WIET Bil
HET ZWAARD
onna
Chefarine.4'
Ikappie en de vertraagde massa I
DE NATUUR
Ti
Vier betrouwbare
middelen in 1 tablet!
Dinsdag 28 november 1961
ZEEUWSCH DAGBLAD
Pag. 2
- OF EDE JE MET TWEE BSMtBBEX EEN
BLIK ©IEP EM BE ZIEL KENT WERPEN
Op de knop
Niet eens
„Door mijn man"
VAN SCHAAP
Netjes blijven
Hoe treffend
En ome Lou
Helemaal achterin
WHITE OWL
QUADROS TERUG
NAAR BRAZILIË
in en om uw huis
1
w)
3
Volleybal op Schouwen
Inzameling „Kinderzorg"
De hond en ik
PW
TAE zielkundige zat tegen-
over me en we praatten.
Zomaar, over vissen, over
koud- en warmwatervissen;
over het voordeel van de ene
en het nadeel van de andere
soort. De vissenman had ge
zegd: „Bij warmwatervissen
hoeft u geen plak turfmolm
onder het zand te leggen, de
planten groeien zo ook wel." Ik
wist dat de psycholoog ook
vissen had, met een verwar-
mingsgeval in het aquarium.
Guppen zaten er in zijn bak en
neonvisjes en roodstaartjes en
ook een dier met zebrastrepen,
die de anderen soms opat. Hij,
de psycholoog, had wel turf
molm onder het zand en ik
ging om advies. Zo kwam het
eigenlijk.
..Ik zeg twee woorden en dan moet
jü de zin eens afmaken. Ik zeg: De
hond.. sprak hp. De hond?, dacht
ik. Een zin maken? „De hond beet de
man in zijn broek", vond ik. Hij knikte
en dacht na. „Dat klopt wel bp jou",
zei hij langzaam. „Dat wijst wat in de
richting van agressiviteit en jp bent
agressief".
Het heeft me de hele dag niet los
gelaten, gisteren, en op een gegeven
moment kwam ik zover, dat iik wenste
een rapport over een hoop mensen te
moeten maken.
Ik zou achter mijn bureau gaan zit
ten; geen groot bureau, dat maakt som
migen schrikkerig. Neen, neen, een
net bureautje, gewoon, eenvoudig
eiken of staal. Dat soort bureautjes,
dat ik persoonlijk haat, maar dat neu
traal is en weinig zegt noch indruk
maakt.
„Gaat u zitten", zou ik tegen minister
De Pons zeggen Zijn regering nemen
we even aan had mij om een rapport
over zijne excellentie gevraagd en ik
moest dus in 's mans wezen kunnen
schouwen. „Zegt u eens een zin, excel
lentie, terwijl ik u de eerste twee
woorden geef', zou ik beginnen. Ik
zeg dus: De hond
Minister De Pous zou niet lang na
denken. „De hond drukte op een knop",
zou hij zeggen. Precies wat ik dacht.
Niet zo gek veel fantasie, gewend aan
tentoonstellingen en bruggen openen,
wel geschikt vöör het vak, maar geen
grappenmaker.
„De hondburgemeester Van
Walsum?"
„De hond tilde zijn poot op tegen een
paal van de in aanbouw zijnde metro",
aldus verwacht ik het antwoord.
Ai da's interessanter. Die poot, dat
heeft iets opstandigs. Het zou kunnen
zijn. dat burgemeester Van Walsum
het helemaal niet eens is met de gang
van zaken op zijn Rotterdamse Cool-
sinigel. Met de metro zelf of met de
straatrammel die ermee gepaard gaat.
Dat kan nader uitgezocht worden, maar
in eerste instantie: niet eens.
„De hond minister Korthals?"
„De hond holde over een smalle weg
en kon nog juist een auto ontwijken."
Juist, als ik het niet dacht. De mi
nister speelt nog altijd met die maxi
mumsnelheden op de grote wegen. Die
hond kon „nog jnist" de auto ontwij
ken. Weer zo'n automobilist, die
negentig reed, zo'n jakkeraar! En die
.smalle weg", dat is ernstiger. Van
alle kanten komt de aandrang naar
vier- en zesbaans wegen, maar wie een
keer zuidelijker dan Eindhoven of
noordelijker dan Almelo rijdt, ziet daar
niet veel van. Niet op rekenen, mensen
dat is door dit antwoord wel duidelijk
geworden.
„Gaat u toch zitten, heren huizen
bouwers en gaat ook uw gang. De
hond
„De hond was te groot voor de keu
ken en kreeg daarom een hok in de
schuur", riepen ze in koor.
Wat ik verwachtte! Het blijven dus
kleine prutskeukentjes in de moderne
huizen, daar kunt u vast op rekenen.
Want dat blijkt helemaal uit die reac
tie. Niks aantrekken van alle rappor
ten van huisvrouwenverenigingen en
zo, van de kreten „Betrek eens een
vrouw in de huizenbouw", weineen,
dan de hond de tuin maar in, de keu
kentjes blijven klein, want er zijn nu
een keer zoveel kubieke meter voor
geschreven als huisinhoud, begrijpt
u wel.
„En u dames: De hond..
„De hond werd vier keer per dag
door mijn man uitgelaten", glimlachten
de dames.
Ja ja, de vader van de gedachten.
U kent ze toch, die opmerkingen in al
die duizenden huishoudens als het
's morgens of 's avonds regent of koud
is Laat je de hond nog even uit
Anna?" En dan Anna: „Ja zeg, wie wou
er nu een hond, jij of ik? Jij moest zo
nodig een dier in huis hebben, maar
het komt er op neer, dat ik de hele
dag achter hem aanloop". De rest zal
53
Toen het tij ten gunste van de
studenten scheen te zullen verlopen,
trok Charles van Limoges zich uit
de veldslag terug. Hij begaf zich
i.aar de gevallene, die de oorzaak
van de vechtpartij was. Anne had
bloed en wijn van zijn gezicht ge
wassen. Hij had zich niet verroerd
of ook maar gekreund, sinds de fles
hem getroffen had en behalve een
haast onwaarneembaar bewegen van
zijn borst, was er geen teken van
'even. Zijn gezicht vertoonde geen
wonden, behalve degene die ver
oorzaakt was door de scherf die
nog steeds in zijn voorhoofd stak. Hij
bloedde niet meer.
Charles was een uitstekend me
disch student, maar hij nad no& nooit
een operatie volbracht op een le
vend mens. Hij legde zijn hand op
Barrows hart en overtuigde zich er
van dat het klopte. Erg vlug, dacht
hij en niet erg hard. Hij raakte de
scherf aan, maar die zat stev.g vast.
„Ik durf hem er niet uit te trek.
ken," zei hij. „Zijn hersenen kunnen
er wel uitvloeien. Er is maar één
dokter in Rouaan die dit behande
len kan en dat is Nicol de Chirur
gijn."
„Ik n b al om hem gezonden," zei
Anne. Op dat ogenblik kwam haar
vader naderbij, zijn wapen in de
hand, met een boos en bezorgd ge
zicht.
„Blijft hij in leven?" vroeg hij
kortaf.
„Niet met dat ding in zijn hoofd",
antwoordde Charles.
„Trek het er dan uit, man! Neen,"
bedacht hij zich, „trek het er maar
liever niet uit. Ik heb zulke gevallen
eerder gezien. Is er een chirurgijn ge
roepen?"
„Natuurlijk", zei Anne.
Een bediende stormde van de
straat naar binnen. Hij had de hele
weg van Nicol de Chirurgijn naar
de herberg hard gereden met het on
welkome nieuws dat de oude man
ziek was.
„Hij zegt dat hij zieker is dan zijn
patiënten en niet weg durft van zijn
vuur. Hij zegt „Laat ze maar bij mij
komen." Op dat ogenblik weerklonk
aan de andere kant van de gelagka
mer een luid gejammer van pijn.
Blinde Jantje zag Pierre, wiens
ene oog snel groenachtig opzwol,
schrijlings op een man zitten en on
barmhartig op hem los beuken. „Kan
je niet zien dat hij zich gewonnen
geeft?" schreeuwde Blinde Jantje.
„Dat deed hij daarstraks ook al",
riep Pierre woedend „en toen ik
hem liet opstaan, stompte hij me.
Zo!" zei hij, terwijl hij de kerel
een klap op zijn oog gaf.
Blinde Jantje hief zijn wapen op
en sloeg Pierre op zijn hoofd, mis
schien een tikje harder dan hij be
doelde en Pierre zakte in elkaar in
een zweterige hoop. De man die hij
onderhanden had, rende naar buiten,
hinkend en jammerend en met zijn
hand tegen zijn oog gedrukt. De bo
ze waard trachtte Pierre op te til
len, maar hij was veel te zwaar en
dus liet hij hem liggen waar hij lag.
De studenten hadden nu over de
gehele linie de overhand. Blinde
Jantje en de bedienden onderbraken
de paar individuele gevechten die
nog aan de gang waren. Het stads
volk nam en bloc de benen en de
studenten wensten elkaar geluk en
vergeleken hun wonden, die niet
ernstig waren. William werd aan
merkelijk nuchterder, toen hij zag
wat hij had aangericht.
„De man moet onmiddellijk be
handeld worden", riep hij. „Zo heb
ik het geen ogenblik bedoeld. Maar
hij gaat natuurlijk niet dood. Is het
wel, Charles?"
„Ik weet het niet. Ik weet niet hoe
diep die scherf naar binnen is ge
drongen. Ik kan er met mijn vingers
geen beweging in krijgen. Nicol de
Chirurgijn is ziek en wil niet ko
men."
Blinde Jantje jammerde: „Hij
mag hier niet sterven! Dan ben ik
geruïneerd!"
„Geruïneerd, zeg je toch!" riep
William. „Ik ben geruïneerd, als hij
waar dan ook doodgaat. Als Nicol
niet hier wil komen, zullen we hem
naar Nicol brengen."
„Er is een draagbaar in de stal",
zei de intelligente bediende, die een
lijk in de zaak even ongaarne zag
als zijn meester.
„Ja, ja, maak hem onmiddellijk
klaar", zei William. „Neem mijn
paard maar."
„En het mijne", riep Charles.
De stalknecht en de schenker hin
gen de draagbaar tussen de twee
paarden. Ze deden het vaardig en
snel. Niemand in de Herberg van de
Halsafsnijder wenste James Barrow
in de buurt. Als zijn besehèrmengel
persoonlijk het werk geleid had, had
hij hem niet vlugger het huis uit
kunnen werken, tenzij door middel
van een wonder.
„Er' ligt er daar nog eentje, die
jullie misschien mee willen nemen",
zei de herbergier. „Ginds achter die
tafel. Een grote kerel, met blond
haar."
„Dat moet Pierre zijn!" riep Wil
liam. „Wat is 'er met Pierre ge
beurd?"
„Ik denk dat hij een klap op zijn
hoofd heeft gehad", antwoordje Blin
de Jantje. „Hoe moet ik weten wat
er met hem gebeurd is? Ik geloof
niet dat hij ernstig gewond is. Ik
hoop in ieder geval van niet."
De beide knechts legden het li
chaam van James Barrow op een
lange houten bank en droegen het
voorzichtig naar de binnenplaats,
waar ze de bank optilden en hem
met zorgzame tederheid overbrach
ten op de draagbaar.
Twee studenten hielden de teugels,
terwijl William en Charles zich op de
hoogte trachtten te stellen van Pier-
res toestand. Zijn ogen waren natuur
lijk gesloten, want hij was nog bui
ten bewustzijn, maar het ene was zo
miskleurd en gezwollen dat hij het
waarschijnlijk ook niet had kunnen
openen als hij bij kennis was ge
weest. Charles voelde tussen het dik
ke haar. Hij vond een flinke buil op
de schedel.
(Wordt vervolgd.)
ik u besparen. Denk maar even na, dan
weet u het vervolg zelf wel.
„En heren van de omroepzuilen,
maakt u eens een zin: De hond
„De hond bewaakte het erf", zeiden
de heren van de zuilen. Kijk, dat is
nu het heerlijke van zielkunde, je kijkt
zo achter de mensen. Natuurlijk, de
hond bewaakt het erf, het zuilenerf.
Geen mens in mijn omroepstraatje met
een onaardige opmerking, want ik
stuur de hond erop af. Nou dat weten
we dan ook weer. Daarom ging ove
rigens Veronica buiten de territoriale
wateren liggen, want een hond zwemt
wel, maar geen kilometers in zee.
„Blij dat u van de tv ook even ge
komen bent. Welkom, welkom en hier
is de zin: De hondsprak ik.
„De hond blafte", was het antwoord.
Ik had niet anders verwacht. Natuur
lijk blaft een hond, dat is nu juist het
antwoord waarmee men zichzelf niet
bloot geeft. Netjes blijven, beleefd zijn,
geen uitschietertjes en mocht er al
eens een Espressoboon te bard ge
kraakt worden, mocht er al eens even
schel geblaft worden, dan is een ruk
aan de riem voldoende om het ver
trouwde geluid terug te laten komen,
deed nooit iets in de kamer maar
steeds in het gemeenteplantsoen, had
van zijn geboorte af nog nimmer iets
stuk gebeten, blafte nooit, trok niet
aan de riem, at alles, was lief tegen
iedereen, sliep bijna de hele dag in
zijn mand, keek niet op als er iemand
binnenkwam, deed nooit uitgelaten
tegen de baas, krabde nooit aan de
deur, kortom: de hond ging ongemerkt
in dit leven rond. En juist daarom
heeft Zwarte Piet hem genoteerd op
de laatste van mijn negen miljoen
pagina's tellende boek, daar, waar ik
nooit aan toe zal komen om te lezen,
onder bet lijstje: „Karakterloos."
„Kom binnen, kom binnen, dominee
Okke Jager. Het luisteren naar uw
zinnen vormt op zichzelf al een genot.
Mag ik u voorlegigen: De hond
Ik neem aan, dat dominee Jager
niet lang nadenkt, maar zegt: „De
hond had een goed onderscheidings
vermogen voor goed en kwaad; hij
kwispelde bij een prettige bezoeker
en sloeg alarm bij een kwaad mens;
als zijn baas over „oorlog" sprak ging
hij met de oren plat in de mand liggen,
maar zei de baas het woord „naaste
liefde", dan sprong hij op en ging actief
rondhollen".
„Zo, zo, de heren uit Nijenrode, kom
binnen. Ik begin maar meteen: De
hond
„De hond rende de kamer in, beet
alles kapot wat hij tegen kwam en
kroop later met naar beneden geslagen
staart naar de baas om de afrekening
te halen."
Da's sterk, hoe is het mogelijk, hoe
treffend, kon ik niet nalaten te zeggen.
Hebben de heren soms een hond? Ze
bleken er allemaal een te hebben.
„Dag inspecteur van de directe
belastingen. U kent het recept en hier
is het: de hond
„De hond beet alleen wie hij niet
vertrouwde", ze: de inspecteur onmid
dellijk. Dank u inspecteur, ik heb
mijn aanslagen betaald, sterker, ik
heb pas wat var. u teruggehad. Ik mag
aannemen dat ik dat dus te veel be
taald had. Van het systeem houd ik
niet, maar voor u is net prettig. U
laat de mensen eerst met de guldens
over tafel komen en iedereen is dan
blij en de belasting prettig gezind als
hij wat (van zijn eigen geld) terug
krijgt. Maar is het wel een handig
syssteem en u bent niet kwaad tegen
wie voor u geen straatje omloopt.
U bijt alleen als u de zaak niet ver
trouwt. Da's mooi. Alleen.... eh, ik
vind dat uw aanslagen a'tijd zo bijten.
„De hond snuift dieper wanneer hij
argwaan krijgt" zei de inspecteur nog.
Juist, juist ja, dank u wel, ik ben al
weg.
„Ja, dat is aardig. Kijlk eens wie daar
is: ome Lou van Burg. We waren u
al helemaal vergeten en, eerlijk, het
leven is best uit te houder, al brengt
het geen kwartje per seconde op. Hoe
is het met u? Wat zegt u? U heeft een
heel flatgebouw in Brussel gekocht?
Wel. wel, dat is niet mis. En begint
u eens: De hond
„De hond kreeg klappen met de stok
die voor hem gevonden was", zei
ome Lou.
Daar steekt meer achter, vrienden,
daar zit venijn in de staart. Zou het
tegen het Nederlandse tv-wezen zijn
of tegen de boezem van dat tv-wezen?
We vragen het ons af, mag ik wel
zeggen. Of zijn de klappen van twee
miljoen kleine Nederlandse stokjes
hard aangekomen? In een Brussels flat
gebouw ligt het antwoord.
Het werd al donker, maar ik ver
wachtte nog één man. Een man met
een baard Ja, daar was hij al:
Sint Nicolaas zelf. Niet treuzelen,
dacht ik, de man is ook druk bezet,
direct in huis vallen met de bood
schap. „De hond...
„De hond was een nette hond,
(Advertentie)
UNION 22 ct SENORITAS 14 ct
UILTJE voor de kenners
Als ambteloos burger
SYDNEY (Reuter). Ex-president
Jano Quadros heeft in de Zuidaustra-
lische stad Adelaide meegedeeld, dat
hij over drie maanden als ambteloos
burger naar Brazilië zal terugkeren.
Quadros die in augustus aftrad na
zoals hij zei door de reactie te zijn
verslagen, is in Adelaide aangekomen
met een passagiersschip waarmee hij
een reis om de wereld maakt.
Japanse kersen zijn ideaal voor de
tuin, doch dan moet men en flinke
tuin hebben, in een kleine stadstuin
zullen ze niet zo best tot hun recht ko
men; ze hebben nogal een beetje ruim
te nodig en als men later te veel moet
snoeien staat dat ook niet. Nu kan men
nog poten; er kunnen struiken gepoot
worden, doch ook kleine bomen; u
moet er wel rekening mee houden dat
die uitgroeien tot flinke bomen.
Advertentie
Krachtige bestrijding van pijn en griep
zonder de maag van streek te maken I
De vier geneesmiddelen van Che-
farine „4" hebben hun betrouw
baarheid duidelijk bewezen, en
millioenen mensen in de gehele
wereld baat gebracht, vaak ook
wanneer andere middelen faalden.
Bovendien zorgt één der bestand
delen dat een gevoelige maag niet
van streek raakt.
GENEÊSMIDDELEN k
ïLM
Glazen buisje 20 tabletten f 0.80
Handige stripverpakking 40 tabletten f 1.60
Voordelige flacon 100 tabletten f 3.60
m MEE NEE.'ZO LUKT
HETOB NOOIT/
ja
0
1 ^A3.
o C \yy T
68/
ALS dEOOU BEZIG ZIET
lijkthetwelofer
NOG EEN KIND IN HUIS
IS. HOPELOOS.'
MOET IK DAN LET-
TERLIJKALLES
VOOR UE
DOEN?' I
GEEFDIE.NAALDMAARHIER,
DAN DOE IK DEpRAAD ER
WELIN, ANDERS KO -
MEN Dl E KNOPEN ER
NOOIT AAN/
VOGELS ZIJN UNIEKE WE
ZENS—ZE KUNNEN VLIE-
GENj LOPEN, ETEN 5 LA-
PEN, KWETTEREN.
HET EHI GE. WATONS HUN
MEERDEREN MAAKT IS
HET FEIT....
t2z
gl|IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll!IIIIIIIIIIIIUIIIIIIl!IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIItlll!llllinillllllllilllllllllllllllIIIIMIIIIIIIUIIIIIIIIIIIII[lllllltllillUIIIIIIIIJ
55. Kruitmeisters schorre alarmkre
ten brachten ook zijn handlangers wel
dra aan dek. Daar stonden zij nu,
Scheve Hendrik, Jaap de Jatter, Leo
Lispelaar en hoe zij verder ook moch
ten heten, en zij wisten niet of zij
waakten of droomden.
f
Kappie, die veilig op een afstand,
de VM-1 bestudeerde zag. hun blikken
op zich gevestigd en wreef vergenoegd
in zijn handen.
„Dat hadden jullie niet gedacht, hè,
schuimers?!" riep hij vrolijk. „Maar
wie kapitein Anne Wobbe in zijn vaar
water wil zitten, moet vlugger zijn.
Ook al heb ik ja een vertraagde mas
sa op sleep!"
klonk het terug, woeden
de krachttermen, die wij hier maar
onvertaald zullen laten. Alleen Kruit-
meisters woorden waren van belang.
„Denk niet dat wij ons zonder slag
of stoot overgeven, krielkapitein!"
brieste de spion. „Ha! Wij zijn nog
niet gans verslagen!"
Daarop gaf hij een kort bevel en
Kapoie zag tot zijn ongerustheid, hoe
de maat, de meester en Okki op het
dek werden gedreven...
NI E UWEBKiE RKIn de tweede ronde
van het volleybal herentoernooi is deze week
weer hard gestreden om de punten waarbij
het aan het onderwijerszestal gelukte alle
punten (totaal 8) in de wacht te slepen. Ook
de heren van Kwiek uit Bruinisse gaven goed
partij. Zij haalden 5 punten binnen.
De uitslag was: Prov. WaterstaatSport*
comb. Nwk. I 13—15 15—13 (1—1), Onderwij
zers Sportcl. Nieuwerk. II 17—15 15 -12 (2—0)
Kwiek Bruinisse Prov. Waterstaat 158 15
13 (20), Sprkl. Nwek IOnderw. 1115 9
—15 (0—2), Sprt cl Nwkrk II—Kwiek Bru 9
15 15l'l (11), OnderwijzersProv. Wa*
terst. 15—13 158 (2—0), Kwiek Bruinisse
Sportkl. Nwk. I 15—13 15—11 (2—0), Sprtkl
Nwk II--Prov. Waterst. 1512 915 (1l),
KwiekOnderwijzers 815 915 (02), Sprt
kl Nwk ISprtkl Nwkerk II 1215 1215 (0
2).
ELLEWOUTSDIJK. Door inwoners
van Ellewoutsdijk werd een inzameling
gehouden voor „Kinderzorg" in Middel
burg, die in geld opbracht 90,85 en
een enorme hoevee'heid in natnra:
achttien zakken aardappels, vijf zakken
groenten, een kist appels, tien k - len
'kleding en schoeisel en een damesfiets.