„CHA-CHA-CHA ZEGT CHARRO, „ZE BEWEGEN" DE NATUUR KAPPIE EN DE VERTRAAGDE MASSA I Een tientje .of drie stuivers per week Phet toestel hoe wat ze'^W nu mr welk - -1 Woensdag 29 november 1961 ZEEUWSCH DAGBLAD Pag. 2 Zware straffen voor bromfietsdieven in en om uw huis De opzienbarende experimenten van student Tijloos KAMPEERTERREIN MET GEYSERS Axelsestraat nadert voltooiing tk HEB BEWONDERING voor senor Charro Pampa, een Argen tijns artiest van 42 jaar, de sombrero op het hoofd, de veel kleurige doek losjes om de schouders gedrapeerd en de vingers van beide handen knippend in de maat van de Zuidamerikaanse muziek. Ik heb ook bewondering voor senor Raul Laporte, een felle Argen tijn met pikzwarte geplakte haren, lange bakkebaarden, een snor een keurig pochet in een keurig kostuum. De oplossing? Beiden zijn samen één, want Charro Pampa is de artiestennaam van Raul Laporte. Vermoeiend „Ze bewegen!" FLITS GORDON in het heelal Dan Barry MET" HET KLOPPEND WART) TEC EN WOORD IQ T/A' N HUISSLEUTEL VERGETEN- ll WEC-/ AL NIET STELEN JhOE KOM IK BINNEN MET a hs—v rlCW TOESTEL NEE,IK HEB ZIJN GEZICHT NIET 6EZIEN r KIJK EENS- OF U HIER L IET5 MI5T DAMPENDESA- U MOWAR/ögSN RUIMTEPAK..GEEM ZUURSTOPHELM/ WATVALT eRTCKIJ NOS NOOIT EEN GRAF GEZIEN? i DOORLOPEN, BE/.' ZIE JIJ DAT OOK?,-jP gOMS zijn er dingen die op vallen en die ik dan niet goed begrijp. Ik zou ze voor me kunnen houden, maar ik wil dan graag weten of anderen hetzelfde „probleem" kennen en hoe zij erover denken. Zakgeld. Het woord is eruit. Ik meen te weten, dat er in opvoed kundige boeken hele hoofdstukken aan gewijd zijn. Ik heb die hoofd stukken zelfs wel eens gelezen in sen boek van de Amerikaanse meneer Arnold Arnold. (Neen, neen, dat is geen fout, die man heet zo.) Maar in Amerika liggen de zaken wellicht niet zo als hier, meen ik dan En waar het me om gaat vandaag is dit: er zijn meisjes van tien jaar die een gulden en soms een rijksdaalder per week zakgeld krijgen. Ik hoor dat van mijn doch ter en ik tracht haar dan uit te leggen, dat ik dit een belachelijk hoog bedrag vind. Ik doe mijn best haar duidelijk te maken, dat voor elke gulden eerst nog eens een keer gewerkt moet worden, dat het geld niet voor het opscheppen ligt en meer van die verhalen. Ze knikt dan, maar ik hoor haar denken: „Kan wel zijn, maar die ander krijgt toch lekker elke week een gulden". EEN TIENTJE WAT moet men doen met een meisje van tien jaar dat per week een gulden zakgeld krijgt wanneer ze zestien is? Moet het dan een tientje zijn? Ik sprak gisteren een man die twee grotere zonen heeft. Een van elf en een van zestien. „O ja, klopt", zei hij. „Vrienden van mijn zestien jarige zoon krijgen per week rustig twee of drie rijksdaalders." Ik weet het niet meer, maar ik blijf het een zwaar overtrokken be drag vinden. Dat vond de man die ik sprak ook. Dat is het juist: in iedereen me* wie ik over zakgeld voor kinderen spreek tref ik men sen die er net zo over denken als ik. Maar waar zijn dan die ouders die de guldens, rijksdaalders en tientjes elke week aan hun kinde ren geven? Waarom doen ze dat? Omdat alles zo duur is, tegenwoor dig? Ik zou dat zo graag eens horen. Goed, goed, die stuiver van vroe ger is wat uit de mode. Maar als we daar nu eens drie keer een stuiver van maakten. Ik weet niet hoe u er over denkt, maar ik vind vijftien cent voor een klein kind en de kinderen krijgen toch echt genoeg als ik zo om me heen kijk vol doende. Vindt u dat ook of vindt u dat helemaal niet. Dat zou ik nu eens zo graag weten. OP MAANDAG SLAPEN ZE DAN heb ik nog iets en dat kan misschien tegelijk. Op een ouder avond hoor ik van een onderwijzeres: „Op maandagochtend hoef ik de kinderen niets nieuws te leren, want ze slapen half. Ze zijn op zondagavond te laat naar bed ge gaan, vanwege het tv-k{jken. Ik kan er in de klas zo de kinderen uit halen van wie de ouders thuis tele visie hebben." Ook geen nieuwe zaak, dat „wel of niet naar de tv kijken van kin deren", maar wel nog altijd een hoogst actueel onderwerp. De onderwijzeres die ik bedoel geeft les in de vijfde klas van een lagere school. Het gaat dus om kin deren die nog geen twaalf jaar zijn. Die zouden dus op zondagavond naar het tv-scherm kijken tot een uur of tien of later. „En als je zegt „Neen" krijg je een hoop kabaal en zeggen ze dat de vriendjes het ook mogen", vertellen ouders. Is dat zo? Heeft iedereen zo'n last met zijn kinderen en zijn tv? Ik vind dat hoogst interessant, want alweer zeg ik: Ik begrijp het niet best; kinderen die nog zo jong zijn vormen naar mijn mening geen enkel probleem. Maar daar zit ik dan dus blijk baar naast. Of niet? Eigen nieuwsdienst AMSTERDAM. Een bende van vijf man heeft in de afgelopen tijd enkele honderden bromfietsen in Amsterdam gestolen om ze in Utrecht en Heino te verkopen. Drie van hen stonden gisteren voor de Amsterdamse rechtbank. De twee anderen waren reeds veroordeeld tot gevangenisstraffen van negen maan den voor de 27-jarige kelner C.V., en acht maanden voor de 23-jarige monteur F. J. B. De dertigjarige Amsterdamse autoslo per F. C. de G. werd gisteren veroor deeld tot twee jaar met aftrek. De 32- jarige timmerman W. J. M. en de 47- jarige zeeman C. F. S., beiden uit Am sterdam, kregen respectievelijk een jaar en negen maanden, met aftrek en vijf maanden met aftrek, waarvan vier voorwaardelijk. Het ging in deze zaak slechts om de diefstal en heling van vijftien bromfiet sen. De officier van justitie zag in de autosloper het brein van de bende. De 57-jarige wielrijder P. J. W. van der Toorn uit Den Haag is gisteren bij een verkeersongeluk op een kruispunt in Den Haag om het leven gekomen. Hij werd door een stadsbus aangereden, toen hij die geen voorrang gaf. De gouden regen kan men ook als een kleine boom beschouwen; ze kunnen echter ook in struikvorm gekweekt worden; in beide gevallen en vooral in struikvorm moet u er rekening mee hou den dat ze nogal breed uitgroeien en dat ze dus wel op een onderlinge afstand van drie meter gezet mogen worden. Ze kunnen heel rijk bloeien en vooral een kleine boom zal in een niet te kleine tuin prima tot zijn recht komen. 54 „Er is geen wond", zei hij, „en ik voel ook geen fractuur. Het oog zal wel een mooi blauw oog worden. Het zou natuurlijk geen kwaad kunnen, als Nicol meteen eens naar hem keek." „Neem hem dan ook mee", zei de waard. Maar zijn dochter zei: „Waarom zouden we hem niet hier houden, va der? De andere is ernstig gewond. De zieke oude chirurgijn zal voor hem al zijn tijd en aandacht nodig hebben. We kunnen toch zelf wel iemand verplegen die een blauw oog en een buil op zijn hoofd heeft?" „Je hebt natuurlijk gelijk, dochter, maar de heren moeten zelf beslis sen." „Er zit wel wat in, in wat dat meisje zegt", gaf Charles toe. „Nicol de Chirurgijn zal het niet prettig vinden als hij midden in de nacht zoveel patiënten krijgt." „Die ene zal hij niet wegsturen", zei de schenker. „Dat heeft hij zelf gezegd." „Houd Pierre dan hier, Blinde Jantje", besloot William. „Ongetwij feld kan je dochter evenveel voor hem doen als Nicol de Chirurgijn." Anne zei dat ze dat ook wel dacht. „En kijk eens hier", zei William terwijl hij de beurs van zijn gordel losmaakte. „Het spijt me, dat ik hier zo'n tu mult teweeg heb gebracht. Breng Pierre voor het avondmaal geen stuiver in rekening. Denk er aan, dat ik zal navragen of je je eraan gehou den hebt." „Hij is mijn gewaardeerde gast, edele heer", antwoordde Blinde Jan tje. Hij ving de zware beurs in de vlucht. „Ik zal hem geen stuiver in re kening brengen, daar kunt u op ver trouwen." Toen Pierre wakker werd, begon hij het lichaam naast hem onmiddel lijk te stompen, in de overtuiging dat hij nog zijn oude tegenstander voor had. Maar het lichaam sprak met de stem van een vrouw. „Wees toch stil, grote lummel! Je zult mijn vader nog wakker maken!" Luidkeels riep Pierre: „Wie is je vader dan, voor de duivel en wie ben jij, vrouw?" Verschrikt en vol komen in de war ging hij rechtop zitten. „Sttt! Ik ben Anne uit de Her berg." „O, nu herinner ik me.." „Je hebt die man haast gedood, Pierre. Als mijn vader je niet bewus teloos had geslagen, zou je het ge daan hebben." Pierre voelde nu zijn eigen ge kneusde lichaam, de buil op zijn hoofd en zijn gezwollen oog. „Ik hoop dat het donker is m de kamer", zei hij. „Want als dat niet het geval is, ben ik blind." „Het is nog donker, Pierre. Maar het loopt tegen zonsopgang, denk ik." „Mijn hoofd bonst", zei hij, „en mijn oog doet pijn, en ik heb een afschuwelijke dorst." „Natuurlijk. Dat wist ik wel van tevoren. Probeer hier maar een beet je van te drinken." Hij voelde de koele rand van een beker tegen zijn lippen. Het was de groenige wijn en hij smaakte heerlijk. Hij dronk de beker tot de bodem toe leeg. „Nu zul je je wel prettiger voelen", zei ze. Pierre liet zich achterover zakken op het bed. De wijn maakte hem draaierig, maar verdreef tevens de pijn en bracht zijn geheugen terug. „Ik schijn al mijn kleren kwijt te zijn geraakt," zei hij rustig, zonder een zweem van uitdrukking in zijn stem. „Natuurlijk. Vader heeft je zelf uitgekleed. Hij was bang dat je mis schien op je lichaam ook nog wonden zou hebben. Eén stervende was wel genoeg." „Wat is er met James Barrow ge beurd?" Nicol de Chrurgijn behandelt hem." „Wie heeft het gelag betaald?" „Lord Strange. Vader zag dat je een geldgordel droeg en als je bij je volle verstand was, zou je mer ken dat je die nog aan hebt. Er is geen stuiver uitgehaald." „Ja, nu voel ik het. Je bent waar schijnlijk inderdaad Anne uit de Her berg." „Hoe kan ik je overtuigen?" Pierre zweeg, een beetje be schaamd over het antwoord dat zich onmiddellijk in zijn gedachten ge vormd had. „Ik geloof dat ik je gedachten kan raden, Pierre. Misschien is het niet erg belangrijk, maar ik wil je toch maar vertellen dat de praatjes die je over me gehoord hebt, ongegrond zijn." Pierre voelde zich onhandig en on behaaglijk en was blij toen ze voort ging: „Pierre ik heb me nooit ge roepen gevoeld om me tegen roddel tongen te verdedigen en ik heb ook nooit enig verlangen gekoesterd eh mijn reputatie te verdienen." In het donker zag Pierre niet de glimlach, waarmee ze er aan toe voegde: „Tot vannacht... Pierre." Toen de koude, late ochtendsche mering de kamer binnendrong, zag pierre dat het inderdaad Anne was. „Ik moet nu terug naar mijn ka mer". zei Anne. „Vader zou ons al lebei doodslaan als hij ons samen vond en onze lijken in de Seine gooi en. Er is een tunnel in de kelder die naar de rivier loopt, weet je." „Dat dacht ik wel." „Doe je geldgordel weer aan, Piep re." Pierre deed wat hem gezegd was. Zijn hoofd begon weer pijn te doen, en zijn oog brandde. Hij droomde dat hij door een lange vochtige tunnel onder de rivier liep; de tunnel was geplavied met grafzerken, die alle maal de naam Anne droegen. Maar desondanks liep zij de hele weg hand in hand met hem, net als Louise de la Tour-Clermonr en, zonderling ge noeg, haar spichtige zusje, Claire. Nicol de Chirurgijn sliep de lichte slaap die oude mensen slapen. Hij hoorde de paarden en zijn ogen wa ren reeds open toen zijn knecht op de tenen zijn kamer binnenkwam, zijn keel schraapte en zich gereed maakte de aankomst van een ge wonde patiënt aan te kondigen. „Cha-cha-cha", en seiior Charro Pampa haalde er gistermiddag in het Rotterdamse Zuiderziekenhuis een van de herstellende patiëntjes uit om met hem mee te dansen. Een snor, witte tanden en een fel Argentijns lied Charro Pampa was op zijn best. 's Avonds zingt hij om den brode, maar gistermiddag voor zieke mensen, vanwege een belofte aan zijn moeder gedaan, zeventien jaar geleden. Een jarige was er gisteren onder de jeugdige bevolking van het Zui derziekenhuis en de oud-student in de medicijnen Charro Pampa had hem snel in de gaten. Hij kreeg de hoed van de Argentijn op en er werd extra voor hem gezongen. LATEN WE ZE NIET ONZE BMRD KRABBEN. ~"1lllllllllllllllllll1lllllllllll!lllllllllllllllllllllltllllllllllMIIII1IIIIIIIMIIIMIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIllllltllllllllli!I!lllttllllllllMllllllllllllll1IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIlIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIllllllIIIIIIIIIIIIIIIIIllllll!lll[llllf!lllIJ AXEL. Meer en meer begint bij de kampeerders het Axelse kampeer terrein in het aangeplante bos bekend heid te genieten. In de aanwezige was- lokaliteiten zal door middel van twee geysers warm-waterleiding worden aangebracht. De kampeerder werpe een kwartje in de geyser-automaat en warm water is zijn deel. Verwacht wordt dat vele kampeerders hiervan gebruik zullen maken. Deze voorziening zal een bedrag van ongeveer 1300 eisen. 5' Kappie's gevoel van triomf sloeg om in kommer, toen hij zijn mannen weerloos op het dek van de Kraak zag staan, omgeven door de woedende mannen van Kruitmeister. „Zo licht laat Kruitmeister zich niet vangen!" rolde de stem van de spion over het water. „Wij hebben ja nog gijzelaars!!" „Sakkers ja, dat is waar.." zuchtte Kappie. „Wat nou?" De spion verschafte het antwoord. Hij gaf zijn mannen een teken en nu werden de maat, de meester en Okki naar de voorplecht gedreven, tot het uiterste randje van de boeg. „Hij w-wil ons b-boegspriet laten lo pen..!" snerpte de stem van de maat. „Precies!" grijnsde Kruitmeister. „Tenminste., als der Kapitein niet on middellijk omdraait!" Kappie wilde iets zeggen, maar zijn keel was dik van bezorgdheid om het lot van zijn mannen. Besluiteloos keek hij van hen naar de kust, die nu vlak bij was. „Mag ik het leven van mijn jongens wel in de waagschaal stellen?" vroeg hij zich af. „Van de andere kant... Het is maar een kwestie van seconden en ik zit midden in de haven..." TERNEUZEN. Wekenlang is met vereende krachten gewerkt aan de ver betering en omlegging van de Terneu- zense „Axelse straat", die nu de vol tooiing nadert. Een laatste fase was de asfaltering van het wegdek, nadat deze met de „slakkenrand" gelijk was ge maakt. Ook de Terneuzense Invalsweg wordt met asfalt bij het uitstrijken een temperatuur van 110-120 graden Cel- sius overdekt. Het verhaal van senor Charro Pampa is eigenlijk helemaal geen in gewikkeld verhaal. Hy is artiest, hy reist, hy zingt. In alle landen ter wereld waar hy een contract kan kry- gen. In zalen en in nachtclubs, voor radio en voor televisie. In Egypte en in Frankryk, in Denemarken en in Engeland. Gisteren: in Rotterdam. Ik weet niet of het prettig is avond aan avond voor mensen Zuidameri kaanse en Spaanse liedjes te zingen. Ik weet niet of het leuk is telkens op nieuw met vuur een cha-cha-cha uit de keel te laten horen, met een opge wekt gezicht en in een hard tempo. Het lijkt me wel bijzonder vermoeiend. En wanneer de man die dat doet dan 's middags, wanneer andere beroeps artiesten uitrusten, sla,pen, thee drin ken of wat boodschappen doen, op nieuw gaat zingen zonder daarvoor honorarium te krijgen, dan valt dat al op.Wanneer hij dat zingen speciaal doet voor ouden van dagen en voor zie ke kinderen, gewoon, om ze een paar uurtjes plezier te bezorgen, dan zeg ik: daar heb ik bewondering voor. Charro Pampa doet dat, Hjj doet dat al zeventien jaar. „Mi madre", zei hij in het Spaans, de enige taal die hjj spreekt. En Charro Pampa ging verder: „Het was deze week maandag precies zeventien jaar geleden dat mijn moeder stierf. Ik was toen 25 jaar en op haar sterfbed heb ik mijn moeder beloofd in mijn leven zoveel mogelijk te zingen voor zieke en oude mensen; om ze een plezier te doen, om ze wat afleiding te bezorgen, om ze wat op te vrolijken. Daarom doe ik het. Mi Madre." Het was beslist niet de bedoeling, dat Charro Pampa zanger zou worden. Me dicijnen studeren, arts worden en zich vestigen als specialist, dat waren de plannen van de familie Laporte. Zo is het begin dan ook geweest. De lagere school, de hogere school, de uni versiteit en Raul Laporte was medisch student, mét een beurs. Hij zong eens als student voor poliopatiëntjes. „Kijk", riep Charro Pampa enthousiast, „ze bewegen! Ze bewegen hun beentjes en hun armen op het ritme van de muziek." Dat was voor hem het teken. Hij deed het meer, de Argentijnse student. Hij zong voor kleine en voor grote zaaltjes, maar steeds met kinderen die de strijd tegen de verlamming hadden aange bonden. Steeds enthousiaster werd hij, steeds meer zong hijsteeds min der studeerde hij. En toen kreeg hij een andere pro fessor en die had weer andere kandi daten voor een beurs. Beurs weg dus en student Laporte werd student-af. Zo is Raul Laporte Charro Pampa gewor den, de artiest, de zanger van Zuidame rikaanse muziek. „Het is niet moeilijk", zei hij. „Als je nu toch een keer kunt zingen en je weet, dat je daarmee plezier bij een ziek mens kunt brengen, dan doe je dat toch." Jawel, zo eenvoudig gezegd. Maar Charro Pampa krijgt een zaaltje mee. H(j krijgt de kinderen aan het klappen en de volwassenen aan het meezingen. Hij kruipt tussen zieken en herstellen den door, moedigt ze aan, brengt hen zijn Argentijnse tempo, lacht ze toe, maakt een handvol grappen en iaat tot en met de toekijkende zusters en dokters in de hoeken iedereen een uur lang aan zijn lippen hangen. Om dan een ander zaaltje met alleen kinderen binnen te stappen en op nieuw te beginnen. Om daarna naar een tehuis voor ouden van dagen te gaan en het nog eens te doen. Om daar na 's avonds in een nachtclub voor de zoveelste keer te zingen, die dag, en de mensen daar afleiding te bezorgen. Voor mij is hij een geweldige kerel, die Argentijn. Die Raul Laporte, die Charro Pampa. Een „woordrhouder" die respect af dwingt. Gistermiddag zag ik hem rondstap pen tussen kinderen en volwassenen in het Zuiderziekenhuis in Rotterdam. Een groot man, die Pampa. Elke avond voor de Argentijnse bo terham optreden en 's middags tussen de zieken. „Mi madre", jawel, maar Pampa doet het, Pampa houdt zich aan de belofte, zeventien lange jaren reeds. u door DE- VROUWEN VONDEN HET WIELHET EERST U IT EN DE BUKSEMGELEIDING. Wl opéra mundl KFS

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1961 | | pagina 2