEN. Mevrouw Hendrica-Dina van Zandt-Stol- ■L' ker is terug uit Amerika. Nou, dat is dan fijn, zult u mis schien zeggen en verder gaan met de dingen van de dag. Maar wie in de buurt van Driebergen iets over mevrouw Van Zandt- Stolker zegt, hoort meteen: „Wat? Is Ridi terug? Geweldig. Wat die gepresteerd heeft de laatste jaren dat is nauwelijks te ge loven." Mag ik weten wat dat is, vroeg ik haar gisteren in haar ouderlijk huis. „Nou, gewoon, een paar examens gedaan en ge trouwd." En dat korte antwoord wil ik dan wel graag hier voor u uit elkaar rafelen. Ik moet ergens beginnen, wanneer ik u iets ga vertellen over Ridi Stolker en laat dat zijn in 1954, toen ze de derde klas van de Mulo in Driebergen ach ter zich had. „Eigenlijk kon het niet, maar het ging toch na wat moeite en kórt gezegd: ik ging direct naar de kweekschool in Utrecht. Vier jaar bleef ik er en eind mei 1958 was ik er klaar." Ja, 1 jurvi slaagde Ridi Stolker voor haar examen, 2 juni zat ze al in Amers foort als lerares op een b. 1. o.-school. „Of ik er een paar maanden kon les ge ven, was me al tevoren gevraagd", vertelde ze gisteren en stak een sigaret op. „Het is precies twee maanden geworden, juni en juli dus en 29 juli 1958 ging ik naar Amerika." Weer zo'n zin: „Ik ging naar Amerika." Waarom en hoe ging dat en kon dat maar zo? „Oh, ik was al zeker een jaar bezig met een visum en dat kwam toen. Ik zou de reis maken als oppas van de kinderen van de directeur van de Holland- Amerika Lijn, maar de kinderen kregen mazelen. Oei, dacht ik, dat gaat niet door. Maar ik kreeg toch de kans, want ik kon naar de overkant tegen betaling van studententarief en dat betaalde ik weer met mijn verdiende centjes op die b. 1. o.-school." IDe spaniël in de (kamer zwart en wit kwam kwispelend langszij m'n broekspijp en ik dacht: Wel, en dan kom je daar in Amerika aan en wat dan? „Nou kijk, een zakenvriend' van mijn zusje kwam me afhalen en liet me eerst Ne<w York zien. Meteen beginnen, dacht ik, want zonder geld doe je niets. Ik vond een baantje in een glasfabriek voor 75 dollarcent per uur; ik spaarde en zo kon ik net de bus naar Denver in Colorado betalen, want «daar logeer de ik. Zowel mijn gastheer als zijn vrouw werkten overdag en langzaam aan werd' ik de kinderverzorgster. Ik stopte de vier kinderen in bad, zorgde voor hun eten, enfin, wat er verder allemaal te doen is. En als ze naar school waren, studeerde ik ook, van acht tot vier uur elke dag, aan de University of Colorado. Medicijnen was mijn keus geweest en anderhalf jaar was ik bezig, toen het gebeurde." Een ongeluk, een ongeluk met een fiets. „Ja, ik was een van de weinigen die daar fietsten en zeker In de winter het enige meisje dat het niet te koud vond. Koud, dat was het en er lag 's winters een dik pak sneeuw. Maar ik reed tegen een auto op en met een zwa re hersenschudding ging ik zes weken het ziekenhuis in", aldus Ridi Stolker, die nu dus mevrouw Van Zandt is. Studie opgeven? Weineen, wel gewis seld. want het Nederlandse meisje uit Driebergen had na haar eerste semes ter al een beurs gekegen, voor ander half jaar. Kunstgeschiedenis studeerde ze nu. „In de vakanties was ik oppas voor de kinderen van een hele rijke Ameri kaan. ja. klopt, een miljonair. Drie zomervakanties heb ik dat gedaan. De eerste keer gingen we weg per vlieg tuig. We bezochten bijvoorbeeld Dis neyland. Geld speelde geen rol. De twee volgende vakanties gingen we naar een buitenhuis dat hij had'. Alles automatisch. Je drukte op een knop en uit de muur kwam een oven. Je drukte cup een andere 'knop en er wipte weer iets ergens heen. Zelfs een elek trische ibli'koperanaker. En toen we een dag zonder stroom zaten, hadden we dus niets meer: we konden niet koken en moesten buiten een vuurtje stoken om het vlees te braden en twee en een halve kilometer lopen om 'bij a'e buren een gewone blikopenmaker te halen. Dat is dan weer de andere kant van: alles elektrisch". En houdt het daar mee op? Geens zins. zou men als kreet mogen aan heffen. Want wat Ridi Stolker in de buitenlandse studenten en ja, ze danste. Maar niet gewoon. „Wat, komt u uit Nederland? Dan danst u zeker op klompen?" Neen, Ridi Stolker deed het niet en ze had het nog noott gedaan ook. Maar waar om niet geprobeerd? Van een Ameri kaan leende ze een paar klompen, van een Nederlandse mevrouw die in de buurt woonde een (veel te groot) Vo- lendammer pak. En Ridt danste voor Amerikanen en vertelde er voor de vuist weg folkloristische verhalen bij. Danspassen? Ze had ze nooit geleerd, maar ze improviseerde en die Ameri kanen vonden het geweldig. O ja, en tussen alles door schreef ze links en rechts nog 'vel eens een verhaal dat gepubliceerd werd en ook een gedicht. „Een vriendin beide me op: ze had m'n gedicht in een literair tijdschrift gelezen. Ik was perplex en tussentijd niet deed, ik zou het zo gauw niet weten. In een cafetaria werkte ze om bij te verdienen, ze gaf les aan eerste- en tweedejaars studenten, ze hield le zingen als „buitenlands studente" en intussen maar studeren aan die Uni versity van Claremont, de tweede uni versiteit dus, na Boulder. Ze werd nog secretaresse van een vereniging van Voor het ouderlijk huis in Driebergen stonden ze gisteren: de Amerikaanse dr. Thomas van Zandt en zijn Nederlandse vrouw dra. Ridi van Zandt-Stolker (plust spaniel 113 „Maar ik verdedigde me en een van de mannen en ik vielen naar beneden. Ik weet niet wat er van de mannen geworden is." „Hoeveel waren er?" „Drie, geloof ik." „Hoe is uw naam?" „Peter." „Draagt ge altijd goud bij u?" „In de regel." „Waarom wilden uw landslieden u vermoorden?" .Omdat ze me beroofd hadden, veronderstel ik." „Weet ge, wie ze waren?" „Nee." Sylvester-merkte in het Grieks op. dat Trebizonde altijd wemelde van de Franken. „Het zou makkelijk kun nen gebeuren, dat een onvoorzichtige edelman het slachtoffer werd van zijn eigen gewetenloze landslieden. Maar de Frank is niet bijster spraakzaam, vindt ge wel, heer Theodorus? Misschien is hij nog wat zwak." „Kijk eens naar zijn kleur," ging de aanvoerder voort. „Ik geloof niet dat hij zo ernstig gewond is, als hij voorgeeft. Hij is alleen maar voor zichtiger dan de meeste westerlin gen." Toen vervolgde hij in het Turks: „Ge zijt ernstig gewond, Effendi. Ik geloof niet dat ge alleen de rit naar de stad zult kunnen doorstaan." „Ik geloof van wel." „Neen, ik wil uw dood niet op mijn geweten hebben. Misschien zijn uw aanvallers nog in de buurt. Uw won den hebben verzorging nodig. Over een dag of twee, als ge wat beter zijt zal ik u terugzenden. Is er iemand in Trebizonde die ik bericht kan zen den, dat ge veilig zijt en in vertrouw de handen?" „Stuur dan bericht aan Jan Justin, als ge wilt, de kapitein van het schip van de Franse koning, de Sainte- Eulalie. Hij zit op het ogenblik waarschijnlijk op mij te wachten in de Ster van het Oosten. Hij valt ge makkelijk te herkennen; hij draagt de witte tuniek en de zilveren kraag van zijn orde." „Juist," zei de aanvoerder pein zend. „Ik zal de naam onthouden." Maar niemand verliet het kleine groepje om een boodschap naar heer Jan te brengen. Indien de aanvoerder zich dan zo bezorgd maakte over Pierres ge zondheid, toonde hij dat wel op een wonderlijke manier. Pierre was ge dwongen tot het aanbreken van de dag een der pakdieren te berijden, schrijlings gezeten op een halfvolle kameelzak, volledig omringd door de krijgsknechten, wier oplettendheid j§mt IjckmMvtL. voorkwam dat hij van zijn rijdier viel en eveneens dat hij naar Trebi zonde terugkeerde, als hij dat had willen proberen. Zij verlieten de karavaanweg en volgden een weinig gebruikt ezelpaad je door een wild, uitgesleten terrein. Pierre was afgestompt van ver moeidheid. Van tijd tot tijd hield een der mannen de brandewijnfles aan zijn mond. De drank verdoofde zijn pijn en benevelde zijn brein. Onder hem liep hortend een muil dier. Het liep daar sinds het ont staan der wereld en het zou daar lopen, wist hij, tot de wereld ver ging. Toen het lichter werd, begon het landschap een vreugdiger, vrucht baarder karakter te 'vertonen. Het ezelpaadje liet de woeste rotsen en ravijnen achter zich en liep uit op een brede vlakte, hier en daar be- boomd, waarachter de eindeloze bergketens van de Kaukasus rezen. Dicht daarbij stond op een kleine verhevenheid, vlak bij een weg die zich in zuidelijke richting uitstrekte tot in de oneindigheid, een klein, oud kasteel met een nieuwer ge bouw in de geest van een oosterse caravanserai op betrekkelijk geringe afstand. Een bron tussen het kas teel en de stenen schuilplaats was ommuurd om als waterreservoir te dienen en de overlaat vormde een klein stenig beekje, dat de slot gracht voedde. Een deel der kantelen lag in puin en de buitenmuren vertoonden talrij ke scheuren, ten gevolge van lang durige verwaarlozing en de vele aardbevingen in Trebizonde. Het kasteel was donker en de brug over de gracht was omhoog. Philelphus, graaf van Mesembrië, de kasteelheer, had scherper ogen dan enig lid van zijn kleine staf perso neel. Hij stond altijd op bij het krie ken van de dag, om er zich van te overtuigen dat hij de zon nog kon zien. De wereld was in somber grijs gehuid voor de halfblinde, ouderwor- dende man, een wereld vol schich tige, kleurloze, vaag omlijnde ge-' daanten en ten gevolge daarvan was zijn gehoor veel scherper geworden. Wanneer hij, zoals vandaag, be merkte dat de dag ook voor hem nog licht bracht, knielde hij neer en dankte God daarvoor. Hij riep zijn hofmeester met de woorden: „Mijn zoon is er", en zond hem naar de slotpoort om de wach ten te zeggen dat zij de burg neer moesten laten. De graaf was altijd een tengere man geweest, zoals een groot deel van de oude Pontische aristocraten, maar het feit dat hij bijna blind was, dwong hem tot nietsdoen. Zijn lichaam was in de laatste jaren zwaar geworden. Zijn haar, verborgen onder een Phrygi- sche muts, liet hij maanden achter een niet knippen. Zijn baard was .lang en met grijs doorschoten. Ge duld en zelfbeheersing hadden zijn gezicht een onbewogen uitdrukking gegeven. Er was in zijn goedmoedi ge, patriarchale uiterlijk niets meer wat herinnerde aan zijn moedige en zeer onfortuinlijke wapenfeiten die bijna de rijkdom van de oude gra ven van Mesembrië hersteld hadden. Hij wachtte ongeduldig op zijn zoon. Aangezien zich op het kasteel geen chirurgijn bevond, werden Pierres wonden niet dichtgebrand. Hij werd in dekens gewikkeld en in een schoon bed gelegd, waar hij, rillend en ijlend, maar moest zien dat hij beter werd. De ruwe wapenknecht die hem in het begin onderzocht had en gezegd dat hij in leven zou blij ven. erkende bij de behandeling van zieken twee kardinale regels. Won den werden uitgewassen met water, aangelengd met brandewijn en ver volgens verbonden. Koortslijders moesten vasten en kregen met kor te tussenpozen water in de mond ge goten. Wordt vervolgd.) ik kreeg er nog 35 dollar voor ook". Bijna was ik het vergeten, maar be halve het kunstgeschiedenis studeren deed Ridi Stolker ook een gooi in de richting van de talen Spaans, Itali aans en Grieks. Die cafetaria waar ze een tijdje werk te, daar kwam op een dag een jonge man binnen. Tom van Zandt heette hij, een rasechte Amerikaan, met auto. „Wagen lenen? Waarom niet, dan kom je gemakkelijker in Claremont". Het gebeurde en van kennismaking werd het vriendschap. Maar Tom van Zandt die helemaal voluit dr. Tho mas Edward van Zandt, doctor in de fysica is moest en moet veel weg voor congressen. Naar Nieuw Zeeland bijvoorbeeld, over drie maanden; naar Japan, het volgend jaar; naar Peru, binnenkort. Dat stond verder een huwelijk met het Nederlandse meisje uit Drieber gen niet in de weg. Oh, wacht u even, ik heb nog iets overgeslagen. Want Ridi Stolker was intussen of 'het. zo langs neus en lippen ging doctoranda in de kunstgeschiedenis geworden. Niet zomaar, met aardige cijfers: neen, „summa cum laude", ofte wel: heter kan het niet. Dra. Ridi Stolker dus en dr. Tom van Zandt, dat waren de „partijen". Wel, ze zijn getrouwd, de vorige maand, de negentiende januari. „Door dominee Holladay, die er 1800 kilome ter voor reed in zijn auto van Chicago naar Boulder", vertelde me gistermid- ■#- Toen deze foto werd gemaakt teas ze nog alleen maar Ridi Stolker uit JSeder- land: oppas van rijke) Amerikaanse kinderen. Echt zoyn jongetje om heel hard „Ivanhoe!" te roepenals u het mij vraagt. dag mevrouw Ridi van Zandt, die nu 23 jaar is. „Hij heeft er een paar dagen over gedaan natuurlijk, met zijn hele gezin, in zijn vólkswagenbusje. Onder weg ging de verwarming kapot en er kwamen alle mogelijke uitlaatgassen naar binnen. Omdat het gevaarlijk was, ook voor de kinderen, hebben ze de raampjes open gezet, bij een tempera tuur van 25 graden Celsius onder nul en door de sneeuw. Fantastisch, om dat er voor over te hebben". „Na ons trouwen gingen we eerst naar Miami. Heerlijk, van de sneeuw naar het strand, in de warme zon en 27 januari kwamen we hier bij mijn moeder in Driebergen". En nu? Wel, nu zit het verblijf in Nederland er al weer bijna op, want maandag vliegen de doctor en de doc toranda weer terug naar Amerika. „Mijn man moet eerst nog naar een congres en half februari zijn we thuis, in Boulder, 35 km ten noorden van Denver, aan de voet van de bergen. Kijk, dit is ons huis", zei de jonge mevrouw Van Zandt en liet me kleu rendia's zien. Dan gaat dr. Van Zandt die 32 jaar is weer les geven aan de Uni versity en de kans is groot, dat zijn vrouw hetzelfde gaat doen. „Maar elk jaar zo ongeveer moet mijn man wel eens in Europa zijn en dan hoop ik eens mee te kunnen", be sloot mevrouw Van Zandt. Ik mag wel zeggen, dat de fotograaf en ik op de terugweg ons petje (diep) hebben afgenomen voor de prestaties van Ridi Stolker uit Driebergen, die nu mevrouw dra. Van Zandt is. Van onze economische redactie ROTTERDAM. Handel en indus trie in Rotterdam hebben zich ver zoend met de krappe arbeidsmarkt. Zij zijn er langzaam maar zeker toe overgegaan het eigen bedrijf te sane ren. Door rationalisatie weet men nu zelfs reeds op werkkrachten te spa ren. Dat leidt er toe dat er van werkgeverskant wat meer aanvragen voor ontslagvergunningen komen. Maar de situatie op sociaal-economisch gebied in Rotterdam is overigens nog altijd stabiel. Dit blijkt uit een verklaring die gisteren de directeur van het gewes telijk arbeidsbureau in Rotterdam, mr. A. P. M. van Riel, heeft afge legd. De heer Van Riel nijemde dit „een belangrijke psychologische ver andering." Een paar maanden gele den sprak men algemeen nog slechts van het tekort aan werkkrachten. Nu hebben handel en industrie zich daar mee verzoend. Daardoor kon de voort durend stijgende behoefte aan arbei ders worden afgeremd. Minder groei In kringen van het bedrijfsleven zelf noemt men dit „een proces van aanpassing". De krappe arbeidsmarkt noopte nu eenmaal tot een sane ringsproces. Daarbij verheelt men niet dat ondanks een aanhoudende hoogconjunctuur zich hier en daar verschijnselen voordoen die wijzen op een verminderende economische groei Dit alles heeft er ook toe geleid dat het bedrijfsleven kieskeuriger is geworden, waar hot het aannemen van arbeiders betreft. Ook de werk nemers zelf. zo heeft de heer Van Riel nog meegedeeld, kijken beter uit. Bij ondernemers en arbeiders in Rotterdam is het wilde er dan ook In Toulouse wordt van 8 tot 13 oktober het negende internationale zangconcoura gehouden. een beetje af: men pakt niet meer het eerste het beste karwei aan, men neemt niet meer werkkrachten in dienst van wie men niet weet of ze ook morgen nog zullen komen. Nog altijd hebben oudere werk krachten in de administratieve en commerciële sector een zekere moei te om een werkkring te vinden, waar ze een salaris krijgen dat ze „pas send" vinden. De heer Van Riel heeft van deze groep gezegd: Deze men sen mogen echter niet vergeten dat zij juist carrière in een bedrijf moe ten maken. Een oudere boekhouder is een goede beloning waard, niet om zijn boekhoudkundige kennis, maar om zijn kennis van het bedrijf, de klantenkring en dergelijke. In een an der bedrijf is hij alleen maar een boekhouder". DE TINTELS fü door Jack Dunkley 741 O MENEER VAN DALEN WAT AARDIG VAN U L ZIJN n—. praaaaaacmtiö; PAUL KIJK.' ES, WEB IK VAN TED VAM DALEN GEKREGEN. HEEFT (E ZELF IN ZIJN TUINTJE GEKWEEKT PHOE I HOE BED0EL0e-PH0E'5GE6P did ME SOMS OOIT bloemen? nee-oio N/et.'maar andere mensen wel,alsoedat maar weet.' vrijgezel— JAN OGAL LOG ISCM1 ANDERS WAREN ZE, OOK. GETROUWD,' |lilllllll>lllllllillllllMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII!lllllllllllllllllll||)llllllll||||||||||(|||ll|l||||||||||||ll||||||||||||||||||||||l||||||»||||||H|||||||||||||||||||l||HII|ll||l1||||l|||||E 5. Somber gestemd volgden Kappie en de maat generaal Hak-Hau naar het pa leis van vorst Ti-Pisch de Slimme. Daar bij passeerden zij enkele opvallende tuinbeelden, die de maat hevig deden schrikken. „D-draken stotterde hij. „Z-zouden ze b-bijten Of nee., ze s-spuwen vuur, geloof ik! Nog erger! L-laten we omdraaien, K-Kappie .Klont." gromde Kappie. „Zie je niet dat die beesten van steen zijn? Als je je daardoor al uit de koers laat slaan, wat moet dat dan dadelijk worden' als we voor die vorst staan? Wie weet ja. wat ons nog voor gehaaids boven het hoofd hangt! En Hij brak af, toen hij bemerkte wat hen bij de ingang van het paleis reeds boven het hoofd hing. Paleiswachters hieven grote kromzwaarden op, om hen te laten doorgaan, maar achter hun rug vielen de wapens met een suizend ge luid neer. „Ooo.." piepte de maat. „Z-ze heb ben de t-terugweg afges-sneden!" „Dat is ja fraai!" mompelde Kappie. „Zeg, meneer Hak-Hau! Wat heeft dit te. betekenen?!" De generaal gaf geen antwoord. Glim lachend en buigend naderde hij een trot se gestalte, die zich aan het eind van de zaal ophield. „Ziehier, o Slimme," lispelde hij, op de zeelieden wijzend. „Het lot zond ons enkele barbaren, die zich geheel vrij willig willen wijden aan uw eervolle op dracht. MIDDELBURG. De Zeeuwse zan- gersbond ,,Zang veredelt" organiseert op zaterdag 7 april a.s. een groot con cours waaraan deelgenomen kan wor den in de derde, tweede en eerste afde lingen uitmuntendheid en de ere-afde- ling. Men kan uitkomen als solist, duo, dubbel duo, trio, dubbel trio, kwartet en dubbel-kwartet. Het evenement, dat in Middelburg zal plaats vinden, gaat uit van de Federatie van Nederlandse Zan gersbonden. Aanleg straten gegund BERGEN OP ZOOM. B. en W. van Bergen op Zoom hebben aan de firma W. van Vossen uit Sint Annaland het aanleggen van diverse straten en wegen in Bergen op Zoom-Oost gegund. De firma had hiervoor ingeschreven voor f 133.460. De raming bedroeg 116.500. Zaterdagavond om half acht organi seert de Hervormde Jeugdraad in Goes in „De Prins van Oranje" een cabaret avond met als titel „Een avondje uit". Dit programma wordt gebracht door de cabaretgroep „De Hoepel" uit Terneu- zen, bestaande uit 16 jongeren o.l.v. Henk Kramer. Aan deze avond zal ook de band „The Queries" met zang van Anneke Leemeyer meewerken.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1962 | | pagina 2