De man
miljoen w
en groot
op eigen
ONZEKERHEID
OVER FEITEN'
de Merk
:®V#*
Luxemburg verschuift
nationale feestdag
HISTORISCHE
KIMMERIËRS
179.-
■te-rf?l3£. Jj/'W1 en nu noemen ze de heer a. verschuren
>JL
Hoe eenvoudig het ook lijkt
iGEZEGD
Winter niet
geschikt
Zaterdag 4 november 1961
ZEEUWSCH DAGBLAD
Pag. 11
In tenten
Tonnen
Aanbod
Vader
en zoon
Bolleboos
Nieuw plan
Verhuisd
Openbaring
1
1
1
1
POTTER S ,"OWL
LiNlA'^gglP
55ct.
Rfispi
a-iii
«JMK
Van een onzer verslaggevers
IJEN. Drie keer is in het leven van
de heer A. Verschuren tegen hem ge
zegd: „Zie maar dat je je redt, het is nu
wel met je gedaan". Drie keer is hij de
klap die anderen misschien voor
goed zou hebben gevloerd te bo
ven gekomen. 'In een van die
dieptepunten van zijn leven wei
gerde hij zelfs een miljoen, dat
hem als werkkapitaal werd aan
geboden. Hij ging zijn eigen weg
en hoewel hij een man zonder
diploma's is, werd deze selfmade
man uit Brabant in vier jaar
tijds een van de belangrijkste
plasticfabrikacten in Benelux,
zo niet de grootste.
Financiële deskundigen heb
ben hem gevraagd: „Hoe heb
ie dat voor elkaar gekregen?
Tweemaal zonder een cent de
straat opgestuurd, één keer in
verschrikkelijke geldnood met
een portefeuille vol vorderin
gen die niet voldaan konden
worden, en thans eigenaar-
directeur van een dynamisch
bedrijf waarin meer dan zes
tig half- en volautomatische
maahines in duizelingwekkend tempo
glas- en plasticartikelen produceren.
Wij snappen er niets van."
„Als ik het maar snap", is steeds 't
lakonieke antwoord van de man, die
de „sfinx van Brabant" en „Verolme
de Tweede" wordt genoemd. De heer
Verschuren is inderdaad een van die
wonderlijke mensen, die het schijn
baar onmogelijke mogelijk maken met
een vanzelfsprekendheid, die verba
zing wekt.
VERBAZING wekt ook het
fabriekscomplex te Rijen
aan de spoorlijn Breda-Tilburg. Tot
1957 stond daar een onaanzienlijk ge
bouwtje, waarin vroeger een repara
tiebedrijfje van naaimachines voor de
leerindustrie gevestigd was. Sinds de
heer Verschuren daarin met de fabri
cage van plasticartikelen begon, zijn
de bouwvakarbeiders niet meer van
het terrein af geweest.
De ene fabriekshal na de andere
verrees. Er werden soms tijdelijk
reusachtige tenten opgeslagen waarin
het steeds omvangrijker wordende
produktieprogramma werd uitgevoerd
in afwachting van het gereedkomen
van nieuwe hallen. Het bouwen kon
het tempo van de uitbreidingen niet
altijd bijhouden.
Nog steeds heerst er grote spanning
tussen fabrieksuitbreiding en opbouw.
Het nieuwe kantorencomplex is nog
niet helemaal gereed en onderdehand
happen de draglines' al weer in een
andere hoek van het terrein de boven
laag van de heidegrond af om een
nieuw stuk bouwrijp te maken voor
verdere fabrieksuitbreidinigen.
nieuwe toepassingsmogelijkheden nog
lang niet is uitgeput. Er komen iedere
dag nieuwe artikelen bij.
,,In de plasticindustrie moet je snel
kunnen beslissen. Daarmee wordt ech
ter telkens een kapitaal op het spel
gezet."
ïylEUWE machines, vormen
en matrijzen: daarmee al
leen al is een paar ton gemoeid. Bij
de opzet van zo'n nieuwe produktie-
lijn blijkt niet zelden een nieuw ge
bouw nodig. Zulke verstrekkende be
slissingen zitten niet zelden vast aan
een schijnbaar onbelangrijk ding als
recteuren waren op staande voet ont
slagen, het geld dat hij in de zaak had
gestoken bleef er in.
„Zie maar dat je je redt, de zaak
is verkocht."
„Toen was ik toch wel even groggy
geslagen", zegt hij. De volgende dag
had hij echter een nieuw plan. Hij
zou met zijn zwager pharmaceutisch
glaswerk gaan maken.
„Dat red je niet", zei een grootheid
uit de glasindustrie. „Dat kunnen al
leen de Tsjechen en de Duitsers."
Het ontmoedigde hem allerminst.
Integendeel. Het was voor hem een
uitdaging.
In Tilburg konden de zwagers Cur-
tius en Verschuren een oud parfume
riefabriekje huren. Daar gingen zij
juli 1952 naar Rijen, het in
dustriële deel van de ge
meente Gilze-Rijen.
Weer werd het tobben. In
1953 zei de accountant: „Nog
zo'n jaar en het is gebeurd
met je."
Zo'n jaar kwam niet
meer. Reeds het volgende
jaar bracht winst. Het jaar
daarop verdubbelde die en
daarna kwamen de uitbrei
dingen.
IN die diepteperiode
in Bijen wees de heer
Verschuren het vorstelijke
De heer A. Verschuren is een van
die merkwaardige mannen, die elke
keer sterker opstaan nadat ze zijn
ge\'sld. IJzeren zelfdiscipline, hard
nekkig doorzetten en een ongeloof
lijke praktische ervaring maakten
het hem mogelijk zich in de vier
jaar nadat hij als beginneling nood
gedwongen op de fabricage van
plastic was overgegaan, op te
werken tot een van de belang
rijkste fabrikanten in die bran
che in Benelux.
Iedere ochtend is hij om zeven
uur present. Heel de dag toeft
htf in zijn bedrijf. Het privé-
kantoor gebruikt hij alleen
om mensen te ontvangen.
's Middags eet hij een bo
terhammetje uit een (gifvrij)
plastic zakje en 's avonds
gaat hij om tien uur naar
bed.
„De dagen zijn er om te
werken, de nacht om te
slapen" is zijn levens
spreuk, hoewel zijn be
drijf geen minuut van
het etmaal tot stilstand
komt. De automaten
werken er dag en
nacht door.
rEN nevenbedrijf, geleid
*-i door een zoon van de heer
Verschuren, is vlak naast het grote fa
briekscomplex gebouwd en begint vol
gende week met de produktie van sta-
len-buismeubelen, keukentrappen en
strijktafels, waarvan de zittingen en
andere onderdelen van plastic in het
vaderlijke bedrijf zullen worden ver
vaardigd.
Er staan nog meer nieuwe projecten
op het programma, zoals een fabriek
van plastic koelkasten, die tegen zeer
lage prijs in de handel zullen komen.
Hoewel de fabriek van de heer Ver
schuren een grote verscheidenheid
aan artikelen vervaardigt voor huis
houdelijk gebruik, voor de industrie
en de reclamewereld, verpakkingsma
teriaal, speelgoed en voor pharmaceu
tische doeleinden, blijkt iedere dag
weer, dat de scala van artikelen en
een wasmand, een plastic emmer of
wat speelgoed."
„Toch ben ik van mening, dat men
niet ongestraft overal plastic voor kan
gebruiken, hoe verfijnd de vormen en
materialen ook worden." Deze uit
spraak typeert de man die zowel in de
huishoudelijke als de industriële sec
tor, in de pharmaceutische en de elek
tronische industrie, nieuwe mogelijk
heden heeft geschapen.
„Toch ben ik noodgedwongen plas
ticfabrikant geworden" zegt hij. Het
klinkt even raadselachtig als zoveel,
wat hij zegt.
In 1952 kwam er vraag naar plastic
sluitingen voor glasartikelen. Het be
gon met een plastic dopje voor buis
jes, waarin tabletten worden verpakt,
zoals aspirine. Uit dat nietige dopje,
dat direct al door zijn vorm en de
drie pootjes een practisch en vooral
hygiënisch ding werd, is een bedrijf
gegroeid waarvan de miljoenen arti
kelen, die er jaarlijks uitkomen, in vijf
landen een gretige afzet vinden.
v-kE overstap -naar een ge-
■L' heel nieuw artikel is ken
merkend voor de heer Verschuren, die
van jongsaf door de omstandigheden
werd gedwongen dingen te doen,
waarvan hij de vorige dag nog niet
gedroomd had.
Dat begon al heel jong.
Op school was hij een bolleboos. Het
zat er dik in, dat hij zou doorstude
ren. Op twaalfjarige leeftijd moest hij
echter van school af. Als oudste zoon
in een gezin van tien kinderen had
zijn vader hem hard nodig in het vlas-
bedrijf te Standdaarbuiten.
Goed, dan maar werken.
Hij deed het met evenveel toewij
ding als hij daarvoor zijn lessen had
geleerd. In de Eerste Wereldoorlog
zocht hij als jongeman nieuwe werk
gebieden voor de vlasteelt. Na de oor
log kwam de terugslag. Zijn vader
doekte het bedrijf op en zei: Ad, zie
maar dat je je redt, ik heb er nu ge
noeg geld in verloren.
Hij ging grossieren in fietsen. De
zaak die hij stichtte bestaat nog.
Na de Tweede Wereldoorlog trok
zijn zwager J. Curtius zijn belangstel
ling voor de lampenfabriek Aurora te
Tilburg, waar hij financieel aan ging
deelnemen en waarvan hij de econo
mische directeur werd.
pR moest meer kapitaal in
■*-' worden gestoken. Anderen
kregen de overhand en een kwartier
na het begin van de aandeelhouders
vergadering op 20 april 1949 stond hij
met zijn zwager op straat. De twee di-
een maand na de debacle bij Aurora
van start met de nieuwe glasfabriek
die zij Curver noemde, naar de eerste
lettergreep van beider namen.
Hoewel zij het fabriceren van am
pullen, pipetten, buisjes, potjes en
flesjes nog helemaal moesten leren,
vormde in die beginperiode het geld
gebrek de grootste moeilijkheid. Het
in de fietsengrossierderij verdiende
geld zat in de fabriek die hem op
straat had gezet. Een oude klant van
die fabriek, een grote afnemer uit
Rotterdam, deed een genereus voor
stel.
„Hier heb je tienduizend gulden. Dat
is geen lening, geen deelname in het
kapitaal. Dit is gewoon een voorschot
op de artikelen die je mij gaat leve
ren."
yWAGER Curtius emigreerde
na enige tijd naar Austra
lië. Hij, de vakman van het glas, doet
daar iets wonderlijks met tl-buizen.
De heer Vërschuren deed wat zijn va
der vroeger had gedaan: hij nam zijn
oudste zoon Casper in de zaak. Die is
als technicus een specialist op glasge-
bied geworden.
Het fabriekje in Tilburg werd te
klein. Uitbreidingen waren niet goed
mogelijk in de binnenstad, waar het
voortvarende gemeentebestuur van
Tilburg grootse plannen aan het uit
voeren is. Er moest een nieuwe fa
briek worden gezocht voor Curver.
Een advertentie en een overweg
wachter brachten uitkomst. De adver
tentie meldde, dat tussen Tilburg en
Breda een fabrieksgebouw te huur of
te koop was. De overwegwachter wees
de heer Verschuren de weg naar het
leegstaande fabriekje, waarin vroeger
naaimachines voor de leerfabrieken
werden gerepareerd.
De aankoop van het gebouwtje en
de grond werd een stunt. Het hele ge
val was met een loodzware hypotheek
belast. De heer Verschuren kocht voor
een prijs die gelijk was aan de hypo
theek en kreeg bovendien gedaan dat
de hypotheek op zijn naam werd over
geschreven. Hij betaalde alleen de
overschrijvingskosten.
Zo verhuisde glasfabriek Curver in
aanbod van een investering van een
miljoen gulden van de hand. Niet om
dat hij vreesde voor een herhaling van
wat er bij Aurora was gebeurd, waar
hij tenslotte zijn geld uit los kon ma
ken, maar toch was het een gevoelige
les geweest.
Toen er vraag kwam naar plastic
dopjes voor buisjes en flesjes, liet hij
die eerst fabriceren in België. De ver
koopsnelheid van de glasartikelen
voor de pharmaceutische industrie
was echter zo hoog, dat de dopjesfa
brikant dat tempo niet kon bijhouden,
„Dus moest ik het zelf gaan doen."
Hij en zijn zoon Casper, die in die
tijd al zoveel hadden moeten leren en
onder de knie krijgen, gingen in het
buitenland, tot in Amerika, kijken hoe
plastic gefabriceerd werd en welke
machines en grondstoffen daar voor
nodig waren.
Lang voor de staatsmijnen polye
thyleen fabriceerden, was men bij
Curver al bezig met onderzoekings
werk ter verkrijging van betere pro-
duktiemethoden en verfijning van
grondstof en afgewerkt produkt. In
de glasfabriek, die nog .altijd stijgende
omzetten haalt, groeide van lieverlede
een plastic-industrietje.
brieken afgeleverd. Dat vereist ver
dere studie. Betere en gifvrije week
makers, andere samenstellingen van
de grondstof, nieuwe kleuren en vor
men.
Het Is een fascinerend bedrijf daar
in Rijen, waar een rondgang een open
baring is als men ziet hoe dagelijks
gebruikte artikelen uit de kleurige
plastickorrels te voorschijn springen:
vooral als men bedenkt dat alles
voortgekomen is uit een simpel plas
ticdopje.
IEMAND die terzake van een strafbaar feit is veroordeeld en straf heeft
ondergaan, mag niet nog eens voor hetzelfde feit worden gestraft. Dit
is een rechtsbeginsel dat men ook in andere landen kent, en dat wel
wordt aangeduid met de Latijnse term „ne bis in idem", d.w.z. niet
tweemaal terzake van hetzelfde. Art. 68 van ons Wetboek van straf
recht legt dit beginsel vast en geeft er nog een uitbreiding aan: het zegt
dat niemand vervolgd kan worden voor een feit waarover reeds te zijnen
aanzien door de Nederlandse rechter is beslist. Dus ook als de procedure is
geëindigd met vrijspraak of ontslag van rechtsvervolging, kan niet terzake
van hetzelfde feit een nieuwe procedure worden aangevangen. Heeft der
halve iemand terzake van een strafbaar feit terecht gestaan en is er geen
mogelijkheid meer van hoger beroep of cassatie, dan weet hij dat een nieuwe
strafvervolging niet is te duchten; en hiermede is niet alleen het belang van
de gewezen verdachte, maar zijn ook de rust en zekerheid in de samenleving
gediend.
Het beginsel lijkt eenvoudig. Niet
temin blijkt het in de praktijk steeds
weer moeilijkheden te baren. De
vraag is, wat onder het woord „feit",
in artikel 68 gebruikt, moet worden
verstaan. Het is nl. zo, dat soms op
de gedraging, die aanleiding was tot
strafvervolging, verschillende strafbe
palingen kunnen worden toegepast;
b.v. in het geval dat iemand opzette
lijk eens anders huis door brand ver
nielt zaakbeschadiging en daar
door tevens het leven van een ander
in gevaar brengt; of als iemand
jaagt op verboden terrein en tevens
in gesloten jachttijd; of als iemand
rijdt „onder invloed" en tevens zich
in kennelijke staat van dronkenschap
op de openbare weg bevindt; of als
iemand rijdt „onder invloed" terwijl
hij tegelijkertijd schuldig is aan praal-
rijden. Duidelijk is, dat in het ene
geval het verband tussen de beide
strafrechtelijke aspecten van de ge
draging nauwer is dan in het andere.
Tweemaal vervolging?
DE vraag is in dergelijke gevallen,
of, als de verdachte eenmaal
heeft terechtgestaan uit hoofde van
een op één der toepasselijke strafbe
palingen gegronde aanklacht in het
eerste voorbeeld dus uit hoofde van
zaakbeschadiging hij later nog
vervolgd kan worden op grond van
overtreding van 'de andere strafbepa
ling in het eerste voorbeeld dus
uit hoofde van het stichten van een
brand die het leven van een ander
in gevaar brengt.
Vóór 1932 was de opvatting, dat
„feit" in artikel 68 betekent: de ge
draging in haar geheel, zoals die had
plaats gehad. Zo werd het als één feit
gezien, toen een boer op een in de
Veewet verboden wijze vee vervoerde
en, hierom door veldwachters aange
houden, op hen inreed zodat zij ter-
door mevronw
mr. E. Fischer-Kenïs
pERST ging het met hand-
maohientjes, nu met vol
automatische machines, waar 140
plastic emmers per uur uit komen en
duizenden kleinere artikelen. Plastic
begon ook Nederland te veroveren. De
winkels en warenhuizen ruimden er
steeds grotere vakken en stands voor
in. Deze stormachtige ontwikkeling is
nog lang niet ten einde.
„Als u bedenkt, dat op het ogenblik
in Nederland zes kilo plastic per hoofd
wordt gekocht en in Amerika 24 kilo
per hoofd per jaar dan kunt u nagaan,
dat er hier nog heel wat kan gebeu
ren."
Dat betekent echter ook steeds be
tere produkten op allerlei gebied,
vooral ook als toelevering aan andere
industrieën, waar men uit de plastic-
platen lampekappen, frontplaten voor
radio's en pickups, binnenbekleding
voor koelkasten en wat niet al maakt.
Veel van deze onderdelen worden
kant en klaar door Curver aan die fa-
Van onze correspondent
LUXEMBURG De Luxemburgse regering heeft maandag in alle
kranten een schokkend besluit doen publiceren: de nationale feest
dag zal van de winter naar de zomer worden verschoven. Tot nu toe
vormde de 23ste januari, de verjaardag van groothertogin Charlotte,
het hoogtepunt in dit aan hoogtijdagen toch al rijk gezegende land.
Weliswaar mist men de kans op
sneeuw als achtergrond voor het
jaarlijkse spectaculaire vuurwerk,
maar daartegenover staat weer het
feit dat er in juni reeds toeristen
zijn om te aanschouwen hoe het
Luxemburgse leger zijn kruit voor
een heel jaar verschiet.
De meest doorslaggevende argu
menten schijnen echter wel te zijn
gekomen van de zijde der Brussel
se diplomaten, die merendeels even
eens bij het hof in Luxemburg ge
accrediteerd zijn en die er ernstig
bezwaar tegen maakten steeds
maar de winterse Ardennen te moe
ten oversteken om bij groothertogin
Charlotte een register te tekenen,
ten hoogmis bij te wonen en aan
een diner aan te zitten. In elk ge
val heeft de komende verandering
van datum voor de nationale feest
dag hier een opzien gebaard dat de
laatste maanden slechts werd ge
ëvenaard door een experimentele
radio-uitzending van de Luxemburg
se „Bescherming Burgerbevolking"
over een op handen zijnde atoom-
aanval. tengevolge waarvan dagen
tang geen suiker, boter, zeep en
doperwtjes te krijgen waren.
De slechte klimatologische om
standigheden hadden de regering
al lang doen uitzien naar een mo
gelijkheid om de nationale feestdag
tot in de zomermaanden te ver
schuiven. Het stadhouderschap van
prins Jan, aan wie de bijna 66-jari-
ge soevereine een groot deel van
haar bevoegdheden heeft overge
dragen, bood ook al geen enkel
perspectief, omdat zijn verjaardag
op 5 januari valt.
Het loopt nu naar alle waarschijn
lijkheid uit op een mooie junidag
die door het kabinet echter nog
moet worden bepaald. In elk geval
zal de lieve groothertogin niet lan
ger in winter-weer en wind op het
balkon van haar renaissancepaleis
behoeven te verschijnen en zal de
verkleumdheid niet meer het patri
ottische vuur van de schoolkinderen
met de fakkels in hun knuistjes
hoeven te temperen.
(Advertentie)
n eerbiedwaardig oud sjp dynamisch Jong
i Heel bijzondere verjaardegs-aanbtedingen wachten
op U. Profiteer van het voordeel dat een
Jarige U in feestelijke stemming biedt.
SALON-SLAAPBANKSTELLEN
Een uitkomst voor kleinbehuisdent
Overdag een luxueus .bankstel, 's nachts een comfortabel
bed. De 3-zlts bank wordt zonder moeite omgebouwd in
een royaal 2-persoons bed. De bank en de 2 ruime fauteuils
zijn bekleed met prachtige wollen stof. m ^aa
Compleet slechts
Uit voorraad leverbaar
Originele 100% zuiver wollen
DESSO „VERSAILLES" KARPETTEN
Klassekarpetten met 12 mm. hoge pool en met door
geweven rug. Apart Aubusson-desstn In de kleuren blauw,
groen, {raise. Afm. 290 x 200.
Bijtonder voordelig voor
„E MARKT
LISSINGEN
ROTTERDAM - DEN HAAG - UTRECHT - VLISSINGEN
-,.o
WIJ BEKLAGEN ons er wel
eens over, dat de buitenlan
ders nog altijd maar denken, dat
we op klompen, gehurkt, met
vlindermutsjes op het hoofd, vin
gers in dijkgaten stoppen, maar
wat weten wij b.v. van de bewo
ners van de Russische steppen
af? Dat ze brullend zingen, bala
laika spelen en uit de hurkhou-
ding hoog opspringen, en dat ze
wodka drinken meer niet. En
dan kunnen wij nog vier dagen in
de week met de slaapwagen van
Hoek van Holland naar Moskou
reizen.
Het behoeft ons dus niet te er
geren, dat de Grieken in de Rus
sische contreien ook niet zo best
thuis waren en dat ze niet veel
verder kwamen dan de kust van
de Zwarte-Zee. Daar lagen hun
koloniën zoals Ol'bia aan de mond
van de Bug en Pantikapaion
(Kertsj), waar de barbaren hun
graan kwamen ruilen voor aller
lei gebruiksvoorwerpen, die de
Grieken daarheen brachten of er
zelf maakten. Nog altijd staan in
Russische musea, vooral in de
Ermitage in Leningrad, prachtige
collecties vazen, afkomstig uit de
randgebieden van de Griekse we
reld.
DE GRIEKEN zagen niet tegen
een zeereis op, maar in de
binnenlanden waagden ze zich
niet graag: terwijl ze de uithoe
ken van de MiddeEandse Zee ge
regeld bezochten, was b.v. het in
wendige van Thracië vrijwel ter
ra incognita. Of de toenmalige be
woners van die streken, die wij
nu Zuid-Rusland noemen, er de
zelfde grimmige humor op na
hielden als de huidige, durf ik
niet zeggen, maar de verhalen,
die ze over de stammen in het
binnenland aan de goedgelovige
Grieken deden, wijzen wel in die
richting.
Ze vertelden van volkeren, die
van hun geboorte af kaal waren,
mannen zowel als vrouwen, over
een bergvolk met bokspoten, over
een stam van éénogigen, een volk
je, dat zes maanden per jaar een
winterslaap hield en wanneer een
van hen gestorven was, kwamen
alle nabestaanden samen, ieder
bracht wat vee mee en men
slachtte dat voor het begrafe
nismaal, waarna men het vlees
klein hakte. Vervolgens sneed
men ook het vlees van de dode in
stukjes, mengde die onder de berg
van reeds fijngehakt vlees en na
dat het geheel tot een enorme
goulash was bereid, at men die
tot de laatste vezel op. Het hoofd
werd netjes schoongeschrapt en
verguld, en in elke woning stond
zo'n hoofd van de famüie te pronk.
(Overneming, van dit voorvader-
verhaal door de Prawda is ge
oorloofd).
VAN TWEE STAMMEN echter
wisten de Grieken meer af;
dit waren de Scythen en de Kim
meriërs. De Scythen kenden ze
uit eigen aanschouwing als de 'be
woners van Zuid-Rusland; over de
Kimmeriërs bestond een traditie,
die historisch leek en inderdaad
door gevonden Voor-Aziatische
documenten is bevestigd. Ze had
den gewoond in dezelfde streken,
waar later de Scythen kwamen
wonen, en in de buurt van de
Zee van Azow bewaarden geogra
fische namen nog de herinnering
aan hun stam, zoals de Kimme-
rische Bosporus (de straat van
Kertsj).
Herodotus weet te verteUen, dat
onder de Kimmeriërs geen eens
gezindheid bestond over de te vol
gen poMtiek bij de nadering der
Scythen, die als gevolg van een
volksverhuizing onweerstaanbaar
opdrongen. De vorsten der Kim
meriërs wilden have en goed
verdedigen tot de laatste druppel
bloeds van het volk, maar het
volk, dat minder te verhezen had,
was niet zo dappef en wüde
vluchten. Men kon het niet eens
worden en men besloot uit elkaar
te gaan: de vorsten en hun aan
hang waren aEeen te zwak om de
Scythen tegen te houden en dus
besloten ze tot zelfmoord, of lie
ver tot „elkaarmoord". Ze ver
deelden zich door loting in twee
partijen en vochten daarna met
elkaar tot de laatste man, waar
na het volk hun lijken begroef
langs de Djnestr en vertrok.
HET VOLK mocht dan lafhar
tig gevlucht zijn, het stond,
wanneer het echt nodig was, zijn
mannetje en zo trokken ze door
de Kaukasus naar Noord-Armenië,
waar ze een paar jaar bleven en
met de Assyriërs vochten ten tij
de van Assarhaddon, zodat hun
zwerftocht in het begin van de
zevende eeuw v. Chr. te dateren
is. Dan raken ze weer op drift,
nu in westelijke richting, langs de
noordkust van Klein-Azië, tot in
het Phrygisehe Rijk, het land van
koning Midas. Dit wordt door hen
vernietigd en ze teisteren zelfs
een aantal Griekse steden aan de
Aegaeïsche Zee, zoals Milete,
waar de beroemde tempel van Ar
temis in vlammen opging. Alyat-
tes, koning van Lydië heeft hen
ten slotte, nog voor 575 verdre
ven, waarna ze zich vestigden in
Kappadocië, ten oosten van Anka
ra, midden in Klein-Azië, en uit
de geschiedenis verdwijnen.
Van dit volk kan Homerus de
naam gekend hebben, toen het
nog aan de noordkust van de
Zwarte Zee woonde, en het als
noordelijk volk van de duisternis
een plaats in de Odyssee gegeven
hebben.
nauwernood aan de dood ontsnapten.
Nadat de boer had terechtgestaan
voor het vervoeren van het vee op
de verboden wijze, kon een vervolging
voor het inrijden op de veldwachters
niet meer slagen.
Deze opvatting over het begrip
„feit" was dus zeer in het voordeel
van de verdachte, want het beteken
de een ruime toepassing van het
„ne bis in idem". Maar voor een
goede strafrechtspleging was het stel
sel niet bevorderlijk. Dit blijkt voor
al uit een voorbeeld waarin de ge
draging zowel een overtreding als een
misdrijf inhoudt: als iemand door
een schot in de nacht burengerucht
heeft veroorzaakt en deswege heeft
terechtgestaan, zou hij niet meer
vervolgd kunnen worden als later
blijkt dat hij met het schot een moord
heeft begaan.
Hoge Raad ging om
IN 1932 ging dan ook de Hoge Raad
„om" in een geval waarin iemand
eerst veroordeeld was omdat hij
's nachts in een danstent de rijks
veldwachter had getrapt en geslagen
en veertien dagen later nog eens werd
vervolgd omdat hij terzelfder plaats
en uur in dronkenschap de orde had
verstoord door de rijksveldwachter te
trappen en te slaan. De Hoge Raad
zag hierin twee verschillende feiten:
enerzijds het in staat van dronken
schap de orde verstoren, waarvoor
kenmerkend is de toestand van de
verdachte, anderzijds de mishandeling
van de rijksveldwachter, waarbij het
kenmerkende is gelegen in de door
de verdachte gepleegde handelingen
en in de hoedanigheid van het slacht
offer. De verdachte kon dus wél voor
de tweede keer worden vervolgd.
Verschillende aspecten
IN dit overigens m.i. niet erg
overtuigende geval was de op
vatting van de Hoge Raad dus deze,
dat, als een gedraging vanuit straf
rechtelijk oogpunt van elkaar ver-
schiUende aspecten heeft en een
slechts op één van die aspecten ge
baseerde vervolging heeft plaats ge
had, de regel „ne bis in idem" niet
van toepassing en een nieuwe vervol
ging, op het andere strafrechtelijk
aspect gegrond, mogelijk is.
Met deze omzwaai van de Hoge
Raad is evenwel aHe onzekerheid nog
niet van de baan. Telkens weer is
het probleem of een bepaalde gedra
ging wèl of niet strafrechtelijk als
één feit moet worden gezien. Indien
de lezer mocht menen dat in het ge
val van de mishandeling van de
rijksveldwachter aan het „ne bis in
idem" beginsel wordt tekortgedaan,
volgen hier twee voorbeelden uit de
rechtspraak van de laatste tijd, waar
in wél in de gedraging één feit werd
gezien, hoewel verschillende strafbe
palingen voor toepassing in aanmer
king kwamen.
Een caféhoudster was veroordeeld
wegens het verkopen van sterke
drank aan iemand die in kennelijke
staat van dronkenschap verkeerde
(art. 252, sub 1 Wetboek van Straf
recht). Toen zij daarna nog eens
moest terechtstaan terzake van het
zelfde feitelijk gebeuren, nu wegens
overtreding van de Drankwet die
verbiedt een persoon in een café toe
te laten die in kennelijke staat van
dronkenschap verkeert, was er vol
gens het Hof wèl sprake van hetzelfde
feit. De officier van justitie was dus
niet ontvankelijk en de vervolging
ging niet door.
Een automobilist had over het lin
ker weggedeelte gereden en was
daarvoor veroordeeld. Daarna werd
hij vervolgd omdat hij bij dat rijden
op het linker weggedeelte een kind
had doodgereden, dat de rijweg over
stak zonder verdacht te zijn op ver
keer uit de verboden richting. Ook in
dit geval waren Kof en Hoge Raad
van oordeel,dat de tweede vervolging
hetzelfde feit betrof als de eerste en
dat de officier van justitie dus niet
ontvankelijk was: het op de linker
rijweg rijden was bepalend voor de
schuld van verdachte aan het nood
lottige ongeluk en daarvoor was hij
reeds veroordeeld.
Straftoemeting
T"\E vraag of een gedraging uit
y strafrechtelijk oogpunt ais één
feit dan wel als twee of meer feiten
moet worden gezien, is voorts, ook als
de in aanmerking komende strafbare
feiten tegelijkertijd worden telastege-
legd, van belang voor de straftoeme
ting: het maximum dat de rechter
kan opleggen als er één feit is ook
al zijn daarop verschillende strafbe
palingen toepasselijk is lager dan
dat wat als maximum geldt als de
gedraging in verscheidene strafbare
feiten kan worden gesplitst.
Advertentie
vnvrvrn'**
MENTHOLPILLETS
Tcjjcn hoest en Keëlpir
L U'Hverkingf frappant